De avontuurlijke
opdracht
3)e
Japansche mariniers zuiveren met behulp van een pantserauto een
der vermelde wijken in Sjanghai van de laatste Chineesche ver
dedigers
In verband met monarchistische agitatie is de graat van Parijs, die in
Zwitserland ve»blijf hield, door de regeering van dit land uitgewezen.
De grafelijke familie en de hertogin de Guise op het slot Anjour in
België
St. Nicolaas is In aantocht. De
banketbakkers bereiden zich voor op
den groöten aanval, die door het
publiek op hun lekkernijen ondernomen
zal worden
De bekende filmacteur Robert Taylor arriveerde Dinsdag te
Amsterdam voor een kort bezoek aan ons land. De filmheld
bij aankomst oo Schtphol
De heer W. A Engelb-echt, voorzitter
van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Rotterdam, zal de
volgende maand als zoodanig aftreden
Het tweedaagsch Zesde Nederlandsche Reclamecongres is Dinsdag te Amsterdam geopend. Achter de
bestuurstafel vlnr.: J. W. Henny (voorzitter Ned Dagbladpers), A F Hollaar. de voorzitter jhr. dr. J.
C Mollerus, A i. G. Strengholt (voorzitter Ned. Periodieke Pers) en J. Smit
FEUILLETON
Naar het Engelsch bewerkt
door
J. VAN DER SLUYS.
(Nadruk verboden).
39)
Ze keek hem niet aan; ze keek naar
haar handen en antwoordde: O, ja? met
een onvaste stem.
Allereerst moet je me nu vertellen
waarom je onze verloving verbroken hebt.
En dan vertel je me waarom je Drayton
hebt opgezocht.
H(j hoorde haar den adem inhouden en
voelde haar handen trillen in de zijne. En
toen was ineens al haar tegenstand gebro
ken. Hij realiseerde zich, dat ze op zijn
hulp vertrouwde, dat ze steun zocht bij zijn
kracht.
Haar antwoord kwam bijna fluisterend.
Ja, ik zal het te vertellen ik moet
het je vertellen. Ik ben zoo bang geweest.
Wees niet bang meer. Vertel me ge
rust alles. Begin maar bij 't verbreken van
ons engagement.
Lin het is bijna mijn dood geweest.
Waarom heb je het dan gedaan? Toen
scherp: Je zei, dat het was omdat je
van een ander hield.
De groen-grijze oogen keken in de zijne.
Ze stónden vol tranen, maar onder het
waas van tranen was een schittering.
Neen, dat zei ik niet, Lin. Ik zei, dat
het was omdat ik van iemand hield, ik zei
niet van iemand anders.
Dus je maakte de verloving uit om
dat je van m ij hield?
Ze knikte. De overloopende tranen vie
len als twee heldere druppels. De schitte
ring in haar oogen bleef.
Lindsay kuste haar niet. Hij hield haar
handen vast.
Je doet verstandig, met me alles te
vertellen.
Ze trachtte haar handen weg te trek
ken en toen hij ze omklemd hield, smeek
te ze zacht:
Toe, Lin....
Hij liet ze los. Ze wendde het hoofd af en
hernam fluisterend:
Het is niet gemakkelijk Ik zal het
probeeren. Maar je moet me niet aankij
ken.-
Je zult het als een bevrijding voe
len, als ik alles weet.
Marian liet haar blik door de kamer
gaan. Er was een donk na plek op den
muur en daarop hield ze de oogen geves
tigd. Haar woorden kwamen met horten en
stooten, met pauzes tusschen de zinnen, als
van iemand, die het spreken moeite kost.
Het begon dien laatsten Zaterdag
avond. We hadden elkaar goedennacht ge
zegd en ik ging naar boven. Ik ging niet
dadelijk naar bed ik had het zoo warm.
Tante Louise stookt altijd zoo verschrikke
lijk hard. Ik deed het licht uit en deed
het raam open. Ik zat naar buiten te kij
ken het was niets koud. Het rook bui
ten naar bladeren. En de maan deed alles
in een droom schijnen. Maar ik had toen
geen idee wat voor droom het zou zijn.
Haar stem doofde uit in een zucht
Lindsay sloeg zijn arm haar heen.
Toe, liefste, maak je niet overstuur.
Praat rustig door.
Even leunde ze tegen hem aan. Toen:
Je moet me niet aanraken, anders
begin ik te huilen. Ik zal mijn best doen
om verder te vertellen.
Hij nam zijn arm weer weg. Wat kon er
in de enkele uren van dien maanverlich-
ten nacht gebeurd zyn, dat zulk een ver
andering in hun beider leven veroorzaakt
had? Een onbestemde gewaarwording van
iets onheilspellends, kwam over hem.
Ik zat een heelen tijd bij het raam.
Je weet, dat ik vandaar af een stuk van
den rozentuin kan zien. Ik zag iemand
in den tuin. Ik meende, dat jij het was
ik had juist zitten denken hoe prettig het
zou zijn, daar nu met jou te wandelen
en omdat we elkaar zoo weinig gespro
ken hadden, had ik wel lust in een praat
je Ik schoot een mantel aan en ging naar
beneden. Ik wilde door de openslaande
deuren van de studeerkamer naar bui
ten.Ze zweeg even. Ze stonden open.
Ik dacht, dat jij zóó den tuin was inge
gaan. Toe ik halverwege het pad was, was
ik bijna teruggegaan. Haar stem brak in
een halven snik. O, Lin, waarom ging
ik niet terug....
Wat gebeurde er? drong Lindsay.
Ik liep doorze haalde diep
adem, en toen ik bij de taxushaag
kwam, bleef ik staan en luisterde. Ik hoor
de niets gen voetstappen of beweging
van iemand. Toen ging ik onder den boog
door en kwam bij de groote pauwenfiguur,
die in de haag gesneden is, weet je wel,
en terwijl ik daar stond, zag ik iemand
bjj de pergola loopen. Ik riep niet, want ik
twijfelde nu of jij het was. Ik bleef in de
schaduw van de haag en liep ook naar de
pergola. Net toen ik die bereikte, zag ik
twee mannen in het maanlicht afgetee-
kend. De eene was oom Robert; de ander....
Haar stem trilde en was stil.
Lindsay legde opnieuw zijn hand op de
hare.
Toe liefste, maak je toch niet zoo ze
nuwachtig. Wat gebeurde er verder. Wie
was die andere?
Ik wist het toen nog niet. Hij maakte
me bang. Er was iets angstaanjagends aan
hem. Haar stem daalde. Hij was zoo
lang zoo groot als een griezelig-uit-
gerekte schaduw. Ik kon zyn gezicht niet
zien.
Ga door, Marian,
Ik wilde het liefst wegloopen, maar
deed het niet, uit vrees, dat ze me zou
den zien. Ik bleef doodstil staan, op een
donker plekje. Ze kwamen mijn kant uit.
Toen hoorde ik oom Robert zeggen: „Ze
denkt, dat ze de dochter van mijn broer
is".
Lindsay's had sloot zich vaster om de
hare.
Wat hoorde je nog meer?
Wel, oom Robert zei dat. Toen vroeg
die andere man: „Waarom heb je het
haar niet verteld?" Oom Robert antwoord-"
de: „Haar moeder wenschte niet. dat het
bekend werd. Nati ;rlyk bedoel ik niet
haar moeder", verbeterde hij zichzelf,
„maar myn schoonzuster Mary. Louise en
ik wisten het zelf niet voordat ze sterven
de was pas op haar sterfbed heeft Mary
er ovei gesproken ik geloof niet, dat
het haar bedoeling was het geheim ooit te
openbaren, maar haar geest was al niet
volkomen helder meer". Toen hy dat zei,
Lin, wist ik, dat ze het over mij hadden,
maar het scheen niet werkelijk tot mijn
volle bewustzijn door te dringen. Het was
net als iets beklemmends, iets gruwelijks,
dat probeerde zich een weg naar mijn
hersens te banen. Ik bleef daar staan en
die man zei: „Wat een aangename verras
sing voor haar, om haar vader te leeren
kennen!"
Lindsay hield haar thans omvat en ze
leunde tegen hem aan.
Oom Robert antwoordde: „Je kunt.
het haar niet vertellen Ze gaat een dezer
dagen trouwen". Ze I epen verder. Hij zei:
„Heb ik geen vaderlijke gevoelens?" En
toen ik dat hoorde, scheen alles om me
heen te draaien. Ze gingen tot het einde
van de pergola en kwamen weer terug. Ik
miste een deel van het gesprek. Wat ik het
eerst weer opving waren woorden van
hem: „We kunnen vat op hem krijgen door
het meisje hij is dol op haar." Oom Ro
bert zei Lin, je zult hem niets doen om
wat hij gezegd heeft?
Meisjelief. vertel me eerst alles.
Hij voelde haar trillen.
Hij zei: „Ik veronderstel, dat je je be
wust bent van wat je riskeert. Kort gele
den heeft iemand levenslang gekregen we
gens afpersing". Hij zei weer: „Dat krijg ik
niet, m'n beste Rayne!" Hij lachte en ging
voort: „Trevor kan een nuttig werktuig
zijn. Als hij niet wil wel. dan is het met
moeilijk hem ter zijde te stellen." Zy
wendde zich af, met een gesmoorden snik
en vervolgde: „Lin Lin, laat hem
dat niet doen. Geef hem geen kans
Lin!
In een vlaag van wilden angst verborg
ze haar gezicht tegen zyn schouder en
snikte krampachtig.
(Wordt vervolgd).