De avontuurlijke opdracht EEN STEENBERG STAAT IN BRAND. 3)e SciobcHe 6ou/fccmt FEUILLETON /aar het Engelsch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). 31) Vertel het me, drong ze. Hij kwam naar haar toe en bleef naast haar staan. Het was wat we dachten. Wat gaan ze doen, John? Dal zal mij benieuwen, sprak hij en keek wenkbrauwfronsend omlaag, Waarmee dreigen ze? Ze dreigen de inschrijving in het re gister met andere bswijzen naar den offi cier van justitie te sturen. Lady Gladisloe klemde de handen vaster ineen en werd nog bleeker dan ze was. Denk je heusch, dat ze dat zullen doen? De rimpels op zijn voorhoofd werden dieper. Ik weet het niet. Ze keek naar hem op. In haar oogen was meer blauw dan op het schilderij. Wat verlangen ze van je? Ik moet een staking forceeren door de loonen te verlagen. Een zwakke uitroep ontsnapte haar. Wat door en door slecht! Toen na een pauze: Wat ben je van plan? Ik weet nog niet, antwoordde John Gladisloe. Hy knielde naast haar neer en legde zijn armen om haar heen. Ik kan het niet dragen ter wille van jou, zuchtte hij. John, liefste! Je hebt toch niets verkeerds gedaan. Je dacht immers dat ze dood was. Ik hoopte het. Ik dacht o ja, ik verkeerde in de heilige overtuiging dat ze dood was. Evans schreef het me, maar ik heb den brief niet bewaard. Met moeite hield hij zijn stem in bedwang. Ik ge loof niet, dat de officier van justitie een vervolging instelt. En als hij het doet, loop he+ op niets uit. Hij lachte bitter. Alleen dat onze vuile wasch voor de oogen van het publiek wordt uitgestald. Als het er van komt moeten we het aanvaarden, John. Het zal jouw dood zijn. Ze schudde he hoofd. Neen, dat zal het niet, was het energieke antwoord. Hij stond op en liep naar het andere eind van de kamer. Van den schoorsteenmantel lachte het portret van een blond, jong meisje in een luchtig baltoilet hen toe. Ze had heldere oogen en haar heele wezen drukte vroolijk zelfvertrouwen uit. En Cynthia? vroeg John Gladisloe. Een smartelijke trek kwam op Mary Gla- disloe's gezicht. Met sir John's rug naar haar toegekeerd kon ze een oogenblik de zelfbeheersching, die een glimlach op haar lippen gehouden had, laten varen. Toen ze weer sprak, klonk haar stem rustig en vriendelijk. Cynthia is niet van porcelein. Van het standpunt van het recht zal ze onwettig zijn. Mary Gladisloe stond op en ging naar hem toe. Haar shawl gleed af en ze nam die met haar gewone, lieve bedaardheid op. Ze leunde tegen hem aan en zei zacht: John, wij zijn maar één familie. Als die loonsverlagingen doorgaan en een staking komt, zal er verdriet en zorgen voor honderden voor kinderen en men- schen op leeftijd zijn. Ik wil onze moeilijk heden niet op hen afschuiven. Ik wil onze veiligheid en die van Cynthia niet koopen ten koste van hen. Hij liet zijn hoofd op haar schouder rus ten en ze bleven langen tijd zoo staan zon der te spreken. Toen hij zijn hoofd weer oprichtte, zag hij er uit als een man, die een zware taak op zich genomen heeft. Weet je goed, Mary? Ja, ik weet het goed. Ze hief haar kin op. We zullen vechten, Misschien win nen we en als we niet winnen, zullen we in ieder geval ons zelfrespect behouden hebben. En dan, als we nu zouden toege ven waarmee zouden ze daarna aankomen en wat zou het einde zijn? Als het niet om mij was, zou je toch nooit en nimmer toer geven. John Gladisloe liep naar de telefoon en nam den hoorn van het toestel. Wat ga je doen, John? Benbow Smith de heele geschiedenis vertellen. HOOFDSTUK XXI: Lindsay bracht Drayton rapport uit. Het was maar een kort onderhoud. Drayton zat aan zijn schrijftafel, de schouders ge bogen, het hoofd vooruitgestoken en luis terend zonder een woord er tusschen te zeggen, naar wat hij te vertellen had. Hij keek Lindsay zelfs niet aan. De zware neerhangende oogleden waren bijna geslo ten. Met een kort, onverschillig knikje liet Drayton hem. gaan en Lindsay vertrok op gelucht. Halverwege de hoofdtrap met de vergulde pilaren en beelden, ontmoette hij Restow ook dit was een opluchting. Als hij met twee schavu'ten te doen had, gaf hij toch duizendmaal de voorkeur aan Restow. Restow was een stier, en Drayton een venijnige slang. Wanneer hij met een van beiden in botsing moest komen, streed hij liever tegen brute kracht dan tegen vergif. Restow klampte hem aan! Aha, Fothering! Waar ben je geweest? Enfin, dat komt er ook niets op aan. Hij sloeg een arm om Lindsay's schouders. Je bent er en het kan me geen klap schelen waar je gezeten hebt. Hebt u mij noodig? Restow klopte hem op den rug. Zou ik anders naar je uitzien? Zou ik als een eekhoorn de trap op én af rennen, als ik jou niet noodig had? De idee van Restow als een eekhoorn was werkelijk in hooge mate amusant. Lindsay lachte. Restow lachte eveneens. Mooi geproportionneerd eekhoorntje ben ik, hè? Zijn enorme wangen trokken in rimpels, de kleine varkensoogjes verdwenen haast en aan beide zijden van den grooten mond werden de kromme konijnachtige tanden zichtbaar. Lindsay werd weer op den rug geklopt. Ga naar je kamer en pak je koffer. Eén angstig oogenblik dacht Lindsay, dat hij verraden was en zijn gezicht verried het. Restow bulderde van het lachen. Dacht je, dat ik je de bons gaf? Waar achtig, dat dacht-ie! Heb je soms een kwaad geweten, hè? Hij pakte Lindsay bij den arm en liep met hem bij twee treden tegelijk de trap verder op. Haast je! wat je noodig hebt voor een week tien dagen een maand! Misschien zijn we er maar voor vier en twintig uur misschien komen we nooit meer terug! Ze waren bovenaan en hij liet Lindsay plotseling los. Waar gaan we heen? wilde Lindsay weten Naar Parijs, antwoordde Restow. Hij blies zijn wangen op en trok een gezicht als een schooljongen, die onverwacht vrij heeft. Parijs.... waarom? Haha! Ik zal het je vertellen. Omdat we er niet ver wacht worden. Of dacht je dat ze me ver wachtte dat ze het expres gedaan heeft? Wat zeg jij, Fothering? Ik begrijp absoluut niet, wat u be doelt, meneer. Restow voelde met de hand door zijn dik, zwart haar. Heb ik het je niet verteld? Och man, het lijkt wel of je kop van hout is! Als je hersens of een hart had, zou je weten, dat ik naar Parijs ga, omdat Gloria er is. Hoor je het goed? Val je niet ondersteboven als ik je vertel, dat je Gloria Paravicini zult zien haar zult ontmoeten. mijn be middelaar afgezant zult zijn? Een com plete vredesconferentie! Deksels, aan den eenen kant spijt het me voor je beste Fo thering, wam Gloria is niet wat je noemt gemakkelijk. Heb ik je verteld, wat ze ge daan heeft? Neen, zei Lindsay, zoo droog als hij durfde. (Wordt vervolgd). Bij de staatsmijn Maurits te Lutterade is een enorme berg steenen, bestaande uit afval uit de mijnen, door broeien aan het branden geraakt Het blusschingswerk op den brandenden berg De voetbalwedstrijd tusschen het Rotterdamsch elftal en het Bondselttal, welke Zondag in de Maasstad werd gespeeld, eindigde in een 0-6 neder laag voor het Bondselftal. Een moment voor het Rotterdamsch doel Namens het Ned Tooneelverbond werd door den voor- Wethouder Boekman tijdens zijn welkomstiede op de Vondeltentoonstelling zitter, prof dr. J. van Ebbenhorst Tengbergen, Zaterdag welke Zaterdag in het museum Fodor te Amsterdam in tegenwoordigheid van een krans gelegd aan den voet van het Vondelmonument minister-president dr. H. Colijn en vele andere autoriteiten geopend is in het Vondelpark te Amsterdam Het 16000 ton groote Japansche pas sagiersschip «Asama Maru», dat drie maanden geleden tijdens een storm op de rotsen der Sai Wan Bau strandde, bevindt zich nog steeds in zijn benarde positie. De jeugdige Spaansche violist José Barniol, die kort voor het uitbreken van den burgeroorlog in zijn land den Sarasate-prijs verwierf en van zijn regeering een oude meester-viool ten geschenke kreeg, zal een tournee door land maken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9