R evanchematch Euwe-Aljechin. MAANDAG 18 OCTOBER 1937 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 13 Hmandag FRAAIE ZEGE VAN ALJECHIN IN DE'ZESDE PARTIJ Euwe deed een gevaarlijke vierden zet Onder overweldigende belangstelling is Zaterdagavond in de groote concertzaal te Haarlem de zesde partij om het wereld kampioenschap schaken tusschen Euwe en Aljechin aangevangen. De heer Lod. Prins geeft bij deze partij de volgende analyse: Wit: dr. A. Aljechin. Zwart: dr. M. Euwe. 1. d2d4 Bij een match, waarin de gemoederen tot het uiterste gespannen plegen te zijn, is reeds de eerste zet in staat, opwinding te veroorzaken. Inderdaad is 1. d2d4 in dit stadium van de match reeds niet meer zon der beteekenis. Naar 1. eT— e4 grijpen we reldkampioenen gewoonlijk alleen hetzij uit nonchalance (zie eerste gedeelte eerste match), hetzij omdat andere reserves reeds zijn verbruikt (zie 27ste partij van dezelfde match). Vooralsnog is Aljechin dus blijk baar van oordeel, dat ook met 1. d4 het uiterste kan worden beproefd. 1d7d5 2. c2c4 c7c6 Iets anders was wel niet meer verwacht. De vierde partij had immers deze verdedi ging opnieuw ten volle gerechtvaardigd. 3. Pblc3 Voor de eerste maal is het Aljechin, die een zijner geheimen, i.e. voorbereide va rianten, verklapt en thans zijnerzijds aan de zoo betrekkelijke waarheden der schaak- theorie tracht te tornen. Deze -zgn. canal- variant was n.l. geruimen tijd van het pro gramma afgevoerd, daar zij voor zwart gunstig werd geacht en het is dus dubbel belangwekkend, dat Aljechin, die de voort zetting reeds in 1922 te Londen tegen Bogol- jubow en Rubinstein aanwendde, haar thans in eere tracht te herstellen. 3d5xc4 4. e2e4 Een uitdaging! In ieder leerboek wordt de tekstzet onder soortgelijke omstandigheden verworpen, wegens 4e5 en daar de theorie alleen door de practijk kan worden gecorrigeerd, is het begrijpelijk, dat de we reldkampioen den handschoen zonder aar zelen opneemt. 4e7e5 5. Lflxc4 In dit pionoffer bestaat dus Aljechin's analyse; over 5. De5:, Ddl:f, enz. zijn de beide spelers het blijkbaar eens. Niet 5.'Dd4:, 6. Db3, Dd7, 7. Le3 met geweldigen aanval. 6. Pgl—f3 De Haarlemmers hebben het wèl getrof fen: welk een sensatie, na slechts zes zet ten: een ongunstig aangeschreven variant, een pionoffer en thans een stukoffer! On getwijfeld is overigens dit laatste offer nauwelijks minder dan een valstrik, want 6Dc3:, 7. Lf7:f, Ke7, 8. Lg5f, Pf6, 9. Dd8:f, Kd8:, 10. e5, h6, 11. Lh4, g5, 12. Pg5:, hg5:, 13. Lg5: ziet er verre van aan lokkelijk uit voor zwart. 6b7b5 Reeds eerder merkten wij op, dat deze matches psychologisch in het teeken staan van geweld en contra-geweld. Van dit standpunt beschouwd zou de tekstzet stel lig de eenige mogelijkheid vertegenwoor digen. Doch hoe staan de zaken van schaak- technisch standpunt bezien? Stellig dreigde zeer onaangenaam Pe5, doch zwart had o.i. beter gedaan, dit met Pb8d7 te voor komen (Dd4:, Db6). Immers wit heeft als compensatie voor den geofferden pion een ontwikkelingsvoorsprong, waarmede reke ning moet worden gehouden en de tekstzet verzwakt bovendien den damevleugeL 7. Pc3xb5 In ieder geval had Euwe dezen zet ver wacht. Immers na 7. Lb3, Lc5 zou nu Pa4 niet mogelijk zijn, terwijl zwart na (7. Lb3, Lc5) 8. Pe5 met Df6! plotseling het initiatief overneemt. Intusschen is de tekstzet sterk genoeg, al was het alleen maar omdat Wit er een pion mede wint: cb5:? Ld5. 7Lc8a6 Ziet er zeer sterk uit, doch is niettemin onmachtig, nadeel af te wenden. Zwart heeft echter niet beter. 8. Ddlb3! Dd8e7 Ook deze zet, die Lf8 insluit, maakt geen betrouwbaren indruk. Nog slechter was evenwel 8Lb5:, 9. Lf7:f, Kd7, want Wit speelt niet 10. Lg8:? g8:! (Dg8:? Lb4f), doch 10. Lf4, (dreigt De6 mat), Kc8 (De7 dan wel Lg8:, 11. Le6f, Pd7 (Kb7, dan a4), 12. a4, La6, 13. Pe5, Pf6, 14. Pc6:, gevolgd door Tel, enz. 9. 0—0! Ditmaal is Pb5 immuun wegens (cb5:) Ld5, Lb7, Db5f of: (Lb5:), Lb5:, cb5:, Dd5. 9La6xb5 10. Lc5xb5 Pg8—f6 In aanmerking kwam hier Db4, omdat door dien zet althans dame-ruil wordt af gedwongen. Doch rooskleurig blijft Zwart's toestand na 10Db4, 11. Lc4, Db3:, 12. Lb3:, c5, 13. La4f allerminst. Voor de eerste maal in deze match is het Euwe, die door de opening in een- hoogst bedenkelijke situathe is geraakt en niet eens door een noviteit, doch integendeel door een stok ouden variant! „Er ist die alte Geschichte, doch bleibt sie immer neu", moet Aljechin gedacht hebben. En wij onzerzijds moesten erkennen: „Und wem sie just passieret ....11. Lb5c4 Pb8d7 Ten einde raad legt de wereldkampioen zich bij het onvermijdelijke pionoffer neer. Afgezien van de verzwakking der diago naal a4e8 zou 11c5 ook het veld c5 voor een paard versperren. Dit treedt zeer pijnlijk aan het licht na bijv. e5, Pe4, (niet Pfd7 wegens Lf7:f!, Df7:, e6, enz.), Tel. 12. Pf3xd4 Ta8b8 Zwart vecht reeds voor een verloren zaak: behalve zijn mat;rieele en ontwik kelingsachterstand doen ook de verschil lende zwakten in zijn stelling zich hinder lijk gevoelen. 13. Db3c2 Het plausibele De4 levert geen nieuwe successen op, bijv. 13. Da4, Dc5 (dreigt Tb4), 14. Pc6:?, Tb6, eventueel gevolgd door Tb4. Ook na den tekstzet blijft Pc6: dreigen, terwijl De4:? faalt op Ddl (niet De4: Pe4:, Tel, f5, f3. Lc5!). 1 3De7c5 14. Pd4—f5 O.a. met de vernietigende dreiging Le3. 1 4Pd 7e5 Een laatste poging. 15. Lel—f4 Beslissend. Tegen de dubbele dreiging Lf7:f, gevolgd door Dc5: en Le5: 'Lb8:), als ook Pg7:f (Lg7:f Lf7:f met dame-winst) be staat geen afdoende verdediging. 1 5Pf6h5 16. Lc4xf7f Ke8—f7 17. Dc2xc5 Lf8xc5 18. Lf4xe5 Tb8—b5 Of: Tbd8, Ld6! 19. Lc5d6 Lc5b6 20. b2b4 Om a4 met Tf5: en Td6: te beantwoor den. 21. Taldl c6c5 22. b4xc5 Lb6xc5 23. Tdld5 Opnieuw met allerlei dreigingen. Zwart geeft op. Nabeschouwing. Een prachtige zaal, het concertgebouw te Haarlem, doch meer om „de zesde" te hoo- ren (bij voorbeeld van :Beethoven, Schu bert, Tschaikowsky, Bruckner of Mahler) dan om haar te zien (de zesde van Euwe Aljechin wel te verstaan). Een dergelijke, kolossaal opwindende schaakpartij in een tot den nok gevulde concertzaal moet onherroepelijk tot acousti- sche onverkwikkelijkheden aanleiding geven. Dat gaf het dan ook en wij durven gerust beweren, dat dr. Euwe onder den invloed van deze ongunstige omstandig heden verre beneden zijn kracht heeft ge- EDELACHTBAAR speeld. Intusschen willen wij niet in het minst de prestatie van dr. Aljechin ver kleinen. De oud-wereldkampioen mag het vanavond dan al gemakkelijker hebben ge had dan anders, hij heeft stellig gespeeld met het élan van zijn besten tijd. En dat, terwijl hij met een geweldigen kater in de zaal verscheenop zijn slipover dan al tijd, waarop een nijvere hand dezen had aangebracht. Spoedig moest Euwe ervaren, dat de ge borduurde kater, die den indruk maakte, ieder oogenblik met een vervaarlijken sprong van het vest af te kunnen springen, een wijze kat^r was. Toen de wereldkampioen, zooals wij reeds opmerkten, eenige malen de sterkste voort zetting verzuimde in een zeer oude, uiter aard reeds gevaarlijke gambiet-variant van het damegambiet, trad de uitdager met groote doortastendheid op, veroverde eerst een pion, daarna een tweede en besliste de partij spoedig in zijn voordeel. Bijna verontwaardigd wees hij, vermoe delijk gedachtig aan Euwe's gebaar van Donderdag, het opklaterende applaus van de hand, doch de geestdrift van het publiek was niet te stuiten. Met een hoofdknik, die half dankend, half neen schuddend kon zijn bedoeld, gaf Alje chin ten slotte van zijn erkentelijkheid blijk. Een formidabele revanche! LOD. PRINS. De slot-stand was: Zwart: dr. Euwe ABCDEF GH Wit: dr. Aljechin. Momenten uit de Schaakzaal door LOD. PRINS U schaakt niet, geachte lezer? Te moei lijk? Dacht ik vroeger 'ook. Maar dat be hoort voorgoed tot het verleden. 't Gaat vanzelf: een beetje opmerkings gave, wat flair, en ge zijt autoriteit. Toen ik laatst op een verloren avond bij Euwe Aljechin binnenslenterde, had ik evenveel verstand van het verschil tusschen een pion en een bord als een koe van vioolspelen. Achter in de zaal zat een handjevol men- schen om een bord de partij te volgen, analyseeren heet dat. Op het oogenblik, dat ik binnenkwam, stond er op het bord juist geen enkel stuk: acht, negen handen, geleid door evenveel verschillende overtui gingen, hadden ieder een allerbesten zet willen aangeven en hielden nu ieder een stuk in de hand. Deze lieden zullen nimmer autoriteit be zitten. Een autoriteit geeft geen zetten aan. Dat laat hij over aan zulke menschen, die bij zoo'n groepje analysatoren de lei ding nemen en met verbluffende zekerheid aangeven wat gaat of wat had moeten ge beuren. Als Lasker erbij was, zou hij den voorgestelden zet uitvoeren, een tegenzet doen en ernstig vragen: „Und wie geht's weiter?" Als dan de „docent" beschaamt en verlegen naar een antwoord zocht, zou de grijze meester zonder een spoor van af keuring, ja zonder stemverheffing zelfs, welwillend opmerken: „Ach so, sie haben also nur g e f r a g t". En 's heeren docenten keelgeluid zoude dien avond niet meer zijn gehoord. Neen, een autoriteit geeft geen zetten aan. Een autoriteit is iemand, die ontdekt heeft, dat Euwe goed staat, zoodra het in nemende gezicht van wedstrijdleider Ma- roczy, die op het podium tusschen de offi cials troont, door een gelukkigen glimlach wordt verhelderd. En daLhet samensteken der comitéleden'hoofden net bewijs is, dat de partij zal worden afgebroken. Om van den blonden jongeman op het podium nog te zwijgen. Wanneer de bezoekers tenge volge van de opwinding hun gewone kalmte verliezen, begeleidt hij het geroezemoes in de zaal met een oorverdoovend „ssstü", en zulks niet eens om zijn steentje tot het la waai bij te dragen, al is dat gewoonlijk wel het eenige effect van zijn goedbedoelde po gingen. Wij noemen hem 't beëedigd sisser tje en zijn taak bestaat in het overbrengen en opschrijven der zetten. Naarmate Euwe beter staat maant hij het vulgus energieker tot zwijgen. Al deze voorteekenen bedriegen slechts zelden en ergo beginnen enkele bezoekers reeds vertrouwen in mijn profetieën te stellen. „Waarom denkt Euwe zoo lang?" vraagt mijn buurman met kennelijk ongeduld, ,,'t is toch zóó uit....". „Duidelijk genoeg", repliceer ik prompt, „hij bedenkt alvast, wat hij in de volgende partij zal spelen". Dat antwoord schijnt toch niet bevredi gend te zijn zij lachen zoo hartelijk.... dies begeef ik mij naar een volgende tafel, alwaar een heer, dien ik gisteren heb ver teld, tot de sterke hoofdklassespelers te be- hooren, mij opgewonden toevoegt: „Dat komt vanavond nog uit, denkt u niet? Euwe staat geweldig, geloof ik". Mijn blik zoekt het comité nergens te ontdekken, 't Beëedigd sissertje zit zwijgend in een stoel. Maroczy dan! Goede hemel, die snuit juist zijn neus. Nu geldt het, de tegenwoor digheid van geest te bewaren. „Het eenige", zeg ik met nadruk, „dat Aljechin kan red den is„Mijnheer Flohrü" Buldert de stentorstem van den ober door de stille zaal die oogenblikkelijk met een eensge zind ssstü reageert. „Nu ja", vervolg ik in tusschen onverstoorbaar mijn uiteenzetting, „dat is wat overdreven. Als Aljechin het niet meer redden kan, kan mijnheer Flohr het natuurlijk ook niet". En voordat mijn vis a vis van zijn stomme verbazing is be komen, bevind ik mij alweer elders in de zaal. LOD. PRINS. DE WEDSTRIJD EUWE-ALJECHIN Zonderling optreden van het Comité LOYALE HOUDING VAN DEN K. R. O. De K. R. O. meldt: De luisteraars zullen zich ongetwijfeld afgevraagd hebben, wat toch de reden is, dat door de K. R. O. aangekondigde spe ciale reportages van de match EuweAl jechin, waarvoor de K. R. O. een overeen komst had gemaakt met de meesters Lan dau en Reshevsky, niet doorgegaan zijn, en wij meenen dan ook verplicht te zijn, om over deze materie een uiteenzetting te ge ven. Vooropgesteld zij, dat het niet onze be doeling is, om wie dan ook onaangenaam te zijn, maar een uitleg te geven, waarom een deel van ons vastgestelde programma niet wordt uitgevoerd. De K. R. O. heeft voor de verzorging van de reportages, die hij in zijn programma wenscht op te nemen, een contract geslo ten met twee schaakmeesters van, interna- tionalle reputatie, doch die niet verbonden waren aan, of contractueel verplicht door het EuweAljechin-Comité. Volgens het inzicht van den K. R. O. was de K. R. O. volkomen vrij dit te doen, en de door de schaakmeesters gemaakte be schouwingen en analyses over de verschil lende matches in den wedstrijd om het we- reldkampioanschap voor zijn microfoon te doen uitspreken. Plotseling werd de K. R. O. bij monde van den voorzitter van het EuweAljechin Comité voor het feit gesteld, dat den bei den door den K. R. O. geëngageerde schaak meesters en evenzoo allen medewerkers van den K. R. O. de toegang tot de wed- strijdruimte zou worden geweigerd, en dat deze, indien zij daar aanwezig waren, daar uit zouden worden verwijderd, omdat het Euwe-Ajechin-Comité het geheele radio- publiciteitsrecht verkocht had aan den A. V.R.O. Volgens het inzicht van den K. R. O. en zijn juridische adviseurs, heeft echter het EuweAljeechin Comité iets verkocht, dat in wezen bij sportgebeurtenissen als de ze niet bestaat. Het EuweAljechin Comité had alleen kunnen verkoopen aan een omroep-orga- nisatie het recht om met een microfoon-in stallatie in de zaal te komen, de volledige beschikking te hebben over alle leden van het Comité, de volledige beschikking over alle aan het Comité verbonden schaak meesters, den wedstrijdleider, de secondan ten en eventueel zelfs het optreden van den wereldkampioen en den candidaat voor het wereldkampioenschap. Volgens het inzicht van den K. R. O. is het niet juist, dat aan een andere omroep organisatie, die zich volkomen afzijdig houdt van alle personen en gegevens, waar over het Comité de beschikking heeft, maar die daarvoor eigen verslaggevers enga geert, geweigerd wordt, de gegevens, die hem verstrekt worden door zijn verslagge vers, per telefoon aan de studio te mogen doorgeven en dan voor de microfoon te la ten uitspreken. Het betreft hier immers een zelfde geval als met de reporters van kranten, die toch ook allen in de zaal zit ten en ieder voor hun eigen krant wer ken. Een feit isechter, dat het comité dat uitzendrecht, waarop in het begin van dit artikel gedoeld werd, verkocht heeft aan een andere omroep-organisatie en dat die andere organisatie daarvoor een belang rijk bedrag betaald heeft. Dus uit zakelijk standpunt is het volko men juist, dat de A. V. R. O. van het Co mité eischt, dat dit Comité met alle haar ten dienste staande en wettige middelen, de goede naleving van het contract verde digt. Nu zou natuurlijk de K. R. O., zich beroe pend op de onjuiste geste van het Euwe Alechin-Comité, zijn eenmaal voorgeno men plannen kunnen doorzetten, maar wat zou daarvan het gevolg zijn? Op de eer ste plaats, dat een bestaande vriendschap pelijke en collegiale verhouding tot een anderen omroep daardoor wordt verbroken. Op de tweede plaats, dat de door den K. R. O. geëngageerde schaakmeesters een zeer groote financieele schade zou worden toe- gebrfacht en op de derde plaats, dat de medewerkers van den K. R. O. aan een eventueel zeer onaangename behandeling zouden worden blootgesteld. De K. R. O. heeft zich toen met zijn col lega-omroep in verbinding gesteld, maar de voorstellen, waarop hier niet nader wordt ingegaan, waren van dien aard, dat de K. R. O. daarop niet kon ingaan, zonder zijn zelfrespect te verliezen. Toen heeft de K. R. O. zich afgevraagd, of het niet beter is, dat de K. R. O. zich terugtrekt, afgezien van het onjuiste stand punt van 't Comité. Immers, het is ons niet goed verklaarbaar, hoe de mogelijkheid be staat, dat het publiciteitsrecht van een vol komen openbaar sportgebeuren gereser veerd wordt voor één omroepvereeniging, terwijl het contract bovendien geen mo gelijkheid laat, om op de avonden, waarop de betreffende omroepvereeniging niet over een zender beschikt, een verslag te latn geven door een andere omroep-orga nisatie, welke wèl over den zender be schikt, zoodat op die dagen schaak-lief hebbend Nederland niet naar een speciale berichtgeving kan luisteren. In het belang van den wedstrijd Euwe Aljechin en in het belang van een goede verstandhouding in den Nederlandschen omroep, heeft de K. R. O. de meest loyale houding aangenomen en zich teruggetrok ken, zonder zijn standpunt, op welke wyze ook, prijs te geven. De schaakberichten zullen dus gegeven worden tijdens de nieuwsberichten van het A. N. P. DE NA-BRASEM Besluit van het zeilseizoen. Zaterdag en Zondag is het zeilseizoen op de Braassemermeer gesloten met de najaarswedstrijden van de zeilvereeni- ging „Braassemermeer", welke zich meer dan andere jaren in flinke deelname mochten verheugen. Zaterdagmiddag namen de wedstrijden onder begunstiging van goed weer een aanvang. Er had wat meer wind kunnen staan, dan zou de lucht wellicht ook wat schooner zijn geweest._ Nu hing er een echte najaarssluier over de plassen, waar door het zicht niet al te best was, zoo slecht zelf, dat de duisternis nog vroeger inviel dan verwacht was, zoodat de baan tenslotte nog moest worden ingekort. De uitslagen van den eersten middag waren: Regenboogklasse: 1. Pipa ,st. A. Theu- nissen, 2. De Leede ni, st. W. Z. van der Mey, 3. Hollandia, st. C. van Staveren, 4. Duke, st. J. C. van der Velde, 5. Dar ling, st. J. R. Blickmann. Drakenklasse: 1. Janmaat, st. J. Hei- nen, 2. Cavalier, st. jhr. E. G. van Ben- them v. d. Bergh. Pampusklasse: 1. Witte Raaf, st. P. Schieffer, 2. Donderkopje, st. J. P. Damime De wedstrijden van Zondag. Het weer op den tweeden dag verschil de al heel weinig met dat van Zaterdag. Ook nu ontbrak echter het zoo welkome briesje, dat eerste vereischte blijft voor de wedstrijden. Het bleef ook nu zeer kalm en vele verrassingen kwamen niet De uitslagen luiden: 45 M2. kruiserklasse, ochtendrace: 1. Föhn, st. A. W. Sijthoff, 2. Boekanier, st. 3. Warner, 3. Walta, st. C. A. Vermaat; middagrace: 1. Föhn, 2. Walta, 3. Boeka nier. Einduitslag: 1. Föhn 33 punten, 2. Walta 15 pnt. Regenboogklasse, ochtendrace: 1. Elf, st. J. Loopuyt, 2. De Leede III, st. W. Z. van der Mey, 3. Hollandia, st. C. van Sta veren, 4. Darling, st. J. R. Blickmann, 5. Duke, st. J. C. van de Velde; middagrace: 1. Saenden, st. L. de Wit, 2. Darling, 3. Hollandia, 4. Elf, 5. Duke. Einduitslag: 1. Hollandia 53 pnt., 2. De Leede III 51 pnt., 3. Saenden 50 pnt. Pampusklasse, ochtendrace: 1. Wile- bras, st. W. Ritman, 2. Witte Raaf, st. P. Schieffer, 3. Donderkopje, st. J. P. Dam me; middagrace: 1. Witte Raaf, 2. Don derkopje, 3. Wildebras. Einduitslag: 1. Witte Raaf 38 pnt., 2. Wildebras 12 pnt. Drakenklasse, ochtendrace: 1. Janmaat, st. J. Heinen, 2. Cavalier, st. E. G. van Benthem van den Berg; middagrace: 1. Janmaat, 2. Cavalier. Einduitslag: 1. Jan maat 50 pnt., 2. Cavalier 27 pnt. Handicapklasse D: 1. Sirene, st. A. Stoel, 2. Narmada, st. H. H. Tieleman. 12 M2. sharpieklasse, ochtendrace: 1. Dinges, st. W. Nauta, 2. Spitsmuis, st. C. Nauta, 3. Jowie, st. H. Wester; middag race: 1. Jowie, 2. Spitsmuis. Einduitslag: 1. Jowie, 2. Dinges, zelfde aantal punten. Twaalfvoetsjollenklasse, ochtendrace: 1. Waterbaby, st. K. H. Warburg, 2. Door drijver, st. C. H. van Hulst, 3. Sunnu Side Up, st. J. Th. Leenen, 4. Windekind n, st. H. Evers, 5. Hans, st. A. H. van Vliet; middagrace: 1. Black Magic, st. W. Stoutenbeek, 2. Doordrijver, 3. Winde kind H, 4. Waterbaby, 5. Sunny Side Up. Einduitslag: 1. Doordrijver 38 pnt., 2. Wa terbaby 37 pnt., 3. Windekind II 28 pnt. ATHLETIEK NIEUW ZWEEDSCH RECORD SPEERWERPEN. Attervall brengt het op 74,77 M. Het Zweedsche athletiekseizoen is gis teren besloten met internationale wed strijden te Stockholm. De uurs-wedstrijd werd gewonnen door den Finschen ath- leet Kukkonen met een afstand van 17,985 K.M. Tweede werd de Zweed Sun- desson met 17,980 K.M. voor den Deen Jensen met 17,961 K.M. Attervall bewees nog zijn uitstekenden vorm door het Zweedsch record speerwerpen te verbe teren en te brengen op 74,77 M. Welis waar had hij vorigen Zondag tijdens den landen wedstrijd tegen Hongarije te Boe dapest den speer 75,10 M. ver geworpen, maar er stond toen een dergelijke wind. dat deze prestatie wel niet zal kunnen worden erkend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 13