De avontuurlijke opdracht FEUILLETON Naar het Engelsch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). Hij nam een bad, kleedde zich en ging naar zijn zitkamer, waar hij de Times als een scherm tusschen zich en Poole plaatste en zijn best deed om het te doen voorko men, alsof hij iets van zijn ontbijt aange roerd had. Maar Poole, ofschoon zijn ge zicht geenerlei emotie verried, liet zich niet om den tuin leiden. Lindsay duwde zijn stoel achteruit, stond op en sprak snel, luider dan anders omdat het spreken hem moeilijk viel. Maar er zat niets anders op dan den toe ge wij den bediende een verklaring te geven. Ik heb slecht nieuws ontvangen, Poo le. Ik zal het je straks wel vertellen. Ruim af en blijf uit de buurt. Ik moet telefonee- ren. Poole vroeg niets. Toen hij heengegaan was, liep Lindsay naar de telefoon en vroeg het nummer van de Raynes aan. Er lag een obstinate trek om zijn mond: hij was vastbesloten Marian op te zoeken. Niet om haar tot andere gedachten te brengen neen, dank je! Ze had het beste en het mooiste dat hij op aarde bezeten had, ka pot gesmeten en niemand kon het heel ma ken. Maar ze moest en zou hem de reden vertellen. Dat was ze hem schuldig. Hij kreeg de aansluiting en had, na eenig wachten, een kennelijk opgewonden en ademlooze mr. Rayne aan het toesteL Die zei: Hallo, en toen. Ben jij daar Lindsay? Ja, met Lindsay Trevor, was het ant woord. Kan ik Marian aan de telefoon krijgen? Dat denk ik niet. Ja, maar het moet. Lindsay hoorde hem zijn keel schrapen. Het is vervelend heel vervelend. Rayne scheen geen raad te weten met het penibele gevaL Ik moet haar spreken, drong Lind say. Weer schrappte Rayne zijn keel. Het is verduiveld onaangenaam. Had je eenig vermoeden? Neen, antwoordde Lindsay Trevor. Wat je er in geen enkele opzicht op voorbereid? Absoluut niet. Het was als een donderslag aan een helderen hemel voor haar tante en mij het is eh ongelooflijk onaangenaam. Ik wil Marian spreken. Ik geloof niet, dat ze je te woord wil staan. De telefoonjuffrouw kwam tusschenbeide. Drie minuten, waarschuwde ze. Verlengt u het gesprek maar, zei Lindsey scherp. Hij was bang dat Rayne de gelegenheid zou aangrijpen, om af te bellen en vervolg de haastig: Bent u daar nog? Wilt u Marian een boodschap overbrengen? Ik kom vanmid dag. Wiltvu haar dat zeggen? Toen belde hij af Daarop telefoneerde hij Hamilton Raeburn en vroeg hem of hij hem noodig had op kantoor. Raeburn deed vaderlijk, noemde hem „mijn jongen" en verklaarde, dat hij deze week heele- maal niet op hem rekende en besloot met: Men groeten aan miss Marian. Lindsay legde met een smak den hoorn Hij had impulsief gezegd, dat hij des middags bij de Raynes zou komen en vroeg zich nu af waarom hij tot den middag had uitgesteld, wat hij thans reeds zou kunnen doen. Als Marian hem wenschte te ontloo- pen, gaf hij haar zoo allen tijd om haar koffers te pakken en op r$is te gaan. Bij de gedachte dat ze hem op Rayneford zouden zeggen dat hij zijn reis voor niets ge maakt had, werd hij wit van woede. Hij riep Poole, zei hem dat hij dien dag de stad uitging en nam een taxi naar Wa terloo. Gedurende de heele reis naar Guild ford liet hij de laatste drie maanden de revue passeeren, in een gi'mmig besluit de oorzaak te vinden van wat Marian gedaan had. Hij begon bij het begin. Drie maanden geleden had Bertie Raeburn hem meege troond naar een bal bij de Raynes. Hij her innerde zich hoe hij gevraagd had: „Wie zijn de Raynes?" Bertoe had gezegd: Ba den in 't goud, kerel, heusch. Zakenman van grooten stijl landelijk bezit van dui zend acres knap nichtje kans voor jou kom, zie en overwin! Lindsay had gelachen en geantwoord: Ga en win haar zelf! Hoe lang teek dat geleden! Binnen een maand na hun eerste kennismaking had hij Marian gevraagd zijn vrouw te worden en ze had ja 'gezegd. In die maand hadden ze elkaar een keer of tien, twaalf ontmoet. Ze hadden in de stad gedanst en hij een week-einde op Mayneford doorgebracht. De twee maanden van hun verloving wa ren ze geregeld samen geweest. Marian had telkens in de stad gelogeerd bij een paar nichten, die haar graag bij zich hadden vriendelijke oudere dames, die Lindsay am per kende. Eigenlijk wist hij weinig van haar familie of vriendenkring af. Die hij op Raynesfora ontmoet nad, waren zijn genre niet. Rayne verveelde hem. Hij was een van die groote mannen uit de staal industrie geweest en sinds hij zich uit de zaken teruggetrokken had, scheen hij zich alleen nogmaar voor paarden t.e interes seeren. Mrs. Rayne was de saaiste, onbe- nulligste vrouw, die hij ooit had ontmoet. Hij had zich dikwijls afgevraagd hoe Ma rian Marian geworden was. Ze stak toren hoog boven haar omgeving uit. Hij dacht aan de laatste week. Marian was in de stad geweest. Ze hadden samen gedine.erd en gedanst. Er leek niets aan haar geluk te ontbreken. Toen het week-einde. Een drom gasten en koninklijk onthaal. De huwelijksge schenken stroomden binnen, eindelooze sta pels brieven moesten geschreven worden. Ze hadden weinig tijd voor elkaar gehad. Ze was bleek geweest toen hij wegging, maar toen ze elkaar goeden dag hadden gezegdHij kon niet aan dat oogenblik denke nzonder dat er als 't ware vlammen hem uitsloegen. Had ze toen geweten, dat dit het afscheid beteekende. De trein reed Guilford binnen. De dik ke oude heer, die de coupé met hem ge deelde had, nam zijn koffertje op en opende het portier. Lindsay liet hem het eerst uit stappen. Hij had geen haast. Hij hoefde nu niet de minuten te tellen voor hij bij Ma rian was. Het was op dat moment dat hij haar zag. Hij keek door het raampje en zag haar op het perron loopen. Het was alsof ze slaapwandelde, het hoofd hoog opgericht, de oogen wijd open. Haar gezicht was bleek. Ze droeg een bontmantel en een klein zwart hoedje. Een witkiel liep achter haar met een paar handkoffers. Lindsay trok zich vlug terug en sloot het portier. Zijn eerste gewaarwording was bittere woede. Ze probeerde dus inderdaad hem te ontloopen. Maar zijn woede werd gevolgd door een gevoel van boosaardigen triomf. Ze zou spoedig ontdekken, dat ze niet zoo gemakkelijk van hem afkwam! Het was een D-trein, die tot Ports mouth doorging. Ze was vermoedelijk op weg naar het eiland Wight; hij wist, dat de Raynes daar familie hadden. Hij ging weer in zijn hoekje zitten en wachtte tot de trein vertrok. Terwijl de wagons onder de overkapping uitschoven, stond hij op en liep de gang door. Een plan had hij niet; hij had er geen idee van'wat hen doen zou als hij Marian in een volle coupé vond. Maar daar ze eerste klas reisde, was de kans groot, dat ze alleen zou zitten. Ze bevond zich in het derde comparti ment dat hij passeerde. Er stond: „Dames" op en zij was de eenige dame, die er in zat. Hij stapte naar binnen en sloot de deur achter zich. Ze bewoog zich niet. Ze zat bij het ven ster en tuurde naar buiten. Haar hoed en de hooge kraag van haar bontmantel ver borgen haar gezicht. Tordt vervolgd). 3)e £aictocli&6ou/ïa/nt Bij de Ned Scheepsbouw Mij. te Amsterdam is men thans bezig met den bouw van het nieuwe, voor de Stoomvaart Mij. «Nederland» bestemde, passagiersschip, waarvan de kiel reeds bijna vol tooid is Slaats en Pellenaers wonnen den 100 K.M. koppel-wedstrijd in het Volodrome d'Hiver te Parijs. Een moment tijdens de race. De renners in de bocht Een levensgroot portret van H. M. de Koningin is vervaardigd door den Haag- schen kunstschilder G. C. Vrint. Het schilderstuk Is 2 meter hoog en 1.25 meter breed Voor vijf of voor elf maanden? De dienstplichtigen van de nieuwe lichting komen onder de wapenen Drukte voor de Rabenhaupt-kazerne te Groningen Op verschillende scholen in Leeuwarden is men thans begonnen met het geven van onderricht in het telefoneeren. Tijdens de eerste les voor de leerlingen van de Huishoudschool In het Koloniaal Instituut te Amsterdam is een tentoonstelling ingericht van muziekinstrumenten uit den Indischen Archipel. Eenige Indische klankwei ktuigen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5