DE AARDBEVING Om een Kind Een particulier landhuis aan den weg van Solo naar Djokjakarta werd door de hevige aardbeving, die kortelings in de Vorstenlanden heeft gewoed, bijna geheel verwoest Op het traject Maarn-Arnhem, waarvan de electrificatie thans gereed is gekomen, werd Maandag proef gereden met een nieuwen electrischen gestroomlijnden trein. De trein bij het verlaten van Arnhem Dr. H. J. W. Droogleever Fortuyn te Amsterdam zal 9 October a s. afscheid nemen als secretaris der Ned. Maat schappij tot bevordering der Genees kunde Z. Exc. minister prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine heeft Maandagavond in hotel De Witte Brug te Den Haag de officieele opening van den wedstrijd Euwe-Aljechin om het wereldkampioenschap schaken verricht Geheel links, dr. Aljechin De aardbeving in de Vorstenlanden. - In de omgeving van Djokjakarta werden tientallen woningen vernield. De daklooze bewoners van een verwoest dessahuis wachten met Oostersche gelatenheid op de dingen, die zullen komen Het opleidingsschip .Prinses Juliana' in de Amsterdamsche haven was Maandag feestelijk gepavoiseerd ter gelegenheid van de opening der eerste dagnijverheids school voor schippersjongens in ons land te Amsterdam FEUILLETON ROMAN VAN NORBERT GAR AI. 41) Huizen, menschen, lichtsignalen en he vig gebarende verkeersagenten trekken in razende opeenvolging aan Danny voorbij,. Het schijnt, dat in de geweldige verkeers drukte van de binnenstad, het handige mo torrijwiel, dat zich overal doorheen kan wringen, belangrijke voordeelen biedt bo ven den grooten wagen. De afstand tus- schen beiden is kleiner geworden. Maar nu verandert de situatie. Zij zijn op den breeden snelverkeersweg in een der buitenwijken gekomen. Hier staan nog slechts eenige huurkazernes, dan volgen vila's, tuinen, buitenverblijven, wei landen en bosschen. De grijze wagen suist weg. Hemel is dat een tempo.... het is niet houden. Neen, dat redt de motor niet. Steeds verder werkt de grijze limousine zich naar voren, steeds grooter wordt de af stand. Reeds wil Danny de achtervolging opgeven, als een duw in zijn ribben hem dwingt de wilde jacht voort te zetten. Danny weet niet, dat hij met zijn klei nen motor den grooten wagen in een net jaagt, dat steeds nauwer wordt toegehaald. Benett is door den agent op de hoogte ge bracht van het nummer van de limousine en deze heeft het aan verschillende posten doorgegeven. Twee uur, tien minuten.telefonische mededeeling uit Belgravia: Grijze limou sine No. B 1753, achtervolgd door motorrij wiel, straatweg richting Tonbridge. Telefonische waarschuwing aan de poli- tie-autoriteiten: Aanhouden, grijze limou sine B. 1753, komend van Belgravia! De grijze limousine stopt, draait naar rechts, rijdt terug en verliest daardoor tien kostbare seconden. Dan verdwijnt de wa gen in het bosch. De rechercheur buigt zich tot Danny over, roept hem wat in het oor en wijst met beide handen naar rechts op het bosch. Danny slaat de aangeduide richting in. Beiden ziten zij nu op den motor als op een paard. Heuvel op, heuvel af gaat het. 't Is maar goed dat de boomen zoover ven elkaar staan. Over gras, mos en varens bereiken zij een vrij smal boschpad, dat links om een zwart, cirkelrond meertje loopt. Hemel, wat is de grond hier drassig. De motor raast en knettert, alsof hij" aan zijn laatste krachten toe is. Verdraaid, het water spat hen om de bee- nen. Als taai deeg is hier de grond. Dan geeft de motor het op. Hij kan hier werkelijk niet verder; de cylinders staan bijna gloeiend. De rechercheur springt van de duo. Hij luistert.... Ja, daar rechts, niet ver weg dreunt een motor. Af en toe schijnt hü op volle kracht te draaien, dan echter sterft het geluid weer weg. Met groote sprongen rent de rechercheur over den drassigen bodem. Danny zet haas tig zijn motor op den standaard en snelt hem na. Daar zien zij ook reeds de grijze limou sine, idyllisch overdekt door de diepen rij hangende takken van eenige jonge ber ken. De voorwielen zitten muurvast in den weeken grond, terwijl de achterwielen bij elk nieuw aanzetten van den zwaren mo tor als dol in het rond draaien. Gordon springt uit ten wagen en doet nog een zwakke poging om zijn achtervolgers te ontkomen. Maar als hij bemerkt, dat de rechercheur en Danny hem spoedig zullen hebben ingehaald, blijft het met gebogen hoofd staan. Een drinker blijft een drinker. Nicolle en Cocerley zitten in een kamer van de politiepost in Bond Street. Het is him verboden met elkaar te praten en een politie-agent zorgt er voor, dat aan dit ver bod strikt de hand wordt gehouden. Na tuurlijk kan hij niet voorkomen, dat Co- verley en Nicolle elkaar af en toe vroolyk lachend aankijken. Zoo gaat een half uur in zwijgen voor bij. Maar het is het welsprekende stilzwij gen van twee menschen, die elkaar veel te vertellen hebben als maar eenmaal het eerste, verlossende woord is gesproken. Twee, rechercheurs treden het vertrek binnen. Zij hebben opdracht Nicolle en Cover ley naar Scotland Yard te escortee ren. Coverley's cabriolet wordt als „trans portmiddel" gebruikt. Een der beide re chercheurs neemt plaats achter het stuur; de ander gaat tegenover de beide arrestan ten zitten en ook hij let nauwkeurig op, dat het tweetal niet met elkaar spreekt. Nicolle zit naast Coverley. Zij maakt den indruk van een stralende bruid, die naar het stadhuis rijdt. Plotseling begint zij har telijk te lachen en zich tot den rechercheur overbuigend fluistert ze dezen iets toe. De man staatr haar eerst even verbaasd aan, maar dan met zin voor humor de rol van postillon d'amour op zich nemend, wendt hij zich tot Coverley: „Miss Devine laat u zeggen, dat zij voornemens is spoedig in het huwelijk te treden". „In het huwelijk te treden?" vraagt Co verley vergenoegd en blijkbaar allerminst verrast door deze merkwaardige mededee ling. „Trouwen, dat is een heele stap. Dat moet rijpelijk overwogen worden...." ,,'t Is al rijpelijk overwogen", hoort hij Nicolle zeggen. „Trouwen? Een afgemaak te zaakt! Wanneer althans een zekere Con- ny Coverley mijn huwelijksaanzien aan neemt!" „Meisje...." Met goed gespeelde onver schilligheid steekt Coverley een sigaret op. „Ik ben buitengewoon vereerd, dat je.... werkelijk ik kan niet zeggen, hoe verheugd ik benmaar, nog gisteren zei iemand te gen mij, iemand, die me zeer na aan het hart ligt, dat het niet te pas komt een an der z'n verloofde af te nemen, vooral dan niet, wanneer het zoo'n patente kerel be treft als Danny Ward...." „Danny. Haar gezicht betrekt. „Dan ny moet de waarheid vernemen, hij moet weten dat...." Maar de postillon d'amour van de re cherche legt vermanende den vinger op den mond, daarmee zwijgend gebiedend. In Scotland Yard worden Nicolle en Co verley gescheiden. Nicolle brengt drie lange uren van ze- nuwsloopend wachten door in een ruim vertrek, waarin langs de muren banken zyn geplaatst. Eindelijk wordt zij voor Benett geleid. Met welgekozen woorden maakt hij haar zfjn compliment, dat zij zich zoo dapper en verstandig, heeft gedragen. Daarna deelt hij haar mede, dat er voor de poli tie geen reden meer is haar niet nog lan ger vast te houden, daar mr. Gordon, de directeur-generaal der Estna-fabrieken reeds een volledige bekentenis heeft af gelegd. Uit Reeves is weliswaar geen woord te krijgen, maar diens houding is na de bekentenis van Gordon van minder be lang. Coverley's onschuld schijnt voorloo- pig wel vast te staan, zij het dan, dat uiteraard naar deze oude zaak nog offi cieel een hernieuwd onderzoek zal moeten worden ingesteld. Op z'n laatst overmor gen zal Coverley echter wel in vrijheid worden gesteld. De volgende dag is voor de kleine Maud rijk een sensaties. Zij krijgt een mooie, nieuwe jurk aan, die tante Nicolle voor haar heeft meegebracht en dan mag ze met Kitty, Nicolle en Danny in een mooie, blauwe auto mee naar Londen. Zij wordt in een groot huis gebracht met vele gan gen, deuren en vensters met dikke tralies. En een oogenblik later tsaat zij tegen over een grijzen man met een diep ge bruind gelaat, die zich met een grappige grandezza als haar langgezochte „pappa" voorstelt. Zonder eenige verlegenheid neemt Maud haar „pappa" van het hoofd tot de voeten op. Hij schijnt in de smaak te vallen, want zij heeft er niets tegen, dat hij haar op den arm neemt en haar op beide wangen kust. Zij heeft slechts één vraag. Eén vraag, die niemand op het eerste oogenblik vermag te beantwoorden. Namelijk deze: of mamma en daarbij wijst ze op Kitty nu met pappa en Maud op het groote schip gaat om heel ver weg te varen, naar Merika.... (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 12