De strijd in het verre Oosten.
Om een Kind
5)e ttaidAebz ©ouAaiit
Blauw Wit wist beslag te leggen op den beker tijdens de
finale in het Arol-beker tournooi welke Zondag te Amster
dam werd gespeeld. Een snapshot uit den eindstrijd Blauw
Wit-D W.V.
Het Nederlandsch Politie elftal speelde Zaterdag in het Olympisch stadion te
Amsterdam een wedstrijd tegen de Londensche politiemannen. - Spelmoment
voor het doel der gastheeren
ten spe.moment uit den wedstrijd Feyenoord Hermes D.V.S. tijdens het
tou'nooi om den .Zilveren Bal", dat Zondag te Rotterdam werd voort
gezet
FEUILLETON
ROMAN VAN NORBERT GAR AI.
1G)
De, hun langzamerhand als een figuur
uit een sprookje schijnende Conrad Cover-
ley, houdt hun fantasie steeds meer bezig.
Op het bevel tot in hechtenisneming, dat
Kaynes haar laat zien, is een foto geplakt
van een ongeveer vijfendertigjarigen man,
die met een openhartigen blik de wereld
inkijkt.
Het gezicht is ongetwijfeld prettig en
sympathiek. Kitty constateert onmiddel
lijk, dat Maud sprekend op haar vader lijkt
en haar gevoelens jegens dezen, haar nog
onbekenden man, worden uiteraard te zij
nen gunste beinvloed door het feit, dat zij
zich van dag tot dag meer tot zijn kind
aangetrokken gevoelt
Met Nicolle staat de zaak echter anders.
Van haar vader heeft zij een uitermate
sterk karakter en een, alle zijpaden schu
wende oprechtheid geërfd. Haar houding
tegenover menschen en dingen is steeds
duidelijk omlijnd.
Verduistering van fabrieksgeheimen is
een misdaad.
Coverley mag zijn straf niet ontgaan.
Voor zoo'n man kan zij niet de minste
sympathie gevoelen, ook al houdt zij dan
ook van zijn, door een toeval bij haar on
dergebracht kind.
Op een ochtend, als Maud dapper aan
het scheppen is in een, speciaal voor haar
getimmerde zandbak, ontwikkelt zich tus-
schen de beide vriendinnen, Nicolle en
Kitty, een gesprek, waaruit voor het eerst
hun verschil van inzicht blijkt.
Kitty zit op een groote houtkist, de han
den om de hoog opgetroken knieën gesla
gen. Zij draagt een blauw trainingspak,
waarin zij er uitziet als een kleine, blonde
page.
„Stel je voor, Nicolle, we krijgen er nog
een waker bij. Een hond! Mr. Brownell zou
hem vandaag uit Londen meebrengen."
Nicolle maait met een korten sikkel de
wenige vierkante meters gras voor het
huis. Zij draagt een eeuvodige tuinjurk.
„Prachtig? Een hond, een waakhond ont
breekt hier allang."
„Vannacht schoot me plotseling wat te
binnen", piekert Kitty. „Het heeft me een
beetje ongerust gemaakt. Hoe meer ik er
over nadenk, hoe eigenaardiger ik het
vind. Ik moet je eerlijk zeggen, Nicolle die
heele geschiedenis hier...."
Zij wijst op de woning van den postamb
tenaar. Die bewaking en zoo.... Als je
het goed bekijkt, schuilt er iets barbaarsch
in".
„Hoezoo barbaarsch?"
„Ach, je moet er eens goed over naden
ken. Eigenlijk wordt een klein, hulpeloos
kind als lokaas gebruikt
„Hemel, Kitty, wat druk jij je. roman
tisch uit. Een hulpeloos kind als lok
aas
„Nou, is het soms niet zoo? Waarom la
ten zij dan het kind bij ons? Heeft inspec
teur Benett niet uitdrukkelijk verklaard,
dat men verwacht den vader van Maud
binnenkort hier te zullen zien, daar deze
zeker een poging zal doen om zijn kind te
ontmoeten? En van die gelegenheid zal men
dan gebruik maken om eindelijk de hand
op hem te kunnen leggen. Er wordt dus
zuiver gespeculeerd op het vaderlijk ge
voel van dien Coverley. Ik vind die metho
de vrij laag en wij moesten ons toch eigen
lijk schamen om daaraan mee te doen!"
.Breng dat gras liever even bij de ko
nijnen in plaats van je te schamen!" ant
woordt Nicolle, kalm als steeds, wanneer
haar vriendin haar temperament wat al te
veel den vrijen teugel laat.
„Als je het werkelijk nuchter beschouwt
staat de zaak heel anders. Mr. Gordon
heeft een brief ontvangen, waarin men hem
met den dood bedreigt als hij het kind niet
bij ons laat. De man is begrijpelijkerwijze
door deze dreigbrieven nerveus geworden.
Daarom laat hij het kind ook hier en voor
het overige zorgt hij er slechts voor dat alle
noodige maatregelen worden getroffen.
Nicolle richt zioh op. De sikkel, welke
zij nog in de hand houdt, blinkt in de zon.
„Je schijnt heelemaal te vergeten, Kitty,
dat reeds één mensch in deze geschiede
nis er het leven bij heeft ingeschoten. Het
is duidelijk, dat de politie alles moet doen
om een tweeden moord te voorkomen,
waarbij Coverley de hand in het spel zou
kunnen hebben."
„Waarom neem je eigenlijk zoo zonder
meer aan, dat Coverley op een of andere
manier bij den moord op de heide bij Ken
sington betrokken is?"
Nicolle haalt de schouders op.
„Dat veronderstel ik zoo maar."
,,'t Lijkt me nog zoo kwaad niet, dat ju
risten louter op veronderstellingen afgaan.
Mr. Nicolle Osborn verondersteldt, dat Co
verley een moordenaar is. Arme Coverley!
Reeds bij voorbaat veroordeeld, onthoofd
en begraven
Tegen den middag keert rechercheur
Brownell, die 's morgens op de fiets is weg
gereden, uit Londen terug. Aan een riem
leidt hij een geweldige Deensche dog. Het
is een prachtig dier, zwart met groote,
witte vlekken. De hond luistert naar den
sprookjesachtigen naam, Fan en zijn taak
zal zijn het huisje te bewaken.
Brownell prent, terwijl Kaynes geïnte
resseerd toekijkend tegen de schutting
leunt, de beide vriendinnen de comman
do's in, waarop de dog gedresseerd is.
Zonder veel ijver aan den dag te leg
gen. alsof hij wist, dat niet hij het is, die
hier iets te leeren heeft, maar de beide meis
jes, reageert Pan op de commando's: hij
bromt, slaat aan, legt af en strekt alle vier
zijn pooten uit, alsof hij dood is.
Officieel geldt de kennismaking echter
pas dan voor geëindigd, als Pan, zij het dan
niet alvorens daartoe met een blik van
Brownell toesteming te hebben verkregen
de hem door Nicolle en Kitty voorge
houden stukken vleesch heeft verorberd.
Dan wordt Maud er by gehaald. Bij het
zien van het geweldige dier, vlucht zy,
door een panische schrik bevangen, naar
Kitty. Het is natuurlijk dwaasheild te ge-
looven, dat een hond kan lachen, maar de
blik, waarmee Pan door de samengekne
pen oogleden het schreiende meisje aan
gluurt, vertoont toch iets van verborgen
vroolykheid.
Het gelukt Kitty echter spoedig Maud's
vertrouwen voor Pan te winnen, als zij
haar, geheimzinnig fluisterend, het nieu
we verhaal vertelt van den sprookjesprins
Pan, die zich in een grooten hond heeft ver
anderd om de kleine Maud te beschermen.
Doch de idylle wordt helaas vroeg ver
stoord. Een agent met een rijwiel verschijnt
aan den ingang van den tuin. De beide re-
J chercheurs haasten zioh naar hem toe. Op
fluisterenden toon wordt even beraad
slaagd, een kort excuus van Kaynes, dan
spoedt het drietal zich naar de woning van
j den postambtenaar en enkele minuten la-
I ter zien de beide meisjes Kaynes en Brow
nell haastig wegfietsen.
Danny komt in opstand.
Het valt niet mee om moeilijke, de uiter
ste concentratie vereischende berekeningen
voor de constructieplannen van een groote
spoorbrug te maken, als de zon met tro
pische gloed op de schrijf- en teekentafels
schijnt.
Dat. ervaart Danny, als hij op zijn bu
reau in de EsLnafabrieken tevergeefs zijn
gedachten bij elkaar tracht te houden, ner
veus de lange rijen cijfers op een blocnote
krabbelt, maar intusschen overweegt, dat
daarbuiten aan de Theems elk oogenblik
belangrijke gebeurtenissen kunnen plaats
hebben.
De zaak-Coverley heeft plotseling deze
onrust in Danny's leven gebracht.
Het is een miserabel gevoel de beide
meisjes in gevaar te weten, terwijl men
zelf zoo ver buiten schot moet blijven.
En dan is er nog iets wat hem hin
dert.
Kaynes.
Die heeft zich daar maaT rustig in de
woning van den postambtenaar Bodkin ge
nesteld en zit waarschijnlijk den heelen lie
ven dag bij de beide meisjes.
Danny slaakt een diepe zucht.
(Wordt vervolgd).