Het Kampvuur gloeit in het duister DINSDAG 3 AUGUSTUS 1937 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 Gezellig gedrang op de Jamboree Wie zijn de beste Padvinders B. P. glanst van tevredenheid HOE DRUK HET WEER WAS. Ook gisteren is het op de Jambo ree weer een drukte van belang geweest en er waren tal van mo menten dat men op de breede Baks- laan zich slechts schuifelend in de richting van den hoofdingang van het terrein kon voortbewegen. Des middags lijkt het kamp wel een ker misterrein, maar dan dat van een kermis uit den goeden ouden tijd, en vooral op het centrale punt, het groote marktterrein, kein men elkaar soms nauwelijks passeer en. Het is één wriemelende massa en velen, die elkaar hebben beloofd op de Jamboree samen te komen, moeten, wanneer zij geen bepaalde plaats van ontmoeting hebben af gesproken, tot de teleurstellende ontdek king komen, dat zij den middag maar op hun eentje moeten doorbrengen. Vervelen doen zij zich dan echter ook niet, want er is zooveel interessants te zien. Allen keeren na het bezoek met prettige indrukken huiswaarts en velen zullen onge twijfeld hun bezoek nog eens herhalen. Hoewel het heden welpendag is, waren er gisteren reeds zeer veel van deze aspi rant-verkenners op het terrein en het was interessant te zien, hoe deze kleinen ook al waren aangetast door den hier bestaan- den ruilhandel, en hoe zij belust waren op handteekeningen, welke hun groote broers met goedmoedige bereidwilligheid in hun boekjes plaatsten. „Change!" hoorden wij een welp je vragen, waarbij hij een mes liet zien Zijn oogen gingen daar bij hunkerend naar een dasspeld van een grooten Amerikaanschen scout en deze gaf glimlachend aan het verzoek gevolg en vol vreugde toonde de welp zijn nieuw bezit aan zijn akeela. Dergelijke tooneeltjes kan men dagelijks duizenden malen mee maken en deze geven mede luister aan de gezellige sfeer, welke op de Jamboree heerscht. Een onderhoud met Baden Powell WIE ZIJN DE BESTE PADVINDERS? „Nog nooit sedert het jaar 1212 zijn er zooveel jonge menschen uit alle landen der aarde bijeen ge weest als thans; toen was het, om dat zij ter Kruisvaart meenden te moeten trekken naar het Heilige Land om het werk, dat him vade ren niet hadden kunnen voltooien, tot een goed einde te brengen He laas, zij bereikten him doel niet. Maar er is niettemin een typische overeenkomst tusschen het doel van dezen massalen Kinder-kruistocht en de Jamboree der padvinders. Immers, de jeugd van alle landen tracht thans ook een doel te be reiken, waarbij de ouderen jam merlijk tekort zijn geschoten: de verbroedering der naties en de be vestiging van den wereld-vrede. Nu, twintig jaar na den vrede van Versailles, is er nog geen vrede alom, maar de jeugd is er op uit, den vrede op te bouwen door thans reeds die onderlinge vriendschaps banden te sluiten en, ofschoon dit groote werk nog in de kinderschoe nen staat, geloof ik, dat wij het wel tot een goed einde zullen bren gen...." Zoo sprak Lord Baden Powell of G i 1 w e 11, de Chief Scout der padvin dersbeweging, gisternamiddag tijdens een interview, dat hij in het hoofdkwartier van de Wereld- Jamboree vertegenwoordigers van buitenlandsche en binnenlandsche pers toestond. Het interview werd geleid door C R. T. baron Krayenhoff, den voorzitter van de pers- en propaganda-commissie van de Jamboree. „U bent reeds eerder in Holland ge weest", zoo leidde deze het gesprek in, „maar we zouden nog eens graag van u hooren, welken indruk u van ons land hebt. En bevalt u Vogelenzang? Bent u voldaan over het kampterrein. Lord Baden Powell, de grijze Chief Scout, die er echter nog steeds jeugdig uitziet, glimlacht en zegt aarzelend: „Ik verheug me er over, dat deze Jamboree hier in Hol land gehouden wordt. Zooals ik Zaterdag reeds in mijn antwoord op de rede van H. M. de Koningin heb gezegd, kennen wij Nederland alleen als het land met zijn grootsche historie, met zijn ontdekkingsrei zigers en zijn vele groote mannen op ge bied van kunst en wetenschappen. Maar bovenal omdat dit een land van den vre de is geworden, binnen welks grenzen reeds vele conferenties en besprekingen in het belang van den wereldvrede zijn ge houden. En reeds daarom alleen is Neder land een ideaal land voor een gebeurtenis als de Jamboree. Bovendien is het kamp terrein prachtig gelegen. „En dat de Jamboree een succes is, hebt u allen gisteren en vandaag al kunnen be merken. Dat is niet in de laatste plaats te danken aan hen, die zich met de orga nisatie en de leiding hebben belast; dat zijh menschen, die weten, wat werken is! Daar is b.v. de uitgebreide organisatie van de voedselvoorziening, de politie, het hos pitaal, onderdeelen van de Jamboree, die alle uitstekend functionneeren. En aan die goede organisatie is het te danken, dat de Jamboree uit materieel oogpunt ongetwij feld een succes zal worden." Lord Baden Powell vergeleek toen de Jamboree met den Kinder-kruistocht van 1212 en legde er nogmaal sden nadruk op, dat de padvindersbeweging nog maar pas begonnen is en de „goodwiH"-gedachte nog steeds goeiende is. „Vriendschap tusschen de landen, hechte banden van verbroede ring tusschen alle naties, ongeacht, ras, politiek of geloof, dat is ons doel!" riep de Chief Scout met verheffing van stem uit „U begrijpt, dat wij er ons zeer over ver heugen, dat u Holland waardig hebt ge keurd voor de Jamboree", merkte baron Krayenhoff op. „Wij zijn blij, dat Holland ons heeft uit- genoodigd.antwoordde Lord Baden Powell onmiddellijk ad rem! „Welke indruk hebt u gekre- ge van de Nederlandsche padvin ders?" „De Nederlandsche jongens lij ken zooveel op de Engelsche, dat ik ze eigenlijk als dezelfde be schouwantwoordde de Chief Scout lachend, „I am very fond of the Dutch boys!" „Wat valt u op, wanneeh u deze Jambo ree vergelijkt met de vorige!" werd er ge vraagd. „Och, alle Jamborees zijn vrijwel ge lijk", was het antwoord, „het eene land is misschien wat meer géschikt, omdat het wat gunstiger gelegen is, maar een be paald opmerkelijk verschil bestaat er tot nog toe niet tusschen deze groote kamp feesten. Wat wel zeer verheugend is," is, dat wij hier zoo ver van de groote stad zitten; trouwens, dat moet ook voor een goed kampeerterrein. „Welke indruk hebt u gekregen van het Nederlandsch-Indische contingent?" „Very nice; they were excellent!" Een vertegenworodiger van enkele Hon- gaarsche dagbladen vroeg uiteraard of Lord Baden Powell ook een vergelijking kon trekken met de Jamboree die enkele jaren geleden in Gödöllö is gehouden en deze in Vogelenzang. „In Gödöllö hadden we de heuvels dicht bij en konden de jongens veel aande zweef- vliegsport doen. Dat was wel een voordeel en dandat mooie weer.... Maar hier hebben we de zee vlakbij!" haastte de Chief Scout er aan toe te voegen Een der Fransche journalisten stelde een bijzonder aardige vraag, waarop Lord Ba den Powel een even gevat antwoord had. De vraagt luidde: „Hoe zoudt u op deze Jamboree uit al de padvinders, die hier te zamen zijn, die verkenners kupnen kiezen, die het best padvinder zijn?" „De beste padvinders?" Even dacht de Chief Scout na. „Dat zijn zij, die hier de meeste vrienden maken! Vriendschap, niet alleen voor het oogenblik, niet voor twee weken, maar vriendschap voor al tijd, vriendschap, die onderhou den moet worden door correspon dentie, door elkar op te zoeken." Het korte, doch aangename onderhoud met „B P." was daarmee ten einde. GROOT KAMPVUUR. Op de gpoote kampvuurplaats is gister avond het eerste kampvuur gehouden, waarbij ook publiek was toegelaten. Naar schatting waren ongeveer tienduizend be langstellenden aanwezig. Het is een ideale plaats voor een kampvuur, waarbij het pu bliek van glooiende hellingen alles kan gadeslaan. Nadat het vuur op Indiaansche wijze door middel van bogen op het podium was ge maakt, sprak de kampvuurder als volgt: Roode gloed, roode gloed, Uw honger zal worden gevoed, Vergeet ons niet, heete gloed, Gij doet ons goed, Als het jaar ten einde spoedt, Verwarm ons met uwen gloed. Onderwijl was het vuur naar de brand- plaats gebracht, waar het raadsvuur werd ontstoken, waarna de leider vervolgde: Witte gloed, witte gloed, Blinkend in den nacht. Van u wordt ons het heil verwacht. Zooals de vlam ten hemel stijgt, Zoo moge ons leven gericht zijn. Zooals de houtblokken in gloeihitte zijn, Zoo moge ons streven gericht zijn. Zooals het vuur onzen kring verwarmt, Zoo moge het de wereld verwarmen. Deze woorden geven duidelijk de betee- kenis weer, welke aan een kampvuur moet worden gehecht en de deeltiemers zijn daarvan ook allen diep doordrongen. Men moet zoo'n kampvuur hebben mee gemaakt. om de eigenlijke stemming te kunnen aanvoelen. Met het opzeggen van de Padvinderswet door een aantal verkenners, nam 't eigen lijke kampvuur een aanvang, waarbij de kampvuurleider, de heer van Voorthuizen, zeer spoedig de meest geestdriftige stem ming onder de duizenden wist te brengen. Op begeesterende wijze wist hij de massa te doen mee-yellen en zijn yell „Vogelen zang" op het slaan van den big-ben was een kostelijke vondst. Alle nummers van het programma, welke verder werden opgevoerd, stonden op hoog peil. We willen hiervan slechts noemen de schitterende weergave door de Indische jongens van een vischvangst in de Mol uk - sche Zee, welk nummer buitengewoon in den smaak viel. Hoe later het werd en de duisternis be gon in te vallen, des te fantastischer werd het kampvuur, waarvan de vlammen hoog oplaaiden en de aanwezigen in breeden kring belichtten. Het was een mooie avond en ongetwij feld zullen velen opnieuw van de gelegen heid gebruik maken Woensdag en Zater dag eenzelfde kampvuur mee te maken. PRINS TSJITSJTBOE BEZOEKT HET JAPANSCHE KAMP. Om vijf Uur gistermiddag heeft Prins Tsjitsjiboe een bezoek gebracht aan het Ja- pansche kamp. Er was een macht menschen voor uitgeloopen naar de kleine ruimte, waar de Japanners, achter de heuvels, die het kampterrein van de arena scheiden, een kleine ruimte hebben gereserveerd. Er was nu een feestelijke versiering aange bracht en het contingent had zich voor de ontvangst van den Prins met zorg gekleed. Varia U kunt het misschien iets eigenaardigs vinden, dat ik u op Maandag een hors d'oeuvre-schotel voor wil zetten, maar deze voormiddag heb ik werkelijk niets anders klaar kunnen krijgen. U zult zien, het was werkelijk hors d'oeuvre varié. Een hopeloos geval indien zoo iets bij verkenners be staat. Natuurlijk maak je plannen, je doet dit zelfs iedere morgen weer opnieuw, als je voor de krant uitgaat, hoewel er vaak niets van terecht komt. Deze morgen trok ik uit in subkamp L waar ik mijn zomerhuis betrokken heb. „Op nieuws uit" zeggen ze als ze m'n notablok bespeuren. Deze morgen vroeg me evenwel een van de jongens heel iets anders. Ik zou dat haast een hopeloos geval kunnen noemen, als er die voor verkenners bestaan ten minste. Daar had me de patrouilleleider in de keuken brood, haring, melk, chocolade poeder, aardappelen en havermout. Voor ik m'n kamp verliet vroeg hij me, wat hij nu klaar moest maken voor den middag. Ik heb het wijselijk aan hem overgela ten en was alleen nieuwsgierig, wat ik 's middags te eten zou krijgen. Zal ik het u zeggen? De kok had puike havermout gekookt, brood met haring is een echt Hollandsch eten en wat zou u denken van een kop chocolade na? Was dat nu hors d'oeuvre? Wat een verkenners-maag lijden kan! De beminnelijke Prins. Maar ook mijn wedervaren van dien voormiddag was van denzelfden aard als het menu van den kampkok. Ik zou op zoek gaan naar de Oostenrijkers, want men had mij gevraagd, zooveel mogelijk inlichtingen in te winnen over Scouting in de wereld. Maar mijn weg naar Oostenrijk leidde langs Finland. Dat zijn aardige frissche kerels. Daar zat er een op zijn gemak zijn kameraad uit te teekenen. Een aardig Tno- ment om even te kieken, dacht ik. En ter wijl ik rustig me met mijn object bezig houd, is ondertusschen Prins Gustaaf Adolf bij hen op bezoek gekomen. Een eenvou diger en rustiger verkennersleider kunt u zich moeilijk voorstellen. De prins praat met de leiders en verkenner? alsof hij in het Finsche kamp thuis hoort, kruipt een tent binnen en terwijl heb ik mooi de ge legenheid om te kieken. De Prins informeerde, waar ik was in gedeeld in het kamp en of ik er veel werk had. Ik heb maar geen wedervragen ge steld, hoe aanlokkelijk het was deze onge vraagde gelegenheid te benutten voor een interview, ik heb hem gewaardeerd om z'n beminnelijkheid, waarmee hij met iederen broeder verkenner omgaat en wilde die heerlijke sfeer niet verstoren. Wel heb ik beloofd een afdruk van de foto's op te sturen. Frankrijk-Polen. Dit is nu geen verdrag tusschen twee naties of ook geen voetbalmatch, maar een echte verbroedering was het zeker. Wappe rende vlaggen, schettterende muziek. Dat kun je hier ieder oogenblik van den dag hooren. Sommige contingenten hebben heele muziekcorpsen van verkenners mee gebracht. In keurige formatie rukten de Polen uit, de rood witte vlaggen wap perden, het koper schetterde. De kleine ver kenner, die op wacht stond bij de poort van het Fransche hoofdkwartier was niet uit het veld geslagen, toen hij die heele groep door het kamp recht op zich zag aanko men, maar diende ze heel correct aan bij den Franschen hoofdverkenner. Toen kwam er in enkele oogenblikken een ongekend leven in het Quartier General des Scouts de France. Er werd geyelld, ja zelfs ge speecht. U heeft wel eens van Fransche welsprekendheid en geestdrift gehoord; hier had u ze. Twee volkeren verbroeder den in zekeren zin in hun jeugdige verte genwoordigers. Als de Jamboree voorbij is, moeten ze de verkenners afvaardigen naar Congressen en Conferenties enz. U zult zien, ze zijn er in een minimum van tijd mee klaar en het is zeker goedkoop, want ze kampeeren im mers toch. Bezoek in het kamp. Gisteren voor het eerst kwam er bezoek in het kamp. En niet mis: 40 duizend, de eerste Zondag. De andere dagen waren het enkel persmenschen of fotografen, die eens kwamen kijken. Van beide wil ik u iets vertellen, maar het eerste houd u voor u, dat spreken we af. In de vroegte komt er een fotograaf op bezoek en maakt enkele opnamen en ter wijl hij even wacht in een tent steekt hij een sigaar op. Een leider fluistert den an der wat in. Er was een sigaar in het kamp! Gelukkig merkte de fotograaf bijtijds, waarom hij wat lang moest wachten: de twee leiders genoten mee van de heerlijke sigaar, ze hadden het heele kamp nog niet gerookt. Maar vertelt u het niet verder, want anders achterhaalt de eene leider, die de gekregen sigaar bewaren wilde, waar om hij 's avonds vergeefs ernaar gezocht heeft Op den middag begint de stroom van de duizenden, die het kamp komen bezoeken. Een dame en een heer informeeren naar subkamp VIII. Ze hebben al een kwartier geloopen. Ik roep mijn plattegrond ter hulp om des te beter den weg te kunnen wij zen. En als ik het gevonden heb en ik hen zeg, dat het wel bijna een half uur loopen is, verzucht de dame: in die tijd ben ik met het vliegtuig van België gekomen! Ik vertelde in het begin, dat ik op weg was naar Oostenrijk om te informeeren naar verkeennen bij hen en vooral iets te weten te komen van het godsdienstig le ven. Ik vond eindelijk een aalmoezenier. Dat is niet zoo eenvoudig als bij ons, want de meeste buitenlandsche aalmoezeniers dragen een verkenners-uniform. Doch de aalmoezenier was zoo druk bezig met za gen en spijkeren van een eerepoort, dat ik hem aan het werk gelaten heb. Toen ben ik gaan doen als een echte Jamboreeër. Ik ben gaan changen. De nieuwste Oostenrijksche postzegels! De demonstraties beginnen. Maandagmiddag zijn ook de demonstra ties in de arena begonnen, die toegankelijk zijn voor het publiek. Terwille van het pu bliek hebben de contingenten nogmaals ge defileerd voorbij de officieele tribunes, hoe wel maar met een klein gedeelte van hun contingent. Maar alle naties trokken weer met hun vlaggen voorbij. De arena lag daar wijd en breed uitgestrekt in den koelen middag. De dubbele rij vlaggen van alle deelnemende naties wapperde met hun verscheidenheid van kleuren tegen den verren achtergrond van boomen en land huizen, terwijl het breede grasveld van de arena vol stroomde met de verkenners, die dezen middag zouden demonsreeren. Het meest interessante was wel de dui zend Schotten, die in hun rokjes en witte shirts Schotsche dansen uitvoerden. Mid den op het veld stelde zich hun band van pijpers op ,die de dansen begeleidden. Dit was zoo fleurig en zoo rythmisch, dat ieder een er zich over verwonderde. In groepen van circa 20 dansten de duizend Schotten met een regelmaat, alsof het er een paar dozijn waren. Ook de Nederlanders hebben dezen mid dag gedemonstreerd.. Ze zijn nogal veelzij dig opgetreden. Ropespinning,-seinen, tent- opzetten, vendelzwaarien, het zijn nog maar enkele vaardigheden, die werden ge toond. Ook dezen middag had de Chief Baden Powell met echtgenoote en dochter weer op de tribune plaats genomen. Deze keer vertrok hij evenwel voor de afloop. Ik heb een vaag vermoeden waarom. Het ver luidt n.l. in het kamp, dat B. P. vo rige Zaterdag moeite had uit de enorme menigte van enthousiaste jongens weer weg te komen. Hij was werkelijk verloren geraakt tusschen zijn vrienden. I. v. B. 6 Voor het eerste kampvuur, dat Haandagavond op de Wereldjamboree te Vogelenzang werd ontstoken en waarbij het publiek tegenwoordig mocht zijn, bestond een enorme belangstelling

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5