Een trouwe schildwacht
uit het jaar 1787 geëerd
ons
De groote Kerk te
Alkmaar
Communistische activiteit in
land neemt toe.
DINSDAG 27 JULI 1937
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
Monument Christoffel
Pullmann
Onthuld door Prinses Juliana
Vandaag is het anderhalve eeuw geleden,
dat de grenadier Christoffel Pullmann,
schildwacht voor het paleis te Soestdijk,
als „ehrlicher kerl" den dood boven de on
trouw koos. Het eenvoudige houten ge-
denkteeken bij het paleis Soestdijk, dat de
nagedachtenis aan deze heldendaad leven
dig heeft gehouden, is thans door een waar
diger monument vervangen.
Hedenochtend heeft H. K. H. Prinses Ju
liana, het nieuwe bronzen standbeeld van
den trouwen grenadier, dat door mej. I.
Aa van Beeck Calkoen in opdracht van de
koninklijke vereeniging „Ons Leger" is
vervaardigd, in tegenwoordigheid van Z.
K. H. Prins Bernhard en vele autoriteiten
onthuld.
Te elf uur arriveerden H.H. K.K. H.H.
Prinses Juliana en Prins Bernhard bij het
monument, waar de stafmuziek uit Amers
foort hen met het spelen van het „Wil
helmus" verwelkomde. De vorstelijke per
sonen onderhielden zich eenige oogenblik-
ken met eenige genoodigden waarna de
waarnemende voorzitter van „Ons Leger",
gep. kolonel K. E. Oudendijk, een rede uit
sprak.
De vraag zij gesteld, aldus ging spreker
voort, „wat is de bedoeling van deze
plechtigheid?" het antwoord is: „wij willen
heden met diepen eerbied hulde brengen
aan de nagedachtenis van een eenvoudigen
soldaat, die liever sterven wilde, dan zijn
soldatenplicht verzaken, wij willen de ele
mentaire soldatendeugd eeren van trouw
te zijn tot in den dood. Wat is er dan ge
schied in den nacht van den 27sten Juli
1787, toen Christoffel Pullmann op post
stond op denzelfden plek, waarop wij nu
het voor hem opgerichte gedenkteeken zul
len vernieuwen? Als wij ons van het ge
beurde van dien nacht eenigszins juist re
kenschap willen geven, dan zijn het helaas
geen schoone bladzijden, welke wij daar
toe in het geschiedboek van ons volk moe
ten opslaan. In ons land heerschte ver
deeldheid. Oranje-gezinden en patriotten
waren in feilen strijd gewikkeld. De Sta
ten per Provincie Holland hadden troe
pen en vrijkorpsen in de Provincie Utrecht
gelegd, om Prins Willem V met zijn troe
penmacht, dat was dus met het leger der
Vereenigde Provinciën het leger van
den geheelen Nederlandschen staat bui
ten Utrecht en Holland te houden. Daarom
waren de Prinsgezinde Staten van
Utrecht uit de hoofdstad hunner provincie
naar Amersfoort getrokken.
In Juli 1787 lag het leger der Staten-Ge-
neraal onder bevel van kapitein-generaal,
den Prins van Oranje, met zijn hoofd
macht in het kamp bij Zeist tey sterkte van
ongeveer 3500 man. De tegenpartij wapen
de zich geducht. Te Utrecht lagen onge
veer 7000 man, voor een groot deel wei
nig geoefende vrijkorpsen met 200 stukken
geschut.
De Patriotten trachtten in dien tijd van
spanning, dus in Juli 1787, de troepen
macht van den Prins, van Utrecht uit,
voortdurend te verontrusten dpor uitzen
ding van de tachementen, meestal des
nachts, naar de voorposten en wachten van
het leger van den Prins. In den nacht van
26 op 27 Juli rukte een detachement van
ongeveer 500 man uit Utrecht naar Soest
dijk om het bewakingsdetachement van den
Prins aldaar te overrompelen. Dit mislukte
doordat bij den driesprong van het Prin-
Duister gewoel van
partij en organisaties
Talrijke gevallen van ronselarij voor het
roode Spanje zijn er een
onderdeel van.
VERDACHTE ELEMENTEN BINNEN
ONZE GRENZEN.
Aan de T ij d onlleenen wij het volgende
artikel:
Sedert de maand April is er te Amster
dam, doch ook in grootere en kleinere ste
den van ons land en o.m. in het grensge
bied een verhoogte activiteit weer te ne
men onder de besturen en leden van de
C. P. N. Communistische Partij Neder
land. Ook bij mantel- en onder-organisaties
van deze partij en andere uiterst linksche
groepen, I. R. N. Internationale Roode
Hulp Nederland wordt de laatste maan
den en vooral de laatste weken een intense
actie ontplooid. Van deze actie valt tot op
dit oogenblik voor niet-ingewijden weinig
te bespeuren, en toch is de uitwerking hier
van grooter dan menigeen zou denken. Be
wijzen zijn hiervoor aan te toonen, want
vooral de laatste maanden zijn aan Justitie
en Politie-autoriteiten talrijke gegevens in
selijk paleis een man op wacht stond, die
slechts één plicht kende, n.l. de soldaten-
plicht. Een man, die toen de aanvallers
hem trachtten over te halen om zijn wa
pens af te geven en de wacht niet te al
armeeren, daar hij anders zou worden ge
dood, alleen maar wist te antwoorden:
„ich bin ein ehrlicher kerl" en daarop het
alarmschot loste, Dit schot boette hij op
hetzelfde oogenblik met zijn leven, maar
de wacht vloog in het geweer en het Prin
selijk paleis werd op den overmachtigen
aanvaller behouden. Wat zich op dat oogen
blik op dien eenzamen post in het nachte
lijk duister heeft afgespeeld, was een hel
dendaad van het zuiverste gehalte. Het is
die verheven soldatendeugd van den ge
wonen plichtsgetrouwen soldaat, die wij
hier willen eeren. Christoffel Pullmann
stierf hier voor 150 jaar den heldendood in
dienst van het Huis van Oranje. Het is
daarom een mooie gedachte, dat aan
stonds een afvaardiging van de „Bond van
ridders der Militaire Willemsorde beneden
den rang van officier", dat is dus een af
vaardiging van mannen, die ook eenmaal
met moed, beleid en trouw hun leven heb
ben gewaagd voor Vorstenhuis en Vader
land, aan den voet van het nieuwe ge
denkteeken een krans zal neerleggen.
Het nieuwe gedenkteeken, ter eere van
Pullmann opgericht, aldus ging spr. voort,
stelt een schildwacht voor in de uniform
van 1787, in verdedigende houding met den
vinger aan den trekker om het waarschu
wend schot af te geven, dat naar hij weet
hem het leven zal kosten. Het ontwerp is
van mej. van Beeck Calkoen.
Het eenvoudige veelzeggende opschrift
hebben wij van het oude gedenkteeken
overgenomen: „Christoffel Pullman, gre
nadier van de lijfcompagnie in het regi
ment infanterie van den Prins van Hes-
sen-Darmstadt, oud 28 jaren, verkiezende
liever het leven te verliezen dan zijn wa
pens over te geven, in den nacht van 27
Juli 1787."
Hij viel in dienst van het Huis van Oran
je, hij bewaakte het paleis, dat nog niet
lang geleden werd bewoond door H. M. Ko-
nin-Moeder, die jaarlijks op 27 Juli aan
het oude gedenkteeken een krans liet hech
ten ten blijke dat H. M. zich steeds Pull-
mann's schoone daad herinnerde.
Thans is het oogenblik gekomen, dat de
onthulling zal geschieden, en spr. verzocht
derhalve eerbiedig H. K. H. Prinses Ju
liana deze handeling te willen verrichten.
Prinses Juliana gaf aan dit verzoek ge
hoor en ontdeed het nieuwe gedenkteeken
van zijn omhulsel.
De kolonel zeide vervolgens, dat de ko
ninklijke Nederlandsche Vereenigiiig „Ons
Leger", alsnog een bronzen plaat op het
gedenkteeken zal laten aanbrengen, die er
steeds aan zal herinneren, dat onze geliefde
en hoogvereerde Prinses dit gedenkteeken
heeft onthuld.
Hierna legde een afvaardiging van den
„Bond van ridders der Militaire Willems
orde beneden den rang van officier" een
krans op het nieuwe gedenkteeken.
Na deze plechtigheid klonken comman
do's en begon het défilé der troepen voor
de beide vorstelijke personen langs den
betonweg naar Bilthoven, waarlangs zich
intusschen ook de genoodigden hadden ge
schaard Achter de troepen sloten zich de
deputaties van de plaatselijke Oranjever-
eenigingen aan, welke bij het passeeren het
Prinselijke Paar enthousiast toejuichten.
De plechtigheid had ruim een uur ge
duurd, toen de beide vorstelijke personen
zich in het paleis terug trokken.
Nadat kolonel Oudendijk het gedenktee
ken aan de intendant van het koninklijk
paleis jhr. de Jonge van Zwijnsbergen had
overgedragen, vereenigden de genoodigden
zich nog korten tijd in het hotel Trier.
handen gevallen. Beide officieele lichamen
bewaren echter over de verschillende ge
vallen, die hun ter oore kwamen en waar
over een onderzoek is ingesteld met of
zonder resultaat een vrijwel volkomen
stilzwijgen. Deze stilzwijgendheid van de
autoriteiten was misschien in bet belang
van het onderzoek noodzakelijk en zelfs ge-
wenscht, doch nu er de laatste weken tal
rijke gevallen van ronselarij bekend zijn
geworden, waarin Communisten indivi
dueel of communistische organisaties de
hand hebben gehad, zijn wij van mee
ning, dat deze stilzwijgendheid thans geen
voldoende reden meer heeft om te worden
gehandhaafd.
Ook onder de politie-autoriteiten zijn er
verschillende functionarissen deze opvat
ting toegedaan, voornamelijk onder het mo
tief: „Een gewaarschuwd man geldt voor
twee". Wat toch is het voordeel om publi
citeit te geven aan het communistisch ge
wroet door middel van openbaarmaking in
„de Pers"? Onomwonden staat vast, dat er
zeer veel in den lande zijn, die wanneer zij
in de dagbladen opmerkzaam zijn gemaakt
op het feit, dat er door binnen- en buiten-
landsche communisten intensief gewerkt
wordt om ook ons land en een aantal van
zijn inwoners deelachtig te doen worden
aan de „Russische zegeningen" zooals men
die in de Sovjetrepublieken kan beleven en
zooals ze nog iederen dag m het Nederland
sche Communistenblad worden aangepre
zen en opgehemeld als komende uit het
land te vergelijken met een aardsch para
dijs, voorzichtig zullen worden en niet zoo
gauw meerop aanbiedingen en verkokkin-
gen van de handlangers van Moskou zullen
ingaan.
Ook zullen er zijn, die by het lezen van
deze mededeelingen zich plotseling „iets"
herinneren, wat zich in hun onmiddellijke
omgeving heeft afgespeeld en zich ver
plicht gevoelen de politie-autoriteiten van
een en ander op de hoogte te stellen. Dat
deze laatste veronderstelling juist is geble
ken, hierover zouden inspecteurs en recher
cheurs van de Centrale Recherche te Am
sterdam, waar zich tevens de centrale be
vindt voor het nagaan van personen ver
denkt, meer kunnen vertellen.
Nadat de laatste weken berichten ver
schenen over het ronselen van personen,
inwoners uit verschillende plaatsen van ons
Rijk, dor binnen- en buitenlandsche com
munisten en Giterst linksch georganiseer-
den, zijn er bij genoemde centrale tientallen
brieven binnengekomen uit alle deelen van
ons land van plaatselijke politie-autoritei
ten en particulieren, waarin wordt mede
gedeeld, dat die en die, woonachtig te
sinds zooveel weken-maanden, verdwenen
is.
Vermoedendienstneming in het
Spaansche regeeringsleger. Geronseld of
vrijwillig? Men vermoedt het eerste en op
nieuw vraagt men de hulp en medewerking
in het zooveelste geval van de Amster-
damsche Centrale Recherche, Afdeeling
„Ronselarij".
Door langdurig eigen onderzoek en waar
devolle mededeelingen van de zijde van de
politie uit verschillende plaatsen, zijn wij
in de gelegenheid meèr openbaarheid te
geven aan het werken en wroeten van bin
nen- en buitenlandsche communisten in ons
lad en hun handlagers-diensten, inzake het
aanwerven van Nederlandsche onderdanen,
doch ook buitenlanders, thans in ons land
vertoevend, .ten behoeve van het Roode
regeeringsleger in Spanje. Met welke ge
raffineerdheid men te werk gaat en in
hoeveel gevallen de politie totaal machte
loos tegenover deze uiterst sluwe en goed
georganiseerde organisatie en handlangers
van Moskou staat, zullen wij in enkele ver-
volg-artikelen uiteenzetten.
Na de bekende Jordaan-onlusten in 1934
te Amsterdam, is het den autoriteiten ge
bleken, dat de leiding van deze relletjes be
rustte en deze georganiseerd waren gewor
den door naar ons land uitgeweken commu
nisten. De regeering gaf toen opdracht aan
justitie en politie om strenger tegen deze
elementen, die in ons land gastvrijheid on
dervonden, doch hiervan schromelijk mis
bruik hadden gemaakt, op te treden. Door
de regeering werd een bijna luxueus con
centratiekamp in het niet meer in gebruik
zijnde fort Honswijk bij Vreeswijk inge
richt. De politie trad vanaf dit oogenblik
tegen de buitenlandsche communisten stren
ger op en in de groote steden werden zelfs
door speciaal daarvoor opgerichte brigades
razzia's in verdachte buurten gehouden,
waarbij eenige keeren een aantal in gehei
me vergadering bijeen zijnde, voorname
lijk Duitsche communisten, kon worden ge
arresteerd.
Ze werden korten tijd in verschillende
Huizen van Bewaring ingesloten of voor de
keus gesteld ons land over een of andere
grens te verlaten. Wilde men dit niet, dan
werden ze geinterneerd in het concentra
tie-fort. De meesten verkozen zich te be
geven over de Belgische grens, daar terug
keer naar Duitschland voor hen onmogelijk
was, in verband met de agitatie, die zij te
gen de huidige regeering in dit land, waar
zij voorheen woonden, hadden gevoerd. De
Gestapo laat in Duitschland niet met zich
spelen en dit is den heeren maar al te goed
bekend.
De enkelen, die ons land per se niet wil
den verlaten en toch niet voorgoed in een
Huis van Bewaring kon blijven, werden te
Honswijk voor langeren tijd geinterneerd.
De meesten verkozen echter na een paar
maanden deze gastvrijheid toch maar te rui
len voor een uitgeleide naa r België en zij
verlieten ons land. De twee volgende jaren
bleef het ristig en oogenschijnlijk leek het
wel of de actie door de buitenlanders in ons
land had opgehouden. Van de zijde der poli
tie vernam men zeer weinig meer van het
binnenkomen van Duitsche communisten
over onze landsgrenzen.
De Duitsche communisten zijn echter in
de afgeloopen jaren evengoed ons land bin
nengekomen, alleen de wijze waarop zij
kwamen, is dank zij de Hulp en goede
organisatie van hun Ned. partij genooten
gewijzigd. Hierover hebben wij zoowel van
politie-autoriteiten in onze steden, als die
in de grensplaatsen frappante staaltjes ge
hoord. In de jaren 1932, '33 en '34 kwamen
de Duitsche communisten die hun land
moesten verlaten, in de meeste gevallen op
normale wijze over onze grenzen. Ze wa
ren voorzien van een geldigen Duitschen
pas. Zij, die overhaast de vlucht uit Duitsch
land moesten nemen, wisten wel op een
of andere wijze als zij niet in het bezit van
een geldigen pas waren in ons land binnen
te komen.
In Berlijn bestaat er tot op heden nog
zoo iets als een „valsche passencentrale"
onder Russisch beheer en deze centrale
zorgde er wel voor, dat de Duitsche partij-
genooten de Nederlandsche grens veilig
konden overschrijden. Men reisde in deze
jaren zelfs met de gewone internationale
treinen. Want vrees om aan de grens te
worden aangehouden, behoefde men niet te
hebben. Hun passen waren in orde en men
was in het bezit van een bedrag aan geld.
De Nederlandsche regeering werd echter
strenger en de politie lastiger. Dit bemerk
ten onze eigen Nederlandsche communisten
al spoedig en zooals begrijpelijk werden
deze gegevens naar de geheime Duitsche
communistische centrales doorgegeven.
Komt niet meer, zoo luidde het parool,
langs de hoofdwegen en bekende interna
tionale spoorweglijnen Holland binnen,
want kameraden, dan loopt gij de kans het
niet verder té brengen dan het eerste Ne
derlandsche grensstation. In Duitschland
hield men zich strikt aan deze aanwijzin
gen en hoe onze marechaussee, rijksveld-
BINNENLAND
Restauratie vergt een hall
millloen
De Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft aan het gemeentebe
stuur van Alkmaar medegedeeld, dat de
restauratiekosten van de Groote Kerk te
Alkmaar geraamd kunnen worden op
520.000 gulden. De minister stelt voor, dat
het Rijk daarvan zal betalen 52 procent, de
provincie en de burgerlijke gemeente ieder
22 procent en de kerk 4 procent.
Men zal trachten het Werkfonds in te
schakelen om de gelden by wijze van voor
schot te verkrijgen.
In een begeleidenden brief doet de minis
ter uitkomen, dat deze kerk een der meest
waardevolle monumenten van ons land is
en dat daarom redding plicht kan worden
genoemd van de overheid.
Men hoopt thans spoedig overeenstem
ming te bereiken.
HET PRINSELIJK JACHT WORDT OP
14 AUGUSTUS A.S. TE WATER
GELATEN.
Naar wij vernemen, zal het motorjacht
„Piet Hein", dat op de werf van de firma
G. de Vries Lentsch jr. te Amsterdam voor
het prinselijk paar in aanbouw is, op Za
terdag 14 Augustus a.s. worden te water
gelaten.
Het ligt in het voornemen van H. K. H.
Prinses Juliana en Z. K. H. prins Bernhard
bij den stapelloop teegenwoordig te zijn.
Met den bouw van het jacht is men
thans zoover gevorderd, dat men tot de af
werking genaderd is. De machinekamer is
nagenoeg gereed, slechts moeten wat de
technische installatie betreft de noodige
pijpleidingen nog worden aangebracht.
In het inwendige van het schip is de be
timmering ook reeds voor het grootste ge
deelte klaar. Daaraan wordt thans de laat
ste hand gelegd. De schilders zijn thans op
het jacht nagenoeg gereed zal zijn.
aanzien, dat op den dag der tewaterlating
het jacht nagenoef gereed zal zijn.
De plechtigheid der tewaterlating zal een
eenvoudig karakter dragen.
Zoodra de „Piet Hein" geheel gereed zal
zijn, zal het jacht door het comité tot aan
bieding van een nationaal huwelijksge
schenk van den bouwer worden overgeno
men, om vervolgens op een nader vast te
stellen tijdstip aan H. K. H. Prinses Juliana
en Z. K. H. Prins Bernhard te worden
overgedragen.
R K. BOND VOOR GROOTE GEZINNEN.
Zondagmorgen werd de centrale raads
vergadering in de St. Servatiussociëteit te
Maastricht door den bondsvoorzitter om 10
uur heropend.
Aan de orde kwamen de verschillende
voorstellen der afdeelingen.
Een voorstel Bergen op Zoom: „Het
hoofdbestuur blijve diligent ten aanzien
van de actie inzake het zooveel mogelijk
weren van vrouwenarbeid, vooral op kan
toren en fabrieken (uitgezonderd die ar
beid, welke specifiek vrouwelijk genoemd
kan worden). Gehuwde vrouwen dienen
van allen arbeid op fabrieken en kantoren
te worden uitgesloten", gaf aanleiding tot
uitvoerige bespreking.
Dit voorstel van Bergen op Zoom werd als
volgt geamendeerd door de afdeeling Til
burg:
„De Centrale Raad in vergadering te
Maastricht bijeen, besluit dat actie zal ge
voerd worden bij de regeering en andere
instanties, dat vrouwenarbeid op kantoren
en fabrieken, voor zoover niet specifieke
wacht en rijksrecherche aan de bekende
grensstations Zevenaar, Groesbéek, Sim-
pelveld, Nieuweschans en Oldenzaal ook
uitkeken, hoe grondig de buitenlandsche
treinen geïnspecteerd werden, het gelukte
maar zeer zelden aan onze wakkere politie
mannen Duitsche communisten met of zon
der pas aan te houden. En toch kwamen zij
ons land binnen; ontelbaren!
RONSELAARS AANGEHOUDEN.
De centrale recherche te Amsterdam
heeft Zaterdag de hand gelegd op een com-
munistischen bewoner van de overzijde van
het IJ, tegen wien reeds geruimen tijd ern
stige verdenkingen bestonden, dat hij zich
schuldig maakte aan ronselarij praktij ken
en die, nadat was komen vast te staan, dat
hij een eveneens in Amsterdam-Noord wo
nenden werkelooze had trachten te bewe
gen naar Spanje te gaan om daar naar
hij duidelijk liet uitkomen tegen een
behoorlijke betaling dienst te nemen bij de
regeeringstxoepen, in verzekerde bewaring
is gesteld.
Daar van de ronselaarspraktijken ook de
hoofdstad haar deel krijgt, is de centrale
recherche voortdurend op onderzoek uit
naar feiten, welke, zooals in het onderha
vige geval, voldoende materiaal opleveren
om met kracht op te treden. Gisteren is, in
verband met de arrestatie van Zaterdag,
opnieuw een aanhouding geschied, ditmaal
van een man uit de Jacob van Lennep-
buurt, tegen wien eveneens ernstige aan
wijzingen bestaan, dat hij als ronselaar is
opgetreden. De aangehoudene is in het
hoofdbureau van politie opgesloten.
vrouwelijke arbeid en arbeid van gehuwde
vrouwen wordt geweerd".
Het hoofdbestuur "aanvaardde deze op
dracht.
Een voorstel van het hoofdbestuur om te
trachten te bereiken, dat werklooze vaders
van gezinnen met minstens 4 kinderen on
middellijk te werk worden gesteld bij de
werkverschaffing e& overheidslichamen op
een loon evenredig aan de behoefte, ont
lokte aan eenige afgevaardigden de opmer
king, dat men meer met nadere gegevens
moet komen om eventueel adhaesie te be
tuigen aan het request van het R. K. Werk
liedenverbond.
De afdeeling Den Haag hing een schril
beeld op betreffende wantoestanden bij de
crisisorganisaties waar baantjes geschapen
worden voor pas afgestudeerde H.B.S.-ers,
die een salaris genieten waar menig huis
vader van een groot gezin ruimschoots mee
kon komen. Verder werken daar geschei
den vrouwen, doch van aanstellen van ka
tholieke huisvaders komt niets, Het wordt
hoog tijd, dat daarin eens verandering
wordt gebracht.
De voorzitter merkte op, dat het noodig
is met gedocumenteerde bewijzen te komen
om in den aangegeven zin stappen by de
regeering te doen.
Te veel worden de belangen der katho
lieke huisvadres verwaarloosd ook by de
benoemingen in overheidsbedrijven. In het
algemeen moet echter het meest gearbeid
worden voor de in crisisnood verkeerende
gezinnen van steuntrekkers.
Motie.
Na al deze besprekingen omtrent dit on
derwerp werd de volgende motie door de
centrale raadsvergadering aangenomen:
„De Nederl. Bond voor Groote Gezinnen,
vertegenwoordigend meer dan 40.000 vaders
en moeders van kinderrijke gezinnen, doet
een dringend beroep op de regeering om
op korten termijn te bevorderen:
1. de toekenning van een kindertoeslag
aan .alle arbeiders, die in werkverschaffing
arbeiden, zooals dit in de provincie Lim
burg en Noord-Brabant het geval is;
2. het groote aantal steunklassen met een
aantal te verminderen;
3. Artikel 10a der steunregeling buiten
werking te stellen, zoodat ten volle geno
ten kan worden van de vrijgestelde 2.
van de kinderen onder de 21 jaar en van
de 4.voor hen, die bovengenoemden
leeftijd zijn gepasseerd;
4. het totale gezinsloon van het gezin en
niet het loon van het gezinshoofd alleen als
'basis van de steunverleening en steunbere-
kening te nemen;
5. de z.g. B-steun te verhoogen om het ge
weldige tekort aan dekking, kleeding en
schoeisel in de werklooze gezinnen aan te
vullen".
Besloten werd verder te protesteeren
tegen de houding van A.C.O.P. die zich uit
sprak voor het positief stelling nemen tegen
eiken vorm van kindertoeslag.
Bergen op Zoom deed verder een voor
stel om te bestudeeren wat gedaan kan wor
den voor hulpverleening aan het groote ge
zin van den middenstand.
Na de uitvoerige toelichting om te komen
tot een rijksuitkeering voor middenstan
ders, meende de voorzitter, dat dit meer
op het terrein ligt van de middenstands
organisatie. Intusschen zal onderzocht wor
den wat te doen is voor het groote gezin
van middenstanders en daartoe zal contact
gezocht worden met den middenstandsbond.
In dit verband werd nogmaals door de
vergadering aangedrongen op de spoedige
totstandkoming van het kinderrentefonds.
Het hoofdbestuur zal het geheele vraag
stuk t.o.v. het groote gezin van den mid
denstand in studie nemen.
Hierna werd het woord verleend aan den
weleerw. pater Carolus Tesser O.F.M., over
de taak en de roeping van het groote gezin
in onzen tijd.
Hierna werd voortgegaan met het behan
delen der afdeelingsvoorstellen. Door de af
deeling Breda was het verzoek ingediend
aan het Hoofdbestuur te willen bevorderen,
dat de leerlingensehaal op de Lagere school
worden teruggebracht tot het vroegere ni
veau.
Door den heer Wijnen, hoofdbestuurslid
R.K.O.B., werd dit punt nader toegelicht.
De bond besloot in samenwerking met
RJC.O.B. bij de Regeering stappen te doen
om dezen toestand te verkrijgen, dat spoe
dig het aantal leerlingen per klas wordt
herzien.
De afdeeling Brunssum stelde voor een
hernieuwde acte te beginnen om by de
R. K. Staatspartij en bij de Regeering er op
aan te dringen tot beschermende maatrege
len, voor gehuwde werkkrachten in in
dustrie, landbouw, handel, kortom in het
geheele bedrijfsleven, zoodat deze niet meer
kunnen worden ontslagen om daarvoor
jeugdige werkkrachten voor lagere loonen
aan te stellen.
Hierop antwoordde het hoofdbestuur dat
de minister van sociale zaken aangaande
deze aangelegenheid advies heeft gevraagd
aan den Hoogen Raad van Arbeid, maar
nog niet tot het gewenschte resultaat heeft
geleid. Inmiddels zal nogmaals hierop de
aandacht worden gevestigd.
Hierna volgde de rondvraag, waaraan
door vele afgevaardigden werd deelge
nomen. „Maasbode".
VOORONTWERP LANDBOUW-
ORDENINGSWET.
Het standpunt van minister Steenberghe.
Men meldt uit Den Haag aan de „Msbd.":
In verschillende bladen is het bericht
verschenen, dat het voorontwerp landbouw-
ordeningswet door den minister van Eco
nomische Zaken zou zyn teruggenomen.
Van bevoegde zijde vernemen wij, dat dit
bericht in dezen vorm niet juist is. De mi
nister heeft zyn standpunt ten aanzien van
dit voorontwerp nog niet bepaald, maar aan
de adviseerende instanties verzocht haar
arbeid voorloopig op te schorten, ten einde
te voorkomen, dat mogelijk onnoodig werk
zou worden verricht.