Regeeringsoffensief bij
Madrid
DE VERDEELING VAN
PALESTINA
Zigzag-Zwitserland
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
ROODE BATAILLONS OMSINGELD.
HET RAPPORT DER KON. COMMISSIE.
DONDERDAG 8 JULI 1937
Les in vreemde talen Met een
„Nationalrat" op reis. Aan
de wieg van Vader Rijn.
VIII.
Disentis figuurlijk reeds een groot
afnemer van minderwaardig papier zat
dien avond ook letterlijk met kranten
dichtgeplakt.
Wegens de „styrenclada", de verduiste
ring voor de militaire luchtoefening.
Als ik 't woord -tyrenclada" foutief
spel, is het de schuld van Toni, die het op
den rand van het plaatselijk blad, de „Ga-
setta Romontscha" voor mij heeft neerge
krabbeld.
Wie Toni is?
Ik weet het niet. Het eenige, wat ik van
Toni weet, is, dat hij het heeft bestaan den
veldwachter van Disentis een pak slaag
te geven, dezen dienstklopper daarna als
een aardappel-van-groot-formaat in een
zak heeft gestopt en hem vervolgens van
de „halden" buiten het dorp omlaag heeft
laten rollen.
Het betrof een geschil over het sluitings
uur van café's. Dat Disentiser sluitingsuur
is ergerlijk vroeg: 11 uur 4- een profes-
soner-kwartiertje. En Toni had daarvan
een „boerenketiertje" gemaakt wat in
Zwitserland precies even lang duurt als
bij ons.
Toni, manhaftig bijgestaan door den
waard, twee zoons van den waard, een
paardenkoopman en een eigenwijze dro
gist, heeft getracht me de eerste beginse
len van het Romontsch bij te brengen, het
geen maar poover resultaat opleverde. Ik
ken alleen het volkslied:
Si pievel montagnard
Defenda tin lungalg
Schi ditg sco stattan leu
Rampars ils cuolms schi bi als,
doch het is me ontschoten, wat de woor
den beteekenen.
Dit taaltje moet nog de meeste overeen
komst vertoonen met Catalaansch, maar
dat versta ik evenmin. In het oplossen van
algebraïsche vraagstukken „met twee onbe
kenden" ben ik van kindsbeen af een
stumper geweest; daarom heb ik den moed
opgegeven ooit Romontsch te leeren spre
ken.
Toch beleef je zelfs van een paar woord
jes groot plezier.
De luitjes kijken aangenaam verrast op,
als een vreemdeling hen met „Bun di"
goeiendag begroet.
De wedergroet is mooi en zinrijk. Men
laat zich in goede wenschen niet overtref
fen. Ten dank voor den in vooruitzicht ge
stelden „goede dag", wenscht men zijner
zijds een „Bun onn", een goed jaar toe!
Deze wijsheid heb ik niet opgediept in
de met papier dichtgeplakte gelagkamer
van „Zur Krone".
Het gelukkig toeval wilde, dat ik den
volgenden dag de reis aanvaardde in ge
zelschap van Nationalrat" dr. Condrau,
afgevaardigde von Graubünden en een
eerst-klas kenner van de inheemsche taal
en gebruiken.
„Nationalrat" is zoo iets als bij ons een
Tweede Kamer-lid.
Een indrukwekkende titel: „Herr Natio
nalrat", maar de Zwitsers hebben maling
aan titels en aan alles wat naar zelfverhef
fing zweemt. De adel is er sinds eeuwen op
vreedzame wijze uitgeroeid. Kroontjes vin
den de Zwitsers prachtig op het uithang
bord van een herberg.maar niet op
het hoofd van een sterfelijk mensch.
Herr Nationalrat reisde kalmpjes 3de
klas en tapte uitjes met twee eeltige boe
ren, die, evenals ik, op weg waren naar.
Andermatt.
Naar Andermatt? Dat was toch de af
spraak niet?
Gelijk hebt u. Maar in de morgenuren
was het plan gerijpt, na van Andermatt
naar Disentis gezigt te zijn, van Disentis
naar Andermatt terug te zaggen. Ik blies
den aftocht voor het weer en ging de zon
opzoeken aan het Meer van Génève. Dat
is het voordeel van een spoorweg-abon
nement!
Alvorens echter weer in het hijgende
tandradspoortje te kruipen, maakte ik een
fiksche wandeling rond Disentis.
Disentis ligt, juist als Leiden, aan de
samenvloeiing van twee Rijnen: de Voor-
Rijn en de Medelser-Rijn. Er zijn in die
buurt nog meer Rijnen. Hier kan de
Paulinische uitspraak „dem reine is alles
rein", niet misverstaan worden.
Het wemelt rond Disentis van Rijnen,
die, van verre gezien, als wit speeksel van
de bergen kwijlen, maar in werkelijkheid
tocmeloos en brullend dalwaarts ijlen, om
daar met Disentis als strikje saam-
geknoopt te worden en onder vereend ge
brul het „zilveren lint van Vadertje Rijn"
te vormen.
Je zoudt het de Oude Rijn in Leiden
GROOTE VERLIEZEN DER LINKSCHEN.
Het door de regeeringstroepen sedert
eenigen tijd aangekondigde offensief aan
het front van Madrid is thans begonnen,
waarbij 25.000 man troepen, de artillerie,
een honderotal tanks en een groot contin
gent vliegtuigen in den strijd werden ge
bracht. De wegkruising van Villanueva del
Pardillo e*. Villanueva della Canada was
het eerste punt, waarop de regeeringstroe
pen hun aanval richtten.
Onder bescherming van het nachtelijk
duister en, ten einde onopgemerkt te blij
ven door de verkenningspatrouilles der na
tionalisten, wier troepen ten Zuiden van
Escorial in de bergen zijn verschanst, had
den de roode kanonniers het geschut in
stelling gebracht en niet zoodra begon het
daglicht aan te breken, of een bombarde
ment op de nationalistische stelling, dat
meer dan twee uur duurde, volgde. Er werd
echter zeer slecht geschoten, zoodat de uit
werking ;ue+ groot was.
Om zeven uur kwamen de tanks gisteren
in actie. Onmiddellijk hierop begon ook de
nationalistische artillerie te vuren, daarbij
gehinderd door tal van regeeringsvliegtui-
gen, die boven hun stellingen cirkelden.
Niettemin kon de opmarsch der tanks
worden vertraagd, en pas anderhalf uur
later kondei1 zij een flink stuk in de rich
ting der nationalisten oprukken. Er werden
nu hardnekkige gevechten geleverd, bijna
voortdurend van man tegen man, en inder
daad slaagden de nationalisten er in, dank
zij hun verwoeden tegenstand, hun posities
te handhaven.
De druk der regeeringstroepen ver
plaatste zich nu naar den linkervleugel, op
dpn weg naar Villanueva della Canada. De
reserve-tanKs werden hier den weg opge
stuurd en al spoedig moesten de nationa
listen de wijk nemen. £oor deze aldus ont
stane bres trokken eenige roode bataljons
naar voren en marcheerden op in de rich
ting van Villaneuva della Canada. Doch
bijna onmiddellijk daarop deden de natio
nalisten een tegenaanval en zagen kans het
gat, dat in hun linie was geslagen, weer te
dichten, met het gevolg, dat vierduizend
man roode troepen van de hoofdmacht wa
ren afgesneden.. Opnieuw volgde 'n heftige
aanval op dit punt van de zijde der repu
blikeinen, die werd afgeslagen.
Toen dit bericht werd afgezonden, waren
de bataljons regeeringstroepen nog steeds
van hun basis afgesneden en ze zullen
waarschijnlijk wel genoodzaakt zijn zich
over te geven. De verliezen, die de roode
troepen in dezen strijd zouden hebben ge
leden, worden van nationalistische zijde op
eenige duizenden geschat.
De verliezen der regeering.
Omtrent het door de regeeringstroepen
bij Madrid ontketende offensief kan nog ge
meld worden, dat daaraan door, naar schat
ting, 25.000 soldaten is deelgenomen. De
aanval werd onedrnomen ten zuiden van
het Escoriaal. met steun van veel artillerie,
tanks en vliegtuigen.
Gisteren bij het vallen van den avond be
hielden de rechtschen de stellingen, die zij
in den aanvang van het offensief ingeno
men hadden. De omsingelde militietroepen
verdedigden zich toen nog steeds, waarbij
zij gebruik maakten van het geschut hun
ner tanks.
Naar raming hebben de regeeringstroepen
bij dezen strijd verscheidene duizenden
dood en verboren.
Men acht het niet onmogelijk, dat de re
geeringstroepen den strijd heden zullen
voortzetten om de ingesloten troepen te be
vrijden.
LUCHTGEVECHTEN.
Officieel wordt medegedeeld, dat gister
morgen te 11 uur de luchtmacht der regee
ring het kamp van Retamares en het dorp
Boaddilla gebombardeerd heeft.
Verschillende bommen vielen midden in
het kamp. Fiat-vliegtuigen vielen de regee-
ringstoestelien aan, doch een dezer laatste
schoot een Fiat-toestel neer om daarna,
doorzeefd van kogels, terug te keeren. De
bemanning was ongedeerd.
Het ministerie van landsverdediging
meldt, dat gistermorgen een gevecht is ge
voerd tusschen twintig jachtvliegtuigen
der regeering en een grooter aantal vijan
delijke toestellen. Twee Fiat-toestellen wer
den neergeschoten, terwijl de luchtmacht
der regeering een tweedekker verloor.
Uit Avila wordt gemeld, dat gisteren,
sedert het begin van den dag, zestien regee-
ringsvliegtingen, die trachtten het terrein
achter de rechtsche linies te bombardeeren,
boven de regeeringslinies zijn neergescho
ten.
GEEN SPOOR VAN GETORPEDEERD
SCHIP GEVONDEN.
Het Britscbe oorlogsschip „Perielope", dat
op zoek is geweest naar een boot van een
niet aanzien, dat hij zoo'n wilde, oproerige
jeugd heeft gehad, hé!
Maar dat geldt voor meerdere oude hee-
ren, die thans toonbeelden zijn van beza
digde levenswandel!
Een kijkje in de menschelijke natuur,
welke op deze morgenwandeling aanschou
welijk werd voorgesteld. De deftigste oude
heeren brulden eertijds het hardst.
Of een bezoek aan Zwitserland ook leer
rijk zijn kan!
Britsch schip dat in de Middellandsche Zee
door een duikboot van onbekende natio
naliteit getorpedeerd zou zijn, is te Barce
lona teruggekeerd. Het heeft geen spoor
van de boot gevonden.
ITALIANEN EN DUITSCHERS
TE CADIX AAN LAND GEZET?
Een soldaat van het 32ste R.I. te Cadix,
die is overgeloopen naar de regeerings
troepen, heeft medegedeeld, dat hij op 24
Juni 1.1. heeft gezien, dat te Cadix 8000
Italiaansche en Duitsche soldaten en 700
Marokkanen aan land werden gezet. Hij
voegde hieraan toe, dat tijdens het ont
schepen twee vliegtuigen van de regeering
boven Cadix verschenen, zij werden be
schoten door vier Duitsche en Italiaansche
oorlogsschepen.
Verder deelde hij mede, dat bij een bom
bardement van de haven van Malaga door
vliegtuigen van de regeering twee water
vliegtuigen van de rechtschen tot zinken
werden gebracht.
Vragen in het Lagerhuis.
De kwestie der Italiaansche inmenging in
Spanje is gistermiddag opnieuw het onder-
geweest voor een door minister Eden in het
Britsche Lagerhuis afgelegde verklaring in
antwoord up verscheiden vragen der La-
bour-afgevaa.rdigden Seymour Cocks en
Fletcher over zekere beweringen, welke de
regeering van Valencia heeft vervat in een
dossier, dat er kennis is gebracht van de
Britsche regeering.
„Voor zoover ik weet, aldus Eden, bevat
dit documert geen enkel bewijs, dat Itali
aansche strijders na de van kracht verkla
ring van het embargo op buitenlandsche
vrijwilligers naar Spanje werden gezonden,
hoewel beide partijen tij den aanvang van
het conflict hulp hebben gekregen van
vreemde contingenten en zulks in belang
rijke mate.
De regeering hecht grooter belang aan
het terugtrekken van alle buitenlandsche
strijders, die reeds in Spanje zijn en zij zal
voortgaan al het mogelijke tot dat doel in
het werk te stellen".
De woorden van Eden hebben protesten
ontlokt van de oppositie. Noel Baker (La
bour) vroeg: „Wil Eden zeggen, dat sinds
dien datum geen vreemde vliegers in Span
je zijn aangekomen?"
Eden antwoordde:» „Ik geloof niets van
dien aard te hebben geïnsinueerd".
BUITENLANDSCHE BERICHTEN
ONTPLOFFING OP EEN
MEXICAANSCHE BOERDERIJ.
Achttien dooden.
Tengevolge van het ontploffen van een
stoomketel op een boerderij bij de Mexi-
caansche stad Queretaro zijn achttien men-
schen om h^t leven gekomen.
ONTPLOFFING IN MUNITIEFABRIEK
BIJ BRUGGE.
Een arbeider gedood.
In de munitiefabriek van de Fabrique
Nationale te Saint Michel bij Brugge, is bij
een hevige ontploffing één arbeider gedood
en zijn twee ernstig gewond. Het schijnt
dat het ongeluk is ontstaan doordat de
bakken, waarin de slaghoedjes worden ge
worpen, niet met water waren gevuld.
HEVIG" ONWEER BOVEN SILEZIE.
Tijdens een hevig onweer is de bliksem
geslagen in een weverij te Alexanderdorf,
waardoor de fabriek in brand vloog. 120
wagons geweven stoffen gingen in de vlam
men op. De schade wordt op drie millioen
zloty geraamd.
DROOGTE IN SASKATCHEWAN.
Schade aan de oogst.
De gloeiende hitte in het Zuidelijke deel
van Saskatchewan (Amerika), waar tem
peraturen heerschen van 100 tot 110 gra
den, heeft groote schade aan de tarweoogst
toegebracht. Men is van meening, dat de
oogst ten Zuiden van een lijn getrokken
van Lloydminister, ten Noorden van Sasa-
katoon, tot Melville, welk gebied de
grootste graanoppervlakte van Saskatche
wan beslaat, vernield is.
De toestanden zijn sinds de droogte van
1931 niet zoo erg geweest. Geheele gezinnen
verlaten hun woningen en boerderijen om
zich Noordwaarts te begeven. Volgens on-
officieele ramingen zal de graanoogst in
Saskatchewan slechts 90 millioen bushels
bedragen.
ONGEDULDIGE MAROKKANEN.
Noodlottig gedrang by
levensmiddelenuitdeeling.
In de nabyheid van Marxakesj in het Zui
den van Marokko is by een uitdeeling van
levensmiddelen aan behoeftigen zulk een
gedrang ontstaan, dat drie vrouwen en twee
kinderen, dje onder den voet waren geloo-
pen, om het leven kwamen.
DE EENIG MOGELIJKE OPLOSSING
De kloof tusschen de beide rassen is
te diep
Er kan geen sprake zijn van een samen
smelting of aanpassing tusschen de Jood-
sche en Arabische beschavingen; de reeds
breede kloof tusschen de rassen zal voort
gaan breeder te worden, wanneer het te
genwoordige mandaat gehandhaafd blijft
aldus de twee voornaamste conclusies
van de historische analyse, opgesteld dooi
de Koninklijke Commissie van onderzoek
in Palestina, die aanbeveelt een einde te
maken aan het huidige mandaat en onder
handelingen te openen over verdragen met
de Arabieren om de regeering van Trans-
jordanië aan den eenen en de Zionistische
organisatie aan denanderen kant, ten be
hoeve van een verdeeling van het land in
drie stukken, n.l. een met (Transjordanië
vereenigd Arabisch gedeelte, een Joodsch
gedeelte en een enclave onder Britsch man
daat, welke zich zou uitstrekken van een
punt ten Noorden van Jeruzalem tot een
punt ten Zuiden van Bethlehem met een
corridor naar de zee, zich uitstrekkende
van Jeruzalem tot Jaffa. Ook zou een
mandaat moeten worden verleend aan het
bestuur van Nazareth, met de bevoegdheid
de heiligheid der wateren en de oevers
van het meer van Tiberias te waarborgen,
de godsdienstige eigendommen etc. te be
schermen, welke in de Arabische en Jood-
sche staten voor de Joden en de Arabieren
heilig zijn.
Voor de Joodsche en Arabische staten
zijn de volgende grenzen getrokken: van
Rasannaquera volgt de grens de tegen
woordige Noord-Oostelijke grenslijn van
Palestina tot het meer van Tiberias, loopt
door het meer tot den Jordaan, welke ge
volgd wordt tot een punt ten Noorden van
Beisan, vanwaar de grenslijn de vlakte van
Beisan passeert, langs den Zuidrand van
de vallei van Jezreel loopt tot bij Megid-
do, om over den top van Carmel in Zui
delijke richting te gaan tot den Oostrand
van de zee vlakte, waar zij Westelijk af
buigt ter vermijding van Tulkarm en
doorgaat tot den corridor Jeruzalem
Jaffa nabij Lydda. De Zuidelijke grens
van den corridor gaat dan verder langs
den rand van de vlakte tot een punt op
10 mijl ten Zuiden van Rehovot en slaat
dan een Westelijke richting in tot aan de
zee. Haifa, Tiberias, Safad en Acre zou
den voor een zekern tijd onder mandatair
bewind moeten werden gehouden, terwijl
de Arabische staat een debouche naar zee
zou moeten vinden te Jaffa. Met het oog
op de mogelijke handelsontwikkelingen
zou het toekomstig mandaat een enclave
moeten behouden aan de kust ten Noord
westen van Guldaquabi met vrijen door
voer van goederen tusschen den Joodschen
staat en de enclave en eveneens naar de
Egyptische grens te Rafah.
De Joodsche staat zou aan den Arabi-
schen staat een nader vast te stellen gel
delijke toelage moeten betalen, terwijl, ge
zien den weinig ontwikkelden toestand van
Transjordanië het Britsche parlement den
Arabischen staat twee millioen pond ster
ling zou moeten toekennen.
De aanbevelingen der commissie voorzien
verder in den verkoop van landerijen en
de uitwisseling van bevolkingsdeelen etc.
In verband met de gebiedsverdeeling en
stellen in afwachting van het sluiten van
verdragen voor overgangsmaatregelen te
nemen in het bijzonder ten aanzien van de
control op den verkoop van landerijen en
op de immigratie.
Al beweert de commissie niet Ara
bieren en Joden alles te geven, wat zij
wenschen, verklaart zij toch, dat de
aanbevelingen de Arabieren o.a. na
tionale onafhankelijkheid geeft en de
mogelijkheid op voet van gelijkheid
met de naburige Arabieren samen te
werken in de zaak der Arabische een
heid en vooruitgang en dat de vrees
wordt weggenomen de Heilige plaat
sen te zien komen onder Joodsche con
trole, terwijl bovendien een Joodsch
subsidie, benevens twee millioen uit
de Britsche schatkist worden ver
strekt, terwijl de Joden een nationaal
tehuis krijgen in den meest volledigen
zin van het woord, waardoor zij het
oorspronkelijk doel van het Zionisme
bereiken en eindelijk ophouden „het
leven eener minderheid" te leiden.
Het memorandum der Britsche regeering
verklaart, dat de regeering het voornemen
heeft de noodige maatregelen te nemen
krachtens haar verplichtingen volgens het
Volkenbondshandvest en de andere inter
nationale instrumenten, om de vrijheid te
verkrijgen uitvoering te geven aan het ver -
deelingsplan, waaraan naar zij hoopt, de
betrokken gemeenschappen in doelmati-
gen omvang goedkeuring zullen verleenen.
Het memorandum voegt hieraan toe, dat
de regeering ondanks de talrijke ontmoe
digende proefnemingen al het mogelijke
gedaan heeft om de samenwerking tus
schen Joden en Arabieren aan te moedi
gen in de hoop, dat eventueel de beide ras
sen hun nationale aspiraties aan elkander
zouden aanpassen en één enkel gemeene-
best mogelijk zouden maken onder één re
geering, maar dat zij gedwongen is tot de
slotsom te komen, dat er een onverzoen
lijke tegenstelling bestaat tusschen beider
streven, waaraan niet tegemoet kan wor
den gekomen onder het tegenwoordige
mandaat. Zij is het er over eens, dat de
aanbevelingen der commissie het beste
zijn en de meest volledige hoop bieden op
een succesvolle oplossing uit de impasse,
waardoor, behalve de in het rapport ge
noemde voordeelen voor beide gemeen
schappen in de plaats van vrees en arg
waan de indruk van vertrouwen en vei
ligheid zou moeten treden en beide volken
een onschatbare hulp zouden moeten
verkrijgen om tot vrede te komen.
In afwachting van de uitvoering van het
plan is de Britsche regeering niet voorne
mens afstand te doen van haar verant
woordelijkheid voor den vrede, de orde
en een goed bestuur. De Joodsche immi
gratie tusschen Augustus 1937 en Maart
1938 zal de 8000 niet te boven mogen
gaan.
DE REACTIE DER BETROKKENEN
De Britsche minister van koloniën,
Ormsby Gore, zal met den secretaris der
commissie voor Palestina aanwezig zijn op
de bijzondere bijeenkomst der commissie
voor de mandaten te Genève, die op 30
Juli zal worden gehouden en waarop het
verslag der Koninklijke commissie zal
worden bestudeerd. Geen definitieve maat
regel is mogelijk vóór de Volkenbonrsraad
tot een besluit is gekomen.
Het algemeen gedeelde standpunt der
Joden ten aanzien van het rapport der Pa
lestij nsche commissie is, dat dit het einde
beteekent van een schoonen droom en van
een grootsche proefneming. De religieuse
Joden trokken, na geluisterd te hebben,
naar de radio-uitending, in optocht naar
den klaagmuur, waar zij baden, dat het
niet tot een verdeeling van het land zou
komen.
De eerste reactie der Arabieren kan sa
mengevat worden in de woorden van
Foead Saba, den secretaris van het opper
ste Arabische comité: „De teleurstelling
zal aanzienlijk zijn".
Nog nimmer zullen zooveel luisteraars
de uitzending van radio-Palestina gevolgd
hebben als gisteren. Onder de honderd
duizenden toehoorders bevonden zich tal
rijke Arabische dorpsbewoners, die voor
het eerst in hun leven een radio-uitzending
beluisterden.
Het bestuur van de Jewish Agency voor
Palestina en van den Zionistenbond heeft
met betrekking tot de voorstellen der Pa-
lestina-commissie het volgende verklaard:
„Zoowel de voorstellen, welke door de
Palestina-commissie in haar rapport aan
de hand worden gedaan, als het verdee-
lingsplan zelf zijn in strijd met het man
daat van 1922. Het vervult ons daarom met
verbazing te zien, hoe de Britsche regee
ring in de uiteenzetting van haar stand
punt ten eenenmale weigert rekening te
houden met het beginsel van het absorp-
tie-vermogen bij het bepalen van de Jood
sche immigratie en een door politieke mo
tieven bepaald maximum vaststelt, dat in-
druischt tegen onze rechten".
IN PALESTINA WAS MEN OP ALLES
BEDACHT
De Joodsche nationale raad had naar
aanleiding van het Palestina-rapport een
proclamatie gepubiceerd, waarin hij de
bevolking aanmaant haar kalmte en koel
bloedigheid te bewaren.
Te Jeruzalem en de Palestij nsche haven
steden heerschte een uiterst gespannen at
mosfeer. Uit vrees voor nieuwe onlusten
heeft de bevolking levensmiddelen inge
slagen. Vliegtuigen cirkelen boven de
hoofdstad. In tal van plaatsen neemt men
troepenconcentraties waar. Te Haifa zijn
verscheiden Britsche oorlogsschepen aan
gekomen.
KOOPT BIJ HEN,
DIE IN U W DAGBLAD
ADVERTEEREN