Oefeningen der
Engelsche luchtmacht.
Prinses Mary van Engeland bracht Maandag een bezoek aan het
corps der militaire seiners, waarover Zij het eere-commando
voert. Een snapshot tijdens het bezoek
Jhr. dr. O. F. A. H. van Nispen tot Pannerden werd Dinsdag geïnstal
leerd als burgemeester van Hèllegonrt. De loco-burgemeester, de heer
P. Klaver, hangt den nieuwen burgervader den ambtsketen om
Von Cramm (Duitschland) in actie tijdens zijn partij tegen Lysaght
(Eng.) bij de wereldkampioenschappen tennis, die Maandag te
Wimbledon begonnen zijn
Koning George Vl van Engeland hield Dinsdag in St. James Palace te Londen
een receptie. Lord Baden Powell, algemeen leider der padvindersbeweging,
verlaat na afloop van de .Levee St. James Palace
De Gouverneur-Generaal van Ned. Indië heeft in den tuin van het
Paleis te Batavia het contingent Indische padvinders geïnspecteerd, dat
Ned Indië zal vertegenwoordigen op de Wereld Jamboree
Door het Comité-Ruitersport-Amsterdam is Dinsdagavond op het Minerva-terrein
in de hoofdstad een groot ruiterfeest georganiseerd. Tijdens het caroussel-
rijden der deelnemende dames en heeren
Onderstboven in formatie. Een frappant staaltje vliegkunst van een drietal
piloten der Engelsche luchtmacht tijdens de oefeningen, welke Dinsdag boven
Upavon in Wiltshire werden gehouden
FEUILLETON
DE MOEIZAME WEG
Naar het Engelsch
door
THEA BLOEMERS.
(Nadruk verboden).
40)
„Ja, ik heb genoeg van de heele boel",
ging hij met verheffing van stem voort.
Terwijl hij sprak, spoorde, hij Sultan vin
nig aan.
„Maar waarom?" vroeg ze met droge lip
pen.
„Je moet een man nooit naar 't waarom
vragen", was het ongeduldige antwoord.
„Indien je 't doet, loop je kans, dat hij of
iets zegt. dat je beleedigen zou, of je een
leugen vertelt".
Ze werd stil. 't Was bijna donker gewor
den, op 't zwakke sterrenlicht na.
Ver voor hen konden ze boven alles uit
Vanbrugh's hartelijken lach hoor en.
„Dus Barnethan zal dan weer te koop
zijn", deelde de eigenaar van die bezitting
kalm mede, toen ze weer een halve mijl
hadden afgelegd.
Ze antwoordde niet. Ze scheen door een
hevige smart bevangen te worden die
haar koud en akelig maakte.
„Ik hoop ongeveer begin Juni te vertrek
ken", ging hij, zich zorgvuldig beheer-
schend verder. Terwijl hij sprak, gluurde
hij naar haar trotsch, zelfbewuste gezichtje,
waarin hij niet het geringste teeken van
spijt kon bespeuren, ,,'t Kan me geen zier
schelen", merkte hij kwasi-onverschillig
op.
„U gaat zeker naar Engeland terug?"
vroeg ze met welbestudeerde onverschil
ligheid.
„Ik weet 't nog niet. Ik heb nog geen
vaste plannen gemaakt. Ik zal waarschijn
lijk een tijdje naar Washington gaan, ik heb
daar vrienden wonen."
Slechts een handbreed van elkaar, re
den ze naast elkaar in de duisternis van den
lentenacht, en toch voelden ze zich mijlen
van elkaar verwijderd.
„Ik moet u uw boeken nog terugzenden",
zei ze werktuigelijk.
„O, neen, houdt ze alsjeblieft. Ze zul
len u aan een overwonnen vijand doen her
inneren," klonk het een beetje onvrien
delijk.
Betsy ging in galop over, om zich bij de
anderen te voegen, terwijl Warwick in een
booze stemming alleen achterbleef.
XXVI.
Den volgenden dag maakte Christian een
lange wandeling en weigerde zelfs Gaddy's
gezelschap; ze had behoefte om alleen te
zijn.
Ze liep een eindje den weg op naar Bar
nethan met Edna en Gaddy en sloeg toen
een eenzaam voetpad in, dat over de ber
gen naar een niet meer gebruikte mijn
schacht liep, die omgeven was door een
paar ingevallen hutten en buitenhuisjes.
Bij 't eind van het pad aangekomen, ging
ze op 'n hoop erts zitten.
't Weer was als op 'n zomerschen dag.
Er woei een zacht windje door de lila-grij
ze salieboschjes en 't suisde tusschen de
zacht groene takken der wilde rozenstrui
ken. In Christian's hart was het echter
winter.
Ze leunde met haar hoofd in de handen,
want ze had hevige hoofdpijn en trachtte
haar gedachten te regelen.
Om de waarheid te zeggen had Warwicks
nieuws van den vorigen avond, haar ver
pletterd en zij voelde, dat zij ij zich tot
rede moest brengen en trachten zich tegen
de liefde, die haar zoo geheel in bezit had
genomen, te strijden.
,,'t Is- alles mijn eigen schuld", mompel
de ze, terwijl ze verstrooid de vlucht van
een lange rij prairiekippen nakeek, „ja, al
les is mijn eigen schuld, maar dat maakt
het niet gemakkelijker."
Ze had echter een moedige ziel en was
niet van plan zich belachelijk te maken,
zooals zy 't noemde, omdat een man ge
toond had, niet meer om haar te geven.
,,'t Is alleen, omdat ik moe ben", fluis
terde ze met 't gezicht in de handen ver
borgen, „enkel en alleen .omdat ik zoo heel
erg moe ben."
Ze was werkelijk moe, en tevens moede
loos, want Edna had haar bijna den heelen
nacht wakker gehouden met haar opsom
mingen van de deugden en hoedanigheden
van haar forsch gebouwden verloofde,
wiens verhalen en daden vergroot werden
en aangedikt, door zijn gelukkige aanstaan
de bruid, op 'n manier die hem, als hij
't had kunnen hooren, stomverbaasd en
werkelijk bevredigd zou hebben."
Na geruimen tijd hief Christian 't hoofd
op en staarde met haar bedroefde oogen
over de prairie met 't knagend gevoel, dat
alle bekende gezichten en geluiden haar in
de komende dagen zouden hinderen, zon
der de tegenwoordigheid van den man, die
zooveel in haar leven was gaan beteekenen,
en voor een oogenblik vulden zich haar
oogen met bittere tranen, hoewel zij er de
vrouw niet naar was, zich zoo te laten
gaan. 't Das juist 'n jaar geleden, dat hij
naar Barnethan gekomen was. Hoe had ze
zijn komst kwalijk genomen en nu hij
heenging, nam ze 't hem ook kwalijk!
't Volgend moment echter veegde ze zich
boos over de oogen.
„Wees nu niet zoo'n sentimenteele gans,
Christian Cunninghame", zei ze hardop tot
zichzelf. „Je hebt je kans tot geluk gehad
en je hebt die verspeeld, maar je zult je
heele verdere leven niet bederven met
akelige, somere bespiegelingen. Dus moed
gevat, zet je schouders er onder, en pro
beer opgewekt te zijn."
Een licht gedruisch deed haar opkijken
ze zat tegenover een van de hutten
tot ze tot haar grooten schrikt door 't raam
van het ruitlooze venster, den kop van
een volwassen beer zag. Er was iets bij
zonder grappis in de manier, waarop het
beest haar aankeek, alsof hij er zelf over
nadacht, hoe zij daar wel gekomen zou zijn
en of ze al of niet geschikt zou zijn, om op
te peuzelen.
Nadat ze het gevoel van verlamming
overwonnen had, bewoog ze zich behoed
zaam in de richting van 't buitenhuisje,
dat iets hooger gelegen was, dan 't andere,
en op de een of andere onverklaarbare ma
nier, die ze zich later niet meer kon her
inneren, slaagde ze er in om op het dak te
klauteren, 't Was net op tijd, want Bruin
waggelde naar buiten, in 't zonlicht met
z'n oogen knippend, terwijl hij zich schud
de als 'n slaperige hond.
Tot haar groote angst zag Christian, dat
het een bijzonder krachtig exemplaar was
van den kaneelbeer, familie van den grij
zen beer en niet minder woest en wreed
aardig. j
Hij was blijkbaar juist uit zijn winter
slaap ontwaakt en zag er mager en ver
kommerd uit.
Hij bemerkte spoedig haar schuilplaats
en na een paar maal log om 't gebouwtje
heen geloopen te hebben, als om 'n ge
schikte plaats te ontdekken om naar boven
te klauteren, ging hij zitten en keek haar
verbaasd aan, met zijn sluwe oogjes knip
pend tegen de felle zonnestralen. Toen
stond hij op en waggelde naar de hut en
zich op z'n achterpooten oprichten, rustte
hij met zijn voorpooten op 't dak.
Hij opende onheilspellend zijn bek en
bewoog zijn kop heen en weer, als om een
sprong te doen.
Dit was wel wat al te dicht bij en de
revolver uit haar gordel trekend, vuurde
ze, mikkend op den kop van 't ondier. De
kogel trof hem, maar 't schot bleek on
schadelijk, want hij knipoogde alleen en
schudde boos zijn kop.
Na 'n paar benauwende oogenblikken
zag Christian tot haar onuitsprekelijke ver
wondering en opluchting den vijand lang
zaam wegloopen in de richting van de
schacht, waar hij verdween.
Vijf minuten verstreken, voordat Chris
tian 't veilig achtte naar beneden te ko
men. Ze deed dit voorzichtig en geruisch-
loos en schoof achter langs de buitenhuis
jes, tot ze het huisje bereikt had, dat het
verst van de schacht, maar 't dichtst bij
den weg gelegen was. Doch toen ze den
hoek omkroop, klopte haar hart in de keel,
want de slimme Bruin was in een kring ge
loopen en bevond zich nu van aangezicht
tot aangezicht tegenover haar. Hij stond
op zijn achterpooten en leek abnormaal
gr«ot.
(Slot volgt).