pp S3 ffÜ e Ha 1 s II O 1 ff/r 5 2 SI B ss H s 1 2 2 2 §ppp ëf B SS n 1^ O lp De match-Raichenbach-Springer om het wereldkampioenschap ZATERDAG 29 MEI 1937 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 14 HET DAMSPEL Damredacteur: W. J. v. d. Voort, Rustoordstraat 3, Nieuw-Vennep. Alle correspondentie, deze rubriek be treffende, gelieve men te zenden aan boven genoemd adres. Zij, die antwoord per brief wenschen, gelieven postzegel bij te sluiten. PROBLEMATIEK. Wederom hebben wij ?t genoegen onze lezers een vraagstuk ter oplossing aan te bieden van onzen medewerkers G. Geer- lings. Na een korte rustperiode is Geerlings weer op verdienstelijke wijze voor den dag gekomen, dit getuigt onderstaand probleem met een natuurlijken stand en een zeer fraaie en geestige ontleding. WEDSTRIJD-PROBLEEM No. 394 Auteur: G. Geerlings, Leiden. Ie publicatie. Stand in cijfers: Zwart 12 schijven op: 3, 6, 7, 9, 10, 12 14, 19, 20, 24, 26 en 29. Wit 12 schrijven op: 16, 18. 25, 28, 30, 32, 33, 35, 37, 38, 40 en 45. Wit speelt en wint. Vervolgens geven wij voor onzen ladder- wedstrijd ter oplossing een miniatuurtje van Th. Koek. Deze problemist schijnt zich uit sluitend toe te gaan leggen op het samen stellen van vraagstukken met weinig ma teriaal, wat hem tot een verdienste is te rekenen. Het hier onderstaand stukje is mooi van constructie en bevat tevens een zeer geestige ontleding. Beide vraagstukken zijn speciaal voor onze rubriek samengesteld en wij danken beide heeren, dat zij deze hiervoor gecom poneerd hebben. WEDSTRIJD-PROBLEEM No. 395 Auteur: Th. Koek, Roelofarendsveen. Ie publicatie. pm W Mi mm s» 4A1 V- m Stand in cijfers: Zwart 6 schijven op: 10, 17/20 en 37. Wit 7 schijven op: 16, 30, 32, 38, 39, 41 en 48. Wit speelt en wint. Oplossingen der beide vraagstukken wor den gaarne ingewacht tot uiterlijk Maan dag 7 Juni a.s. bij den redacteur dezer ru briek. OPLOSSINGEN WEDSTRIJD-PR. 389/90. No. 389. P. Heemskerk. Zwart: 2/4, 11/14, 16, 18, 21 en 24. Wit: 27, 28, 32. 38/40. 43. 45 en 47/49. Wit wint door: 28—23, 38—33, 49—44, 48—43, 32x43, 43—38 en 40x7. Een ^ïiet moeilijke, doch zeer leerzame slagwending. No. 390. Th. Koek. Zwart: 9, 15, 19/21, 26, 28, 29. Wit: 30, 37/40, 43 en 47. Wit wint heel fraai door: 3731, 4742, 3832! 3934, 34x3 en 3x48. Op een zeer verdienstelijke wijze wordt hier de zwarte dam tot staan gebracht. ONZE LADDER-WEDSTRIJD. De stand (bijgewerkt tot en met pro bleem no. 390) luidt: (Alleen de" deelne mers, die hun punten-aantal met no. 389 en 390 vergroot hebben): No. Deelnemers pnt. 1. Th. Zonneveld, Wassenaarx 2. B. Langelaan, Sassenheim70 3. A. J. Langelaan, Sassenheim70 4. D. Rijsdam, Alphen a/d Rijn69 5. N. Hogervorst, Leiderdorp 47 6. J. A. J. Wortman, Hazerswoude 45 7. W. v. d. Meer, Oegstgeest 35 8. P. v. d. Vlugt, Ter-Aar 25 9. G. Geerlings, Leiden 28 10. J. C. Wortman, Hazerswoude17 11. L. Wortman, Hazerswoude15 12. M. J. v. d. Kwartel, Leiden14 13. D. G. v. d. Voort, Hazerswoude 12 14. G. Rijsdam, Leiden 6 15. J. H. Hilders, Lisse 22 Buiten mededinging: Jac. Wezel, Leiden; H. Huurman, Nieuw-Vennep. CORRESPONDENTIE. Th. Z. te W. Ik hoop 't voor U en doe 'at U schrijft. P. K. te W. Problemen in dank ont vangen, doch ik had ze reeds in mijn bezit o.a. uit 't N.V.D. en Hoekstra's rubriek. Kunt U mij niet eens met een zending eerste publicatie vereeren?! Wat uw schrij ven betreft,,veel succes! EEN LEERZAAM PARTIJGEDEELTE. Onderstaande stelling werd mij toege zonden door den heer G. Geerlings en is voorgekomen in de partij, gespeeld om het R. K. Damkampioenschap van Leiden, tus- schen H. B. Stipdonk met wit en J. J. Bek- ker met zwart, beiden leden van de dam club Gez. Samenzijn te Leiden. Dat boven genoemde club wel spelers van kracht rijk is. getuigt het spel verloop, dat zoo diep door berekend werd. 9 m Wk 9 9 9 9 9 9, m 9 9 m 'm W: Stand in cijfers: Zwart: 3, 7/9, 12/15, 17/20, 23, 26 en 29. Wit: 27, 28, 32, 34/38, 40, 42, 43, 45, 46, 48 49. Wit (H. B. Stipdonk) aan zet, speelde 2721! een valstrik spannende. Zwart (J. J. Bekker) berekende nu den volgenden dam- slag of schijfwinst en speelde 1822, den kende dat wit nu gedwongen was tot 4944a) (22x33) en 4339 om zijn ver loren schijf terug te kunnen nemen, maar dan had zwart a.v. dam gehaald door: 20 24, wit 39x28 (17—22) 28x17 (24—30) 35x33 en zwart 2329 enz. met dam (a). Indien wit na 1822 met 3430 had geantwoord, zou zwart (oogenschijnlijk) schijfwinst halen door: 22x33 wit 40—34 29x40 38x18 (13x22) 45x34 en zwart 2227. doch hier tegen had wit nog de 'volgende verdedi ging: 42—38 (27x16) 37—31 (26x28) 38—33 (28x39) 3025 enz. Tot zoover de bere kening van zwart. In de partij werd echter zwart wel verrast, want op 1822 van zwart speelde wit geheel buiten zwart's berekening en voerde den volgende damzet uit door: 34—30 (22x33) 37—31 (26x28) 42—37! (33x31) 36x27 (17x26) 27—21 (26x17) 30—24 (19x30) en wit 35x2 dam. Uit bovenstaand fragment komt nog eens te voorschijn, welke onbegrensde mogelijk heden het damspel rijk is. Een bijzonder fraai en leerzaam partij-gedeelte en wij danken, zoowel Geerlings voor zijn toe zending, alsmede beide heeren dat zij deze fraaie studie voor onze rubriek hebben wil len afstaan. OPMERKING. Nog eens eindspel no. 384, zie rubriek van Zaterdag 1 Mei jJ. De stand luidde: Zwart 3, 5, 36 en dam op 2. Wit 14, 19, 47 en dammen op 4 en 39. Een onzer lezers, de 'heer J. C. L. v. Leeu wen merkt op, dat bovenstaande stand als geheel hem niet juist lijkt, en vraagt ons, wat is de oplossing als zwarts le zet in plaats van 2x24 met 2x35 slaat. Terecht was deze variant in de oplossing in de ru briek van 1 Mei achterwege gebleven. Gaar ne willen wij aan van Leeuwen's verzoek voldoen en publiceeren wij hieronder op welke wijze dan voor wit winst mogelijk is: Wit 1. 3922, 2x35. Nu weet wit niet wat geschiedt, indien 2x24 was geslagen, doch nu Volgt wits 2e zet 2233, en nu is zwart gedwongen tot 352; wit 3. 3315 en zwart gedw. tot 38 (immers op 216 volgt 427 enz.), waarna wit 422 speelt en gemakkelijk kan winnen. Wij danken den heer v. Leeuwen voor zijn opmerking betreffende de achterwege ge bleven variant en wij stellen dergelijke critiek ook altijd zeer op prijs. OPLOSSINGEN LEVENDIG DAMPR. I EN II. (Zie rubriek van 15 Mei 1.1.) In no. I had wit bij den lOen zet als volgt de winst kunnen behalen door: 2722, 33—29 43—39 41—37 46x8 39—33 34x3 en 3x16. In no. II heeft zwart bij den lOen zet de winst verzuimd door: 2025, 22x27, 15x24, 25—30. 14—20 en 10x46. De heer G. Geerlings merkt ook nog op, dat zwart bij den 17en zet a.v. dam had kunnen halen door: 2732, 2025 en 18x47. En ook dat bij den 18en zet voor wit het volgende mogelijk was: 2319, 39x8, 3328 enz. Oplossingen ontvangen van H. Huurman, Nw-Vennep, G. Geerlings, Leiden en J. H. Hilders, Lisse. OPLOSSINGEN EINDSPELEN I EN II. (Zie rubriek van 15 Mei 1.1.). No. I wint wit door: 27 (4550 gedw.), 7—45 (50—44 a) 45—50 (44—35) 50x17 (35—49) 1—7 (49—35) 17—8 enz. a) (39— 43) 16x49 (50—28) 49—44 (28—50) en 1—6. Deze oplossingen werden ingezonden door G. Geerlings en J. H. Hilders. Een tweede oplossing, welke werd ingezonden door W. v. d. Meer te Oegstgeest luidt a.v.: 1621 (4550 gedw.) 2117 (3944 gedw.) 235 (44—49) 1—6 (50x11) en 6x44. No. II, wit wint door: 3731, 4339, 4540 en 50x48. Een verrassend slot het welk reeds in 1931 bewerkt is in een pro bleem van Hendriks en gepubliceerd in H.D. Correcte oplossingen van W. v. d. Meer en G. Geerlings. De eerste partij na interessant spel remise In de groote zaal van „Pulchri Studio" op het Lange Voorhout te 's-Gravenhage is gisteravond onder groote belangstelling de ontmoeting tusschen de heeren M. Raichen- bach, wereldkampioen in het damspel en B. Springer, kampioen van Nederland, aan gevangen met als inzet den titel van we reldkampioen. Aan de hoofdtafel voor het podium za ten behalve de beide spelers de burge meester van Den Haag, mr. S. J. R. de Monchy, wethouder prof. ir. C. L. van der Bilt, secretaris-archivaris der Fransche le gatie Paul Béchet namens den Franschen gezant, de secretaris van de directie der Haagsche Courant, Th. G. van der Garden, het voltallige bestuur van den Nederland- schen Dambond en de voorzitter van het uitvoerend comité voor de match J. B. de Haas. Voorts waren in de zaal nog ver scheidene bestuursleden van plaatselijke districten van den N. D. B. en vele beken de dammers aanwezig, o.m. de heeren Kei ler en Hoogland. Burgemeester de Monchy betrad aller eerst het spreekgestoelte, en zeide, dat hij zich er over verheugde, dat een ingezetene van de Residentie den strijd aanbond om het wereldkampioenschap en ook dat de openings- en sluitingswedstrijden in deze gemeente zullen plaats vinden. In het Fransch richtte de burgemeester zich ver volgens tot den vertegenwoordiger van de Fransche legatie en tot den wereld kampioen Raichenbach, wien hij veel ge luk in den strijd toewenschte. In de Ne- derlandsche taal zijn rede hervattende sprak mr. de Monchy eenige hartelijke woorden tot de heeren Springer en Keiler en memoreerde de sportieve geste van den laatste in zijn strijd tegen den heer Springer. Ook bracht spr. hulde aan den heer J. B. de Haas, die zich gedurende een groot deel van zijn leven beijverd heeft om het damspel populair te maken bij de Nederlandsche bevolking. Vervolgens spraken de voorzitter van den Nederlandschen Dambond, de heer A. van der Broek en de voorzitter van het or ganisatiecomité, de heer de Haas. Hierna was eindelijk het groote oogen- blik aangebroken, dat de eerste van de 25 wedstrijden zou aanvangen. De beide tegenstanders zetten zich aan het dambord op het podium en onder het geflits van de magnesiumlampen van de fotograven deed burgemeester de Monchy op advies van Raichenbach, die met wit speelde, den eersten zet. Wit: M. Raichenbach. Zwart: B. Springer. Hollandsche opening. 1. 33—28 Raichenbach blijkt ook tegenover Sprin ger de opening te willen spelen, die hem het beste „ligt", het klassieke partijgenre. Dit openingssysteem biedt veel interessan ter perspectieven dan het dikwijls zoo mo notone, maar vaak gespeelde 3228, dat eerder tot flankspel voert. Springer heeft in zijn eerste dammers jaren een goed ge fundeerde basis gelegd voor een gedegen kennis van de 3328 opening, en als de voorteekenen niet bedriegen zal de match, juist waar deze tuschen Springer en Rai chenbach wordt gespeeld, in het teeken van de Hollandsche opening staan. 1. 18—22. Een antwoord dat op het oogenblik als het beste voor zwart wordt beschouwd. Niet door de simpele aftsraffing na 3933 met 2227 en 1923, maar doordat het zwart een gemakkelijke spelverdeeling geeft, en wit voor de mogelijkheid stelt om 3833 te antwoorden, waarna later de ontstane open vakken met schijf 47 of 49 moeten worden aangevuld, hetgeen als minder sterk geldt. Raichenbach blijkt zulks inderdaad te willen ontgaan en speelt: 2. 31—27 22 x 33 om wit's stuk op 36 niet oogenblikkelijk in den strijd te brengen. 3. 39 x 28 17—21 4. 44—39 21—26 5. 39—33 12—18 6. 37—31 26x37 7. 42x31 Raichenbach wil zijn langen vleugel zoo spoedig mogelijk in ontwikkeling brengen en zal toch tot dezen klassieken ruil vroeg of laat moeten besluiten. De partij heeft een zuiver, theoretisch verloop. 7. 7—12 8. 50—44 19—23 Zwart ontneemt wit tijdelijk het bezit van het centrum en bezet zelf veld 23. In dien Springer zulks door middel van 1823 zou hebben gedaan, zou zijn lange vleugel in een minder gemakkelijke positie zijn ge komen, waar hier van een ontwikkeling nog geen sprake is. Met een tekstzet beoogt Springer tevens de stukken op zijn linker vleugel in het spel te brengen. 9. 28x19 14x23 10. 44—39 Met 3328 zou zwart gedwongen zyn 914 te spelen doch Raichenbach zou dan tevens zelf zijn centrum hebben verzwakt. 1010—14 11. 47—42 5—10 12. 11—37 11—17 Zwart kan wit voorloopig van het cen trum houden, hoewel de practijk leert, dat dit toch niet lang is vol te houden. 13. 46—41 14—19 Zwart besluit nu reeds den strijd om het centrum op te geven. Raichenbach's positie links wijst op een .interessante spelontwik- keling. 14. 33—28 17—21 15. 31—26 10—14 Springer heeft dit verloop juist gekozen, om den tekstzet alst tempo-zet te kunnen doen. 16. 26x17 12x21 17. 36—31 21—26 18. 41—36 8—12 19. 34—30 2—8 20. 30—25 20—24 Er is momenteel precies een uur gespeeld en beide spelers hebben ongeveer evenveel tijd verbruikt. Het middenspel zal zeker heel wat meer van den beschikbaren tijd vergen. 21. 39—34 Een sterke zet, o.i. beter dan 3933. 2114—20 22. 25 x 14 9 x 20 Stand na den 22sten zet van Zwart: Wit: 15 stukken op 27, 28, 31, 32, 34, 35, 36, 37, 38, 40, 42, 43 45, 48, 49. Zwart: 15 stukken op 1, 3, 4, 6, 8, 12, 13, 15, 16, 18, 19, 20, 23, 24, 26. De spelers zijn door het openingsspel heen en de feitelijke overgang naar het midden spel heeft zich reeds voltrokken. Er is van voor- en nadeel voor een van beide spelers nog geen sprake. Alles hangt af van de bedoelingen de beide spelers met Wit's op gesloten langen vleugel. 23. 34—30 20—25 24. 49—44 25x34 25. 40 x 20 15 x 24 Springer's linker vleugel is nu bijna uit gespeeld en wanneer Raichenbach veld 22 niet bezet, zou het wel eens mogelijk kun nen zijn dat Zwart door tempo-gebrek wordt gedwongen bijv. 611, 16 en 1117 te spelen, Wit de gelegenheid gevende om met 2721 enz. de opsluiting te verlaten. 26. 45—40 4—9 27. 40—39 9—14 28. 34—30 Zwart heeft thans 49 minuten bedenktijd gebruikt, Wit 41 minuten. 2814—20 Zwart dacht over dezen zet na, en te recht. Immers, de tekstzet stelt Wit voor een principieele beslissing. 29. 30—25 24—29 30. 25x14 19x 10 31. 28x19 13x24 De stand is: Zwart: 11 stukken op 1, 3, 6, 8, 10, 12, 16, 18, 24, 26, 29. Wit: 11 stukken op 27, 31, 32, 35, 36, 37, 38, 42, 43, 44, 48. 32. 27—22 18 x 27 33. 31x22 Inderdaad: een aanval op schijf 29 zou toch niet met succes bekroond worden en Wit kan zich dezen nu nog altijd voorbe houden. 3310—14 ■J4 40OQ -j jOA Op 44—40 volgt nu 12—18, 20—25 en 25x45. 35. 39—83 Wit laat zich niet imponeeren door Zwart's dreigend-uitziende opstelling rechts en diri geert een verdedigingsstuk naar het cen trum, om zoodra Zwart naar 34 oprukt, ach terwaarts te ruilen. Tevens dreigt 3530. 3520—25 Behoudt zich de mogelijkheid voor om 2430 te spelen. 36. 44—39 8—13 37. 39—34 29 x 40 38. 35x44 12—18 39. 27—22 18 x 27 40. 28—23 Sterker dan onmiddellijk 3731. 401—7 41. 37—31 26x37 42. 42x22 Zwart's eenige kans is om schijf 22 nu tijdig te verwijderen. 427—12 Op 2319 kan nu 1217 volgen, dat Wit gedwongen slag geeft naar veld 11 en de standen op gelijken voet brengt. 43. 33—28 12—17 Een uitstel van dezen ruil doet Wit tempo winnen met zijn aanval. 44. 22x 11 6x17 Natuurlijk niet naar 7, dat Zwart nog meer terreinverlies zou opleveren. 45. 33—29 Verhindert 17—21 met 23—18. Op 38—32 zou 1318 zijn gevolgd. 4 53—8 46. 23—19 De aanval op het centrum wordt nu ver plaatst op Zwart's langen vleugel. Zwart moet thans wel laten ruilen. 4 613—18 47. 19x30 25x34 48. 44—39 34 x 43 49. 48 x 39 3—13 De stand is: Zwart: 4 stukken op 13, 16, 17, 18. Wit: 4 stukken op 28, 33, 36, 39. 50. 33—29 13—19 Remise gegeven. Een fraaie partij, die ongetwijfeld in het middenspel het voordeel aan Raichenbach bracht, doch waarin Springer's correcte ver dediging den wereldkampioen geen winst kansen gaf. Springer stond voor de zware taak een feilen aanval op zijn centrum te keeren, doch hij heeft zich uitstekend van die zware taak gekweten en zoo is dus de traditie verbroken, dat Raichenbach zijn partijen om den wereldtitel met een over winning aanvangt, hetgeen moreel natuur lijk bijzonder van invloed is op de verdere verrichtingen. De tweede partij wordt vandaag te Am sterdam gespeeld in het Americain Hotel en vangt om vier uur aan. R. K. DAMCLUB GEZ. SAMENZIJN. Morgen speelt Gezellig Samenzijn te Alphen a. d. Rijn den beslissingswedstrijd om het clubkampioenschap van den Ned. R. K. Dambond tegen de R. K. Utr. Dam- vereeniging. De wedstrijd, welke om 2 uur aanvangt, wordt gespeeld in het Patronaatsgebouw naast de R. K. Kerk. Vertrek uit Leiden per fiets om 12.30 uur vanaf den R. K. Volksbond. G. S. speelt met de volgende opstelling: G. Geerlings, A. G. de Jeu, A. Jansen, J. J. Bekker, W. Krom, J. L. C. v. Leeuwen, P. Geerlings, A. v. d. Reijden, C. H. Klein en H. Stipdonk. OM HET KAMPIOENSCHAP VAN KATWIJK. De stand van de finale voor het kam pioenschap van Katwijk en Omstreken is thans: le klasse: gesp. gew.rem.verl.pnt. J. Freke 3 2 1—5 C. Korpelshoek 3 12 4 A. Vletter 3 1 2 2 L. de Haan 3 12 1 le klasse: J. Schoneveld 4 3 1 7 A. Barnhoorn 4 2 2 6 C. Cederhout 4 2 2 4 G. Varkevisser 4 112 3 C. Durieux 4 2 2 2 B. v. d. Kamp 4 1 3 2 3e klasse: Fr. Spierenburg 4 4 8 G. Koelewijn 4 3 16 H. Koelewijn 5 2 12 5 J. Lan geveld 5 2 12 5 G. Peet 4 2 2 4 D. Hartkamp 4 1 3 2 M. v. d. Gugten 4 4 De le klasse is uitgespeeld. De heer J. Freke is ongeslagen kampioen geworden. Wij wenschen hem van harte geluk met het behaalde succes. PAARDENSPORT INTERN. CONCOURS HIPPIQUE TE AMSTERDAM Van bevoegde zijde vernemen wij, dat Z. K. H. Prins Bernhard het voornemen te kennen heeft gegeven, het a.s. Int. Con- coure Hippique, in het Olympisch Stadion te Amsterdam, dat plaats zal vinden van 24 tot en met 27 Juni a.s., met zijn tegen woordigheid te vereeren. Naar men uit de biografieën zal herinneren, stamt Z. K. H. uit een vorstelijk Huis waarvan vele leden uitblonken op het gebied van de ruiter sport. Ook de vorstelijke moeder van Z. K. H. is een koene amazone en wist, als gravin von CrammCrieven, op groote in ternationale ruiter-tournooien de zege palm weg te dragen. De aanwezigheid van een zóó bij uitstek deskundigen hoogen be zoeker wordt derhalve door het uitvoerend comité en de stadion-directie op hoogen prijs gesteld en zal ook de deelnemers prikkelen tot den inzet van hun uiterste kunnen. Onder deze deelnemers zal, naast de of- ficieele buitenlandsche équipes ditmaal ook weder mededingen de beroemde amazone Frau von Opel, die de door haar in 1936 gewonnen wishelbeker „Prijs van het Olym pisch Stadion" zal verdedigen. Onder de verdere buitenlandsche dames-deelneem sters noemen wij nog Madame van Haef- ten uit Brussel. Een zeer elegante ver schijning, die ingeschreven heeft voor het springconcours en voorts met veel kans op succes! mededingt in het voorrijden van „het schoonste rijpaard". SCHAKEN. KAMPIOENSCHAP VAN LEIDEN EN O. In hotel Centraal werd gisteravond bo vengenoemde wedstrijd voortgezet, in de eerste plaats met de afgebroken partijen: DemmendalBosscha, van VeenWillems en BosschaDe Bruin. Demmendal had bij het afbreken met den besten waarschijnlijk winnenden zet opgegeven. Nu wisselden de kansen met als slot remise door herhaling van zetten. Van Veen schoof zijn vrijpion naar voren en Willems, die eenigszins beter stond, be schikte over een variant, die het opschui ven belette. Hij koos echter een andere voortzetting, waardoor hij een toren voor den pion moest geven, waarna van Veen de partij gemakkelijk won. In de partij BosschaDe Bruin offerde De Bruin de kwaliteit op voor een aanval, die echter niet tot zijn recht kwam. Hij ge raakte nu in een verliesstelling en over- ven bedenktijd, zoodat Bosscha een winst- schreed daarna ook nog den voorgeschre- punt boekte. Ook werd daarna nog begon nen met twee nieuwe partijen, n.l. tusschen Demmendal en Westra en Willems en v. d. Nat. Bij het afbreken stonden Demmen dal en van der Nat er het beste voor (een pion gewonnen) en zullen dus zonder on gelukken de partijen wel in hun voordeel kunnen beslissen. De stand is thans de volgende: W. Demmendal 3A x uit 6, P. E. J. Wil lems VA x uit 5, W. H. v. d. Nat 2A x uit 4, Johs. v. Veen 3 uit 5, I. Zitman 2A uit 4, W. de Bruin A uit 5. ir. J. Wesetra VA x uit 5 en G. Bosscha 2 uit 4. Van der Nat is nog ongeslagen. In de 2e klasse won van Schayck van Van Veen en Van Atten van Cok. Viner Baart afgebroken. De stand: Van Schayck VA en uit 5, Vi ner 2 x uit 5, van Atten 3 uit 5, Cok 2 uit 6, Baart IA xx uit 5, Van Veen x uit 5 en De Witte 3 x uit 5. Van Schayck verloor nog geen enkele partij. In de 3e klasse werd de partij van der KrogtOttevainger afgebroken. A.s. Donderdag wordt de wedstrijd voortgezet, wederom in hotel Centraal.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 14