28ste Jaargang
AAN MIJNE
DIOCESANEN.
HET MEIFEEST VAN DE KRUISVAART
MAANDAG 24 MEI 1937
No. 8730
S)e£cldóeli^0oiiH&wX
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: 0.50
Met den meesten nadruk roepen Wij U toe:
Weest toch eensgezind en bewaart met nauwlettende
zorg Uwe zoo machtige eenheid ook op staatkundig
gebied. Laat U door niemand en door niets ver
leiden om van die eenheid af te wijken.
Door verdeeldheid worden onze hoogste en
heiligste goederen in het grootste gevaar gebracht.
Luistert naar de herhaalde en ernstige en
duidelijke vermaningen van Paus en Bisschoppen en
toont, ook bij de verkiezingen, dat gij als Katholiek
Uw plicht begrijpt en volbrengt.
Wij bidden om Gods Zegen over den verkiezings
dag en Wij rekenen met vertrouwen op ieder van U
Haarlem, 23 Mei 1937.
t J. P. HUIBERS,
Bisschop van Haarlem.
V Dat Is erg
De volgende hier geciteerde woorden zijn
ontleend aan een verkiezingsblad:
„Werkloozen, wilt gij als waardeloos vuil
op de mesthoop geworpen worden, stemt
dan".. Door welke politiek partij wordt
met zulk 'n ophitsende, met zulk 'n absolute
minachting geschreven over een andere
partij? De geciteerde woorden richt de K.D.
P. tot de R.K. Staatspartij!
Iets ergers heeft de S.D.A.P. of de Com
munistische Partij niet van de R.K. Staats
partij geschreven. De K.D.P. tracht alle an
dere tegenstanders der R.K. Staatspartij te
overtreffen, als 't geldt, de Katholieken,
leiding-ge vend in de R.K. Staatspartij, te
grieven en te hoonen. De R.K. Staatspar
tij werpt de werkloozen als waardeloos vuil
op de mesthoop. Zóó scheldt een partij, die
zichzelf het pr'aedicaat „Katholiek" geeft,
op de R.K. Staatspartij!
Dat is erg. Wij zouden 't anders kun
nen zeggen; wij zouden er meer van kunnen
zeggen.
Maar in de achting van ieder welden
kend mensch, veroordeelt degene, die zulk
en scheidtaai bezigt, zichzelf. Dat zal ook
blijken overmorgen aan de stembus!
Dat is nog erger
In hetzelfde propagandablad van de K.D.
P. lezen we:
„Wij weten van een pers, die totaal on
verschillig staat tegenover de grote volks-
nood en in de goedkope, verouderde een
heidspraatjes nog maar altijd heil zoekt".
Over „die pers, die totaal onverschillig
staat tegenover den grooten volksnood"
zwijgen wij maar. Iemand, die eerlijk wil
zijn, zal onmiddellijk zulk 'n laster door
zien.
Wij willen er op wijzen, hoe de verma
ningen, dat de Katholieken ook in hun po
litieke organisatie, ook aan de stembus één
moeten zijn, worden gekwalificeerd als
„goedkoope, verouderde eenheidspraatjes".
En van wie zijn die vermaningen.
Van alle Bisschoppen in Nederland, die
herhaaldelijk op die eenheid hebben aan
gedrongen. (Men leze en herleze de her
haalde vermaning van den Bisschop van
Haarlem. Ook in andere diocesen hebben de
Bisschoppen zich dezer dagen opnieuw
tot hun diocesanen gericht).
Van den Paus. De Paus zegt in zijn ency
cliek tegen het Communisme, enkele maan
den geleden verschenen:
„Vervolgens zouden Wij tot al Onze dier
bare kinderen van iederen socialen stand,
van alle nationaliteit, van elke religicuse of
leekengroeepeering in de Kerk, een nieu
wen en nog dringender oproep tot een
dracht willen richten. Meermalen werd ons
Vaderlijk hart bedroefd door de verdeeld
heid, dikwijls futiel in haar oorzaken, maar
altijd tragisch in haar gevolgen, welke de
kinderen van een en dezelfde Moeder, de
Kerk, met elkaar in conflict brengt. Men
ziet dan, dat revolutionnairen, die niet zoo
erg talrijk zijn, van die tweedracht gebruik
maken, ze toespitsen en er tenslotte in sla
gen deze Katholieken tegen elkaar op te zet
ten. Na de gebeurtenissen van de laatste
maanden zou Onze waarschuwing overbodig
moeten schijnen, maar wij herhalen ze nog
eens voor hen, die haar niet hebben begre
pen of misschien niet willen begrijpen. Zij,
die werken aan de vermeerdering van
tweedracht onder de Katholieken, laden een
verschrikkelijke verantwoordelijkheid op
zich tegenover God en tegenover de Kerk".
„Goedkoope, verouderde eenheidspraat
jes".... Ook hiervan kan worden gezegd,
dat hij, die zóó schrijft, niet meer behoeft
veroordeeld te worden, omdat hij 't reeds
zichzelf heeft gedaan!
In het bedoelde verkiezingsblad der K.D.
P. beroept men zich ook op pauselijke uit
spraken en tracht men de meening der Ka
tholieken, die een organisatorische eenheid
op politiek terrein, een eenheid aan de
stembus als katholieken plicht beschouwen,
in strijd te brengen met het pauselijk ge
zag!Dat is wel het toppunt van....
vrijmoedigheid!
Zoo citeert men een uitspraak van Paus
Leo XIII:
„Is het om zuiver politieke vraagstuk
ken te doen, b.v. welke de beste regeerings-
vorm is, dan staat het vrij, daarover, mits
op eerlijke wijze, te redetwisten".
Men veroorlooft zich daarbij de vrijheid
het woord „politieke" vet te drukken: „Is
het om zuivere politieke vraagstukken te
doen". Maar men kan ook aldus lezen: „Is
het om zuiver politieke vraagstukken te
doen.
En nu zijn de program-punten der K.D.
P. ongetwijfeld, zuiver politieke vraagstuk
ken.
Maar geen zuiver politiek vraagstuk is,
of de Katholieken
in ons vaderland
in dezen tijd
hun organisatorische eenheid op politiek
terrein, hun eenheid aan de stembus mogen
verbreken.
Het moet voor iedereen bij rustige bezin
ning duidelijk zijn, dat bij het al dan niet
verbreken dier eenheid groote belangen be
trokken zijn, groote belangen van geeste
lijken aard!
Wij hebben in bovenstaande artikeltjes
gereageerd op een verkiezingsblad der K.D.
P., omdat wij meenden het tot plicht te
hebben, onze meening daartegenover te stel
len, naar best vermogen te trachten, mo
gelijk gestichte verwarring in de hoofden
van enkelen recht te zetten,
Wij hebben hierbij geen enkelen persoon
als zoodanig willen treffen; dat willen wij
zoo lang mogelijk vermijden. (Dat is 't
zij terloops gezegd ook de reden, waarom
wij dezer dagen hebben geweigerd een in
gezonden stuk van de zijde der K.D.P.,
waarin de persoon van een harer candida-
ten werd besproken, in welke richting wij
bij het meeningsverschil tusschen ons
en de K.D.P. met wenschen te gaan).
Wij besluiten met nogmaals neer te
schrijven onze sterke en hechte overtui
ging:
Wie de katholieke belangen in ons vader
land in dezen tijd wil behartigen, hij stemt
a.s. Woensdag op
Lijst 1 (no. 1 Pater mr. dr. Beaufort O.F.M.)
V Het anti-papisme
Wij wijdden verleden week een paar
woorden aan een circulaire, waarin ds.
Lingbeek c.s. worden gepropageerd.
De partij van ds. Kersten wedijvert met
eerst genoemde in anti-papisme!
Ook zij roept in een circulaire op om den
strijd aan te binden „tegen roomsche over-
heersching".
En wat doen wij daartegenover?
Och, al zou een Katholiek nog zooveel
grieven hebben tegen de R.K. Staatspartij,
zijn beginsel-trots, zijn fierheid zegt hem,
dat hij tegenover zooveel anti-papisme
zooveel openlijk en zooveel verscholen anti
papisme moét stellen de ééne katholie
ke partij. De Katholieken van Nederland
zullen Woensdag weer 'ns openlijk laten
zien, dat men hen niet in een hoek kan
duwen, hoe graag velen helaas, gedre
ven en als bezeten door een onchristelijk
anti-papisme dat ook zouden willen,
haar, de partij van een millioen kiezers!
Geen Katholiek scheide zich Woensdag af
van zijn millioen geloofsgenooten, die zul
len stemmen op lijst 1.
De wereld
invog el vlucht
Zondagochtend om 4 uur is de bekende
Amerikaansche petroleummagnaat, de 97-
jarige John D. Rockefeller op zijn winter
verblijf te Day ton a Beach in Florida aan
hartverlamming overleden.
De oude Rockefeller was de rijkste man
ter wereld, zijn vermogen werd geschat op
een billioen, d.i. 1000 millioen dollar.
Daarvan heeft hij in den loop der jaren
ongeveer 500 millioen weggegeven aan in
stellingen van weldadigheid. Hij kon dat
doen, want hij hield nog millioenen over.
Toch leefde de oude Rockefeller eenvou
dig en daaraan zal hij het wel te danken
hebben gehad, dat hij zoo'n hoogen leeftijd
heeft bereikt.
De levensdroom van Rockefeller was de
geheele petroleum-industrie onder één lei
ding te brengen en zoo de productie te con
troleeren en de prijzen te regelen. Hij had
succes bij zijn pogingen en in 1878 contro
leerde hij 90 pet. van alle raffinaderijen in
de Vereenigde Staten.
John D. Rockefeller heeft een zeer rus-
tigen levensavond gekend.
Zijn sterk gestel verbaasde iedereen, en
men rekende er dan ook vast op, dat hij
honderd jaar zou worden. Alle krachten
werden samengespannen om het zoo ver te
brengen en men behandelde den ouden
Jehn D. als een teer kasplantje, dat geen
tochtje mocht bereiken en geen emotie
mocht ondervinden.
Zoo ging men er de laatste jaren, toen
John D. vrijwel kindsch was, toe over, om
een krant samen te stellen, speciaal voor
hem.
Dit werd de merkwaardigste krant ter
wereld. Zij verscheen in een oplage van
slechts één exemplaar per dag, en bevatte
niets dan prettige berichten. Volgens deze
krant was er een ongekende welvaart ge
komen, de oorlogen waren afgeschaft, de
menschen hadden elkaar allen lief, er ge
beurden geen ongelukken meer, de dividen
den en loonen stegen duizelingwekkend,
enz. John D. las dit alles met behulp van
een vergrootglas, en in de laatste jaren liet
hij zich al dat moois voorlezen....
Zoo is John D. Rockefellers leven lang
zaam, heel langzaam uitgedoofd en met
hem is stellig een der merkwaardigste
Amerikanen van de laatste eeuw heenge
gaan.
Uit Spanje komt niet veel nieuws. De
ontruiming van Bilbao gaat haar gang en
duizenden vluchtelingen zijn reeds in
Frankrijk en Engeland aangekomen. De
pogingen om een wapenstilstand te berei
ken worden voortgezet. Duitschland schijnt
niet ongenegen om mee te werken, maar
Franco voelt er blijkbaar niets vcor.
Een prachtig geslaagde demonstratie van onze jongens
Iemand, die wel eens met een stok in een
mierennest porde, kan zich een goed idee
vormen, hoe het Meifeest van de Kruis
vaart inzette. Er klonken zwaar-metalen
slagen op een donkere gong en plotse
ling kwamen van alle kanten de groene
ka jotters aanloopen; zij doken op uit den
grond en druppelden van de tribunes; zij
vereenigden zich tot een krioelende me
nigte van bladgroene blouses rond het
groote, zwarte kruis, dat in het midden van
de Heemsteedsche wielerbaan oprees....
Hun eerste daad was een groet aan het
kruis:
„immers wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't Kruis van den Heer".
Het was een aangrijpend schouwspel: die
bloeiende, blozende jeugd, die honderden
en honderden frissche, vroolijke jongens,
rond dat groote, sombere, zwarte kruis, dat
als een verschrikking en een donkere scha
duw afstak tegen de blauwe lentelucht en
het blonde groen van de omringende bos-
schen.
En toch hoe vreemd moet het klinken
in de ooren van hen, die Christus niet vol
gen tóch werd dat akelig martelwerk
tuig, dat zóózeer uit de toon van een „Mei
feest" scheen te vallen, begroet als „onze
eenige Hoop".
De heidenen in de oudheid begrepen de
vreugde der eerste Christenen niet; de hei
denen van thans begrijpen ónze vreugde
evenmin. Het moet voor hen een „dwaas
heid" zijn, dat, met dezen groet van jonge
ridders aan het gruwzaam schandhout, het
Meifeest werd voortgezet vroolijk en
opgetogen. De jongens dansten en zongen
en speelden rond het kruis, zij stapelden de
kleurige ballen, waarmede zij de „ballen-
dans" hadden uitgevoerd, aan den voet
van het kruis het kruis was het middel
punt van hun feest. Het was een prach
tige, van groote originaliteit en van goede
organisatie getuigend Meifeest eener jeugd
beweging, die zich met recht Kruisvaart
noemt.
Twee uur lang heeft deze Kruisvaart
middag geduurd uren vol afwisseling
van muziek, zang en dans, vol afwisseling
ook in de kwaliteit van 't gedemonstreerde.
Dat kan nu eenmaal niet anders; als er
hoogtepunten zijn, kunnen lagere punten
niet ontbreken. Het eerste hoogtepunt was
het „Wilhelmus", dat kloek en krachtig
door de arena galmde. Minder slaagde in de
practijk de ingenieuse gedachten-combina
tie tusschen fietsers, die al fietsende tel
kens nieuwe artikelen van de Kruisvaart
belofte als een „loopende krant" langs de
toeschouwers draaiden en de gelijktijdige
symboliseering dier artikelen op het veld.
Op zichzelf zijn beide voorstellingen zeer
geslaagd, maar, wanneer men ons daar
achteraf niet op had attent gemaakt, zou
de geestige combinatie ons zijn ontgaan. Kos
telijk waren de dansen van Anton Sweers
de springdans, de arbeiddans en de rei
dans keurig ingestudeerd op het jolige
rhytme van Marin Monnikendam's bege
leidende muziek. Zeer geslaagd was ook
het lied van St. Michiel (tekst van Wim
Snitker)
„Wij, jongens, bidden om een man,
die ons naar God aanvoeren kan".
Toch moet het lang niet gemakkelijk zyn,
met den jongens dit en andere liederen op
de contrapuntische muziek van Maris Mon
nikendam in te studeeren.
De muzikale begeleiding was raak en
expressief, op den duur iets monotoon en
naar onze smaak (wij zijn volslagen leeken,
maar het was toch ook een spel om „leeken"
te boeien!) te weinig opgeruimd en geest
driftig voor een feest van jongens.
Voor de geestdrift en pret zorgden in-
tusschen de jongens zelf wel, toen zij daar
toe de vrij baan kregen in de versierde
wagenrennen en in de balonnenwedstrijd.
De wagen-rennen waren grootscher dan
ooit; vooral de roode en gele manen van de
paarden waren een bizondere attractie!
Het publiek heeft veel schik gehad in de
dwaze pogingen van de wagenrenners om
staande te blijven in den strijd. De ballon
nen-wedstrijd lukte eveneens prachtig:
1200 ballonnen stegen op, ieder voorzien van
een label in vier talen om de ballon terug
te zenden aan de „Jeune Hollandais", wiens
naam daarop was vermeld. Als tooverbal-
len zeilden de balonnen door het luchtruim,
op reis naar verre landen.
Van de liederen verdienen zeker een
extra-pluim het Marschlied (met. het vlag-
gen-zwaaien) en „Hein Hooger" met een
pittige muzikale begeleiding. De eereprijs
van alle uitgevoerde nummers durven wij,
zonder gevaar van tegenspraak, toekennen
aan „Het Geluk". Dat was een zeer geluk
kige drie-eenheid: het vurige, krachtige,
schoone gedicht van Adama van Scheltema,
de dreun van doffe paardenhoeven en de
toomelooze vaart in de muziek van Mari-
nus Monnikendam en de werkelijk meester
lijke „paarden". Vooral 't eerste aanrennen
van het witte gelukspaard was heel mooi.
Het tweede deel van het Kruisvaartfeest
de Maria-hulde had vele gelukkige
momenten, doch was te weinig afwisselend
eri te gerekt. Dat neemt niet weg: er waren
schitterende declamaties: het Arbeidslied,
maar vooral het overwinningslied van de
„Jongere leiders":
„De tijd is zwaar, maar wij zijn sterk!
Nóg is er moed, nóg is er werk!
De handen uit de mouw gestoken,
het zwijgen met ons lied gebroken!"
De fijnzinnige tekst van deze „Maria-
hulde" was van Gabriël Smit; Pater Mer-
tens componeerde de mede-voelende mu
zikale begeleiding.
Terwijl deze en meerdere liederen werden
gedeclameerd, droegen Kruisvaarders en
St. Jans-knapen bloemen, vruchten, groen
ten en festoenen aan op een estrade, waar
op de hemelsche Meikoningin troonde onder
een hemels-blauw baldakijn. Haar ter eere
werd in beurtzang een heerlijke litanie ge
beden. Zeer schoon was ook het lied,
waarmede dit Meifeest werd besloten:
„Maria ging naar Nazareth". Als bazuinen
declameerden sonore stemmen telkens twee
strophen, gevolgd door het ruischende,
zacht-zwe'llende spreekkoor van de hon
derden jongens:
„Maak, Moeder, onze Kruisvaart waard
een glorieuze Hemelvaart".
Het Meifeest van de Kruisvaart is heer
lijk geslaagd. Het ontzaglijke werk der lei
ders is beloond in èn door een groot be
zoek èn door een voldaan en enthousiast
publiek. Onder de vele belangstellenden, die
het Heemsteedsche Sportpark vulden, waren
Mgr. Möllmann, oud-vicaris-generaal, Re
gent Ammerlaan van het Seminarie „Hage-
veld" en dr. E. Droog, wethouder van de
gemeente Heemstede.
De regeling van het feest was keurig in
orde. Het trof ons bij de uitvoering van dit
spel door honderden levenslustige jongens,
dat er een flinke discipline was en toch de
jongens niet van a tot z „gemaszregelt" be
hoefden te worden. Een compliment voor
de tact der leiders, dat wij him niet wilden
onthouden.
EEN KIJKJE OP DE TRIBUNE, WAARBIJ WIJ O.M. ONDERSCHEIDEN MGR
M. P. J. MÖLLMANN, OUD-VICARIS-GENERAAL VAN HET BISDOM HAARLEM.