Begrootingsdebatten in den Leidschen Raad Het antwoord van Burgemeester en Wethouders Belastingverhooging slechts in uiterste geval DONCERDAG 25 FEBRUARI 1937 DE LEJDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 DE TOEKOMST NIET TE SOMBER INZIEN In de Woensdagmiddag 2 uur voorgezet te vergadering van den Gemeenteraad werd voortgegaan met de Dinsdagavond reeds aangevangen beantwoording dei- sprekers door B. en W. DE WETHOUDER VAN FINANCIEN. De toekomst niet al te somber inzien. Het woord is thans aan wethouder Ver- weij (S.D.A.P.). Hij Kan een gevoel van teleurstelling over de geuite bezwaren niet onderdrukken. Er spreekt een misken ning uit van de moeilijkheden van de gemeente in ver band met het huidi ge tijdsgewricht en met de veelheid van de aan de gemeente toevertrouwde belangen. Toch schijnt het college er in de Memo rie v. Antwoord in geslaagd te zijn, een groot deel van den Raad te bevredigen. Het sluitend maken van de begrooting was dit jaar bijzonder moeilijk. Dat is be grijpelijk. De begrooting is de barometer van de levensomstandigheden in deze ge meente. De werkloosheidscijfers van de laatste jaren geven een duidelijk beeld van den toestand. Op 3 Jan. 1935 stonden 4382 werkloozen ingeschreven; op Jan. 1936: 4883 werkloo zen; en op 6 Jan. 1937: 5083. werkloozen. De uitgaven van Maatsch. Hulpbetoon zijn gestegen van 702.000- tot 739.000, terwijl de uitgaven van -den Socialen Dienst van ƒ1.150.000 zijn gestegen tot 1.245.000. Spr. doet een beroep op de burgerij om zooveel mogelijk door het beschikbaarstel len van werk de werkloosheid te helpen in perken. De heer de Reede'heeft ddlntèririg" der re- serves-nagerekend,--doch daaraan kan spr. niet meer dan academische beteékenis hechten. Mê,n "kan hët"b'ët"ëeureö;- dat de reserves moeten worden aangesproken, maar een specifiek Leidsch. verschijnsel is, dat niet. De algemeene toestand is nu eem maal donker en de Raad .dient daarmede rekening .te houden. Gaan wij de voorgestelde maatregelen toetsen, dan kan men gewraakte" voorstel len afwijzen; maar moet men er wat an ders voor in de plaats stellen. Men moet zich afvragen, of de bepaalde maatregelen thans verantwoord zijn, die men onder be tere omstandigheden achterwege zou heb ben gelaten. Het is juist, dat de begrooting geen rekening heeft gehouden met de ge volgen der devaluatie. Toch gelooft spr. dat deze gevolgen op den duur een gunsti- gen invloed op de gemeente zullen uitoefe nen, zooals de mogelijkheid tot renteverla ging, een te verwachten betere opbrengst der belastingen en daling der werkloos heid. Er is dus voor een al te zwarte bril geen reden. Dekkingsmiddelen niet ideaal. Omtrent de gewraakte dekkingsmiddelen erkent spr. dat zij- niet ideaal zijn. Wat be treft de egalisatie van de bezuinigingen op de Lichtfabrieken, dat beteekent een jaar- lijksche bezuiniging van 70.000, terwijl de egalisatie van de pensioenlasten even eens een bezuiniging van ƒ21.000 beteekent. Wat wij nu voorstellen is principieel het zelfde als wat het Rijk reeds lang doet. De samenvoeging van M. H. en den Ar menraad rriaakt een besparing van rond ƒ7.000 mogelijk en deze besparing is ver kregen met volledig behoud van de werk zaamheden van den Armenraakd. De besparing op de rente voor de geld- leénineen bij de Rijksverzekeringsbank acht spr. niet zoo in de lucht hangende als in den Raad is beweerd. Wij hebben nog geen beslissing ontvangen, doch ons verzoek tot renteverlaging is ook niet afgewezen, ter wijl het toch in de lijn der algemeene ren teverlaging ligt om de exorbitant hooge rente van 6 net. niet te handhaven. De heer Goslinga (A.R.): Maar de gemeente is contractueel verbonden! Wethouder Ver we ij (S.D.A.P.): Het nalaten van de afschrijving op de leening van de L. Duinw. Mij. tot een bedrag van J 33.500 acht spr. ook verantwoord, daar deze afschrijving volkomen het karakter draagt van een kapitaalvorming. Ook de halveering van de premie voor het Ongevallenfonds acht spr. niet riskant blijkens de cijfers. Het dragen van eigen risico heeft de gemeente geen windeieren gelegd. De inkomsten van het fonds heb ben in het afgeloopen jaar 15.000 meer bèdragen dan de uitgaven. Waarom zullen wij dus breken met dit systeem? De herberekening van de pensioenen be rust op een door de regeering ingediend wetsontwerp. Het is juist, dat er kans be staat, dat dit ontwerp nimmer wet zal worden, maar aan den anderen kant wordt het Gemeentebestuur herhaaldelijk uit den Haag aangemaand om rekening te houden met wetsontwerpen. Dit ontwerp is nog steeds niet ingetrokken. Maar, als het niet doorgaat, weegt het Maandag genomen be sluit tot converteeren van een paar lee ningen ruimschoots op tegen het wegval len van deze bezuiniging. Spr. komt thans tot subsi die-verlagingen. Dat doet men niet voor zijn genoegen. De Raad heeft blijkbaar overwegend bezwaar tegen de subsidieverlaging voor de Wijk verpleging, dóch spr. acht deze verlaging toch wel verantwoord, gezien de rekenin gen van twee Vereen., de Kath. en de Pro- testantsche, die nog steeds sloten met een batig saldo, en die heel royaal hun schuld aflossen. De subsidieverlaging voor de Vacantie- kolonies is een gevolg van een algemeene gedragslijn, die het maken van uitzonderin gen niet toeliet. Hetzelfde geldt voor de Teeken'school van den Protestantenbond. De verlaging van het stortingspercentage in het vernieuwingsfonds der Lichtfabrie ken heeft tegenkanting ondervonden. Doch spr. wijst erop, dat de reserve niet wordt aangetast, slechts wordt de stijging met 50 pet. verminderd. Men moet niet over drijven. De onderwijsbezuiniging betreft voor 8000 het bijzonder bewaarschool-onder wijs.' Het is juist daartegen dat sommige raadsleden overwegend bezwaar hebben. Die oppositie hadden B. en W. niet ver wacht. De „roode" wethouders. Van gemis aan overeenstemming in den boezem van het college is reeds eenige ma len gebleken. Dat zal ook in de toekomst wel meer het geval zijn; doch van eenige ondermijning van het parlementarisme is z.i. geen sprake. Wij leven is eeir vrij land en meeningsverschil is steeds toegelaten. Dat'de bestuurskracht van het huidige col lege minder zou zijn, is spr. niet gebleken. De-heer Beekenkamp heeft geconstateerd dat het financieele beleid van dit college hetzelfde gebleven-is. Maar zijn partijge noot Goslinga is het daarmede blijkbaar niet eens, gezien zijn ingrijpend voorstel. De heer de Reede heeft de begrooting „ca mouflage" genoemd; dat gaat spr. te ver. Spr. heeft aangetoond, dat de bezuinigings posten verantwoord zijn. Dat het publiek er ook zöo'óvér denkt, zal straks wel blij ken bij de uitgifte van de leening. De heer Lombert heeft de dienstfietsen ter sprake gebracht, doch wij hebben een huurcontract van 5 jaren, waarop wij nog een besparing van 2.500 hebben weten te verkrijgen .Het college heeft nagegaan of er rijwielen konden worden afgeschaft, doch is tot de conclusie gekomen, dat af schaffing van meerdere dienstrijwielen geen besparing zou beteeken en. De tele foon geeft evenmin besparing, afschaffing zou duurder uitkomen. De heer Bergers heeft opmerkingen gemaakt over de slacht- tarieven, doch in de commissie van het Slachthuis is verlaging der tarieven on langs nog besproken en verworpen. Dat de behandeling van de begrooting zoo laat moet geschieden, vindt zijn oorzaak in de onmogelijkheid om een raming te maken van de werkloosheidssteungelden in Juli of Augustus. Wenscht de Raad een be grooting, die zooveel mogelijk de werke lijkheid benadert, dan moet genoegen ge nomen worden met een late behandeling. Het voorstel-Goslinga is spr. een raadsel. Spr. heeft altijd waardeering voor de ca paciteiten van den heer Goslinga, maar hierover staat spr. toch verbaasd. Wil men de begrooting in gevaar brengen, dan kan men geen beter voorstel aannemen. Het voorstel is volkomen destructief en onaan vaardbaar. De heer Goslinga wil gelden putten uit de reserve in afwachting van nadere bezuigingsvoorstellen. Spr. ziet geen kans meer om een ton te bezuinigen. Men kan ook de belasting verhoogen, n.l. de per- soneele belasting met 20 a 25 pet. verhoo gen; maar dat wil de heer Goslinga niet. De vraag of tot .belastingverhooging moet worden overgegaan, is door B. en W. am pel overwogen. Het college meent, dat '.lier toe slechts in het alleruiterste geval moet worden overgegaan. Persoonlijk meent spr. dat het voorstel- Schüller inzake de werkverruiming aanne melijk is. De toestand zal alleen verbeteren als de werkloosheid vermindert. Het Rijk moet hier het initiatief nemen. Er is z.i. grond voor de verwachting, dat er meer aandacht geschenken zal worden aan de uitvoering van groote openbare werken. De gemeentebesturen dienen in afwachting daarvan zooveel mogelijk openbare wer ken voor te bereiden. Dat bestrijdt de werkloosheid en verfraait de stad. Willen wij in hetzelfde tempo groote werken blij ven uitvoeren, dan zullen wij moeten sa menwerken met de regeering. Mocht de i'egeeringspolitiek echter niet veranderen, dan zal de gemeente niet in hetzelfde tem po kunnen voortgaan. Inzake de veranderde houding der S.D. A P. zegt spr. dat zich alle partijen hebben moeten aanpassen aan de gewijzigde om standigheden. Tenslotte doet spr. een beroep op allen, öm het college' mogelijk te" maken" de stad te blijven besturen. DE WETHOUDER VAN SOC. ZAKEN. Er is wel iets bereikt. Wethouder v. Stra len (S. D. A. P.) dankt voor de waar- deerende woorden, waarmede sommiger betoog in tegen spraak was. Zoo heeft de heer Tobé een-onwaardige de magogische rede ge houden. Wij hebben ons best gedaan en spr. tart den heer Tobé om aan te too- nen, dat door de S.D.A.P. de laatste" jaren voorstellen zijn gedaan, welke onmogelijk uitvoerbaar wa ren. De rede van den heer Tobé is uiter mate geschikt om de homogeniteit in het college blijvend te verstoren. Men zal moe ten erkennen, dat door het tegenwoordige college toch wel iets bereikt is; en spr. noemt eenige sociale maatregelen als voor beeld op. Met den heer Wilmer erkent spr. dat de ondersteuningsnormen bij M.H. te laag zijn, doch daaraan Kan spr. niets doen. De heer Wilmer heeft spr. gevraagd naar de bedoeling van enkele uitlatingen op een vergadering der S.D.A.P. Het is niet de gewoonte rekenschap af te leggen van ge zegde in particuliere "vergaderingen, doch spr. wil er wel op ingaan. Spr. heeft ge doeld op de afwezigheid_van homogeniteit in het college. De heer W i 1 m e r-(R:K.)Ik heb u ge vraagd aan te toonen, dat er vele maatrege len ten bate der werkloozen, die U wenscn- te, omdat de meerderheid in het College van B. en W. en in den Raad geen mede werking- wilden verleenen, achterwege zijn gebleven. Wethouder v. Stralen (S.D.A.P.) zegt, dat een ministerieele maatregel is ingetrok- ken, terwijl spr. gaarne ge wenscht zou heb ben, dat dit geschied was mede dank zij den aandrang van het Leidsche Gemeentebe stuur. De heer Wilmer (R.K-): Daar hebben de werkloozen geen enkel nadeel van onder vonden. U deed beter uw woorden in te trekken! - Wethouder-v. Stralen deelt namens het coilege mede, dat de centrale werk plaats binnenkort geopend zal worden en dat .rekening zal worden gehouden met de opmerkingen van den heer Wilmer. Ook de oudere werkloozen zullen niet worden ver geten. Het college is gaarne bereid een on derzoek, te doen naar de mogelijkheid van de oprichting van een textiel-school. Het college is bereid na een redactie-wijziging het voorstel-Hessing over te nemen. Voorts toont spr. aan dat de werkloozen bij de werkverschaffing voor de L. D. Mij meer gebaat zijn," dan wanneer het werk als normaal werk Zou zijn uitgevoerd. Spr. deelt mede, dat binnenkort een commissie in het leven zal worden geroepen, een z.g. Welvaartscommissie, bestaande uit vertegen woordigers van alle lagen der burgerij, op voorbeeld van de meer-werk-commissies in andere steden. Over het uitblijven van re sultaten van het onderzoek inzake een Te huis voor Ouden van Dagen, zegt spr. dat deze zaak nog niet in B. en W. besproken kon worden, voornamelijk wegens de finan cieele bezwaren. Bovendien is de toestand in de rusthuizen veel verbeterd; aan be paalde geuite klachten wordt reeds door M.H. aandacht geschonkert. Samenvoeging van M.M. met den Dienst v. Soc. Zaken is reeds in overweging, doch een volledige concentratie ook met den Armenraad stuit op bezwaren, ook al omdat de Armenraad een Rijksinstelling is. Inzake de kwestie van het overwerk bij den Soc. Dienst zegt spr. dat het thans onmogelijk is het over werk geheel af te schaffen of te voorkomen; de administratie is te uitgebreid. Wegens gebrek aan ruimte is uitbreiding van het personeel voorloopig onmogelijk. De meerderheid van het college is tegen overneming van het voorstel-Schüller in zake een bureau voor werkverruiming, doch spr. persoonlijk is er een voorstander van. Spr. krijgt telkens zooveel menschen op zijn spreekuur, die werk zoeken, dat hij veel voelt voor een dergelijk bureau. Een der gelijk bureau zou een soort vier-jarenplan kunnen uitwerken, en voortdurend de mo gelijkheden tot werkverschaffing kunnen onderzoeken en de uitvoering van groote openbare werken met behulp van het Werk fonds kunnen voorbereiden. Het is geen zoeken naar een baantje, want in dat bu reau zouden minstens 3 wethouders zitting moeten hebben. Spr. dringt op praeadvies aan. DE BURGEMEESTER AAN 'T WOORD. De bezuiniging aan de Lichtfabrieken. De voorzitter wil de beantwoor ding van de opmerkingen op het gebied van fabricage uitstellen "tot'Donderdag. Overigens is-spr-.-denkfeaar voor de zelf beperking welke de raadsleden zich hebben opgelegd. De begrooting is nu eenmaal een noodzakelijk kwaad. Er worden zooveel kleinigheden naar voren gebracht, ook in de sectie-vergaderingen, dat het werkelijk ont stellend is. Spr. beveelt aan, om tal van kleine punten uit de Alg. Beschouwingen - te laten; dat zou heel wat bijdragen tot een betere, behandeling der begrooting en de taak der ambtenaren heel wat verlichten, wat aan belangrijker zaken ten goede zóu komen. Het college is altijd bereid de raads leden in te lichten, daarvoor is geen schrif telijk vragenrecht noodig. Er bestaat z.i. geen behoefte aan, één telefoontje verschaft doorgaans de gewenschte inlichtingen. Een schriftelijk vragenrecht acht spr. een bron van allerlei interpellaties. Inzake het voorstel-v. Eek over optochten op Zondag, zegt spr. dat hij daarover 10 jaar lang gesproken heeft, en dat hij daar aan thans niets meer heeft toe te voegen. Over de reorganisatie van de Lichtfabrie ken is bevreemding uitgesproken; is de mo gelijkheid daartoe nu pas gebleken? Neen, reeds jaren is vermindering van personeel onder de oogen gezien, doch de directie was huiverig om daartoe over te gaan, wegens de nadeelige gevolgen voor het personeel. Men kan de directie daarvoor geen verwijt maken. Vorige jaren heeft men teveel ver beteringen aangebracht, waarvoor veel per soneel noodig was; thans is een definitief reorganisatie-plan ingevoerd. Men heeft ook de kwestie der meter-opnemers aan de orde gesteld. Verschillende personen in lossen dienst, die vrij kwamen, heeft men aange steld als meter-opnemer in de buitenge meenten. Dat levert geen volle dagtaak op, doch is ten minste wat. Het voorstel tot het nemén' van de onderhoudswerken der be-_ drijven in eigen beheer heeft twee aspecten, een feitelijk en een ideëel 'aspect. Feitelijk gaat "uitbesteding daarvan reeds in dalende- richting 'bïijkenl de cijfers, maar ]3rinci- .piieèL-is het.'uitsluitend eigen beheer een' oneconomische maatregel. Men bepleit steeds het geven van meer werk en het laten verrichten van meer werk. Laat de particulieren ook eens wat verdienen; wat is daartegen? Spr. is weliswaar geen voor stander van het onttrekken van gelden uit het vernieuwingsfonds der Lichtfabrieken, doch hij meent, dat de verminderde storting in deze omstandigheden toch wel ve'ant woord is. Er is bij de Lichtfabrieken royaal afgeschreven, en over den toestand van de centrale kunnen wij zeer tevreden zijn; voor geruim en tijd beschikken wij over een voldoende "reserve om aan de aanvragen voor stroomlevering te voldoen. Het inwin nen van inlichtingen bij 't personeel buiten de directie om zooals de heer v. Eek ge daan heeft keurt spr. af, omdat dit het gezag van de directie ondermijnt. Inzake de centrale reparatie-inrichting zegt spr. dat het hier slechts betreft een concentratie van de bestaande reoaratie- inrichtingen. De heer Groeneveld (SD.A.P.): 't Is dus een dooie musch! De voorzitter zegt over het voor- stel-Wilmer-v. Eek-Wilbrink dat het ge meentebestuur inderdaad behoefte heeft aap deskundige voorlichting op elk gebied. Wj hebben reeds een paar contactcommissies, maar de organisatie van dit heele vraag stuk is een moeilijke en teere kwestie. Men wil boven de contactcommissies een econo misch en raad, maar hier schuilt juist de cardinale moeilijkheid. Wie moeten daar in zitting hebben? B. en W. zijn echter be reid om de zaak te bestudeeren in de rich ting door den heer Wilmer aangegeven. Komende tot de verkeerskwesties, zegt spr. dat het naar zijn meening niet juist is om den Rijnsburgersingel te beleggen met een parkeerverbod, zooals de heer Coster wilde. Tegenover de beschuldiging van den heer Groeneveld, dat spr. de maximum snelheid niet handhaaft, antwoordt spr. dat deze maximum-snelheid niet te handhaven is en ook nergens gehandhaafd wordt. Vluchtheuvels op het Levendaal zijn inder daad noodig en zijn in overweging, evenals een verordening tot regeling van het taxi bedrijf. Van de Eltax is een verzoek inge komen om zijn lijn uit te breiden; en B. en W. hebben dat toegestaan. Verder zijn zij volmaakt passief gebleven in deze zaak. De directie der N.Z.H.T.M. is op de hoogte ge steld van de plannen der Eltax en kwam I daarop met een groot plan, dat slechts uit voerbaar was, wanneer de stad zou zijn vol gebouwd. Een bruikbaar voorstel kon de directie niet aanbieden en daarop is de con cessie verleend aan de Eltax. Slechts kleine stukjes van het traject worden dubbel be reden. Spr. is bereid het voorstel-Beekenkamp (inzake pornografische lectuur) in prae advies te nemen. Inzake nadere mededee- lingen omtrent het werk van de bezuini- gingsadviseur volhardt het college in zijn weigering om inlichtingen. De vergadering wordt thans geschorst tot •Donderdagmiddag 2 uur. Wisselend succes in Spanje 'DE STRIJD OM MADRID. Gisteren was het in het Noordelijk deel van het Jarama-front rustig. De nationa listen, die bij Vaciamadrid liggen, hébben loopgraven aangelegd, op de hoogten, die den weg naar Valencia en de brug over de Jarama beheerschen. Tot dusver zijn de regeeringstroepen er in geslaagd, de rechtschen te beletten, eenig deel van den weg naar Valencia te bezetten, doch het is duidelijk, dat deze weg in verband met de nabijheid van het front over eenige kilometers niet gebruikt kan worden. Na een geslaagden uitval hebben de re geeringstroepen gistermiddag stellingen bezet rechts van Maranosa, in den Zuide lijken Jarama-sector. De omsingeling van Maranosa is daardoor verder gevorderd. De strijd aan het Jarama-front is in he vigheid afgenomen, de belangstelling schijnt zich thans meer naar het Westen te richten. Rechtschen bezetten Fuenferrada. Uit Avila wordt gemeld: Sedert de vor deringen, die de rechtschen de laatste da gen nabij Calamocha, in den sector van Aragon, hebben gemaakt, hebben de re geeringstroepen verscheidene malen ge tracht, de verloren stellingen te heroveren. De nationalisten hebben hun offensief voortgezet en op 21 Februari Fuenferrada bezet. De strijd om Oviedo. Een speciale correspondent van Havas meldt: „De strijd om Oviedo behoort tot de moorddadigste krijgsverrichtingen, die sedert het begin van den veldtocht zijn voorgekomen. Voor den berg Naranco, waar de militietroepen een oogenblik door gedrongen waren, is de grond bezaaid rpet duizenden lijken. In twee dagen, aldus wordt officieel opgegeven, heeft de tegen stander tienduizend dopdan en gewonden verloren. Volgens verklaringen van krijgs gevangenen is bevel gegeven Oviedo in te nemen „tot iederen prijs om den verde digers van Madrid een hart onder den riem te steken," De strijd in de provincie Avila. De opmarsch der regeeringstroepen in de provincie Avila duurt voort. De troepen zijn Val de Maqueda (ten Oosten van Robledo de Chavela, dat ten Z.W. van Escurial is gelegen) gepasseerd. Zij begaven zich thans in de richting van Navalperal de Minares. Navalperal_ bev;nd-t. zich tusschen.Avila en de bij- Escurial geconcentreerde strijd krachten. DE KWESTIE DER NIET-INMENGING. -150 Britsche agenten voor de controle in Portugal. Minister Eden heeft gistermiddag in het Lagerhuis officieel medegedeeld, dat krachtens een tusschen de regeeringen van Londen en Lissabon getroffen overeen komst 150 Britsche agenten de naleving der nïet-inmengingsovereenkomst zullen controleeren aan de grens tusschen Span je en Portugal. Eden voegde hier aan toe, dat de njet- inmengingscommissie in beginsel deze schikking heeft goedgekeurd. Definitieve regelingen zijn haar nog niet voorgelegd. Catalaansche beschuldigingen. In verband met het feit, dat een clan destiene zender sinds eenige dagen onder den naam „Radio Waarheid" opstandige propaganda maakt in de Catalaansche taal, in uitzendingen over verschillende golf lengten, deelt het commissariaat van pro paganda te Barcelona in de pers méde, dat het hier niet gaat om een nieuwen zen der, maar om vier officieele Italiaansche zenders, die werken in Rome, Milaan, Genua en Florence, en die tegelijkertijd zenden. Het commissariaa' voegt hieraan toe: Deze propaganda, die uiteraard onder* controle staat van de regeering te Rome, wordt beschouwd als een nieuw bewijs voor rechtstreeksche interventie van Italië in Spaajische aangelegenheden, evenals een nieuw bewijs voor de Italiaansche ac tiviteit, die ten doel heeft Frankrijk zijn invloed in Catalonië te betwisten." BRITSCH OORLOGSSCHIP DOOR GRANAAT GETROFFEN. De Britsche admiraliteit deelt mede. dat Dinsdagochtend tijdens het luchtbombar dement op Valencia een granaat van het luchtafweergeschut op het achterdek van het pantserschip „Royal Oak" tot ontplof fing is gekomen. Door de granaatscherven werden vier of ficieren en een marinier getroffen. Het incident heeft zich voorgedaan tij dens een luchtaanval der nationalisten, welke aanval door het luchtafweergeschut .der roode troepen werd afgeslagen. Men meènt, dat geen enkéle diplomatie ke stap in het voornemen ligt naar aanlei ding van het incident met de „Royal Oak". Men gelooft aan een ongeluk, temeer daar tot nu toe geen enkel bericht is ingeko men van den Britschen zaakgelastigde te Valencia. De „Royal Oak" heeft later de reede bereikt. KOOPT BIJ HEN, DIE IN U W DAGBLAD ADVERTEEREN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5