DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN 28ste Jaargang DONDERDAG 11 FEBRUARI 1937 No. 8646 DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruit!* eh'ing: Voor Leiden li» cent pej week J 2.5Ü per ^wartaal Bij onze Agenten 20 cent pel week 2.60 per kwartaal Franco per post f 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent» met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Geen gelukkig verdediger van minister Gelissen „De Eindh. en Meijer. Crt." weet, waar om minister Gelissen de ordenings-pogin- gen in de baksteenindustrie en in het bak kersbedrijf te Amsterdam en Rotterdam heeft afgewezen. Uit de afwijzing van de ordeningspogin- gen in het bakkers- en steenbakkersbe drijf mag niet de conclusie getrokken wor den aldus genoemd blad dat de ka tholieke ministers anti-ordeningsgezind zouden zijn, omdat zij ook rekening moe ten houden met de vraag, of er onder de bedrijfsgenooten zelve voldoende solidair willen aanwezig is. Wij willen hiermee alleen maai* be- toogen, dat een minister, die een be paalde Ordeningspoging afwijst, daar mee nog geenszins te kennen geeft te gen Ordening te zijn en ongeschikt, om hetzij als Kamerlid, hetzij als Mi nister in het Pailement een politieke partij te vertegenwoordigen, die in haar program de ordenings-wensche- lijkheid geschreven heeft. Wie werkelijk voor Ordening is haast zich echter niet, omdat de erva ring heeft geleerd, dat bij afwezig heid der bovengenoemde „conditio sine qua non" de Ordening noodzake lijk tot mislukking is gedoemd. Het .welslagen der Ordening is ge bonden aan ethische en sociale voor waarden, die nu nog niet aanwezig zijn. Weliswaar is er ten dezen mentali- teits-kentering die de voorwaarden wekt en stimuleert, merkbaar; echter nog slechts dermate, dat wij ons in onzen Ordeningsijver voorshands zul len hebben te beheerschen. Laat intusschen hopen, dat die ken tering zóó vlot wil groeien, dat in een niet al te ver verschiet Ordening met een gerust gemoed kan worden in- en doorgevoerd. Nu is 't een geluk, dat juist minister Gelissen zelf uitvoerig heeft uiteengezet, waarom hij heeft afgewezen de verbin dendverklaring van de ondernemers-over eenkomsten in het bakkersbedrijf te Am sterdam en Rotterdam en in de baksteen industrie. Dat is een geluk: omdat nu onmiddellijk kan worden om hals gebracht de veron derstelling, dat minister Gelissen zijn be sluit heeft genomen, omdat de „ethische en sociale voorwaarden" nog niet aanwe zig zijn, omdat „wij ons in onzen Orde ningsijver voorshands zullen hebben te beheerschen", omdat wij Ordening moe ten uitstellen naar „een niet al te ver ver schiet" Gelukkig is het duidelijk, dat minister Gelissen op zulke motieven zijn afwijzing niet heeft gefundeerd. En, als de Ka tholieken moeten ijveren naar Ordening op de wijze, zooals genoemd dagblad het voorstelt: heel kalmpjes en heel langzaam, dat moeten*wij de Ordening ook niet op nemen in het program van de R. K. Staats partij, want dan kunnen we er eerst nog wel minstens een tiental jaren over pra ten meieren, zouden we haast zeggen. Neen minister Gelissen heeft zijn afwij zing terecht of tenonrechte; daar blij ven wij nu buiten gebaseerd op de over weging, dat de voorgelegde overeenkom sten geen saneerenden invloed op het be drijf zouden hebben; dat daarvoor althans geen voldoende zekerheid bestond. Natuurlijk moet er ook een zekere soli dariteit ondei de bedrijfsgenooten aanwe zig zijn een zekere solidariteit. Maar er is uit niets gebleken, dat de mi nister Gelissen aan die solidariteit onder de bedrijfsgenooten hooge eischen van reeds vergevorderde perfectie zou stellen. Hij heeft zijn afwijzing gegrond op redenen, die geheel daarbuiten gelegen zijn. Waarom Minister Gelissen de ondernemers-overeen komsten in de baksteenindustrie niet bindend wilde verklaren De minister van Handel, Nijverheid en Scheepvaart heeft naar aanleiding van de vraag van den heer Smeenk betreffende de afwijzing van een tweetal verzoeken van organisaties tot algemeene verbin dendverklaring van de ondernemersover eenkomsten in de baksteen-industrie en in de bakkerijen te Amsterdam en te Rotter dam een uitvoerige uiteenzetting van zijn standpunt gegeven. De motiveering van de laatst-bedoelde afwijzing (bakkerijen) hebben wij giste ren gegeven. Wat betreft het verzoek om algemeen verbindendverklaring van het bindend besluit van den Nederlandschen Baksteen- bond, deelt de minister het volgende mede. Voor een juiste beoordeeling van het bindend besluit van den Nederlandschen Baksteenbond is het allereerst noodzake lijk zich goed rekenschap te geven van de moeilijkheden, waarvoor deze bedrijfstak zich ziet gepllaatst. De kern van de moeilijkheden moet wor den gezocht in een blijvende onevenwich tigheid tusschen productiecapaciteit en af zetmogelijkheden. De gevolgen van deze blijvende overcapaciteit doen zich sedert jaren in ernstige mate gevoelen. Een deel der bedrijfsgenooten, veree- nigd in den Nederlandschen Baksteenbond heeft den ondergeteekende een bindend besluit ter algemeene verbindendverkla ring voorgelegd, waarvan de hoofdinhoud als volgt is samen te vatten: a. een eveu*edige-beperking der produc tie over alle fabrieken op basis van de product'ecapaciteit, aangevuld met de mo gelijkheid productierecht over te dragen; b. normaliseering der voorraden, rege ling van verzending en de distributie. Wat aan de overeenkomst ontbrak. Indien men nu voor oogen houdt, dat bij een blijvende overcapaciteit alleen een snelle uitschakeling en vernietiging van het overtollige gedeelte \et behoud van het gerationaliseerde productie-apparaat dat in overeenstemming met de behoeften dient te zijn, kan leiden tot een gezonden toestand, dan behoeft het geen nader be toog, dat een ondernemersovereenkomst, die zich bepaalt tot een evenredige pro ductiebeperking over alle fabrieken, waar bij bovendien oneconomisch werkende be drijven op één lijn worden gesteld met goed ingerichte ondernemingen, niet vol doet aan de minimum-eischen, welke ten aanzien van oe saneerende werking in dit geval dienen te worden gesteld. Op grond hiervan ko. de minister niet tot algemeen verbindendverklaring van deze ondernemersovereenkomst overgaan. Met het oog op de groote belangen, welke bij een werkelijke saneering in de bak steenindustrie zijn betrokken, heeft de minister zich niet bepaald tot afwijzing van <teze ondernemersovereenkomst zon der meer, doch heef4 hij zich bereid ver klaard algemeen verbindendverklaring van het bindend besluit van den Neder landschen Baksteenbond in overweging te zullen nemen, nadat hierin op bepaalde, door hem aangewezen punten wijzigingen zouden zijn aangebracht. Alhoewel hij er zich van bewust was, dat ook na aanbrenging van de voor te stellen wijzigingen de ondernemersover eenkomst niet alle saneerende elementen, die voor een blijvende saneering der bak steenindustrie noodig zijn, zou bevatten, achtte hij het niettemin niet geheel uitge sloten, dat algemeen verbindend verkla ring van het gewijzigde oindend besluit den weg naar gezondmaking zou kunnen banen, indien gedurende het tijdvak, waarvoor de algemeen verbindendverkla ring zou gelden, een meer duurzame rege ling zou worden voorbereid en daarna in practijk gebracht. De minister achtte het echter noodza kelijk, dat de Nederlandsche Baksteenbond zich op dit punt duidelijk zou uitspreken en wees er op, dat hij eerst, wanneer met vrij groote zekerheid zou kunnen worden verwacht, dat de belanghebbenden in de baksteen-industrie inderdaad in de toe komst een werkelijk saneerende overeen komst zouden sluiten en ter algemeen ver bindendverklaring voorgedrage.ernstig zou overwegen zijn steun aan een gewij zigd bindend besluit te schenken. Het gewijzigde besluit. In het gewijzigde bindend besluit, dat door den Nederlaiidschen Baksteenbond werd ingediend, werd aan het meerendeel der minder belangrijke voorwaarden, wel ke waren gesteld, voldaan. Op het belang rijkste punt, en wel ten aanzien van de voorwaarde, dat met vrij groote zekerheid moest kunnen worden verwacht, dat de belanghebbenden in de baksteen-industrie inderdaad een blijvend saneerende rege ling zouden sluiten en ter algemeen ver bindend ver Idaring voorgedragen, bevre digen de voorstellen van den Nederland schen Baksteenbond dpn minister echter niet. Wel verklaarde de Nederlandsche Baksteenbond zich bereid alle pogingen m het werk te stellen om een blijvende saneering tot stand te doen komen, waarbij men dacht aan een regeling in de richting van uitkoop van fabrieken, aangevuld met een regeling, waarbij de uitkoop zou wor den vervangen door het vestigen van een servituut op de fabrieksterreinen, doch voor den minister bleef, het de groote vraag, in hoeverre de individueele onder nemingen te zijner tijd bereid zouden zijn een dergelijk beslub te volgen. Zooals de minister echter zeer duidelijk reeds aan. bedrijfsgenooten had medege deeld, kon algemeen verbindendverklaring van het bindend besluit, welk besluit ook na aanbrenging van de vereischte wijzi gingen toch geheel het karakter van een voorloopigen maatregel bleef behoiïden, eerst dan in overweging worden genomen, indien met vrij groote zekerheid de tot standkoming van een werkelijk saneerende overeenkomst kon worden verwacht. De Minister aiiet bevredigd. Geheel afgezien van de meerderheid, welke zich voor het gewijzigde bindend besluit uitsprak en welke meerderheid niet meer dan 56 pet. der productiecapaciteit bedroeg, meende de minister, nu op het kardinale punt van de totstandkoming eener werkelijk saneerende overeenkomst geen voldoende zekerheid bestond, alge meen verbindendverklaring van de betref fende ondernemersov.ereenkomsL niet te kunnen bevorderen, tenzij de Nederland sche Baksteenbond er. alsnog in zou slagen andere voorstellen te ontwerpen, die aan het hier bedoelde bezwaar in voldoende mate zouden tegemoet komen. Het is den minister niet duidelijk, dat men dezen eisch, met beroep op de om standigheid, dat een vestigingswet voor de industrie thans nog ontbreekt, als onrede lijk en onvervulbaar kan terugwijzen. Zou het wellicht mogelijk zijn een dergelijk standpunt in te nemen, indien de minister den eisch van een onmiddellijke inwerking treding van een werkelijk saneerende overeenkomst had gesteld, onmogelijk is het hem dezen gedachfcengang te volgen nu hij zich bereid heeft verklaard genoe gen te nemen met de inwerkingtreding van een werkelijk saneerende overeen komst na afloop van den termijn, waar voor het ingediende bindend besluit zou gelden, namelijk 1 Mei 1938. De minister merkt, nog op, dat hij juist de aandacht heeft gevestigd op een vesti gingswet als noodzakelijk complement op de wet op de ondernemersovereenkomsten. Een ordening, waarin alle fouten, in het verleden gemaakt, afgewenteld worden op den consument, acht de minister in strijd met het algemeen belang, terwijl de wet juist als voorwaarde vod- een algemeen verbindend-verklaring vereischt. Intus schen is hij alsnog bereid een onderne mersovereenkomst, die:met zijn vroeger gestelde eischen rekening houdt, goed te keuren. LEIDEN. NOORSCHE REGEERING AANVAARDT NEDERLANDSCHE UITNOODIGING. De Noorsche regeering heeft de uitnoo- diging der Nederlandsche regeering tot het deelnemen aan een conferentie te 's-Gra- venhage van de staten der conventie van Oslo aanvaard. OOK DENEMARKEN AANVAARDT DE NEDERLANDSCHE UITNOODIGING. Ook Denemarken.zal zich doen verte genwoordigen op de conferentie van de staten der conventie van Oslo, te "s Gra- venhage. Het nieu w-be- noemde Raads lid dr. M. Key (Vrijz. Democr.) De wereld in vogelvlucht Na de val van Malaga moet de toestand in de stad en het omringende land gesa neerd worden en gezuiverd van vijandige elementen. Dat gaat gepaard met arresta ties in grooten getale en met executies. Een gevolg van de uiterste felheid, waarmede de partijen elkander bestrijden. Generaal Queipo de Llano, die dagelijks een toe spraak door de radio houdt, heeft gister avond verklaard, dat nu ook Valencia, de zetel der regeering zal worden aangevallen en wel binnen een week Wanneer die aanval bestaat uit een paar vliegtuigen, die bommen gooien, dan kan het mogelijk zijn, maar anders lijkt dat verdacht veel op bluf. Wij meenen, dat het ook dezelfde generaal was, die dezer dagen gezegd heeft dat Madrid spoediger ingenomen zal. zijn dan de grootste optimisten durven hopen. Hier is tenminste geen termijn gesteld, maar zelfs na het afsnijden van den weg naar Valencia zal de hoofdstad zich nog wel even staande kunnen houden. Intus schen rekken de mogendheden, die gene raal Franco aan zijn successen heioen, de non-interventie-bepalingen te Londen. Men wil wel meedoen, maar dan moet er een goede controle komen. Men kent het restje wel. Daarop heeft de non-interven tie-commissie een controle-plan opgesteld, maar Portugal heeft dat afgewezen. De Engelsche bladen zijn da3»* niet erg over te spreken. De „Times" schrijft; „De zitting van gis teren (van de non-interventie-commissie n.l.) heeft den indruk versterkt, dat zeke re mogendheden slechts trachten tijd te winnen in de hoop, dat voor het besluit valt, de gewapende macht een einde zal hebben gemaakt in hun voordeel aan den oorlog. De vertegenwoordigers van Frank rijk en Engeland hebben de aandacht van de commissie gevestigd op den ernst van de obstructie, die door Portugal gevoerd wordt tegen de controle te land." De „Daily Herald" schrijft: „Men kreeg den indruk, dat Duitschland, Italië en Portugal sabotage pleegden." Hoe het zij, het is in elk geval duidelijk, dat er van de niet-inmenging niets terecht komt. Men handhaaft de fictie en dat is voldoende om den Europeeschen vrede te bewaren! Uit Amerika komt vandaag het verheu gende bericht, dat er een aocoord is be reikt in het conflict bij de General Motors. Het gevaar van een botsing tusschen de stakers en de gerequireerde troepen is daarmede verdwenen. Een vreedzame op lossing is beter. VOORNAAMSTE NIEUWS KATHOLIEKE HOOGLEERAREN. Enkele leden van de Eerste Kamer heb ben, blijkens het Voorloopig Verslag be treffende Hoofdstuk VI (Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen) de aandacht van den minister gevraagd voor de wanver houding, bestaande tusschen het aantal hoogleeraren aan de rijksuniversiteit en -hoogescholen en het aantal roomsch-ka- tholieken onder hen. Naar hun gevoelen bewijzen cijfers, als: Leiden 70 (4), Utrecht 74 (7), Groningen 47 (1), Wageningen 30 (0), Delft 67 (5), d.i. op een totaal van 283 hoogleeraren 17 roomsch-katholieken, dui delijk, dat hier de rechtvaardigheid niet is betracht. Erkennend, dat het voor den verantwoor delijken minister in den regel zeer moeilijk is zich een zelfstandig oordeel over candi- daten te vormen, wezen deze leden bij voorbeeld op de „vereeniging tot het be vorderen van de beoefening der weten schap onder de katholieken in Nederland", als zeer geschikt om den minister inlich tingen te verschaffen, indien hij deze naast de hem toegekomen adviezen der of- ficieele instanties mocht verlangen. BUITENLAND. Arrestaties en executies te Malaga. De omsingeling van Madrid. Portugal wei gert internationale controle aan zijn gren zen. (2de blad). Het verweer van Huysmans op zijn Spaansche reis. (2de blad). De financieele positie van den Engelschen ex-Koning. (2de blad). Nieuwe arrestaties in Rusland gemeld. (2de blad). De staking bij de General Motors ten einde. Een accoord bereikt. (2de blad). BINNENLAND. Stemming in de Tweede Kamer over de verschillende wetsontwerpen tot herzie ning der Grondwet (1ste blad). Noorsche en Deensche Regeering aan vaarden uitnoodiging van Nederland voor een conferentie te 's Gravenhage. (1ste blad). Hollandsche haring naar Engeland. (1st blad). De behandeling van de Indische begroo ting en eenige andere wetsontwerpen be treffende Indië in de Tweede Kamer. (2de blad). Bij een ongeluk met een roeiredding- boot te Zandvoort zijn schipper en een der opvarenden overleden. (Gem. Ber., 2de blad). Te Almelo heeft gisteravond een zware brand gewoed, waarbij drie panden een fabriek en twee woonhuizen in de asch zijn gelegd. (Gem. Bericht, 2de blad.). VERJAARDAG VAN DE BISSCHOPS CONSECRATIE VAN MGR. J. P. HUIBERS PROSYNODALE VERGADERING Heden, op den feestdag van de verschij ning van O.L. Vrouw, was het juist één jaar geleden, dat Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers door den Pauselijken Internun tius in zijn kathedraal tot bisschop werd geconsacreerd. Ter eere van dezen verjaardag is he denmorgen in de kathedrale kark te Haarlem een plechtige H. Mis gecelebreerd met bisschoppelijke assistentie en in te genwoordigheid van het Hoogwaardig Kapittel (de z.g. Missa coram Episcopo pa- rato). Tevens waren in het priesterkoor aanwezig vele seculiere en reguliere gees- teljiken, die uitgenoodigd waren om deel te nemen aan de prosynodale vergadering, welke vandaag aan het Bisschopshuis aan de Nieuwe Gracht wordt gehouden. Toen Monsegneur om half elf aan den hoofdingang van de kathedrale kerk ar riveerde, werd hij daar opgewacht door een vlaggenwacht van Graalleden, die op deze wijze den bisschop cp den verjaar dag van zijn bisschopsconsecratie een fees telijke ontvangst wilden bereiden. De H. Mis werd opgedragen door den vicaris-generaal van het bisdom mgr. Th. W. Pichot, die werd geassisteerd door de weleerw. heeren A. Th. L. Hendriks en H. Th. H. Heyink, kapelaans der kathe draal. Bij den troon assisteerden de hoog- eerw. heeren J. C. Aalberse en J. H. Nie- kel, leden van het kathedraal kapittel. Als cantores fungeerden de kapelaans G. A. Alkemade en A. v. d. Hoeven. De plechtige H. Mis- werd door een groot aantal geloovigen bijgewoond, ter wijl een aanzienlijk gedeelte van de ban ken werd ingenomen door de meisjes van de Graal. Afwisselend met het volk zong het jon genskoor de 8e Gregoriaansche Mis. Na de H. Mis verliet mgr. de kathedraal weer door de hoofdingang. Begeleid door de fleurige vlaggen der Graalmeisjes be gaf mgr. zich naar de plebanie, waar de aanwezige geestelijken gelegenheid kre gen mgr. geluk te wenschen. Na hét mid daguur begaven allen, die hiertoe waren uitgenoodig, zich naar het Bisschopshuis, waar de prosynodale vergadering werd gehouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 1