Griep, Influenza. DINSDAG 26 JANUARI 1937 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. II GEMEENTERAAD. De Gemeenteraad vergadert op Maan dag 1 Februari des namiddags te 2 uur, in het gebouw „Tot Nut van 't Algemeeen" De vergadering zal, zoo noodig, des avonds worden voortgezet. Te behandelen onderwerpen: lo. Benoeming van een regent van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinder huis. 2o. Benoeming van vier leden van de Commissie van Toezicht op de Bewaar scholen. 3o. Benoeming van een onderwijzeres aan de opleidingsschool voor u.l.o. aan de Drie-Octoberstraat. 4o. Benoeming van een stadsgeneesheer voor het tijdvak 1 Januari1 Januari 1938 5o. Benoeming van een tijdelijk leerares in het Duitsch aan de Hoogere Burger school met vijfjarigen cursus. 6o. Voorstel tot het verlengen van de aanstelling van mej. Dra. A. Hiemstra als tijdelijk leerares in de wis- en natuurkun de aan de Hoogere Burgerschool voor 7o. Voorstel tot het verlengen van de aanstelling van mej. Dra. A. P. Keesom als tijdelijk leerares in de natuurkunde me chanica en cosmografie aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. 8o. Voorstel tot het verlengen van de aanstelling van mej. L. J. M. Tummers als tijdelijk leerares in de wiskunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. 9o. Voorstel tot het verlengen van de tijdelijke opdracht aan mr. dr. H. D. M. Knol tot het geven van onderwijs in de handelswetenschappen aan de Hoogere Burgerschool voor, meisjes. lOo. Voorstel tot het overnemen in eigen dom bij de gemeente van verschillende voor straait bestemde strookjes grond. llo. Voorstel inzake het wijzigen van de met A. Backer te Leiden, aangegane over eenkomst betreffende de verpachting van het hotel „Den Burcht" c.a. 12o. Voorstel inzake het ondershands verpachten van het baggerperk en de uit voering van bijkomende werkzaamheden aan Kuyf's Vuil- en Baggerbedrijf N.V. te Nieuwkoop. 13o. Voorstel: a. tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve van den aanleg van een mili tair oefnterrein met sportveld op de gron den nabij den Haagweg ten zuiden van de Toussaintkade; b. tot het verhuren van het sub a ge noemde oefenterrein met sportveld aan den Staat der Nederlanden. 14o. Voorstel tot het verkoopen aan den Staat der Nederlanden van het vischrecht op de z.g. Vroon wateren, gelegen onder de gemeenten Warmond, Alkemade Rijnsa- terwoude en Woubrugge. 15o. Praeadvies op het verzoek van de N.V. Leidsche Duinwater Maatschappij om toestemming tot het verkoopen van eenige perceelen duingrond gelegen onder de ge meente Katwijk aan die gemeente. lo. Voorstel tot wijziging van de veror dening regelende de heffing van leges- en expeditiegelden ter Secretarie, bij het Oud- Archief en aan het Bureau van den Bur gerlijken Stand te Leiden. 17o. Voorstel tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve van het uitbrei den van de zweminrichting „De Zijl". 18o. Voorstel: a. inzake het ingebruikgeven van een gedeelte van de fabrieksgebouwen aan de le Looierstraat aan de Commissie voor Ontwikkeling en Ontspanning van Werk loozen, voor het daarin oprichten en ex- ploiteeren van een centrale werkplaats voor jeugdige werkloozen; b. tot het beschikbaarstellen van gelden ten behoeve van de op- en inrichting van de sub a bedoelde werkplaats en de ex ploitatie daarvan gedurende 1937. 19o. Voorstel inzake reorganisatie van de Stedelijke Werkinrichting. 20o. Beantwoording van de interpellatie van den heer Goslinga inzake de bèstelling van radiatoren voor de verwarming van het nieuwe Raadhuis. Opheffing Stedelijke werkinrichting Een nieuwe inrichting Een goedkoop volkslogement, een werk inrichting, tevens tehuis voor mannen, en een asyl voor passanten. In de Raadsvergadering werd herhaal delijk op reorganisatie van de Stedelijke Werkinrichting aangedrongen. De geopperde bedenkingen waren, be houdens een enkele uitzondering, niet ge richt tegen de instelling op zich zelf, doch hoofdzakelijk tegen de inrichting van het gebouw en de belooningen, welke aan de te werk gestelden worden uitgekeerd. Als gevolg van die bedenkingen werden een drietal voorstellen om praeadvies in handen van B. en W. gesteld, te weten: lo. een voorstel van wijlen het Raadslid den heer Spendel, ingediend bij de behan deling van de begrooting voor 1930, waar bij het College van B. en W. wordt uitge- noodigd voorstellen te doen tot reorgani satie of wel opheffing van de Stedelijke Werkinrichting. Dit voorstel werd later overgenomen door den heer Wilmer. 2o. een bij de behandeling van diezelfde begrooting ingediend voorstel van den heer van Stralen, waarbij het College van B. en W. wordt verzocht naar de moge lijkheid van de reorganisatie van de Ste delijke Werkinrichting een onderzoek in te stellen, en 3o. een voorstel van den heer Knuttel, waarbij het College van B. en W. wordt opgedragen de noodige stappen te doen om te komen tot opheffing der Stedelijke Werkinrichting. Met betrekking tot deze voorstellen werd door B. en W. het gevoelen ingewon nen van het b'estuur der Stedelijke Werk inrichting, hetwelk B, en W. zijn advies bij schrijven van 7 September 1933 deed toekomen. Blijkens dat advies is het bestuur van oordeel, dat het gebouw in verschillend opzicht onvoldoende is ingericht en dat de belooningen, welke naast de voeding in de inrichting aan de te werk gestelden kun nen worden uitgekeerd, in verband met de moeilijkheid om loonend werk te vin den, te laag zijn. Het bestuur is dan ook van meening, dat reorganisatie van de Werkinrichting nood zakelijk is. Die reorganisatie zou z.i. onder meer moeten bestaan in het beschikbaarstellen van een ander, behoorlijk ingericht, ge bouw, vervolgens in uitbreiding van de werkzaamheden, en ten slotte in wijziging van de leiding van de inrichting. Terwijl ons College, aldus B. en W. zich na de ontvangst van dit advies met het min of meer moeilijk op te lossen vraag stuk van een reorganisatie van de werk inrichting bezig hield, diende zich de op lossing van het vraagstuk onverwachts en op ongezochte wijze als van zelf aan. Het College kreeg n.l. contact met het Hoofdkwartier van de Stichting „Het Le ger des Heils" (Stichter William Booth), dat zich bij schrijven van 22 December 1933> naar aanleiding van een verzoek van de Commissie van Toezicht op het Drank- vrij Logement in de Lange Agnietenstraat, tot B. en W. wendde, om beschikbaarstel ling van een gebouw, teneinde daarin een Goedkoop volkslogement, een werkin richting voor mannen en een nachtasyl te vestigen. Het College van B. en W., de inrichting van een goed beheerd goedkoop volksio- gement, ter vervanging van de minder ge- wenscnie slaapsteden, zoomede de opncn- Lng van een goed beheerd nachtasyi voor zoogenaamde passanten, wien thans nacht- veroiijf in het politiebureau wordt ver schaft, van zooaanig belang achtende, dat het ook voor wat dit onderdeel van de plannen van het Leger des Heils betreft, de medewerking der Gemeente gewettigd oordeelde, indien daardoor tevens een praktische oplossing van het vraagstuk van een reorganisatie van de Stedelijke Werkinrichting kon worden verkregen, noodigde daarop die instelling uit, naar eenige gebouwen om te zien, welke voor het beoogde doel zouden kunnen worden gebezigd. De instelling berichtte B. en W. daarop, dat h.i. de v.m. Kweekschool voor Onder wijzers en Onderwijzeressen aan de Oude Vest in aanmerking kwam om daarin het goedkoope volkslogement c.a. onder te brengen, terwijl voor de werkinrichting, tevens tehuis voor mannen, en het nacht asyl, naar haar oordeel de Stedelijke Werkinrichting, het voormalige asyl voor dakloozen en het daaraan grenzende pak huis zouden kunnen worden bestemd, een en ander na ingrijpende verbouwingen. Aangezien B. en W. zich, evenals de Commissie van Fabricage, met deze keuze konden vereenigen, verzochten zij het Leger des Heils, geheel vrijblijvend voor de gemeente, plannen tot verbouw van die gebouwen met kostenbegrooting in te die nen. Het plan van het Leger des Heils betref fende de werkinrichting, tevens tehuis voor mannen, en het asyl voor passanten, omvat een nagenoeg geheele amoveering van-de Stedelijke Werkinrichting en het voormalige asyl voor dakloozen en het daaraan grenzend pakhuis en, in verband daarmede, den bouw van nagenoeg geheel nieuwe opstallen. Het plan, betreffende de oprichting van een goedkoop volkslogement c.a. omvat een verbouwing van de v.m. Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen. De kosten van een en ander werden ge raamd op 62.750.voor wat de verbou wing van de Stedelijke Werkinrichting c.a., en op 26.000.voor wat'de Kweekschool aangaat, in totaal derhalve op 88.750. Dit bedrag zal in de tegenwoordige om standigheden op pl.m. 108.000.dienen te worden gesteld. Het met het Leger des Heils gepleegde overleg had ten slotte tot resultaat, dat als volgt kan worden samengevat: lo. de bouw van de inrichtingen zal ge schieden onder leiding van den dienst van Gemeentewerken; het bestek en de teeke- ningen voor den bouw zullen aan de goed keuring van het Leger des Heils moeten worden onderworpen. 2o. de aan den bouw verbonden kosten komen voor rekening van de gemeente; de inrichting der gebouwen geschiedt door en voor rekening van het Leger des Heils. 3o. na de voltooiing van den bouw huurt het Leger des Heils van de gemeente de betrekkelijke gebouwen, voorloopig voor den tijd van 25 jaren, tegen een huurprijs van 1200.— per jaar; geringe en dage- lijksche reparatiën, tevens het inwendig onderhoud der gebouwen, zooals schilder werk en witwerk, komen voor rekening van het Leger des Heils. Na den termijn van 25 jaar zal de ver houding tusschen de gemeente en het Le ger des Heils opnieuw onder oogen wor den gezien. 4o. de geheele exploitatie van de inrich tingen geschiedt door en uitsluitend voor rekening van het Leger des Heils. 5o. voor eiken persoon, dien de dienst van Maatschappelijk Hulpbetoon in de in- dustrieele inrichting doet opnemen, wordt door dien dienst S 4.50 per persoon en per week betaald; opname in die inrichting sluit in zich volledige kost en inwoning", kleeding en zakgeld, varieerende van f 0.50 tot 2.per week. 6o. voor de door den dienst van Maat schappelijk Hulpbetoon in het logement geplaatsten zal door dien dienst per per soon 6.per week aan het Leger des Heils worden vergoed. 7o. voor het verstrekken van logies aan passanten in het nachtasyl betaalt de ge meente 0.50 per geval per nacht; aan de passanten wordt daarvoor verstrekt: ont smetting van kleeren, een bad, koffie en brood vóór het ter ruste gaan, een bed, en 's morgens thee en brood. Aan de hand van deze gegevens kwam de Directeur van den dienst voor Maat schappelijk Hulpbetoon tot de conclusie, dat tengevolge van een samenwerking met het Leger des Heils de jaarlijksche uitga ven van dien dienst met rond 10.000. zouden stijgen. Er van uitgaande, dat de ten behoeve van den bouw aan te gane geldleening te gen 4 pet. zal kunnen worden aangegaan, dat de aflossing van die leening in 40 jaar zal plaats hebben en dat de samenwerking met het Leger des Heils na 25 jaar op den zelfden voet zal worden voortgezet, kan nu het volgende overzicht van de financieele gevolgen voor de gemeente over de eerste 40 jaar worden opgesteld: Uitgaven: annuiteit 5.457.onderhoud 200.hoogere uitgaven voor Maat schappelijk Hulpbetoon pl.m. 10.000. Totaal pl.m. 15.657. Ontvangsten: huur f 1.200.Een na- deeiig verschil ten laste van de gemeente derhalve van rond pl.m. 14.500. Doch ook ten behoeve van de Stedelijke Werkinrichting moest jaarlijks een be langrijk bedrag uit de gemeentekas wor den gevoteerd. Over 1935 bedroeg dit sub sidie bijna 16.000.zoodat mag worden geconcludeerd, dat de oprichting van de vorengenoemde inrichtingen en de exploi tatie daarvan op vorenaangegeven voet, afgezien van eventueele in verband met de opheffing van cle Stedelijke Werkinrichting uit te keeren afloopende wachtgelden, der gemeente zeker niet op een grootere uit gave zal komen te staan, dan thans de Stedelijke Werkinrichting aan de ge meente kost. B. en W. meenen, dat het hier de plaats is om bij voorbaat een bedenking, welke wellicht tegen het exploiteeren van de in richtingen door het Leger des Heils zou kunnen worden gemaakt, te weerleggen. Zij hebben het oog op de gewoonte van het Leger des Heils, om in zijn werkin richtingen des Zondagsmorgens een korte wijdingsoefening te doen houden, bij wel ke oefeningen de in die inrichtingen opge- nomenen verplicht zyn aanwezig te zyn. Wat daaromtrent de Maatschappelijk Secretaris schrijft, lijkt B. en W. voldoen de om die bedenking grootendeels weg te nemen, al zouden zij het hebben geprefe reerd, dat daaromtrent volledige vrijheid zou hebben bestaan. j De desbetreffende passage uit het schrij- j ven van den Maatschappelijk Secretaris I luidt: j „lederen Zondagmorgen te 8 uur wordt i na afloop van het ontbijt een korte gods- dienstoefening gehouden, welke wordt ge- j leid door den Directeur van de Inrichtin- gen of door den Leider van het Maat schappelijk Werk. Dan worden eenige toe passelijke liederen gezongen, een Bijbel gedeelte voorgelezen en een korte toe spraak gehouden. Deze diensten worden met gebed geopend en gesloten en duren in totaal circa 45 minuten. Het bijwonen van deze „Aandacht" bij den aanvang van iederen Zondag is verplicht gesteld. Dit geschiedt in den geest van een groot huis gezin, waar de vader zijn kinderen bijeen brengt om den Zondag met een korten wijdingsdienst te beginnen. Het uur dezer diensten is expres zoo gesteld, dat ieder die dat wil bovendien de godsdienstoefe ning van zijn eigen geloofsovertuiging kan bijwonen. Niemand wordt daarin verhin derd. Integendeel, dit wordt veeleer aan gemoedigd. In onze korte diensten zelf wordt alles wat maar zweemt naar secta- risme zorgvuldig gemeden, zooals reeds ge zegd, een vriendelijke wydings-stonde aan het begin van den ge wij den dag. Dit is een vast beginsel geldend in hon derden Inrichtingen van de Stichting „Het Leger des Heils" over de gansche wereld, en wij mogen met gerustheid zeggen, dat dit nog nimmer eenig conflict heeft teweeg gebracht". Centrale werkplaats voor jeugdige werkloozen De Commissie voor Ontwikkeling en Ontspanning van Werkloozen (sub-com missie voor de centrale werkplaats en de werkobjecten) heeft B. en W. verzocht de noodige stappen te doen om, op het voet spoor van andere gemeenten, ook hier tot oprichting van een centrale werkplaats voor jeugdige werkloozen te komen. Zij wijst er in haar schrijven op, dat zich in deze gemeente een groot aantal jeugdige werkloozen bevindt, dat zijn vakbekwaam heid in het aangeleerde beroep, tengevol- I ge van de langdurige werkloosheid, dreigt te valiezen met al de voor betrokkenen ernst%e gevolgen van dien. De oprichting van een centrale werk plaats, waarin den jeugdigen werkloozen gelegenheid wordt gegeven hun vakbe kwaamheid op peil te houden en te ver- grooten, en waarmede tevens wordt be oogd, de jeugdige werkloozen te wennen aan arbeid in een normaal bedrijf, kan, aldus de Commissie, aan die voor betrok kenen zeer ernstige gevolgen voor een be langrijk deel tegemoet komen. De Commissie geeft daarom in overwe ging, om een vooralsnog niet voor andere doeleinden benoodigd gedeelte van het fa briekscomplex aan de le Looierstraat, waarin voorheen het bedrijf van de N.V. Leidsche Katoen 'Maatschappij was geves tigd en dat thans eigendom van de ge meente is, voor de oprichting van een cen trale werkplaats te bestemmen. B. en W. ontvingen van den Minister van Sociale Zaken de toezegging, dat hij in beginsel bereid was een subsidie in de kosten van op- en inrichting en van ex ploitatie van een centrale werkplaats te verleenen en wel tot een gelijk percen tage, als in de kosten van steunverleening aan valide werkloozen en van werkver schaffing wordt verleend. Voor 1937 be draagt dit percentage 80,6. Gelijk uit een begrooting blijkt, worden de kosten van op- en inrichting van een centrale werkplaats in vorenbedoeld com plex fabrieksgebouwen geraamd op 14.631.— en de kosten van exploitatie op 18.070.per jaar. Over het jaar van oprichting zal derhalve voor een en ander in totaal een bedrag van rond 33.000. benoodigd zijn. Wordt in dit bedrag het vorenbedoeld subsidie verkregen, dan zal dus de oprich ting van een centrale werkplaats over het loopende jaar voor de gemeente een uit gave van pl.m. 6400.medebrengen, verminderd met na te noemen vergoeding ad 1000.—. Het ligt in de bedoeling, om de op- en inrichting van het gebouw, voor zoover mogelijk, door jeugdige werkloozen te doen uitvoeren, tegen de voor het werken in een centrale werkplaats door den Minister bepaalde vergoeding voor slijtage aan kleeding ad 1.per week en verder om in de werkplaats een afdeeling voor tim merlieden, schilders en metaalbewerkers in te richten. De belooning van den algemeenen lei der is gesteld op f 30.— per week, die van de bazen, die uit de werklooze vaklieden zullen worden betrokken, op 21.per week. Onder opmerking nog, dat de Commissie van Fabricage zich met een ingebruikge- ving van een gedeelte van het complex fabrieksgebouwen aan de le Looierstraat tegen een op de exploitatie-begrooting uit getrokken vergoeding van 1000.per jaar, alsmede met het verbouwingsplan kan vereenigen, geven B. en W. den Raad in overweging, een besluit als omschreven te nemen. Militair oefenterrein nabij de Haagweg Het Schuttersveld komt vrij Bij het voorstel inzake het sportfondsen- bad deelden B. en W. mede dat met het Rijk onderhandelingen werden gevoerd over den aanleg van een nieuw militair oefenterrein ter vervanging van dat op het Schuttersveld. Deze onderhandelingen waren reeds lang, vóór het sportfondsenbad aan de orde kwam, aangevangen in verband met de omstandigheid, dat in het ontwerp-uitbrei- dingsplan het Schuttersveld niet meer als exercitieterrein voorkwam, doch daarvoor een terrein aan den Hoogen Morschweg werd opgenomen. Het Schuttersveld werd I n.l. voor woningbouw bestemd, zoodat re kening moest worden gehouden met de mogelijkheid, dat binnen afzienbaren tijd het veld niet meer voor de militairen be schikbaar zou zijn. De Minister van Defen sie wendde zich daarom in Juli 1931 tot B. en W. met de vraag, of het niet aanbe veling verdiende reeds dadelijk met elkan der in overleg te treden nopens de voor waarden, waarop t.z.t. een ander terrein van de gemeente zou kunnen worden ge huurd. Aangezien deze vraag met het oog op de eischen van de stadsuitbreiding bevesti gend moest worden beantwoord, werd de aanleg van een nieuw exercitieterrein op de gronden, die daarvoor, ook bij het la tere definitieve uitbreidingsplan, waren aangewezen, in behandeling genomen, en de vorm van beschikbaarstelling daarvan aan het Rijk in overleg met de militaire autoriteiten, onder oogen gezien. Het Schuttersveld had aanvankelijk een grootte van ruim 5 H.A. doch in den loop der jaren moesten er gedeelten aan worden onttrokken, o.a. laatstelijk voor parkeer terrein. De beschikbare oppervlakte is daardoor gedaald tot plm. 4,7 H.A., terwijl de door het Rijk verschuldigde huurprijs, bere kend naar 1000 bij de aanvankelijke grootte, thans 856 bedraagt. De gemeen te heeft bovendien de opbrengst van de beweiding en mag het veld als feestterrein gebruiken. Bij de besprekingen met het Rijk werd wederzijds tot basis genomen, dat de ge meente op hare kosten het nieuwe terrein aanlegt, en dat als wijze van beschikbaar stelling wederom de vorm van verhuring zal gelden. Bij het bepalen van de huursom moest, aldus B. en W„ zooveel mogelijk rekening I worden gehouden met de door de gemeen te te maken kosten van aanleg (de waarde van den grond daaronder niet begrepen), met dien verstande intusschen, dat ook in aanmerking mocht worden genomen, dat het Schuttersveld voor exploitatie als bouwterrein vrij kwam. I Er werd derhalve overeenkomstig het uit- j breidingsplan een ontwerp gemaakt voor I de gronden aan den Hoogen Morschweg, I dat naast het eigenlijke oefenterrein, een i sportveld bevatte. Hoewel wat de grootte en de ligging van j het terrein betreft, tegen het plan op zich zelf geen bedenking bestond, was wel een I ernstig bezwaar, dat de gronden slechts i voor een gedeelte eigendom van de ge- 1 meente waren, zocdat nog aanzienlijke uit- j gaven voor grondaankoop zouden moeten I worden gedaan, terwijl voorts wegens de i gesteldheid van het terrein, de aanlegkos- ten hoog zouden zijn; die kosten moesten n.l. worden geraamd op 74.000. In verband met een en ander hebben B. en W. toen de mogelijkheid onderzocht van verplaatsing van het oefenterrein naar een stadsgedeelte, alwaar bedoelde moeilijkhe den zich niet of althans in mindere mate zouden voordoen. heeft om spoedig te herstellen, zijn 'n paar Mijnhardt's Poeders. Per stuk 8 ct.doos 45 ct. Bij Uw drogist Het oog is daarbij gevallen op de reeds aan de gemeente toebehoorende gronden nabij den Haagweg, ten zuiden van de Toussaintkade, waarop zeer goed een exer citieterrein van voldoende grootte kan wor den gemaakt, terwijl in verband met de hoogere ligging en andere omstandigheden de kosten van aanleg slechts op ƒ54.000 behoeven te worden geraamd, derhalve aanmerkelijk lager dan voor het aanvanke lijke plan. Dit nieuwe terrein, waarmede ook het Rijk zich kan vereenigen, krijgt een op pervlakte van plm. 5.86.00 H.A., een ge deelte er van zal worden ingericht voor sportveld, waarvan de kosten zijn begre pen in het evengenoemde bedrag van 54.000. Dit bedrag is exclusief de grondwaarde en exclusief bouw van eventueele tribune, hindernisbaan en dgl„ zoodat indien het Rijk dergelijke inrichtingen noodig mocht achten, deze voor zijn rekening komen. De gemeente moet een toegangsweg naar het terrein maken in het verlengde van de Da Costastraat, met een verbinding over de Stinksloot. De wyze, waarop dit dient te geschieden, zal nader onder oogen worden gezien; in het bedrag van ƒ54.000 zijn de kosten van den toegangsweg c.a. niet be grepen. Ten aanzien van de ingebruikgeving van het oefenterrein c.a. is met het Rijk over eenstemming beteikt op den volgenden voet. De verhuring geschiedt voor den tijd van 10 jaar tegen een bedrag van ƒ1250 per jaar. De gemeente draagt de kosten van onderhoud van het oefenterrein en het sportveld, doch daartegenover komt aan de gemeénte de opbrengst van de beweiding, en verkrijgt zij het recht van medegebruik van het sportveld; verder kan zij over het terrein c.a. beschikken voor het houden van openbare volksfeesten en andere volksvermagelijkheden, mits deze feesten en vermakelijkheden niet worden gehou den met een revolutionair doel en tijdens die feesten en vermakelijkheden geen re volutionaire propaganda of propaganda te gen de weermacht op het terrein worden toegelaten; dezelfde restrictie geldt voor het medegebruik van het sportveld (voorwaar den d en e). Voorts heeft het Rijk er geen bezwaar tegen het voor den bouw van het sportfond senbad benoodigde geleelte van het Schut tersveld desgewenscht reeds dadelijk af te staan, indien de gemeente zich verbindt, dat het nieuwe oefenterrein c.a. uiterlijk op 1 Mei 1938 gereed is; deze regeling zal den voortgang van het plan van het sportfond senbad zeer bevorderen. Met de Commissie van Fabricage achten B. en W. deze regeling aannemelijk, be houdens, dat een lid van die Commissie en de minderheid van het College van B. en W. zich tegen de genoemde voorwaarden d en e hebben verklaard. Uitbreiding van „de Zijl" Het gebruik, dat de laatste jaren van het dameszwembassin van de zweminrich ting „de Zijl" wordt gemaakt, is van zoo- damgpn omvang, dat dit bassin te klein moet worden geacht. B. en W. traden daarom met het bestuur der beheerende zwemvereeniging „de Zijl" in overleg inzake uitbreiding van de in richting. Ook de exploitante was van oordeel, dat uitbreiding noodig was, tenvijl zij bovendien in overweging gaf de kleed gelegenheid te vermeerderen en een gelegenheid voor zonnebaden te maken. Evenals de Commissie van Fabricage kan het College van B. en W. met de verlan gens van de zwemvereenignig wel instem men; de gevraagde veranderingen zijn in derdaad noodig te achten, terwijl zij onge twijfeld het bezoek aan de dan gemoder niseerde inrichting zullen stimuleeren, wat de exploitatie weer ten goede komt, aldus B. en W. Het feit, dat tevens tot stichting van een sportfondsenbad wordt overgegaan, mag de meente, aldus B. en W., niet weerhouden tot de uitbreiding en verbetering van de zweminrichting „de Zijl" te besluiten; on danks de stichting van een sportfondsen bad zal toch de in een volkrijke buurt ge legen zweminrichting „de Zijl" in den te- genwoordigen toestand den grooten toe loop ook in de toekomst niet kunnen ver werken. Volgens een plan, waarvan de kosten worden geraamd op 17.000 te bestrij den uit geldleening zullen in hoofdzaak de volgende voorzieningen worden getrof fen. Het damesbassin, dat 30 meter lang is, wordt verlengd tot 50 M.; in verband met het uitbreidingsplan kan aan de zijde van dat bassin (aan den westelijken kant) de uitbreiding niet plaats hebben, zoodat deze moet worden verkegen door opschuiving van het heerenbassin in de richting naai de Zijl, wat ook het verplaatsen van stei gers, afscheiding enz. meebrengt. De kleedgelegenheid wordt uitgebreid door twee aan de zuidzijde gelegen ruimten in te richten als loods voor het opbergen van kleeren, teneinde het wisselcabine-sys teem te kunnen toepassen. Aangezien de kleedhokjes aan den noor delijken kant nu kunnen vervallen, is het mogelijk aan die zijde een gelegenheid voor het nemen van zonnebaden te maken, door het achterwaarts verplaatsen van den wand en het aanleggen van grasgazons. Tenslotte zal, ter vereenvoudiging van de controle, bij de rijwielloods een nieuwe cassa met tourniquet worden gemaakt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 11