m
fi
m
fl
M
m
'Ik
dim
m
s
ZATERDAG 19 DECEMBER 1936
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. 15
HET DAMSPEL
Damredacteur: W. J. v. d. Voort.
Rustoordstraat 3, Nieuw-Vennep.
Alle correspondentie, deze rubriek be
treffende, gelieve men te zenden aan bo
vengenoemd adres.
Onze Ladder-wedstrijd.
Meermalen hebben wij in onze rubriek
een slagzet aangetoond in ons nobele spel,
welke voor onze lezers tot groote voldoe
ning leidde. De thans genomen slagwen
ding welke wij moeten nemen, zal onge
twijfeld voor vele deelnemers aan onzen
ladder-wedstrijd een teleurstelling zijn.
De directie van de Leidsche Courant heeft
ons n.l. herinnerd aan de overal geldende
bepaling, dat alleen die deelnemers aan
den ladder-wedstrijd voor een prijs in aan
merking komen, die als abonné staan in
geschreven.
Toch doen wij een beroep op alle deel
nemers, om hun belangstelling te blijven
toonen. De damredacteur.
Problematiek.
De thans gepubliceerde vraagstukken
bevatten geen moeilijkheden en stellen
juist daardoor de minder-geoefende oplos
sers in de gelegenheid het glibberige pad
der problematiek te kunnen betreden.
No. 322 een vraagstukje van W. Krom
Jr. Dit stukje heeft een groote gelijkenis
met pr. no. 314 (zie rubriek van 21 No
vember 1.1.), doch omreden het op een
ander motief berust, wilden wij het
gaarne onder de oogen onzer lezers bren
gen.
Vervolgens onder no. 323 een vraagstuk
van den heer Winter, dat goede eigen
schappen bezit, en het oplossen ook dub
bel waard is.
Wedstrijd-Probleem no. 322.
Auteur: W. Krom Jr., Sassenheim.
f
m
-
m
m
18
li
si
lf§
1:
i
Hl
Hl
§5
m
H
Pp
3
i.,.;
83
1
-■
nu
3
P
ff:
PU
63
a
9
IS
e
at
n
H
1]
1
gg
1
Eindspel. (Uit de partij).
De onderstaande stand kwam voor in een
gespeelde partij voor de clubcompetitie
van de damclub „Groningen", tusschen H.
Steenhuis (zwart) en C. v. d. Werf met
wit.
Eerste publicatie.
Stand in cijfers.
Zwart 8 schijven op 7/9, 17/19, 24, 38.
Wit 8 schijven op: 25, 27, 28, 34, 36, 41
48, 49.
Wit speelt en wint.
Wedstrijd-Probleem no. 323.
Auteur: H. J. N. Winter.
voor HET MENU
AARDAPPELEN direct besteld
bij VLASVELD
Stand in cijfers:
Zwart 11 schijven op: 11, 13, 15, 17/19,
22, 23, 27, 35 en 36.
Wit 11 schijven op: 24/26, 29, 31, 34, 37,
39, 43, 45 en 48.
Wit speelt en wint.
Oplossingen der beide vraagstukken
worden gaarne ingewacht tot uiterlijk
Dinsdag 29 December a.s., bij den redac
teur dezer rubriek.
Correspondentie.
G. L. te V., pr. in dank ontvangen, ik
zal u schriftelijk antwoorden.
A. v. d. S. te L. U was den voorlaatsten
keer wel wat laat, doch om die gelukki-
ge(!) reden zullen wij ze voor oezen keer
accepteeren.
B. L. te S., richt u voor deze zaak tot
de redactie en ik zal wel een nader be
richt ontvangen. Ik geef toe, dit is wel
een bijzonder geval voor u.
Oplossingen wedstrijd pr. 318/19.
No. 318 (Redacteur).
Zwart 12, 13, 15, 17, 18, 22, 23, 28. 41.
Wit 26, 29, 34, 35, 37, 42, 43, 46, 48.
Wit wint door: 4339, 2621, 3933,
35x24, 24—20, 42—38, 48x28.
No. 319. H. Droog.
Zwart 7,8,12,14,17,19/21, 27/29, 31 32.
Wit 26. 30, 37/40, 42, 44, 47/50.
Wit wint door: 38—32, 30—24, 40—34,
44x15, 42x13, 26x8.
Leuk doet zich aanzien hetgeen tot
stand gekomen is aan de vuurlinie, nl.
schijven 47/50 voor wit en 42 en 44 voor
zwart.
Er werd als volgt gespeeld.
Wit 28—23. 29—24, 34—30.
Zwart 45—50, 18—22, 50—44? 44/35?
Wit 2420 (34x43), 20x9 met remise.
De heer v. d. Werf heeft bovengenoem-
den stand echter verder bestudeerd en
kwam tot de conclusie, dat zwart altijd
kon winnen, maar daartoe moest bij den
3den zet niet 5044 gespeeld worden, doch
2228 en dan 5045. Het loont wel de
moeite het even na te spelen, daar op een
prachtige manier de winst wordt ver
kregen.
Na 29—24 van wit a.V. (22—28!), 23x
32 (45—50!), 34—30 (50—23!), 38—33. Op
wit 3227 vervolgt zw. met 2318 en
wint gemakkelijk. (23x37), 2319. Op
iederen anderen zet volgt 3742 en wint
(37—31a), 29—23 (31—13), 23—19, (14x
23), 24—20, (13x35), 20—14, (35—13), 14
—10 (13—4!!), 10—5 (4—27), 5x21.
Zwart 16x27 en wint.
Wat de heer v. d. Werf hierin over het
hoofd gezien heeft is, dat zwart na 2319
van wit ook kan winnen door 3742.
Een mooi eindspel, dat de moeite van
het naspelen zeer zeker waard is.
(Pr. Gr. D. Bond).
Onze Ladder-Wedstrijd.
De stand van onzen ladder-wedstijd (bij
gewerkt tot en met pr. 319) luidt:
Nr. Deelnemers Pnt.
1. J. H. Hilders, Lisse 28
2. G. Rijsdam, Leiden 23
3. Th. Zonneveld, Dekkerswald 28
4. D. G. v. d. Voort, Hazerswoude 28
5. J. C. L. v. Leeuwen, Leiden 28
6. H. Huurman, Nw-Vennep 28
7. G. Huurman, idem 28
8. B. Langelaan, Sassenheim 23
9. A. J. Langelaan,idem 28
10. M. J. v. d. Kwartel, Leiden 28
11. J. v. Wezel, idem 23
12. W. Besselink. Haarlem 27
13. D. Rijsdam, Alphen a. d. Rijn 27
14. W. Captein, Nw-Vennep 24
15. G. Lemmers, Voorhout 23
16 J. C. Otte, Nw.Vennep 21
17. J. Maliepaard, idem 20
18. N. Hogervorst, Leiderdorp 20
19. A. v. d. Stel, Leiden 16
20. Th. J. Lexmond, Zoetermeer 16
21. C. J. Knijnenburg, Wassenaar 10
22. S. F. v. Steenbergen, Leiden 10
23. J. C. Nebeling, Nw-Vennep 10
24. P. Loos, Oudewetering 9
25. J. A. J. Wortman, Hazerswoude 9
26. H. L. Tebbens, Nw-Vennep 9
27. P. v. Schie, Wassenaar 8
28. Th. Koek, Roelofarendsveen 3
29. C. L. v. d. Salm, idem 7
30. H. Droog, Rijpwetering 7
31. G. Akerboom, idem 6
32. Ph. Philipse, Abbenes 6
33. F. de Roo, Leiden 5
34. P. Vlasveld, Zoeterwoude 5
35. N. G. v. Noort, Noordwijkerhout 4
36. M. P. Krumpelmans, A. d. Rijn 4
37. A. P. Mooijekind, Lisse 4
38. H. v. d. Kamp, idem 4
39. P. v. Vianen, Leiden 3
40. W. v. d. Meer, Oegstgeest 2
41. G. G. Bemmelen, Voorschoten 2
42. A. Hogervorst, Ter Aar 2
43. P. Zwetsloot, Noordwijk 1
44. G. Geerlings, Leiden 2
Partij-stand
Onderstaande stand is uit den wedstrijd
van de „Damier de la Seine" en is ont
leend aan „Tous les Jeux".
Stand:
Zwart 9, 11, 14. 16, 18, 19, 22/24, 26.
Wit 25, 27 en 31/38.
Wit (M. Carbonnet) staat schijnbaar
verloren. Door een mooi offer forceerde
hij echter nog juist remise door: 3429
(23x34), 32—28 (11—17 gedw.), 27—21
(16x27), 35—30 (24x35), 25—20 (14x25),
3732! (26x37), wit 32x3! remise.
OUDE /INGEl 120
tO: 7*>
DOEZQ/TRQQT 22
tuuezai
lEIDSTV
VROUW IN WATERPUT VERDRONKEN.
In den afgeloopen nacht is de 60-jarige
mej. M. Schellekens te Gilze in Noord-
Brabant, in een achter haar woning gele
gen waterput geraakt en verdronken. Toen
haar zuster, met wie zjj samenwoont, haar
vanmorgen niet zag, stelde zij een onder
zoek in, waarbij zij haar dood in de put
vond liggen. De politie heeft de zaak in
onderzoek.
DE GRIEP-EPIDEMIE.
Ook in Zwolle en Wehl zijn de scholen
gesloten.
In verband met de heerschende griep
epidemie, die in verschillende garnizoenen
in meerdere of mindere mate woedt, zijn
thans in enkele gemeenten de scholen ge
sloten. In Zwolle zijn de scholen tot na de
Kerstvacantie gesloten. Ook het gemeente
bestuur van Wehl heeft het beter geoor
deeld, dat de onderwijsinrichtingen aldaar
gesloten zullen worden.
BRAND TE AMSTERDAM.
Mej. Van Veen, die het bovenhuis Nieuwe
Looiersstraat 74 te Amsterdam bewoont,
had gistermiddag een petroleumkachel ge
vuld en aangestoken. Zij droeg hem naar
de achterkamer van de eerste verdieping.
Op het oogenblik dat zij de brandende
kachel zou neerzetten, trapte zij op den
staart van de kat. Zij schrok daar dermate
van, dat zij het brandende toestel uit haar
handen liet vallen. De petroleum, die uit
de kachel vloeide, vatte onmiddellijk vlam
en zette de omgeving in brand. De vlam
men baanden zich een weg door een hou
ten trapafscheiding naar de zolderverdie
ping.
Toen de inmiddels gealarmeerde brand
weer voorreed, sloegen de vlammen uit de
zolderverdieping. Met drie stralen op een
motorspuit werd de brand bestreden. De
achterkamer van de eerste verdieping en
de zolderverdieping, waar eenige slaap
kamertjes waren, brandden uit. De bene
denburen kregen waterschade.
NOODWONINGEN IN BRAND
GESTOKEN.
Het laatste te Arnhem bestaande com
plex noodwoningen, dat in den oorlogstijd
werd gebouwd, is thans op een radicale
wijze opgeruimd.
De nog aan de Thomas a Kempislaan, in
de nabijheid van het Vitesseierrein slaan
de noodwoningen, die niet dan met Zeer
groote moeite in de laatste maanden zijn
ontruimd, zijn door de Arnhemsche brand
weer aan de vlammen prijs gegeven.
Dank zij de voorgenomen maatregelen
slaagde de brandweer er in, het geheele
complex in een vuurzee te herscheppen,
doch ondanks de krachtige medewerking
van de brandweer, die in dit geval in strijd
met haar taak alle pogingen deed om het
vuur maar steeds aan te wakkeren, heeft
het toch meer dan een etmaal geduurd eer
het geheele complex van woninkjes
prooi der vlammen was geworden.
Het spreekt vanzelf, dat deze geweldige
brand groote belangstelling trok, doch de
politie zorgde voor een uitstekende afzet
ting, terwijl de brandweer steeds een waak
zaam oog hield, opdat de brand geen gevaar
voor de buurt meer zou kunnen opleveren,
„Kunt U niet lezen? De aap zou U kun
nen bijten."
„Wat gaat dat U aan? Is het soms uw
aap?"
EEN INBREKERSBENDE TE ARNHEM
GEARRESTEERD.
De Arnhemsche politie is vermoedelijk
geslaagd eens een einde te maken aan het
werk van een inbrekersbende, die niet al
leen in Arnhem en omgeving maar ook
Amersfoort, Nijmegen, Woudenberg en in
verschillende gemeenten in Brabant werk
zaam is geweest, meldt de „N. R. Crt.".
In het begin van de vorige maand bleek,
dat was ingebroken in een onbewoond
landhuisje aan den Deelenscheweg, in de
buurt van Arnhem. Een aantal kleeding-
stukken, waaronder een kostbare bontman
tel en zelfs beddegoed was ontvreemd.
Aanvankelijk leverde het onderzoek der
recherche geen resultaten op, doch ten
slotte gelukte het haar, bij een opkooper,
een voorwerp in beslag te nemen, dat bij
een inbraak vermist was. Dit spoor werd
gevolgd, met het gevolg, dat de recherche
er in slaagde, bij twee Arnhemsche inge
zetenen een groote hoeveelheid gestolen
goederen in ontvangst te nemen, waaron
der ook de bontmantel.
Een dezer personen werd als verdacht
van heling aangehouden, spoedig daarna
werd één van de inbrekers eveneens ge
arresteerd.
Uit het verdere onderzoek bleek, dat een
twee verdachte zich voor een ander mis
drijf reeds in het Huis van Bewaring be
vond.
De beide wegens inbraak aangehouden
verdachten bekenden al spoedig, dat zij
zich, behalve aan de inbraak te Arnhem,
ook aan soortgelijke inbraken in de boven
genoemde plaatsen hadden schuldig ge
maakt.
Vrijwel alles wat bij de laatste inbra
ken was gestolen, kon bij verscheidene ban
ken van leening in groote steden worden
opgespoord.
DE DUKVAL BIJ KAPELLE.
Nieuwe afbrokkeling op twee plaatsen.
De dijk van den calamiteuzen Willem-
Annapolder langs de Westerschelde is Vrij
dagmorgen, toen het hoogwater afnam, op
twee plaatsen afgebrokkeld tot het midden
van de kruin. Zoodra deze nieuwe val ge
constateerd was, heeft men een honderdtal
arbeiders gerequireerd om de werkende
ploeg te versterken. Met tweehonderd man
in het totaal heeft men Vrijdag het werk
aan het herstel van den dijk zelf voortgezet.
De onbeschadigde steenglooiing aan
weerszijden van den dijkval heeft men op
genomen, teneinde dit materiaal te gebrui
ken vooi noodstorting in de bedreigde ge
deelten. Men is tot dezen maatregel over
gegaan, omdat wegens het' zeer slechte
weer een schip met stortsteenen niet was
gearriveerd.
De kistdam voor het ernstig bedreigde
gedeelte is versterkt. Men heeft er zakken
zand tegen en op gestapeld. Nog steeds is
het gevaar van dijkdoorbraak niet gewe
ken.
VAN INBREKERS EN
MEDEPLICHTIGEN.
Terzake van medeplichtigheid aan de in
den nacht van Zaterdag op Zondag te Haar
lemmermeer en te Laren gepleegde inbra
ken, in verband daarmede de bekende re
cidivist R. uit Hilversum reeds werd opge
sloten, zijn nog door de politie gearresteerd
J R. uit Amsterdam en de chauffeur A. van
de B. uit Hoofddorp. De chauffeur wordt
verdacht van heling. De mannen zullen voor
den officier van justitie worden geleid. De
gestolen goederen zijn teruggevonden.
FRAUDE OP NOTARISKANTOOR TE
GEMERT?
Onderzoek door parket uit Roermond.
Het parket uit Roermond, bestaande uit
den Officier van Justitie, mr. Rieter, den
rechter-commissaris en eenige andere Jus-
titie-ambtenarene, arriveerde gistermiddag
te Gemert, hetgeen verband zou houden
met het feit, dat ernstige malversaties aan
het licht gekomen zouden zijn op het kan
toor van den notaris A. F. J. V. Naar ver
luidt zou een bedrag van vele duizenden
guldens te kort zijn. Het onderzoek is thans
in vollen gang. ,»Tel."
LETTEREN EN KUNST
HOE HOUDT MEN BLOEMEN
VERSCH?
Eenige druppels zwaveligzuur in 6%
oplossing wordt aanbevolen.
In de laboratoria van den bond van Ha-
waische suikerplanters heeft men een
nieuwe methode voor het versch houden
van bloemen ontdekt. Als men deze
methode toepast, kan men de bloemen vier
tot vijf dagen langer versch houden dan
anders. Dit is niet slechts van belang voor
bloemenwinkels maar natuurlijk ook voor
bloemenvrienden, die op deze wijze veel
meer aan hun bloemen hebben.
De nieuwe methode is zeer eenvoudig.
Men hoeft slechts eenige druppels zwavelig-
zuur in het bloemenwater te doen. De bloe
menvriend of -vriendin mag echter zwa
veligzuur vooral niet verwisselen met zwa
velzuur! Deze vloeistof zou namelijk de
bloemen dadelijk dooden. Ook mag men
slechts glazen of porseleinen vazen gebrui
ken, daar het zwaveligzuur men bezigt
het best een oplossing van zes procent
metalen vazen aantast.
Het zwaveligzuur maakt de bacteriën on
schadelijk en verhindert daardoor het vlug
ge verwelken der bloemen. Aan den ande
ren kant maakt het de bloemen zeer
„dorstig". Dientengevolge gebruiken ze on
geveer vijf keer zooveel water als anders.
Het beste resultaat bereikt men bij bloe
men met lange stengels, maar ook die met
korte blijven bij deze verzorging langer in
leven. Op bloemen, die ook in den tuin
slechts één dag bloeien, heeft het zwavelig
zuur intusschen geen invloed. Naar men
zegt, levert de nieuwe methode veel betere
resultaten op dan de oude, waarbij men de
bloemen o.a. met warm water en aspirine
behandelde. »>Tel."
Bouwkunst als Levensuiting,
door A. J. Kropholler. Uit
gave N.V. de Spieghel, Amster
dam, N.V. het Kompas, Ant
werpen.
„Bouwkunst is allereerst ruimtekunst in
dien zin, dat zij de ruimte beslaat, zooals
de muziek den tijd" 1).
Dezer dagen is een boek verschenen
over bouwkunst van de hand van archi
tect A. J. Kropholler, met kleine teeke-
ningetjes ter illustratie, door R. J. Veen-
dorp. Door den bouwmeester worden ach
tereenvolgens vijf hoofdstukken behan
deld:
Hoofdstuk I bouwkunst als ruimtezang:
1. grootte, 2. regelmatigheid, 3, meetkun
stige vorm, 4. de beteekenis van symme
trie, hoogte en afstand. I. Symmetrie, II,
hoogte, a. In verband met omvang, b. zon
der omvangrijkheid (torens), c. verhoogde
ligging van het gebouw, d. verhoogde lig
ging van den binnenvloer. III. Ledige
ruimte, afstand.
Hoofdstuk n: bouwkunst als tijdzang.
1. Het vaste materiaal, 2. duurzame
krachtsuitdrukking, 3, climax in uitdruk
king.
Hoofdstuk III: bouwkunst als zang der
oorzakelijkheid:
1. Harmonie: rust en spanning. 2. Har
monie tusschen de deelen van het gebouw,
3 Harmonie door materiaal en bewerking.
4 Harmonie met het levn.
Hoofdstuk IV: versiering.
1. Wat is versiering? 2. Versiering als
ruimtezang. 3. Versiering als tijdzang. 4.
Versiering als zang der oorzakelijkheid. 5.
De versiering in het verleden. 6. Het heden
en de toekomst.
Hoofdstuk VDe bouwkunst en het licht.
1. Het licht als middelaar voor het zien
a. Bouwkunst en zichtbaarheid, b. Ver
schillende lichtwerkingen, c. Lichtwerkin
gen in de natuur, d. Bouwkunst en licht
werking. 2. Directe lichtwerkingen, a.
Doorschijnendheid en weerspiegeling, b.
Doorschijnende kleur. c. Glans en kleur.
3. Indirecte lichtwerking matte kleuren en
tinten), a. De verschillende aard der kleu
ren. b. Tegenstelling der kleuren, c. Aarcl
en toepassing van wit en zwart. d. Toepas
sing der kleuren, e. Zichtbaarheid door
kleuren, f. Klieur en materiaal. 4. Schil
derij en muurschildering.
Voor mij vormen de vier eerste hoofd
stukken één geheel, terwijl het laatste
hoofdstuk, handelend over de bouwkunst
en het licht op zichzelf staat en naar
mijn meening mis ik daarin directen sa
menhang met de voorafgaande hoofdstuk
ken.
De indeeling van het boek alleen reeds,
getuigt van groote helderheid. Het is sa
menvattend geschreven zonder wijdloopig-
heid, duidelijk en klaar, zonder de wazi
ge onbestemdheid, eigen aan menig weten
schappelijk betoog. Hier is een man aan
het woord, die ons werkelijk iets te zeg
gen heeft. Hij spreekt als kunstenaar ja
doch tegelijkertijd als man van studie
en groote, veelzijdige kennis. De gekozen
titels wijzen er reeds op, hoe Kropholler
het bouwen ziet en beheerscht als „kunst",
als inspiratie, die de bouwkunst voor hem
doet zijn als gezang, als muziek: Gezangen
van de ruimte, van den tijd en van de oor
zakelijkheid. Het verrassende is dan ech
ter, hoe hij die intuitief, geinspireerde
concepties door bestudeering der voorbeel
den uit vroeger eeuwen wetenschappelijk
ik zou willen zeggen als een professor
op college weet te ontrafelen, berede
neerd conclusies trekt en toepassingen
maakt met open oog voor het laatste en
nieuwste van eigen tijd. Dit boek is een
studie, klaarblijkelijk bedoeld voor den
hedendaagschen architect. De kunsthisto
ricus zal daarin met vreugde kennis ne
men van menig nieuw gezichtspunt en
zeer oorspronkelijke visie. Maar ook de
ontwikkelde leek, wien het ernst is met
den wensch het wezen der architectuur te
leeren verstaan, zal in deze beschouwingen
een leiddraad vinden, hecht en doelge
richt, zooals ons die na Berlage's vroegere
werken niet meer geboden is.
De illustreerende teekeningetjes staan
tusschen de tekst, niet altijd precies bij
bet doör hen te verduidelijken geschreven
woord. Ook zijn zij niet voorzien van on
derschriften, doch voetnootnummers ver
wijzen naar een afzonderlijke toelichting
achterin. Deze wijze van illustreeren biedt
groote voordeelen. Allereerst blijft zij als
dienend element ondergeschikt aan de
hoofdzaak, d.i. het geschreven woord. De
pagina blijft nu steeds aesthetisch in even
wicht. Bovendien zijn vrijwel alle voor
beelden „klassiek" en mogen als bekend
verondersteld worden. Zoo wordt het
doel, aanschouwelijk aan te toonen het
geen betoogd wordt, ten volle bereikt.
Kropholler zegt in zijn samenvattend
besluit:
„Zooals ik in het voorwoord heb ver
klaard, is het doel van deze studie slechts
om, zoover mij dit tot heden mogelijk
was, een algemeen denkbeeld te ontwer
pen van de beteekenis, die voornamelijk
in psychischen zin is te hechten aan de
vormen en kleuren der bouwkunst in het
algemeen. Ik acht dit van belang, omdat
juist in onze dagen, en niet alleen in ons
land, de bouwkunst veelal slechts wordt
gezien en naar voren gebracht als een
resultaat van de vervulling van materieele
behoeften en, in zoover zij daarboven uit
gaat, als een demonstratie van technischen
vooruitgang. Deze demonstratie beschouwt
men als een uiting van vooruitstrevende
gezindheid en instede van andere voor de
bouwkunst wezenlijke kwaliteiten ver
langt men er deze van".
„Het is evenwel te hopen voor onze
bouwkunst, dat ook in onzen tijd het be
wustzijn der diepere gronden van deze
kunst eenmaal moge doorbreken. Wan
neer dit door voorliggende studie slechts
eenigermate zou worden bevorderd, is
schrijver dezes, zich bewust van de lang
zaamheid, waarmede nieuwe gedachten
veld winnen, alreeds bevredigd.
Indachtig de spreuk, welke Jacob van
Campen in zijn landhuis liet schilderen:
„el todo es nada"2), is er mij echter ook
reden tot tevredenheid, wanneer ik dit
niet zou beleven, daar de voornaamste be
vrediging steeds gelegen is in het verrich
ten van hetgeen men noodzakelijk acht en
hetgeen bedoeld wordt met Berlage's bon
dige lijfspreuk „ik dien".
Voor mfj staat in dit boek een kunste
naarsfiguur te voeten uit, als één, die op
den eenzamen berg den chaos overziet.
Niet zonder strijd zal deze berg beklom
men zijn.
M. v. d. S.
1) A. J. Kropholler: Bouwkunst als le
vensuiting, blz. 7.
2) „Alles is niets".
Een nieuw tooneelstuk van Antoon Coolen
Naar wij vernemen, legt Antoon Coolen
op het oogenblik de laatste hand aan een
nieuw tooneelstuk, dat hij als voorloopigen
titel gegeven heeft „De klokkengieter".
Dezer dagen hoopt hij het stuk geheel ge
reed te hebben, waarna het onmiddellijk
in studie zal worden genomen door Het
Nieuw Schouwtooneel onder artistieke lei
ding van Ko van Dijk en Frits Bouwmees
ter. Ditzelfde gezelschap speelde ook Coo-
len's „Kinderen van ons volk", ,„De Vier
Jaargetijden" en „De Vreemdeling".
Het Nieuw Schouwtooneel zal de pre
mière van dit nieuwe werk van Antoon
Coolen brengen in de tweede helft .van
Januari.