DE VERSTERKING VAN DE LANDSVERDEDIGING. VRIJDAG 11 DECEMBER 1936 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 De burgeroorlog in Spanje De Engelsch-Fransche bemiddeling. DE STRIJD OM MADRID. Aan het front van Madrid is alles kalm. De dag van gisteren werd gekenmerkt door artillerie-duel voornamelijk bij Aravaca. In den ochtend werden de stellingen der re- geeringstroepen door de luchtmacht der nationalistische methodisch gebombardeerd. Naar verluidt is een kolonne regeerings- troepen nabij het Ascorial verstoken van ravitailleering, sedert de troepen van ge neraal Mola zich op den weg naar la Co- rogna hebben genesteld. De kolonne zal zich moeten overgeven, indien niet spoedig versterking komt. Mededeelingen der nationalisten. Het groote hoofdkwartier der nationa listen deelt mede, dat in Aragon de regee- ringstroepen Villa Franca del Ebro hebben aangevallen. De aanval werd evznwel met aanzienlijke verliezen afgeslagen. Ook in Asturië werd een aanval der regeerings- troepen afgeslagen. EEN WAPENSTILSTAND MET KERSTMIS? Uit officieuze bron wordt vernomen, dat de Baskische separatisten generaal Franco een wapenstilstand van acht dagen zouden hebben gevraagd voor de viering van Kerstfeest en Nieuwjaar. Op die vraag werd nog geen antwoord ontvangen. HET BRITSCH—FANSCHE VOORSTEL INZAKE NIET-INMENGING. Het antwoord van Sovjet-Rusland. De Russische volkscommissaris van bui- tenlandsche zaken der Sovjet-Unie, Litwi- nof, heeft gisteren den ambassadeur van Groot-Brittannië, lord Chilston, en den am- basadeur van Frankrijk, Coulondre, het ant woord der Sovj et-regeering medegedeeld op het voorstel der regeeringen van Groot- Brittannië en Frankrijk, er toe mede te werken, dat een einde komt aan het ge wapend conflict in Spanje .Hij verklaart daarin o.m., dat de Sovjet-regeering even eens bezorgd is over deze gebeurtenissen en gevolgen, welke zij zouden kunnen heb ben op de cultuur, de beschaving en de zaak van den vrede en dat zij daarom gecoördineerde handelingen der belangheb bende mogendheden om de gevaren te voorkomen, welke zich zouden kunnen voordoen als gevolg van de inmenging van de staten afzonderlijk in de binnenland- sche aangelegenheden van Spanje, zeer ge- wenscht acht. De Sovjet-regeering was en is van mee ning, dat uitvoering door andere staten van bestellingen vanwege de-wettige door hen erkende regeering en daarbij ook van bestellingen van oorlogsmateriaal niet als een dergelijke inmenging kan worden be schouwd en dat integendeel de levering van wapens aan de tegen de rechtmatige regee ring strijdende opstandige troepen als een grove inmenging moet worden beschouwd, welke in strijd is met inter nationale normen. De Sovjet-regeering is voorts bereid zich met andere staten, opnieuw te verklaren, dat zij zich van directe of indirecte han delingen zal onthouden, die zouden kunnen leiden tot buitenlandsche inmenging in Spanje, waarbij zij evenwel verwacht, dat volledige controle op deze onthouding van wege andere staten zal worden gewaar- borged of verzekerd. De Sovjetijregeering is voorts bereid zich in principe aan te sluiten bij de poging in het gewapend conflict in Spanje te be middelen en te dien einde met andere sta ten in overleg te treden over den vorm, waarin zulks zou kunnen geschieden. Italië is sceptisch. Hoewel van gezaghebbende Italiaansche zijde geen enkele reactie op het Fransch- Engelsche voorstel tot bemiddeling in den Spaanschen burgeroorlog merkbaar is, is het plan in politieke kringen sceptisch ont vangen. Vereenigde Staten steunen het bemiddelingsvoorstel. De Fransche en Britsche ambassadeurs te Washington hebben het Amerikaansche staatsdepartement medededeeling gedaan van het Britsch-Fransche voorstel tot be middeling in Spanje. De regeering der Ver enigde Staten zal dit voorstel moreel steu nen en binnenkort een officieele verklaring over deze zaak publiceeren. „Wilt U een eindje met me meerijden?" „Neen, jonge man, men hoort tegen woordig zooveel van handelaars in blan ke slavinnen!" BUITENLAND DUITSCHLAND. KERKVERVOLGING IN HET DERDE RIJK Moedige houding der Protestanten In tal van protestantsche kerken is Zon dag j.l. een manifest voorgelezen, waaruit duidelijk blijkt, dat de kerkvervolging in het Derde Rijk nog onverminderd voort duurt. In de Matheuskerk te Miinchen, die tot in de uiterste hoeken met geloovigen ge vuld was, beschuldigde de predikant open lijk de nationaal-socialistische partij een doelbewuste politiek na te streven, die geen ander doel heeft dan de totale ver nietiging van het Christendom in Duitsch- land. „De Kerk, zoo vervolgde de predikant, heeft twee jaar lang het stilzwijgen be waard, omdat zij den angsttoestand, die er onder de geloovigen bestond, nog niet wil de vermeerderen, maar thans is het uur geslagen om vrijuit te spreken, omdat nu duidelijk is gebleken dat de politiek van de nationaal-socialisten er naar streeft om het Christendom te vernietigen en te ver vangen door een politiek die gedragen wordt door een nationale wijsbegeerte". Zóó VOEDT MEN DE JEUGD OP! Op denzelfden dag heeft M. Hoelz, de adjudant van den nationaal-socialistischen leider van Frankenland Julius Streicher, het woord gevoerd op een vergadering waarop alle schoolgaande kinderen waren uitgenoodigd: „Het is veel beter om te voetballen dan een godsdienstoefening bij te wonen, voor de gezondheid der kinderen is het veel be ter om in de bosschen te gaan wandelen dan naar de kerk te gaan. Zij, die nog aar zelen, moet het aan hun verstand gebracht worden door een pak slaag uit te deelen aan diegenen die naar de kerk blijven gaan". Tot de vrouwen die aanwezig waren zei de adjudant: „En wat u betreft, ge doet veel beter om in uw huishouden te blijven en een goede maaltijd te bereiden voor uw echtgenoo- ten, dan naar de godsdienstoefeningen te gaan, want dat dient nergens toe". FRANKRIJK. DE PERSWET IN DEN SENAAT Met 150 tegen 129 stemmen heeft de Se naat een voorstel van Israel tot het benoe men van een speciale commissie, belast met het onderzoeken van in de perswet van 1881 aan te brengen wijzigingen, ver worpen. HERVATTING VAN HET WERK IN DE STEENKOLENONDERNEMINGEN De arbeiders der steenkolenondernemin- gen te Roubaix en Tourcoing, die achtwe- fcen gestaakt hebben, hebben gistermorgen het werk in alle orde hervat. Voor het earst sedert Juni zijn er thans geen stakers in dit gebied. TWEEDE KAMER ITALIË. VRIJWILLIGERS WORDEN AANGEWORVEN Bestemming onbekend Aanwervingen van vrijwilligers voor on bekende bestemming worden thans in Ita lië geopend. Men ziet de nieuwe recruten, vooral in de kleine kustplaatsen bij Rome en in Rome zelf, gekleed in khaki kapot- jassen en kwartiermutsen, zonder de ster der geregelde troepen en zonder den fas- cistischen pijlenbundel der militie. Sommi gen dragen op hun hoofdeksel een gebor duurd insigne, dat een zeer smallen pijlen bundel voorstelt, welke uit een dubbelen bundel bliksemstralen steekt. Tot dusver re droegen de manschappen, die voor Oost- Afrika bestemd waren, en waarvan men er nog velen ontmoet in de straten der hoofd stad, een troepenhelm en de kenteekenen van leger of militie. HONGARIJE. LEIDER DER LEGITIMISTEN AFGETREDEN De leider der legitimistische partij, mgr. Griger, is afgetreden in verband met mee- ningsverschillen tusschen hem en andere kopstukken der partij. DE RAMP VAN DE „LIJSTER" - VERTRAGING IN WEGENAANLEG AANDRANC TOT VERBETERING VAN HET LEGER. Vergadering van gisteren. Arbeidstijden spoorweg personeel. Aan de orde is stemming over de motie van den heer Wijnkoop om uit te spreken: le dat invoering van den 8-urigen arbeids dag voor alle groepen van het spoorweg personeel noodzakelijk k, 2e. dat elk nacht- dienstuur van het spoorwegpersoneel op anderhalf daguur moet worden berekend. Ze worden verworpen bij zitten en op staan (vóór alleen de communisten). Regeling van werk zaamheden. Na eenig debat wordt z.h.st. besloten, he denavond de begrooting van het Departe ment van defensie voor 1937 aan de orde te stellen en het ontwerp-vestigingswet te plaatsen aan het einde der agenda. Verschillende kleine wetsontwerpen wor den z.h.st. goedgekeurd. VERKEERSFONDS. Voortgezet wordt de behandeling der be grooting van het Verkeersfonds voor 1937. De Minister van Waterstaat, de heer v. LIDT DE JEUDE, antwoordt op de bij de afd. Waterwegen gemaakte opmerkingen. De Minister zal deze opmerking nader overwegen. Bij afd. 7 (landwegen) pleit de heer J. TER LAAN (S. D.) de urgentie van ver betering van eenige wegen o.m. Den Haag GoudUtrecht. De heer VAN KEMPEN (Lib.) verklaart dat een goed aangelegde klinkerverhar ding zeer geschikt is voor het snelverkeer. Spr. vraagt, wanneer de weg Den Haag Utrecht tot Utrecht gereed zal zijn. Spre ker vraagt gelijksoortige inlichtingen in zake de wegen AmsterdamUtrecht, Am sterdamB odegraven en Eindhoven Tilburg. De heer DUYS (zonder partij) consta teert, dat het met den weg Den Haag Utrecht een lijdensgeschiedenis is. Overal in den lande zijn er breede, gebetonneerde wegen, maar het is een karwei om van Den Haag te komen naar het Oosten des lands. Thans is de toestand levensgevaar lijk, de weg is te smal en wordt toch ge- biuikt door vrachtwagens die ver over de helft van den weg komen. Iets dergelijks is er in den weg naar Amsterdam (Sassen- heim, Hillegom). Waarom niet meer spoed? En dan is ook noodig een betere manier om door of om Utrecht te komen. De MINISTER zegt dat trage uitvoering van het wegennet bezwaren heeft. Doch als er niet sneller gewerkt kan worden, ligt dat niet altijd aan gebrek aan energie. Zoo eenvoudig als de heer Duys denkt, is het vraagstuk niet. Er is veel onzichtbare voorbereiding bij wegen- en bruggenbouw noodig. Dit geldt ook voor Den HaagUtrecht, al erkent spr. dat daar eenige vertraging ia geweest. Omtrent de doorgangen door de steden wordt overleg gepleegd met de gemeenten. Spr. vertrouwt dat men nu met de wegen Den HaagUtrecht en Am sterdam sneller zal o-xschieten. Er volgt nog eenige re- en dupliek. LUCHTVAART. Bij afd. 8 (luchtvaart) betuigt de heer BONGAERTS (R.-K.) zijn diep leedwezen over de voorgevallen ramp bij de K. L. M., en met de nabestaanden der slacht offers. Spr. is overtuigd dat de maat schappij zich zal blijven ontwikkelen, en spreekt voorts zijn beste wenschen uit voor het herstel der gewonden. Een vliegveld in Zuid-Limburg acht spr. nationaal en internationaal van belang. De heer VAN BRAAMBEEK (Soc. Dem.) wijst op het rapport van de Commissie- Kooien. Men is slechts gekomen tot instel ling van den Luchtvaartraad en de Lucht- rampenwet. Dat is echter niet alles wat de commissie heeft aanbevolen. Hoe staat het met het rijkstoezicht op de Indië-lijn en met de regeling van dienst- en rusttijden der piloten. Hoe staat het voorts met de salarisregeling. Spr. wenscht een hooger grondsalaris, waarbij minder het zwaarte punt valt op de betaling der vlieguren. Het toezicht op de extra-vluchten dient verscherpt te worden. Spr. maakt er be zwaar tegen, dat regeeringsambtenaren in het bestuur der K.L.M. zitting hebben. Deze moeten onafhankelijk kunnen be slissen. De directeur der K.L.M. heeft bij ver schillende gelegenheden over uitbreidings plannen voor luchtlijnen gesproken, o.a. naar Paramaribo. Spr. heeft den indruk, dat daarbij wel eens vergeten wordt, dat het hier gaat om de luchtvaart van een klein land. Verschillende uitlatingen van den directeur der K.L.M. wijzen op een zekeren weerstand tegen overheidsmaat regelen. De minister late zich daardoor niet wegdringen en geve niet toe aan de zen drang naar grootere bewegingsvrijheid. De heer EBELS (Vrijz. Dem.) maakt be zwaar tegen het stopzetten der binnenland- sche luchtlijnen gedurende den winter. De heer VAN DER PUTT (R.K.) sluit zich hierbij aan en wijst o.a. op de on voldoende voorbereiding van het luchtver keer op Eindhoven, dat mede tot misluk king gedoemd was door slechte grondver- bindingen naar Twente, en een ongeschikt type vliegtuigen. Rede van den Minister van Waterstaat De MINISTER VAN WATERSTAAT sluit zich namens de regeermg aan bij de woorden van deelneming met de slacht offers van de ramp van de „Lijster" en spreekt de beste wenschen uit voor het herstel der gewonden en hoopt, dat deze ramp het vertrouwen in de luchtvaart maatschappij niet moge schaden. Spr. wijst erop, dat de aanleg van vlieg velden in ons land gewoonlijk door parti culieren of particuliere instanties ge schiedt. Zelfs bij de eenvoudige wijze, waarop in het binnenlandsch luchtverkeer wordt voorzien, blijkt dat het bezwaarlijk is, er meer voor beschikbaar te stellen. De be- teekenis van een lijn AmsterdamBatavia is een geheel andere. Besnoeiingen van uit gaven moet daardoor in de eerste plaats de binnenlandsche lijnen treffen. De vragen van den heer Van Braambeek kan de minister op het oogenblik'nog niet alle beantwoorden. Wel zijn speciale toe- zichtmaatregelen getroffen voor het ma ken van bijzondere vluchten. Ook andere maatregelen overeenkomstig het rapport- Kooien, waarvoor geen wetelijke voorzie ningen oodig zijn, werden reeds genomen. Waar noodig zullen beperkende bepalingen worden vastgesteld. De begrooting van het Verkeersfonds voor 1937 wordt z.h.s. goedgekeurd. ZUIDERZEEFONDS Aan de orde is de begrooting van in komsten en uitgaven van het Zuiderzee- fonds voor het dienstjaar 1937. AVONDZITTING DEFENSIE De Tweede Kamer heeft gisteravnd een aanvang gemaakt met de behandeling van de begrooting van Defensie. De eerste spreker de heer WENDELAAR (Lib.) wijdt aandacht aan den toestand van het oogenblik, dien hij zoowel in Europa als in Azië dreigend noemt. Ook met de verzekering van den minister van Buiten landsche Zaken, dat deze niet het minste geloof hechtte aan het gerucht dat bij het verdrag tusschen Duitschland en Japan een J verdeeling van economische invloedssferen in Ned.-Indië heeft plaats gehad, kan men aannemen, dat Ned.-Indië daarbij toch wel besproken is. Wat doet Nederland? Wij kunnen niet op andere mogendheden leunen; de En- gelsche ambassadeur te Parijs zei: wij hel pen niet graag landen die zelf niet vechten willen. We staan thans voor de noodzaak de de fensie in orde te maken in een financieel moeilijken tijd. Daartegenover staat, dat het materiaal goedkooper is en men gesteunde werkloozen aan den arbeid kan zetten. Doch hoe ook het moet gebeuren. Als het kabinet dit inziet, zal de bekwame mi nister van Financiën de wegen vinden om de kosten te bestrijden. Ook het luchtwapen behoeft versterking. 100 vliegbooten zijn zeker noodig en de minister komt niet verder dan 60. Personeelversterking aan onze grens is dringend geboden. Het Duitsche leger is nog lang niet gereed en spr. verwacht in den eersten tijd geen overval, maar men dient op alle mogelijkheden voorbereid te zijn. Een derde herhalingsoefening acht spr. noodig. De minister zei dat het voor versterking van de lichting '37 al te laat is, doch waar om is de regeering niet eerder daarmee ge komen; als wij het nu niet doen zal het misschien voor de lichting '38 weer te laat worden. Dan zijn 2 jaren onnoodig ver- Als er nu toch wat voor Defensie ge beuren moet, laat het dan tot vermeerde ring van de werkverruiming zooveel mo gelijk in Nederland gebeuren, ook den vliegtuigbouw. Daarop hebben en dit is wel eigenaardig twee soc.-dem. pro fessoren, de heeren Tinbergen en Gou- driaan, op gewezen. Wat de regeering voorstelt, aldus spr. wordt door ons als een minimum van nood zakelijkheid beschouwd. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.R.) meent, dat sedert het optreden van dezen minister belangrijke verbeteringen op het gebied der defensie zijn tot stand geko men. Bij de Indische marine is een be langrijke achterstand. Daarom moet thans met voortvarendheid worden gehandeld. Financieele overwegingen mogen niet de voornaamste zijn, nu de hoogste g oede- ren op het spel staan. Een derde herhalingsoefening is absoluut noodig. Een oorlogsleger, dat bij een ge wapend conflict in staat is snel op te tre den, missen wij. De eerste stap, dien de regeering onverwijld dient te onderneme, is uitbreiding van het contingent. Daartoe is men ook in België overgegaan, met steun van de socialisten. Verder moet verlenging van eerste oefening volgen, De heer VAN BOETSELAER VAN DUB BELDAM (C.H.) wijdt vooral aandacht aan de Indische defensie. De kostenverdeeling blijft een moeilijk probleem. Zoodra Indië daartoe in staat is zal het weer een be langrijk aandeel in de kosten van zijn ver dediging moeten bijdragen. De heer BONGAERTS (R.K.) vindt ook dat de Regeering met de verdere uitbrei dingsplannen wel laat is. Binnen niet te langen tijd moet het uitgesloten zijn, dat op bepaalde tijden geen geoefende man schappen beschikbaar zijn. Dit geldt ook voor de grensbewaking. Een drieploegenstelsel acht spr. noodza kelijk Verzwaring van persoonlijke en fi nancieele lasten kan de Regeering niet ontgaan. Spr. zou reeds in vredestijd een opperbevelhebber willen doen aanwijzen. Zoolang deze minister op zijn post blijft is spr. gerust op het verloop van een even- tueele mobilisatie. De dienstplichtige werk loozen zouden in centraal verband kunnen worden samengegebracht b.v. in werklooz- kampen. Militaire werken zouden dan kun nen worden uitgevoerd, oefeningen gehou- de, etc. Dit zou in het belang van de werk loozen en de krijgstucht zijn. Ook de heer TILANUS (C.H.) acht de eerste oefentijd veel te kort, het contingent belangrijk te klein; uit moreel en militair oogpunt is het gewenscht hierin verbete ring te brengen. Thans moeten veel te vlug huisvaders worden gemobiliseerd. Spr. wacht de concrete plannen af, doch acht een opleiding van 12 maanden voor alle onberedenen te lang. Wel zullen meer herhalingsoefningen noodig zijn, De heer SCHILTHUIS (V.D.) acht ver sterking van onze weermacht in Volken bond verband noodig. Wij moeten in staat zijn een aanvaller althans den eersten tijd te weerstaan. De opvattingen omtrent het noodzakelijk minimum loopen aanmerke lijk uiteen. Ook moet rekening worden gehouden met wat financieel mogelijk is en de defensieuitgaven zijn reeds niet on belangrijk gestegen, nl. 166 millioen. Ver meerdering van personeele lasten zouden binnen bepaalde grenzen te aanvaarden zijn, doch wat de Regeering als voorbeeld aangeeft n.l. 32.000 man en 12 maanden gaat ons, aldus spr, toch te ver. De uit gaven overtreffen ook onze financieele draagkracht, 'verzwakken ons economisch weerstandsvermogen. De grens moet vol gens spr. liggen beneden het bedrag dat dit jaar is aangevraagd. De vergadering wordt te 1 uur verdaagd tot hedenmiddag 1 uur. LETTEREN EN KUNST Het Schild. Apologetisch Maandschrift der A. V. Petrus Canisius. De voorbeeldige eenheid des Geloofs van de Katholieke Kerk wordt nogal eens ver geleken met de noodlottige oneen igheid, welke onder de andere christenen heerscht. Dat verschil is niet een toevalligheid maar een fundamenteel verschil. Pater A. W. ter Maat O.P. behandelt in het artikel, waar mede de December-aflevering van het Schild aanvangt, dit verschijnsel eveneens en geeft er een verklaring van. Katholieken en Protestanten nemen een totaal verschillend standpunt in tegenover den Bijbel. Volgens de Katholieken bevat de Bijbel niet de geheele openbaring, maar moet daarnaast geput worden uit de Over levering. Bijgevolg moet er een levend leergezag zijn, dat in laatste instantie de inhoud van de Overlevering bepaalt en den Bijbel verklaart. De Protestanten erkennen slechts den Bijbel als bron van het geloof en zij erkennen het recht van iedereen om den Bijbel uit te leggen. Het gevolg is even begrijpelijk als betreurenswaardig, n.l. toe nemende splitsing en verdeeldheid. Voorts zet H. Reynen zijn serie artikelen voort over de verhouding van Erasmus en Luther. Eens te meer blijkt weer, welk een gedegen studie de schrijver van zijn onder werp heeft gemaakt. Tusschen deze twee groote artikelen tref fen wij een tweetal kleinere beschouwingen aan, n.l. van M. Bruna over „Kinderen van God", een meditatie over de schoonheid van het Kerstfeest, een schoonheid, die kunste naars inspireert en zelfs niet-geloovigen ontroert, maar alleen begrepen kan worden in het licht van het geloof; en een beschou wing van Jan Taal over den tekst „Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet be- zwijke". De rubriek Op den Uitkijk bevat ditmaal slechts twee stukjes, n.l. van H. Reynen, wien Erasmus maar niet loslaat en van Jan Taal, die een persoonlijke herinnering neerschrijft in memoriam prof. dr. W. Mul der S.J., die 17 Oct. j.l. te Amsterdam over leed. De Vragenbus is wederom vrij uitgebreid en behandelt verschillende vragen van zeer uiteenloopenden aard. Tenslotte worden een 20-tal uitgaven besproken en besluit de Correspondentie deze uitgave, die weder om tal van wetenswaardige en leerzame gegevens bevat. Stilstaan verboden ....op bruggen, binnen 8 m van straathoeken, autobushaltes, voor brandkranen, enzoovoorts!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 10