RIJKSPENSIOENVERZi KERING
DONDERDAG 12 NOVEMBER 193t>
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
HOE WORDT HET WEER
DE BILT SEINT
Matige tot krachtige tijdelijk nog storm
achtige Zuidelijke tot Westelijke wind,
zwaar bewolkt met tijdelijke opklaringen,
regen of hagelbuien, kouder.
Hoogste barometerst.: 764.4 te Boedapest.
Laagste barometerst.: 734.5 te Holyhead.
De depressie beweegt zich Oost-Noord-
Oostwaarts in diepte afnemend, in het Ka
naal vertoont zich nog een kleine secun
daire. De hoogedrukkïng nam af in het
Zuid-Oosten en herstelt zich in het Wes
ten, waarachter Ierland een Orkaanachtige
Noorder storm waait. In Ierland en Schot
land stormt het uit Noord-Oost, in de Golf
van Biscaje uit West, in het Kanaal uit
Zuid-West. Op de Britsche Eilanden viel
plaatselijk meer dan 20 m.m regen en de
regen duurt nog voort. In Frankrijk waaien
krachtige Zuid-Westelijke tot Zuidelijke
winden bij zwaar bewolkte lucht, in Duitsch
land krachtige Zuidelijke tot Zuid-Ooste
lijke winden met veel regen. Scandinavië
heeft grootendeels betrokken lucht bij
rustig weer en lichte vorst in het binnen
land. De opvullende depressie zal nog
stormachtigen wind veroorzaken, na het
passeeren van de secundaire zijn regen en
hagelbuien te wachten met afkoeling.
LUCHTTEMPERATUUR.
8 gr. C.
LICHT OP VOOR FTETSERS e. a.
Vein Donderdagnamiddag 4.41 uur tot
Vrijdagmorgen 6.49 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee op Vrijdag 13 Nov.:
voorm. 1.55 en nam. 2.11 uur.
RECHTZAKEN
De Nijenrode-zaak
VOORTZETTTING DER PLEIDOOIEN.
De verdediger van den heer Onnes, mr.
Th. Muller Massis zette vanmorgen zijn
pleidooi in de Nijenrodezaak voort.
Zooals men weet heeft de procureur-ge
neraal mr. J. Versteeg in zijn requisitoir
een jaar gevangenisstraf met aftrek van
voorarrest (een jaar) tegen verd. gevor
derd.
Mr. Muller Massis deelde mede. dat ge
tuige Groeneveld Sr., de vader van den
reeds gehoorden Haagschen kunsthandelaar
thans verschenen is. De president wenscht
hem alsnog te hooren. Getuige verklaarde,
dat hij met zijn broer bij Koning was ge
weest. Deze had toen een verklaring voor
gelezen, waarin Onnes verklaarde geld te
zullen geven aan K. op schilderijen. Pre
cies weet getuige niet meer, wat in die
verklaring stond. Getuige had een Nico-
laas Maes, hy had het Koning in handen
gegeven om te verkoopen voor ƒ7.000.
Hij mocht er dan zelf ƒ3.000.van hou
den
Pres.: En aan wien zou K. het schilderij
verkoopen?
Getuige: Aan Onnes. Tenminste.... dat
was zijn plan. Ook had Koning nog een v.
de Velde in handen gehad.
De président leest een briefje van Ko
ning voor, dat hij aan getuige had ge
schreven: „Het schilderij is voor de door
u gestelden limiet niet te verkoopen, mijn
vriend vindt het prima werk. Voor ƒ7500
kan ik het hem zeker wel kwijt".
Geen camouflage.
Bij deze orderhandelingen sluiten brie
ven aan gewisseld tusschen Koning en
Onnes. Hieruit blijkt dus, dat dit geen
gecamoufleerde correspondentie was
zooals Koning beweert maar dat wel de
gelijk over beleening of aankoop van
schilderijen werd onderhandeld.
Mr. Muller Massis zette hierop zijn plei
dooi voort. Koning zoo zegt pl. is in
zijn verklaringen in dit proces steeds po
sitiever geworden. Steeds dichter nader
den zij.: verklaringen dien van Witbraad.
Wat. is er met de twee schilderijen van
den heer Or r es gebeurd, die nog vermist
worden en die de „jongens" niet zouden
hebben meegenomen volgens hun verkla
ringen.
Het is uitgesloten, dat verd. Onnes die
schilderijen zelf verdonkeremaand heeft,
om dit aan te toonen gaat pl. tot in bij
zonderheden na wat verd. Onnes den och-
ten na den inbraak heeft gedaan.
Raadsheer mr. Leuwe van Nijenstein:
Maar wat is er 's nachts gebeurd?
Verdediger: Mevrouw Onnes heeft met
klem verklaard, dat haar man dien nacht
het slaapvertrek niet heeft verlaten.
Verdachte windt zich hevig op: „U denkt
toch niet, dat mijn vrouw ooit een on
juiste verklaring heeft afgelegd".
Psychologisch merkwaardig is ook al
dus pl. dat Koning boos was toen er op
de rechercbeiijst 7 gestolen schilderijen
stonden opgegeven inplaats 5. „Die „schob
berd" heeft er zeker zelf nog een paar
achterover gedrukt" zegt Koning dan te
gen Witbraad.
Dar is hij rus kwaad op Onnes wan
neer de verzekering nog meer benadeeld
wordt.en zelt spreekt hij van het „spor
tief genoegen" bij het oplichten van een
verzekering.
Tot in de fü. esses bespreekt mr. Muller
Massis dan ae z.g. „camouflage brieven".
Op die beleen'ng van schilderijen is ver
dachte ingegarn omdat hij nog hoopte een
combinatie te vinden.
Hij dacht aan de schilderijen van Ko
ning niets te kunnen verdienen en tege
lijk Koning te helpen.
Langdurig discussieert de verdediger met
den procure ui-generaal en het Hof over
de vraag waarom Koning de verklaring
van Onnes, dal hij aan K. 8000 zou beta
len voor enkete schilderijen indien de ver
zekering uitbe'aald had, verscheurde.
Er worden van beide kanten veronder
stellingen gemaakt en de procureur-gene
raal merkt, naai aanleiding van een op
merking van mr. Muller Massis op:
„Van 't kwade geweten van Koning zijn
we allemaal overtuigd".
Verdediger: „Ja, maar hij had geen
kwaad geweten on dat hij de verzekering
hielp benaaeelen, zooals hij dan ver
klaart, Maar een sndere kwestie is de
chantage. Misschien voelde hij daardoor
zijn geweten knager. enverscheurde
hii de verklaring vnr> Onnes.
Kort nadat Koning met zijn chantagepo
ging is begonnen schrijft Koning een brief
aan Onnes. De laatste is boos enant
woordt niet. Pas na een nieuwe aanmaning
schrijft hij terug. Vriendelijk, dat is zeer
verklaarbaar. Men vangt meer vliegen met
stroop dan met azijn.
Dat van een „camouflage" briefwisseling
geen sprake is en dat Koning liegt, blijkt
wel uit hèt feit, dat Koning in die periode
expertise van eenige schilderijen heeft
doen verrichten door prof. Vogelsang uit
Utrecht. Er waren reëele onderhandelingen
over schilderijen tusschen Onnes en Ko
ning gaande.
Dan bespreekt pl. de chantagekwestie,
waarmee Koning op 20 April aanving.
Waarom begon hij daar niet eerder mee?
Misschien.... meent pl., zag hij er te
gen op.
„Waarom heeft Onnes de politie of de
justitie niet gewaarschuwd", heeft de P. G.
zich afgevraagd.
Onnes dacht aldus pl. dit varkentje
zelf wel te kunnen wasschen. Hij is geen
jurist maar koopman. Bovendien wilde hij
de verzekering geen aanleiding geven om
de uitbetaling uit te stellen of de som te
drukken. Er gingen geruchten en de klacht
over de chantage zou die geruchten ver
sterken.
„ALs men onschuldig is laat men zich
niet ohanteeren", zegt de P. G., doch zoo
eenvoudig is het hier niet: er stonden oe-
langen tegenover, belangen die gevaar lie
pen door een losse en ongegronde beschul
diging. Koning had groote belangen bij de
gestolen goederen.
Dan bespreekt pl. de houding van Onnes
en Koning voor den rechter-commissariss.
Als Onnes hem met klem en zonder beden
king beschuldigt van chantage, vraagt Ko
ninguitstel van verhoor om met zijn
advocaat te overleggen.
Van eenige spontaneïteit is bij K. geen
sprake. Hij zóu aanvankelijk gezwegen
hebben omdat hy een belofte aan Onnes
had gegeven.
Daarom aarzelde hij bij den rechter-com-
missaris, en dat tegenover den man, die
hem aan de hyena's overleverde (zooals K.
het uitdrukte) en die hem niet betaalde en
die hem bovendien zooals K. zegt ten
onrechte van chantage beschuldigt. En hij
zwijgt, doch vraagt overleg met zijn ver
dediger te mogen plegen. Pas daarna lan
ceert hij zijn beschuldiging tegen Onnes.
Het bewijs van Onnes' schuld valt of staat
met het verwerpen of aanvaarding van Ko-
nings' verklaring. Doch op dergelijke ver
klaringen mag geen veroordeeling volgen.
Wanneer men de psyche van den hoofdge
tuige goed vat, zooals de rechtbank dat
heeft gedaan, zal men verd. vrij moeten
spreken.
De zitting wordt geschorst tot twee uur.
Notaris tot drie jaar veroordeeld.
De Rechtbank te 's Hertogenbosch heeft
heden vonnis gewezen in de zaak tegen
den gewezen notaris L. te 's Hertogen
bosch, die terecht heeft gestaan wegens
verduistering en valschheid in geschrifte,
meermalen gepleegd. De Officier had een
gevangenisstraf van vier jaren geëischt.
De rechtbank veroordeelde L. heden tot
drie jaren gevangenisstraf met aftrek van
voorarrest. De uitspraak geschiedde buiten
tegenwoordigheid van den verdachte.
Verduistering.
,De gewezen hoofdagent van ..de Volks
krant" P. M. van B. uit Pijnacker, thans
gedetineerd, die terecht heeft gestaan we
gens verduistering van gelden ten nadeele
van deze N.V., werct heden door de Haag-
sche Rechtbank veroordeeld tot een jaar
gevangenisstraf. De eisch van het O. M.
was 1% jaar.
Bedriegelijke bankbreuk.
De Haagsche Rechtbank veroordeelde
den veehouder J. H. van V. uit Pijnacker,
tegen wien het o.m. wegens bedriegelijke
bankbreuk 1 y2 jaar is geëischt, tot een
jaar gevangenisstraf.
WAT IS EEN BELEEDIGING
VERSPREIDEN?
Omdat een architect een gedichtje met
beleedigende inhoud overtypte,
werd hij vervolgd wegenr
smaad.
In Bunnik was den laatsten tijd een be
weging gaande, welke zich in hoofdzaak
richtte tegen den directeur van de Boaz-
bank daar ter plaatse. De gemeente-archi
tect schreef een brochure, waarin hij zich
kantte tegen den bankdirecteur en toen
de architect eens een pamfletje in zijn brie
venbus vond, waarop een gedichtje stond
afgedrukt,, een gedichtje handelende over
een bankdirecteur, die als een boaz rond
liep en wien de dichter een minder prettig
uiteinde toewenschte, vond hij dit zoo aar
dig, dat hij het poëem overtypte en aan
anderen ter hand stelde.
Hierdoor voelde de directeur van de
Boazbank zich beleedigd, daar hij meende
de trieste hoofdfiguur uit het gedicht te
zijn; althans dat men hem er mede bedoel
de. Hij diende een klacht in wegens smaad
bij den Officier van Justitie en Dinsdag
stond voor de Utrechtsche Rechtbank de ar
chitect voor dit feit terecht.
Uit de kringen der balie bestond voor
deze zaak veel belangstelling, daar het hier
een overtreding geldt van een sinds kort in
werking getreden wetsartikel betreffende
het verspreiden van e°n beleediging.
Na de eerste vraag van den president zei
verdachte, dat hij eigenhandig het gedicht
je overtypte en aan anderen had laten le
zen en, zoo zij dit wenschten, ook ter hand
had gesteld.
Hij had met het overtypen van het smaad-
gedichtje niet de bedoeling gehad, den
bankdirecteur te treffen.
„Neen, dat meen ik ook" merkte nu
de Officier van Justitie ironisch op U
typte dat ding over omdat U het zoo'n bij
zonder literair werk vond!" (Gelach).
„Ik bewaarde het ais curiositeit", ant
woordde verdachte. „Bovendien ver
volgde hij ik liet het gedichtje in tegen
woordigheid van een raadslid uit Biltho-
ven aan den bankdirecteur lezen en toen
zeide deze, zich er niet door beleedigd te
gevoelen."
President: „Wilt U ons nu werkelijk wijs
maken, dat dit geschriftje niet rechts-
streeks sloeg op den bankdirecteur v. W.?"
„Net zoo goed op v. W. als op een an
der!"
President: „Zijn alle bankdirecteuren dan
piraten die gevierendeeld moeten worden?
Noemt U eens namen!"
Op deze strikvraag antwoordde verdach
te niet.
De beleedigde.
Als getuige gehoord, verklaarde de be
trokken bankdirecteur zich door het ge
dichtje beleedigd te gevoelen. Overigens
vond get. het pamflet te laag bij de
grondsch om er verder op in te gaan.
Nóg zes getuigen werden gehoord en al
len verklaarden zij van verdachte het ge
dichtje te lezen te hebben gekregen. De
laatste getuige voegde er nog bij, dat verd.
hem uitdrukkelijk gezegd had het pam
fletje terug te geven, want hij moest er
nog copieën van maken. Dit ontlokfe den
Officier van Justitie. „O, hoort U nu wel,
U moest het terug hebben want U wilde
het gaan vermenigvuldigen en verder ver
spreiden."
Een maand gevangenisstraf.
Requisitor nemende, achtte de Officier
van Justitie het ten laste gelegde wettig
en overtuigend bewezen. Op de eerste
plaats aan de hand der verklaringen van
den verdachte zelf, waar hij erkent het
gedicht te hebben overgetypt en aan ande
ren ter hand te hebben gesteld en voorts
aan de hand der verklaringen van de zes
getuigen.
Dit geschiedt nota bene nog wel door een
gemeente-architect - aldus de Officier
tegen een bankdirecteur, met wien hij bij
na iederen dag moet omgaan uit hoofde
van zyn ambt.
Aan het slot van zijr requisitoir eischte
de Officier tegen verdachte een gevange
nisstraf van één maand.
Wanneer is verspreiden
strafbaar?
Mr. Robold uit Arnhem trad in deze zaak
als verdediger op Hij begon zyn pleidooi
met de vraag te stellen: „wat is feitelijk
het verspreiden van een beleediging en
wanneer maakt men zich daaraan schuldig.
Is de Officier van Justitie verspreider in
dezen zin, omdat hij een dagvaarding op
stelde of deed opstellen, waarin ook het
gewraakte gedicht voorkomt? Is pleiter zelf
strafbaar, wanneer hij aan de verslagge
vers een na-getypt exemplaar van die dag
vaarding met het gedicht er in ter hand
stelt?"
„Het wetsartikel waar het nu om gaat
aldus pleiter is nog te jong om hier al
toegepast te worden. In den zin van deze
wet, moet verspreiden iets anders zijn."
Als volgend voorbeeld haalde pl. aan het
stuk dat onlangs over Rockefeller werd ge
schreven en dat lang niet vleiend voor dien
man was. De minister-president van Enge
land deed het stuk nadrukken en de Ne-
derlandsche kranten gaven er een uittrek
sel van. Is die minister-president versprei
der van een beleediging en zijn de Ne-
derlandsche kranten volgens de nieuwe
wet nu niet strafbaar?
Verd. heeft het gedicht in zijn brieven
bus gevonden en het overgetypt. Men kan
het met die handelwijze niet eens zijn, plei
ter achtte het niet te zijn een strafbaar
feit en vroeg ontslag van rechtsvervolging.
Uitspraak over veertien dagen.
„Tijd".
RAAD VAN ARBEID
met TERUGBETALING VAN PREMIËN
bij vroeger overlijden is een algemeen begeerde
DE GENEESKUNST ONBEVOEGD
UITGEOEFEND.
Tot 500.boete subs. 20 dagen
hechtenis veroordeeld.
Heden is voor den Amsterdamschen kan
tonrechter mr. I. van Crefeld de aangehou
den zaak behandeld tegen de „geneeskun
dige" mevr. S. te Amsterdam, die zich te
verantwoorden heeft wegens eenige geval
len van onbevoegd uitoefenen van de ge
neeskunst. Wegens ziekte van de verdachte
kon de zaak veertien dagen geleden geen
doorgang vinden. Er is toen slechts één ge
tuige gehoord.
Als deskundige was gedagvaard de di
recteur van den geneeskundigen dienst te
Amsterdam, dr. L. Heyermans.
De verdediger mr. D. C. Endt, deelde me
de, dat verd. wegens uitstedigheid ook he
den niet kon verschijnen.
Als tweede getuige werd thans gehoord
de moeder van een jongetje, dat door mevr.
S was behandeld. Het kind had een opera
tie ondergaan en had daarna een hoest-
kwaal gekregen.
Mevr. S. had borst en rug van het kind
bestreken, en gezegd, dat het patiëntje een
benauwde borst had. Zij schreef zitbaden en
kruiden voor.
De moeder was verscheidene keeren met
haar zoontje bij mevr. S. geweest, die steeds
dezelfde behandeling voorschreef, doch het
baatte niet.
Op een vraag van den ambtenaar van
het openbaar ministerie, mr. de Menthon
Backe, of de vrouw niets over doktoren
had gezegd, verklaarde get., dat zij het be
ter had gevonden, indien het kind niet zou
Zijn geopereerd.
Dr. Heyermans vroeg naar den aard van
de ziekte. Het bleek etter-pleuritis te zijn.
De griffier las hierop een tegenover de
politie afgelegde verklaring voor van een
andere getuige, een patiënt, die door mevr.
S. was behandeld.
Zij was lijdende aan zenuwzwakte. Mevr.
S. had gezegd, dat getuige zich maar niets
van doktoren moest aantrekken. Zij had de
oogen gesloten en had met de handen langs
haar lichaam gestreken, zonder haar aan
te raken. Daarop schreef zij een uitge
breid en kostbaar recept voor, dat o.a. een
zeer minderwaardig advies bevatie, dat ge
tuige siechts eenmaal heeft opgevolgd, om
dat zy het onzinnig vond.
Getuige heeft haar bezoek aan mevr. S.
niet herhaald, omdat dit te kostbaar zou
worden. Bij het recept had zij in geen enkel
opzicht baat gevonden. De verklaring, wel
ke verd. had afgelegd tegenover den hoofd
inspecteur der politie Kapinga, werd door
dezen ongeloofwaardig geacht.
Dr. Heyermans verklaarde, dat het min
derwaardige advies door verd. gegeven, de
patiënte psychisch geheel uit haar even
wicht zou hebben gebracht, indien zij het
had opgevolgd.
De verklaring van verdachte inzake de
operatie geeft blijk van een dermate on
kundigheid en onverantwoordelijkheid, dat
hiervoor geen woorden te vinden zijn.
Requisitoir.
De ambtenaar van het O.M. daarna het
woord verkrijgende, zegt, dat het vast
staat, dat het optreden van verdachte in
hooge mate nadeelig moet worden geacht
voor de gezondheid. Ook bedreigt verd. de
openbare en de rechtsorde, daar zij ver
klaart, dat zij zal doorgaan en door God
geroepen te zijn. Bovendien gaan haar ta
rieven boven de draagkracht van eenvou
dige personen, die aldus op kosten worden
gejaagd.
Aangezien de verschillende geldboeten,
waartoe verdachte reeds vroeger is ver
oordeeld. hun uitwerking blijkbaar hebben
gemist, requireerde spi. thans een straf van
een maand hechtenis
Pleidooi.
De verdediger, mr. Endt. voert aan de
verklaringen van verscheidene doktoren,
die zeggen, dat genezing volgens de in het
geding zijnde methoden, zeer wel moge
lijk is.
In geen geval betreft het gevaarlijke din
gen. Het komt inderdaad voor, dat er men-
schen zijn, die het vermogen, ja, een god
delijke roeping hebben, om dingen te zien,
waarvoor anderen een studie moeten door
maken. Bovendien was verd. volkomen te
goeder trouw. Zij achtte het zeer onwaar
schijnlijk het minderwaardig genoemde ad
vies te hebben gegeven. Het is uitgesloten,
dat zij iemand een raad zou geven welke
gevaar oplevert voor het psychi.-che even
wicht, omdat het haar juist te doen is om
dit evenwicht te bewaren.
Het onderhavige geval is geheel in tegen
stelling met de vorige zaak dienaangaande,
toen men op bedriegelijke wij25 tegen de
vrouw was opgetreden. Spr. verk.aarde, zelf
bij de genezingsmethoden van verd. baat te
hebben gevonden.
Spr. wees op een soortgelijke zaak, welke
te den Haag diende en waarbij verd. van
rechtsvervolging is ontslagen, omdat im
mers de noodzaak kan bestaan, dat naar
andere dan doktershulp wordt omgezien.
Deze opvatting achtte spr. \olkomen
juist. Ook uit hoofde van vroegere beslis
singen moet een mildei vonnis voort vloeien.
Spr. zeide, dat van afzetterij geen sprake
is Vele minvermogenden worden door verd.
kosteloos behandeld.
De verklaring van deskundigen achtte
pl. overbodig.
AGENDA
Donderdag- Geloof en Wetenschap, Dr. A.
Slubbe over: „Rubens en de kunst
dei- 17e eeuw", „In den Vergulden
Turk", 8.15 uur.
Vrijdag, R. K. Bond van Spoor- en Tram
wegpersoneel „St. Raphaël", leden
vergadering Bondsgebouw, 8 uur.
De avond-, nacht- en Zondagdienst der
apotheken wordt van Maandag 9 tot
en met Zondag 15 Nov a.s. waargeno
men door de apotheken: G. H. Blanken,
Hoogewoerd 171, telef. 502, D. J. v. Driel
sum, Mare 110, telef. 406 en J. Doedens,
Wilhelminapark 8, Oegstgeest, tel. 274.
STADSNIEUWS
R. K. ONDEIiWIJZERSVEREENIGING
„ST. AUGUSTINUS".
Viering 7de lustrum.
Naar aanleiding van het 35-jarig bestaan
der Leidsche afdeeling van bovengenoem
de vereeniging werd een feestviering ge
organiseerd, om dit feit dankbaar te ge
denken.
De Burchtzaal was gisterenavond ge
vuld met leden en huisgenooten, die door
den voorzitter, den heer H. G. de Boer.
hartelijk werden welkom geheeten. In het
bijzonder verwelkomde spr. de heeren
Breuring en van der Krogt, die gedurende
35 jaren lid van de afdeeling geweest zijn.
De inspecteur van het lager onderwijs,
de heer Baak en mevr. Baak, werden mede
hartelijk verwelkomd. Den vertegenwoordi
gers van „Katholiek Leiden", den heeren
Kriek en van der Fluit, werd dank ge
bracht voor hun aanwezigheid.
Hierna werd het tooneelgezelschap der
R. K. Haagsche Onderwijzersvereeniging
door den voorzitter ingeleid. Het verheug
de spr., dat de Haagsche. collega's dezen
avond voor de afdeeling wilden optreden.
Deze tooneelclub, die in den Haag een goe
den naam heeft, voerde op het blijspel
..Mijnheer de Senator" van F. von Schön-
than en G. Kadelburg. Een bespreking van
het stuk laten we achterwege. De keuze
was uitstekend en uitermate geschikt, om
op een feestavond als deze te worden ge
speeld.
De 3 bedrijven werden op vlotte wijze
gespeeld. Met greote aandacht werd het
spel gevolgd, herhaaldelijk klonken de
lachsalvo's door de zaal en het telkens
spontane applaus, dat de dialogen onder
brak, bewees duidelijk, hoezeer de aan
wezigen de rake en fijne zetten konden
waardeeren. Alle sprekers verdienen lof
voor hun natuurlijk spel.
Het bestuur der afdeeling heeft door het
uitnoodigen der Haagsche collega's deze
feestviering tot een prettige, beschaafde
herdenking gemaakt.
De voorzitter dankte aan het slot het ge
zelschap. dat door een langdurig applaus
aan het einde den dank der aanwezigen
reeds spontaan ontvangen had.
De avond werd opgeluisterd door een
strijkje onder leiding van den heer van
Well.
Men bleef nog een uurtje gezellig bijeen:
na afloop kon de voorzitter verklaren, dat
deze bescheiden feestviering in alle opzich
ten geslaagd mocht worden genoemd.
Rest nog te vermelden, dat de collecte,
gehouden op verzoek van het Comité voor
jeugdige werkloozen ruim 17 gulden op
bracht.
VOOR DE JONGEREN.
Belangrijke bijeenkomst.
Door de afd. Leiden van de R. K. Staats
partij is een vergadering georganiseerd
voor de jongeren. Deze zal plaats heb
ben op 24 November a. s. De bedoeling
is, om tot oprichting te komen van een
jongeren-afdeeling. Sprekers op dezen
avond zijn de heeren rector Bots en mr.
Donders. Nadere bijzonderheden worden
nog bekend gemaakt.
DE HAARLEMMERSTRAAT
WINKELWEEK.
De politie heeft hedenmorgen wegens ver
moedelijke overtreding van de loterij wet
de bussen, die bij de winkeliers op de Haai'-
lemmerstraat werden geplaatst voor den
raadselwedstrijd, in beslag genomen.
De Winkelweekcommissie tracht thans
alsnog 'n gewenschte oplossing te vinden
om den wedstrijd, mogelijk in eenigszins
ge wijzigden vorm, doorgang te doen vin
den.
Mededeelingen hieromtrent zullen heden
avond op de borden op de Haarlemmer
straat worden bekend gemaakt, terwijl het
reusltaat ervan morgen in de pers gepu
bliceerd zal worden.
Handelsregister K. v. K.
W ij z i g i n g e n: 132. G. Th. Koekenbier,
Leiden, Hoogewoerd 155, rund-, kalfs- en
varkensslagerij; fijne vleeschwaren. Uittr.
E.: G. Th. Koekenbier, d.d. 1 Sept. 1936.
Wijz. handelsn. in: Firma G. Th. Koeken
bier. N. E.: W. A. Koekenbier, Leiden. Vol
macht verleend aan: G. Th. Koekenbier,
Leiden. (B.P.).
1221. Drukkerij „De Kempenaer", A. J.
Duyverman, Oegstgeest, Terweeweg 3c,
handelsdrukkerij. Bijv. uitgeoef. bedr.: kan
toor-, boek- en papierhandel, annex winkel.
5749. Café Galjaard, Leiden, Heerensingel
12. N. E.: W. Galjaard, Leiden.
Opheffing. 6778. Kantoor-, Boek- en
Papierhandel „de Kempenaer", Oegstgeest,
de Kempenaerstr. 21.