DINSDAG 20 OCTOBER 1936
DE LEIDSCHE COURANT
tflERDE BLAD - PAG. II
RECHTZAKEN
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Dronken achter het stuur.
E. v. d. V., student woonachtig te Lei
den, heeft 22 Aug. met zijn auto in het
Noordeinde te Leiden gereden, terwijl hij
onder den invloed van sterken drank ver
keerde.
Een agent van politie, als getuige ge
hoord, verklaarde, dat de verdachte stond
te waggelen op de beenen, allerlei war
taal uitsloeg en naar drank riekte.
Een tweede getuige zeide o.a., dat hij
rijdende op zijn fiets in het Noordeinde
een auto tegenkwam, waarin vijf studen
ten gezeten waren.
De auto reed slingerend over den weg.
Nabij de Haagbrug was de auto ingesloten
geworden door eenige andere auto's, zoo
dat verder rijden onmogelijk was gewor
den.
Verdachte bekende het feit en gaf toe
een geheele flescb sherry leeg te hebben
gedronken alvorens in zijn auto te stappen.
De ambtenaar zeide in zijn requisitoir,
dat er tegenwoordig geen week meer voor
bij gaat of er moet een dronken autobe
stuurder terecht staan. Tegen deze zware
overtredingen moet flink opgetreden wor
den.
Eisch twee weken principale hechtenis
met intrekking van het rijbewijs voor den
tijd van een jaar. Uitspraak over 8 dagen.
Vervolgens moest terecht staan G. S.
te Noordwijk Deze verdachte, die ver
stek liet gaan, heeft met zijn auto gere
den in de van Limburg Stirumstraat te
Noordwijk.
Volgens een getuige reed verdachte slin
gerend over den weg, en wel zoodanig,
dat hij door dit slingeren op het trottoir
terecht kwam en vervolgens een bord
omver reed.
De gehoorde getuige, die daar zelf op
de fiets reed, moest ijlings de vlucht ne
men en een goed heenkomen zoeken an
ders was hij aangereden.
De wielrijder leidde uit zulk een manier
van rijden af, dat verdachte dronken was
geweest.
Aangehouden tot 2 November tot het
hooren van nog een getuige.
Bloemkool geteeld zonder
vergunning.
Th. v. d. M., tuinder te Rijns burg,
heeft te Noordwijkerhout 378 roe bloem
kool geteeld zonder te zijn aangesloten bij
de Ned. Groenten- en Fruitcentrale, zoo
dat hij dus ook geen vergunning had.
Een controleur van dezen dienst, als ge
tuige gehoord, verklaarde, dat de opbrengst
van de bloemkool ruw geschat 1.— per
roe was geweest. Daarvan moest afgetrok
ken worden 60 pet. voor bedrijfsónkosten.
Verdachte had wel een vergunning aange
vraagd maar deze was hem geweigerd ge
worden» Ook- in hooger beroep was hem
een vergunning geweigerd.
Eisch 50.— subs.. 20 dagen. Uitspraak
over 8 dagen.
De man die den weg wees!!!
Daarna kwam er een klein mannetje
voor het gevreesde hekje en wel zekere A.
K. v. L., woonachtig te Leiden.
Deze man, die bij voorbaat al begon te
verklaren, dat hij reeds drie jaar werk
loos was, had op zekeren dag kennis ge
maakt met eenige Haagschè visschers.
Deze kennismaking was begonnen door
dat de visschers hem den weg hadden ge
vraagd. Al spoedig was de kennismaking
overgegaan in vriendschap en op deze tot
stand gekomen vriendschap was men een
hartversterking gaan koopen. Was het nu
maar bij deze eene hartversterking ge
bleven, dan was allee nog goed terecht ge
komen. Integendeel, nog talrijke malen
had men op deze plotselinge gelegenheid
geklonken, totdat 't mannetje zich zelf op
zekér oogenblik had teruggevonden in de
Dacostastraat te Leiden.
Toen was de misère pas goed begonnen.
Het mannetje vond de Da Costastraat een
prachtige straat, om te wonen. Toen dit
idéé fixe in zijn benevelde hersenen vas
ten vorm had aangenomen, had hij nog
even verder nagedacht en was tot de con
clusie gekomen, dat niet hij daar moest
wonen maar een schoonzoon. Deze schoon
zoon woonde daar echter zelf weer niet,
maar woonde op zijn beurt weer in bij een
schoonzuster, zoodat de toestand steeds
duisterder werd.
Waar ergens dfe schoonzoon en de
schoonzuster woonden werd ook weer een
puzzle apart.
Weer kreeg het mannetje een schitteren
den inval. Als hij met een inmiddels ge
vonden sleutel alle sleutelgaten met een
bezoek ging vereeren, dan moest hij van-
zelfsprekend toch wel eens de goede te-
genkomen.
En toen was de ellende pas goed be
gonnen,
Na veel oponthoud door steeds naast de
diverse sleutelgaten andere niet aanwe
zige te ontdekken, had hij een aantal hui
zen behandeld toen er een agent ten too-
neele verscheen.
Na veel heen en weer gepraat kwam de
agent achter de waarheid.
Goede raad Was hier duur. De agent
stond voor het feit, meezoeken of niet.
Het slot van dit geval was geweest, dat,
de agent ook geen uitweg meer ziende het
mannetje had meegenomen, zoodat er nog
steeds geen oplossing is, of de schoonzoon
daar werkelijk bij de schoonzuster woon-
'e. Vijf gulden vond de kantonrechter
iusch niet te veel voor dezen nachtelij-
'i zwerftocht, wat opnieuw een protest
den nachtelijken „zoeker" uitlokte. Er
echter geen cent meer af,
Verkeers-overtredlngen.
J. de V. te Rotterdam heeft op den Nieu
wen Rijksweg onder Oegstgeest een
aanrijding veroorzaakt, door met een snel
heid van 85 km. nog te trachten voor een
andere auto langs te rijden.
Verdachte kwam uit een zijweg en had
de andere auto aan de rechterhand. Onge
veer 20 meter verder was de auto van den
verdachte, na eerst nog een paaltje on
derstboven te hebben gereden, tot stilstand
gekomen.
Eisch na getuigenverhoor 25.subs.
10 dagen. Uitspraak over 8 dagen.
K. V. L., te L e i m u i d e n heeft met zijn
race-auto een botsing veroorzaakt door een
tegenligger, die even 'n weinig naar links
uithaalde om een rechts gelegen erf op te
rijden, aan te rijden en tamelijk ernstig te
beschadigen.
Noodig was dit niet geweest volgens
eenige getuigen, daar er alle gelegenheid
was geweest om te passeeren.
Eisch 20 subs. 8 dagen. Uitspraak
over 8 dagen.
J. de R. Z. tè K a t w ij k heeft daar ter
plaatse op het kruispunt VoorstraatVan
Egmondstraat, geen voorrang verleend aan
een andere auto, die voor hem van réchts
kwam.
Eisch 10 subs. 5 dagen. Uitspraak over
8 da^en.
J. G. V. T. te L e i d e n, heeft op het
kruispunt Levendaal—Kraaierstraat te
Leiden, met een kraanwagen zonder eenige
noodzaak den bocht links genomen. Een
tegenligger, toebehoorende aan Dr, R., die
geheel rechts reed, was aangereden.
Eisch 40 subs. 20 dagen. Uitspraak
over 8 dagen.
Y. S., die verstek liet gaan, heeft met
zijn auto de tram die midden op den weg
reed, rechts gepasseerd om vervolgens
vlak voor de tram langs te rijden met het
doel om dan zoo op het linker weggedeelte
te kpmen. Een en ander was gebeurd op
den Rijksweg te Sassenheim.
Zoover is het echter niet gekomen, aan
gezien tijdens dit voorlangs rijden de bot
sing was geschied.
Eisch 20 subs. 10 dagen. Uitspraak
conform.
P. H. J. M. te Den Haag heeft op den
Wassenaarschen Weg te K a t w ij k een
wielrijder omver gereden doordat hij te
dicht passeerde.
Verdachte gaf het feit dadelijk toe en
beloofde de schade te zullen betalen.
Eisch 15 subs, 8 dagen. Uitspraak 15
subs. 5 dagen.
KANTONGERECHT TE
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Was dat meo-varen?
H. J. v. V. te Nieuwkoop was in
verzet gekomen tegen een tegen hem bij
verstek gewezen vonnis wegens overtre
ding van het stoomvaartreglement op de
binnenwateren. Verdachte zou nl in een
sloot te Nieuwkoop hebben gevaren met
een motorboot zonder in bezit te zijn van
de verêischte vergunning. Verdachte ont
kende in bedoelde sloot zelf te hebben ge
varen. De motorboot, waarmede was geva
ren was wel zijn eigendom, doch de schip
per was zijn knecht L. v. d. B. met wie hij
was medegevaren. Dus zeide de kanton
rechter: U mocht medevaren met uw
eigen motorboot; Juist antwoordde ver
dachte. Ik zal u precies zeggen hoe het ge
gaan is. Mijn arbeider, met wie ik zou
gaan melken, was 's morgens Veel te laat
gekomen en het was juist Zondagmorgen
waarop mijn knecht zeide: baas laten wij
met de motorboot naar het land varen. Ik,
aldus verdachte, antwoordde dat dit niet
ging daar ik geen vaarvergunning had.
Mijn knecht adviseerde toen, dat hij zou
varen en ik mee zou varen. Na hem er
op te hebben gewezen dat hij dan alle ver
antwoordelijkheid moest nemen, is hij
gaan vare
tenaar en kantonrechter vonden dit echter
wel eigenaardig en gaven te kennen, dat
hij, verdachte, zijn knecht hiertoe dan toch
wel opdracht zou hébben gegeven. Het
welk echter door verdachte werd ontkend.
De zaak werd daarop aangehouden tot het
doen hooren van verbalisant.
Werk, waar haast bij was.
W. B., mede-directeur der scheepsbouw-
werf „De Industrie", te A 1 p h e n a. d.
R ij n, was ten laste gelegd het in werking
hebben of houden van een tweetal dagen
in Augustus en September van dit jaar
van een z.g, pneumatische klinkinrich-
ting. Als verdediger trad op Mr. G. H. E.
Nord Thomson uit Leiden, terwijl verdach
te zelf niet was verschenen. Verdediger
gaf het ten laste gelegde toe, waarop de
ambtenaar in zijn requisitoir overwoog,
dat voor een dergelijke overtreding d,e be
trokken onderneming ook destijds reeds
was veroordeeld, terwijl inmiddels nog
meerdere proces-verbal en waren ingeko
men en een en ander voor de omwoners
nu eenmaal hoogst onaangenaam en hin
derlijk :s. Hij vorderde daarom een geld
boete van 23.— subs. 10 dagen hechtenis.
Verdediger hield hierna een zeer uitvoe
rig pleidooi waarbij hij de moeilijkheden
uitvoerig toelichtte. In Dec. 1934 is een
ander bestuurshoofd dezer onderneming
ook voor een dergelijk feit veroordeeld.
Het is geenszins minachting voor het von
nis van den heer kantonrechter dat men
met Ren en ander toch is doorgegaan. Na
genoemd vonnis heeft men aan B. en W.
der gemeente Alphen aan den Rijn onmid
dellijk vergunning gevraagd en deze ver
gunning ook verkregen. De raad van
Staten heeft echter deze ^ergunning bij
haar beschikking vernietigd. Na het be
komen van bedoelde vergunning heeft men
een werk aangenomen nl. het maken van
een kustboot, die volgens het aanneem-
contract en bestek pneumatisch geklonken
moet worden. Dit werk heeft men in Fe
bruari van dit jaar aangenomen en zal
nu ongeveed over 6 k 7 weken gereed zijn.
De moeilijkheid voor het bedrijf is dat
men de inrichting niet over kan brengen
naar een andere werf buiten de gemeente
daar men op die werf geen z.g. dwarshel-
ling heeft, terwijl aan een en ander voor
het bedrijf een kosten zou zijn verbonden
van 60.000.—. Gelet op de vergunning,
die men aanvankelijk had verkregen was
verdediger van oordeel dat alhoewel deze
later is vernietigd dit werk toch afgemaakt
zal kunnen worden krachtens eerstgenoem
de vergunning. Zou men niet door kunnen
klinken dan zou dit een enorme schade
voor het bedrijf teweeg brengen daar men
dan zijn overeenkomst tot levering der
bedoelde-kustboot niet zou kunnen nako
men, Verdediger meende zich dan ook mede
op force majeur (overmacht) te kunnen be
roepen.
Verdediger verzocht derhalve den heer
kantonrechter met een en ander wel de
gelijk retcening te houden in bijzonder wat
de strafmaat betreft en vérdachte bijv.
strafbaar te verklaren zonder oplegging
van straf. Tevens verzocht hij den ambte
naar dé* andere procesverbalen nog in
portefeuille te houden en niet aan te bren-
en even af te wachten, omdat men kan
trachten in een en ander een voorziening
te treffen. De ambtenaar zeide dit toe. De
ter zitting aanwezige inspecteur van poli
tie de heer van Beek werd nog gehoord,
hoever het geluid van het klinken hinder
lijk was of waar te nemen, die verklaarde
dat men het zeker eenige honderden me
ters kon hooren. De ambtenaar wees er in
zijn repliek op dat hij nog niet was over
tuigd dat men voorzieningen zal kunnen
treffen en vond het eigenaardig dat men
na het vonnis van Dec. 1934 dan niet di
rect naar middelen had gezocht om een
en ander tegen te gaan. Bovendien ^.moet
men hier overwegen wat zwaarder weegt
het belang van dit bedrijf of tal van om
woners. Hij achtte dan ook geen termen
aanwezig iets van zijn eisch af te doen.
Na dupliek van verdediger, die nog
eens uitvoerig wees op het Alphensch be
lang dat bij een en ander is betrokken,
terwijl men bovendien overleg za] plegen
met het departement van Arbeid om z.g.
wetswijziging te bekomen of anderzins,
bepaalde de kantonrechter zijn schriftelijk
vonnis over Woensdag een week.
De rollen omgekeerd te
Hazerswoude.
Verz. uit Rotterdam zou volgens de dag
vaarding op den Gemeeneweg te Hazers
woude een aanrijding hebben veroor
zaakt door bij de z.g. Katbrug den autobe
stuurder de B. met de dOur hem gehuurde
auto te hebben aangereden. Verdachte ont
kende en beweerde door de B. te zijn aan
gereden. De rollen werden dus precies om
gekeerd. De autobestuurder de B. als mede
inzittende eigenaar der auto, verklaarde
evenwel pertinent dat verdachte, die met
groote snelheid reed, eerst de brugleuning
had aangereden, toen blijkbaar de macht
over zijn stuur was kwijt geraakt en toen
links op hen was ingereden. Als verdedi
ger trad op Mr, Koeleman uit Den Haag,
die niet minder dan een 7-tal getuigen a
décharge liet hooren en aan de hand van
een teekening en serie foto's de onschuld
van Zijn cliënt trachtte aan te toonen. Ge
tuigen h charge hadden bovendien ver
klaard, dat verdachte naar hun meening
voorrang had moeten verleenen. Partijen
bleken het ook hier echter niet over eens
en dit kwam vast te staan, daar een en
ander door geen bord voor of nabij de
brug was aangegeven. De verklaringen
van getuigen liepen echter nog uiteen.
Sommigen verklaarden zelfs dat de brug
Ook voor de aanrijding al beschadigd was
en deze meerdere malen werd aangereden
en beschadigd was. De ambtenaar meende
echter dat ondanks de getuigen décharge
het ten laste gelegde bewezen was en
vorderde een geldboete van f 10.subs.
5 dagen, Verdediger hield een uitvoerig
verweer en bleef de onschuld van zijn
cliënt volhouden, terwijl hij het zwakke
punt in deze zaait vond, dat de bestuur
der de B. had gemeend dat verdachte hem
voorrang had moeten verleenen. Hij ver
zocht derhalve om vrijspraak voor zijn
cliënt. In zijn repliek verzocht de ambte
naar den kantonrechter schriftelijk von
nis te wijzen, die hierop vonnis bepaalde
over 14 dagen. Inmiddels duurde de be
handeling dezer zaak pl.m. ruim ander
half uur..
Verstoppertje spelen.
Oehoe zoek me dan, Fritsje!"
De Raad dezer gemeente kwam in open
bare vergadering bijeen op Maandag, des
avonds om half acht uur,
Voorzitter, de burgemeester.
Tegenwoordig waren alle leden. Een va
cature.
De voorzitter opent de vergadering met
gebed en verzoekt den leden op te staan.
8taar.de spreekt de voorzitter hierna een
korte rede uit, waarin hij in gevoelvolle
woorden de nagedachtenis van den heer
J. Pijnacker memoreert en voorstelt een
adres van rouwbeklag te doen toekomen
aan mevr, Pijnacker en familie, waarmede
alle leden instemming betuigden,
De notulen werden hierop zonder op- of
aanmerkingen ongewijzigd vastgesteld en
tot voorstemmer werd aangewezen de
heer van Kesteren.
De heeren Onderwater, Schrama en Boot
werden benoemd tot commissie van onder
zoek voor de geloofsbrieven van den heer
J. W A. Lefeber, benoemd lid van den
Raad der gemeente.
Nadat de commissie deze geloofsbrieven
had onderzocht de vergadering werd
eenige oogenblikken geschorst bracht de
heer Oncerwater verslag van de bevindin
gen der commissie uit en adviseerde tot toe
latino als lid van den Raad van den heer
J. W, A Lefeber, waartoe met algémeene
stemmen werd besloten.
Zon.ier hoofdelijke stemming werd hier
na besloten om met de N.V. J. J. Grulle-
mans en Zonen en de N.V. Bloembollenbe-
drijf tot voortzetting der firma M. Veld-
huijzen van Zanten, beiden gevestigd te
Lisse, wegens door hen gevorderde loon-
bijslag over 1935, een rechtsgeding in eer
sten aanleg te voeren.
Eveneens werd zonder hoofdelijke stem
ming de gewijzigde verordening op de hef
fing en invordering van een vergoeding
voor het verstrekken van inlichtingen of
opgaven uit het bevolkingsregister der ge
meente Lisse vastgesteld.
De salarissen van het
gemeente-personeel.
Thans kwamen aan de orde de loonen en
wedden van het gemeentepersoneel.
Na een korte toelichting door den voor
zitter zegt de heer Knetsch dat er toezeg
ging is gedaan om bij de eerstvolgende be-
grootmg de kindertoeslag te bespreken van
het geme ente-personeel.
Spreker is geen 'voorstander van kin
dertoeslag en zou deze, wanneer het aan
hem lag eerst willen doen ingaan bij het
zesde kind. Waarom is men niet gekomen
met een gelijkschakeling van kindertoe
slag voor al het personeel. Wanneer het
waar is, dat de toestand zoo onwis is en
voor het gemeente-personeel een ver
slechtering is ontstaan door de devaluatie
van de munt, zooals uit het prae-advies is
te constateeren, waarom dan niet radicaal
hat stelsel van kindertoeslag opgeheven en
de loonen en wedden in hun grondsalaris-
sen herzien, waarin de kindertoeslag is
opgenomen.
Wethouder Warmerdam, voorzitter van
de Sociale Commisie, zegt, dat steeds de
gevoelens van de bonden worden gehoord.
De bonden hebben herhaaldelijk tot ver
betering van de kindertoeslagen aange
drongen, doch de commissie steeds van
ooideel geweest, dat eerst dan kindertoe
slag behoort te worden gegeven wanneer
de loonen en wedden niet voldoende toe
reikend zijn om in zijn onderhoud te voor
zien. Dit is naar de overtuiging van de
Commissie nog niet het geval. De bonden
dringen echter niet aan op verslechtering
zooals de heer Knetsch zich uitsprak, doch
op verbetering. Aan e:n verzoek van de
bonden is de commissie tegemoetgekomen
en heeft de gemiddelde arbeidsdag van de
gemeente-werklieden gekort met een half
en zij heeft de gemiddelde werkweek v. d.
48 uur wordt verkregen. De Commissie is
evenwel van oordeel, dat het wenschelijk
is de bestaande loonen en wedden van het
gemeente-personeel voor het jaar 1937 te
handhaven volgens de bestaande regelin
gen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stem
ming ovei eenkomstig de voorstellen van
B. en W. gehoord de Sociale Commissie be
sloten
Aan de orde werd vervolgens gesteld de
vaststelling van de onderwijsvergoeding
over 1933.
De kosten van het onderwijs.
De heer Knetsch vindt de normen voor
de vaststelling van de onderwijsvergoe
ding nie* geheel juist uitgedrukt in de wet.
Immers óe uitgaven voor het openbaar on
derwijs in deze gemeente met een betrek
kelijk gering aantal leerlingen zijn veel
grooter dan elders waar een school is ge
vestigd met oen groot aantal leerlingen.
De bijzondere schoolbesturen in deze ge
meente, die feitelijk ultkeering kunnen ver
langen naar het bedrag per leerling van
de openbare school zijn hiermede zeer ge
baat. Weliswaar verbruiken zij niet zoo
veel en heeft men met het compromis veel
bereikt, doch een goede waarborg vindt
spreker zulks toch niet. Z.i. kunnen de bij
zondere schoolbesturen de baas spelen over
de geldbuidel van de gemeente en dit is
toch nie4 juist. Volgens sprekers mee
ning kan ér nog meer bezuinigd worden.
In dit verband wijst spreker op de wet
van 4 Augustus 1933, tot bezuiniging bij
de onderwijsuitgaven.
De voorzitter zegt bekend te zijn met de
aangehaalde wet en de mogelijkheden daar
in vervat. Als het evenwel eenigszins mo
gelijk is om met onderling overleg het ge-
wenschte resultaat te bereiken, zou hij
lietst geen toevlucht willen nemen tot deze
wet. Sh-chts alleen wanneer men gedwon
gen zou worden door b.v. onmatige opdrij
ving var do kosten per leerling door de
bijzondere schoolbesturen, wenscht spre
ker hiervan eerst gebruik te maken. Vol-
GEMEENTERAAD VAN LISSE
gens den voorzitter gaat het in Lisse in de
goede richting.
De heer Ri mijn zegt dat het onderwijs
aan de bijzondere schoolbesturen niet duur
is. Spreker zou niet gaarne de goede sa
menwerking tusschen de gemeente en de
bijzondere schoolbesturen willen prijs ge
ven. Door cverlce is reeds veel bezuinigd
en het gewensch'e resultaat vrijwel bena
derd, ofschoon de bedragen van de verschil
lende schcolbeslurer wel uiteen zullen ioo-
pen, hetgeen spreker spijt.
De heer Tibboel 1% steeds dankbaar ge
weest voor het over.eg tusschen gemeente
en bijz. schoolbesturen.
Door de groote bezetting der scholen is
het onderhoud evenwel iets duurder ge
worden in he* aigemeen. Als de bedragen
te hoog zijn, geeft spreker een nieuwe over
leg in overweging.
De heer Schrama uit zich in denzelfden
geest als de heeren Romijn en Tibboel.
De voorzitter zegt. dat over het alge
meen een zeer groote bezuiniging is be
reikt en dot binnenkort de afrekening over
de jaren 1931—J 933 zal kunnen plaats heb
ben. Voor zootei spreker het heeft kunnen
constateeren zal een bedrag van ongeveer
l'-.OuO bezuinigd zijn, doch niet alle
schoolbesturen zullen hetzelfde resultaat
hebben. Het ligt niet In den geest van den
Raad en van de bev< lking om in de rich
ting ie gaan. welke de heer Knetsch heeft
geopperd. Bovendien is spreker er nog niet
geheel en al van overtuigd, dat wanneer
de Minister de kosten per leerling zou vast
stellen voor deze gemeente, de ge
meente L.sse er financieel zou door verbe
teren.
De heer Knetsch zegt er geen voorstel
van te hebben gedaan, doch enkel de ge
dachte te hebben geopperd om de mee
ningen hierove- eer:s te hooren. Spreker
constateerde evenwel, dat de Katholieke
scholer beter hun taak hebben begrepen
dan de Protest arose he scholen. ZA. is de
wet er om t icgepast te worden en zonder
onderscheid. Spreker deelt de vrees van
den voorzitter niet, dat Lisse er financieel
óp verminderen zal, wanneer toepassing
van de door hem genoemde wet zou wor
den gegeven.
De voorzitter meent, dat, waar men toch
nog geen officieel e cijfers tot zijne beschik
king heeft, het beter is om de discussies
hierover te staken en men zijn meening be
ter kan kenbaa.r maken in een der vol
gende vergaderingen.
Wethouder Warmerdam spreekt waar-
deerer.c over de gedachte van den heer
Knetsch en is blij, dat er op gewezen is.
In het belang van de gemeente en dat van
het onderwijs vindt hij evenwel nog steeds
onderling overleg, waarmede veel te berei
ken valt, het beste.
Vervolgens wordt overeenkomstig het
voorstel van B. en W. besloten.
Conversie van geldleeningen.
Zonder hoofdelijke stemming werd be
sloten, behoudens goedkeuring van Ged.
Staten der provincie Zuid-Holland op 1
November 1936 ten laste der gemeente met
de N.V. Amsterdamsch Levensverzekering
Genootschap te Amsterdam een geld leening
aan te gaan tot een bedrag van 48.200, ter
conversie van de met de Onderlinge Le
vensverzekering Maatschappij 's-Graven-
hage te 's-Gravenhage gesloten leeningen
ingevolge raadsbesluiten van den 24 No
vember 1925 en den 8sten November—22
December 1927. goedgekeurd den 12den
Januari 1926, No. 68 en den 2en Januari
1928, No. 36. reap, groot 43.200 en 18.000
per 31 Deecmber 1936 pro resto groot
38.300 en 9900, zulks tegen den koers
pari, rentende 4 1/8 pet. ten honderd per
jaar, vervallende op 1 Mei en 1 November
van ieder jaar. voor het eerst op 1 Mei
1937 en jaarlijksche aflossingen, welke loo-
pen van 1400 tot 1050.
Hierop werden de berooting der ge
meente en die van hare bedrijven aange
boden over het jaar 1937.
Zonder hoofdelijke stemming werd de
begrooting van inkomsten en uitgaven der
gemeente voor den dienst 1936, voor zoo
veel den gewonen dienst betreft, in inkom
sten en uitgaven gewijzigd tot gelijke be
dragen van 1673.24.
De ingekomen stukken waren eenige
goedgekeurde besluiten van den Raad door
Gedeputeerde Staten, alsmede het gemeen
te-verslag over 1935
Rondvraag.
Bij de rondvraag vroeg de heer Knetsch
of het sportveld voor zooveel betreft het
junioronspeelveld niet vergroot kan wor
den, omdat dit hier ter plaatse niet aan
de gestelde eischen voldoet.
De heer Warmerdam zegt, dat alles ge
daan zal worden wat gedaan kan worden,
doch er moet nog rekening gehouden wor
den met de plannen tot stichting van een
zweminrichting, die er volgens spreker ko
men kan en zelfs moet.
De heer Schrama vraagt naar een be
tere verlichting in de Nassau- en in de
Emmastraat, hetgeen de voorzitter zal on
derzoeken.
De heer Boot vraagt naar de gehouden
aanbesteding voor het regulateurstüiiou
voor gastoevoer naar de gemeente Swer.-
heim,
De heer Warmerdam antwoordt du! er
maar drie inschrijvers waren die heel veel
over de begrooting waren, zoodat er niet
gegund is geworden, doch aan iemand is
opgedragen buiten deze aanbesteding om
voor een belangrijk minder bedrag.
Ten slotte vroeg de heer K.ijma nog
verbetering voor loozing van rii-i Lvatet iu
een sloot ann den Broekweg.
Hierop sloot de voorzitter: de openbar»
vergadering en werd er overgegaan tot
een geheime vergadering voor n? behan
deling van belastingrecL-