1 IP re prj M gg i Bi A K H ii f s f"/-' §1 n m u 0 1 DE LEIDSCHE COURANT ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1936 Het Int. schaaktournooi te Nottingham. DERDE BLAD - PAG. 10 Euwe is te Tottingham tot nog toe in een zeer goeden vorm. „Tot nog toe" schreef ik, omdat een dergelijk zwaar tournooi zeer veel van de kracht en uithoudingsver mogen der deelnemers vergt en het dus mogelijk is, dat Euwe na deze eerste week eens een dag wat vermoeid zou raken en zich tegen een „zwakkere" met remise te vreden zou moeten stellen. Hoe eenvoudig en sterk zijn spel is, toont ons de volgen partij. Wit: Dr. M. Euwe. Zwart: W. Winter. Tsjechische verdediging. 1. d2d4 d7d5 2. c2c4 c7—-c6 Aan dezen zet ontleent de opening zyn (naam, omdat dit vaak door Tsjechische spelers werd toegepast. 3. Pgl—f3 Pg8—f6 4. Pblc3 e7e6 5. e2e3 Pb8—d7 6. Lfld3 Lf8e7 7. 0—0 0—0 8. b2b3 b7—b6 9. Lel—b2 Lc8b7 10. Ddl—e2 c6c5 11. Tal—dl Pf6e4 Tot nog toe volgden beiden de gebrui kelijke ontwikkeling en waren de stellin gen vrijwel gelijk. Nu echter begaat zwart een kleine onvoorzichtigheid, ge noeg voor den wereldkampioen om een voordeeltje te behalen en de wijze waar op dit kleine stellingsvoordeel door hem tot winst der partij wordt omgezet be wijst de groote kracht der moderne mees ters. Zwart had moeten ruilen op d4 en c4 implaats van dit aan wit over 'te laten. 12. d4xc5 J Pe4xc3 13. Lb2xc3 b6xc5 14. c4xd5 e6xd5 De zwarte centrumpïonnen zijn zwak. Euwe tracht Lb7 te ruilen om deze zwak te te meer te doen uitkomen. 15. Ld3a6 Lb7—c6 16. La6b5 Lc6—b7 Zwart wil zijn verdedigende looper niet missen maar nu komt de aanval op d5 en c5 van den anderen kant. 17. e3—e4 Le7—f6 18. Lc3xf6 Pd7xf6 19. e4xd5 Pf6xd5 De zwakte van zwarts stelling is nu wel zeer duidelijk. 20. De2e5 Dd8—a5 21. Lb5c4 Pd5—f6 22. Pf3g5 Ta8e8 23. De5—f4 h7—h6 24. Pg5xf7! Lb7a6 Na 24Tf8xf7 zou volgen 25. Tdld7 (Pd7:Df7:f enz.). Maar ook zwarts zet redt de situatie niet. Er volgde: 25. Pf7—d6f wfaarna zwart opgaf. Immers op 25La6xc4 volgt Df4xc4f en zwart verliest Te8 tegen Pd6. Met een kwaliteit en pion achter tegen een Euwe behoeft men geen illusies meer te koesteren. PARTIJSTELLINGEN. Oplossingen. t Partijslot Salwe. 1. Td6—dlf Tb5bl; 2. Tdl—cl! en dan moet zwart lijdelijk afwachten. Bijv. Tblxclt Kc2xcl; höh5 g4xh5 en wits h-pion gaat naar h8 en geeft als dame (zelfs als looper) mat. De tweede stelling was zeer eenvoudig n.l. na 1De7d6f; 2. g2g3 Dd6xd3?3. Ph7—f6f Kg8—f8; 4. Dg4— b4| Dd3d6; 5. Db4—d6t Kf8—e8; 6. Dd6e7 mat. Van den bekenden eindspelcomponist, H. Rinck te Barcelona volgen hier een tweetal fraaie eindspelen, die resp. in 1901 en 1903 waren geplaatst in de Deut sche Schachzeitung. HET DAMSPEL Damredacteur: W. J. v. d. Voort, Rustoord straat 3, Nieuw-Vennep. Alle correspondentie, deze rubriek be treffende, geiieve men te zenden aan den redacteur dezer rubriek. Rectificatie. In den cijferstand van pr. 270 (zie ru briek var. 14 dezer) staat een wit stuk op 25 vermeld, dit moet zijn 26. Problematiek. Deze week wijden wij het probleemge deelte eens geheel aan problemisten uit hel hooge Noorden. Dat deze problemisten we ender de besten, zoowel onder de Holland sche als buitenlandsche problemisten gere kend mogen worden, blijkt wel uit de hier ender gepubliceerde stukjes. Ze zijn het oplossen ook dubbed waard. Probleem No. 274. Auteur: J. H. J. Winter, Oude-Pekela. a/'/.va m ym m Wé m m y.'/fy m w m Wa l '■H w. JM, Stand in cijfers: Zwart: 4. 11, 12, 17, 18, 21—23 en 25. Wit: 15, 24, 29, 32—34, 42, 44 en 49. Wit speelt en wint. Probleem No. 275. Auteur: H. G. v. d. Berg, Veendam. t Wm. :,s.» ÉM H IB flik? 8 'm m n ÉS H H m m m ff SS» Stand in cijfers: Zwart: 8, 9, 15—17, 19. 21—23, 28 en 36. Wit: 20, 30, 32, 37—39, 42, 44 en 46—48. Wit speelt en wint. Probleem No. 276. Auteur: W. B. Monsma, Groningen. EUWE REMISE MET FLOHR Fine wint van Bogoljubow De uitslagen van de Vrijdag in de tiende ronde van het internationale schaaktour nooi te Nottingham gespeelde partijen lui den: Winter verliest van Aljechin. Euwe remise met Flohr. VidmarCapablanca uitgesteld wegens ziekte van Vidmar. Reshevsky wint van Tylor. Thomas verliest van Lasker. Alexander wint van Tartakower. Fine wint van Bogoljubov. Botwinnik was vrij. De afgebroken partij CapablancaRes hevsky uit de negende ronde werd zonder verder te spelen door Reshevsky opgege ven. In de vijfde ronde van het major-open tournament won onze landgenoot Landau van MitchelL De stand is thans: Euwe 6 1/2 uit 8 en 1 hangpartij. Bot winnik 61/2 uit 9. Fine 61/2 uit 9. Res hevsky 6 uit 10. Capablanca 5 1/2 uit 8. Flohr 5 1/2 uit 9. Lasker 5 uit 9. Vidmar 4 1/2 uit 8. Aljechin 4 1/2 uit 9 en 1 hang partij Bogoljubov 41/2 uit 10. Tartako- ker 4 uit 10. Tylor 3 uit 9. Thomas 2 1/2 uit 10. Alexander 2 uit 9. Winter 11/2 uit 9. De psychologische factoren beginnen in den zwaren strijd een woordje mee te spreken, mede een gevolg van het gebrek aan voldoende rustdagen. Tot op heden- was er behalve verleden Zondag, slechts een algemeene rustdag. Het eerste slacht offer daarvan werd prof. Vidmar. die te gen Capablanca moest spelen en zich, vlak voor den aanvang der ronde, ziek meldde. Zelfs de jongeren onder de deelnemers kunnen het ternauwernood volhouden dag in dag uit zes uur per dag en langer het uiterste van hun krachten te geven. Wat rust betreft, was Zand voort beter georga niseerd, waar telkenmale na drie speelda gen een vrije dag ter verpoozing was in- gelascht. —Euwe—Flohr. De partij Euwe Flohr was een orthodox-damégambiet, dat tot en met den zeventienden zet van wit hetzelfde was als de partij AljechinLas ker uit het tournooi te Zurich in 1934, die door Aljechin in 25 zetten gewonnen werd. Flohr was hiermede natuurlijk volkomen bekend, maar hij had op den 17en zet iets beters in petto, die het remise aanstonds verzekerde. Euwe moest toen ruil der ko ningingen toelaten en daarvan bleef een stelling over, waarin geen van beide spe lers eenige mogelijkheid op winst had. Op den 19den zet reeds werd tot remise be sloten. AlexanderTartakower. Tartako wer speelde een Hollandsche partij tegen Alexander, die bijzonder goed op dreef was. Het gêlukte den Engelschen speler zich in het gewoel van het midenspel een uitstekende stelling te verschaffen en door tijdigen afruil een schitterend eindspel te bereiken. Daarin maakte zwart een foutzet met het paard, die hem een pion kostte, als gevolg waarvan de partij verloren ging voor Tartakower. Het eerste winstpunt van Alexander en welverdiend. ThomasLasker. Lasker verdedigde zich tegen Thomas met het orthodoxe dame-gambiet. Hij bracht het paard naar h5, met de bedoeling den witten raads heer op f4 te ruilen. Toen Thomas dezen van h4 naar e5 bracht, ruilde Lasker af, waardoor hij in den denzelfden ongunsti ger variant kwam als Maroczy tegen Fine te Zandvoort. Door schitterend manoeu vreeren bereikte de oude speler echter een eindspel, waarin hij iets bester stond. Hij profiteerde goed van de op den vijande lijken koningsvleugel ontstane zwakten en won een pion. De partij werd afgebroken. Na de hervatting ging de partij spoe dig in een koninginne-eindspel van vier te gen drie pionnen over. Zooals bekend, is dit altijd een tijdroovende geschiedenis. Lasker toonde zich echter nog den ouden eindspelkunstenaar en wist de partij te winnen. ReshevskyTylor. Tylor verdedigde zich tegen Reshevsky in het orthodox da megambiet met den Laskervariant, n.l. 7. Pe4. Reshevsky volgde de partij FlohrThomas uit het tournooi te Pode- brady. De Amerikaan rukte spoedig met zijn c-pion op, waardoor hij in de gelegen heid kwam, een paard op d6 te posteeren, hetwelk hij echter niet lang op dezen voor post kon handhaven. In het vervolg liet hij zich vrijwillig een pion op de d-lijn be zorgen, in de hoop het zware spel in den dame-vleugel te kunnen binnendringen. Doordat Tylor op veroveren van den zwak keren d-pion speelde, drong Reshvsky in derdaad met koningin en toren op de ze vende lijn binnen en bedreigde den zwar ten koning Vervolgens bracht hij een kwa liteitsoffer, waaruit zich een overmachtige aanval ontwikkelde. Nog vóór het ingaan der tweede zitting gaf Tylor op. Fine—Bogoljubov. Ook Bogoljubov speelde de Hollandsche verdediging. Fine behandelde de opening zeer sterk. Na het fianchetteeren van den koningslooper zette de Amerikaan d4d5 en bezette het sterke veld d4 met een paard. Bogoljubov kwam in het gedrang en meende na het bestudeeren van de stelling alles op een kaart te moeten zetten. Hij offerde een pion, gevolgd door een twee de en een derde. Fine die van deze offers niets begreep, nam op zijn bekende kalme wijze een voor een de pionnen weg en toen Bogoljubov zag, dat al zijn offers hem heelemaal geen aanval brachten, gaf hij zijn partij gewonnen. WinterAljechin. Heeft Euwe tegen Aljechin de Fransche verdediging gekozen, gisteren deed Aljechin hetzelfde tegen Winter, die in dit tournooi nog niet veel van zijn kunnen heeft getoond. Laatstge noemde paste den afruilvariant toe, waar van het bekend is, dat deze remisekansen biedt. Aljechin echter, dacht er natuurlijk niet aan met remise tevreden te stellen. Hij viel met zijn koningin uit naar h4, welke zet ook Flohr onlangs in practijk heeft gebracht. Beiden rocheerden lang. Aljechin ging met zijn h-pion naar vo ren en zette de witte pionnen op dezen vleugel vast. Daarna bezette hij met zyn beide torens de open elijoi en het zag er naar uit, dat hij een van zijn prachtige aanvallen tot uitvoering zou gaan brengen. Blijkbaar echter gaf hij er de voorkeur aan de partij op meer bedachtzame wijze te winnen, want hij vergenoegde zich met de winste van een pion bü behoud van een veel betere stelling. Na de pauze werden door Winter nog slechts enkele zetten ge daan en deze gaf toen den hopeloozen strijd op. De afgebroken partij AljechinEuwe uit de negende ronde wordt waarschijnlijk Zondag a.s. uitgespeeld. DE SCHAAK-OLYMPIADE. Nederland had een vrijen dag. Gisteren is de Schaak-Olympiade te Muchen voortgezet met de zevende ronde. Nederland was vrij. De resultaten luiden: FrankrijkOostenrijk 11/26 1/2; Zuid- SlaviëDenemarken 4 1/22 1/2, 1 hang partij; ZwedenLitauen 33, 2 hangpar- tijen; BulgarijeIJsland 1 1/24 1/2, 2 hangpartijen; NoorwegenLetland 11/2 41/2, 2 hangpartijen; EestlandDuitsch- land 11/241/2, 2 hangpartijen: Brazilië Polen 15, 2 hangpartijen; Finland Zwitserland 62: HongarijeTsjecho-Slo- wakije 5 1/22 1/2; ItaliëRoemenië 44. Na het afwerken van de hangpartijen is de positie van de deelnemers als volgt: Polen 38 1/2 pnt., 2 hangpart.; Duitschland 37 pnt., 4 hangpart.; Zuid-Slavië 37 pnt, 1 hangpartij; Tsjecho-Slowakije 35 pnt.; Hongarije 33 1/2 pnt., 1 hangpartij; Oosten rijk 30 1/2 pnt.; Estland 29 1/2 pnt., 2 hang partijen; Roemenië 27 1/2 punt.; 1 hang partij; Zweden 27 pnt., 3 hangpartijen; De nemarken 27 pnt., 2 hangpartijen; Brazi lië 23 1/2 pnt., 2 hangpartijen; Finland 22 pnt.; IJsland 201/2 pnt., 3 hangpartijen; Zwitserland 20 pnt.; Italië 191/2 pnt.; Noorwegen 181/2 pnt., 3 hangpartijen; Litauen 18 1/2 pnt., 2 hangpartijen; Neder land 18 1/2 pnt.; Frankrijk 13 1/2 pnt., 1 hangpartij; Bulgarije 9 pnt., 4 hangpar tijen. HET SCHAAKSPEL. Alle correspondentie, deze rubriek be treffende, gelieve men te zenden aan den redacteur dezer rubriek, W. H. van der Nat, Witte Rozenstraat 40a, Leiden. De heer J. M. N. Peerdeman te Woerden speelde kort geledeu de volgende partij, welke door hem gewonnen werd. GEWEIGERD DAMEGAMBIET. 1. d2d4 d7—65 2. c2—c4 Pg8—f6 Hier heeft wit de gelegenheid door 3. cd5:Pd5:; 4. e4 een gering voordeel te behalen. Daarom is het beter hier 2. e7e6 of c7c6 te spelen. 3. Pbl—c3 e7e6 4. Lel—g5 Lf8e7 5. Pglf3 Pb8d7 6. e2e3 00 7. Lfl—d3 Nu kan Zwart door 7. dc4: den witten looper een tempo ontnemen, daar deze dan in twee zetten van fl naar c4 zou gaan. Veelal wordt hier daarom 7. Tel gespeeld. 7. b7b6 Zwart zoekt een plaats voor zijn dame- looper. Inderdaad is het voor Zwart in deze opening niet gemakkelijk om dezen looper spoedig gunstig te ontwikkelen. Nu Zwart reeds gerocheerd heeft is deze voortzetting ongevaarlijk. 8. Tal—cl Door b7b6 is pion c7 iets verzwakt en hiertegen richt wit zich onmiddellijk. 8Lc8b7 9. c4 x d5 Pf6 x d5 10. Lg5 x e7 Dd8 x e7 Hier mist wit de Juiste voortzetting! Immers na 11. Pc3 x d5e6 (of Lb7) x d5; 12. Tclxc7 verliest zwart reeds een pion. 11. 0—0? c7c5 Zwart ontdoet zich nu van deze zwakke plek. 12. Pc3e4 Pd5—f6 Na 12Pd5b4 waren er vele ver wikkelingen ontstaan, die m.i. in zwarts voordeel moesten uitloopen. Of de sterke witte aanvalslooper zou worden geruild te gen het paard, of pion a2! driegt verloren te gaan. Zie 13. Ld3—bl—Pb4xa2. 14. Lblx a2Lb7xe4. 13. Pe4—g5 h7—h6 14. Pg5ih3 Dit is geen goede plaats voor het paard, maar er was niets beters. Het paardreisje is tot een verslechtering van de witte stel ling gekomen. 14Tf8d8 15. Ld3e2 e6—e5 Zwart grijpt de gelegenheid zich te be vrijden direct aan. 16. Ddl—c2 e5e4 Hier zou Ta8c8 de juiste zet zijn ge weest. Na 17. d4xe5—Pd7xe5; 18. Pf3xe5—De7 xe5 zou zwart de open d-lijn hebben bezet en ook de meerderheid op den damevleugel (3 tegen twee pionnen) hebben gehad. 17. Pf3d2 Ta8c8 18. Dc2—dl c5xd4 19. e3xd4 e4r-e3 Op f2xe3 volgt De7x3t;Kgl—hl of Ph3 f2Tc8xcl; Ddlxcl en De3xe2. 20. Pd2c4 e3xf2t 21.Ph3xf2 Pf6—d5? Wat moest wit beginnen na 21 Lb7- a6? In alle varianten verliest wit dan een stuk. Bijv. 21La6; 22. Pe5Tel:; 23. Del:—Lez. of 22. b3—b5 23. Pe5—Pe5. Na de gespeelde zet echter komt wit weer uit de moeilijkheden. Het volgend gedeel te van deze lange partij (totaal 56 zetten) is voor ons niet interressant, ook al door de fouten die elkaar veelvuldig opvolgen. Wit bracht op den 32sten zet een verkeerd paardoffer, waarna hij nog trachtte door een aanval tegen kansen te krijgen. Het kwam na den 43sten zet tot den vol gen stand. 8 7 6 5 4 3 1 Nu meende wit nog een pion te winnen, maar zwart toont aan, dat dit geheel fou tief was. 44. Tf5xf7 Tf8xf7 45. Tf2xf7 Te6xe5! Dil wint nog een stuk. Wit had reeds veel eerder, maar stellig hier kunnen opgeven. A. Wit: Kg3, Le8, Pa8 en g5, pionnen b3, c3 en h5. Zwart: Kd5, Dc2, pionnen c5, d6, e6, e4. Wit sneelt en wint. B. ABCDEFGH Wit: Kcl, Ta5, Lh5, pionnen c2 en g2. Zwart: Kc6, Dg8, pionnen a4, g7, h6. Wit speelt en wint. Oplossingen worden niet ingewacht. Stand in cijfers: Zwart: 8, 9, 15, 17—19, 23, 29 en 30. Wit: 20, 25, 28, 32, 34, 37, 38, 40 en 48. Wit speelt en wint. Oplossingen worden gaarne ingewich tot Dinsdag 1 September a.s. bij den re dacteur dezer rubriek. Oplossingen pr. 265—267. No. 205. W. Besselink. Zwart: 3, 4, 7, 9—11, 16, 20, 21, 24, 21 dam 47. Wit: 13, 18, 22, 23, 33, 34, 35, 38—40, 43 44, 46, 50. Wit wint door: 3832, 4338, 3933 32—27, 35—30, 44—39. 46—41, 22—17 enz Een moeilijk oplosbaar probleem van on zen Haarlemschen problemist. No. 266. Th. J. Lexmond. Zwart: 7—10, 12, 14, 18, 20, 22, 26, 40. Wit: 16, 23, 27, 29, 32, 34, 38, 44, 47, 50. Wit wint door: 27—21, 32—27, 50—44, 1611, 11x11. Niet moeilijk, doch aardig is de randslag. No. 267. W. Kram Jr. Zwart: 8, 11, 18, 28, 30, 35, 36. Wit: 37—40, 43, 44, 50. Wit wint door: 3731, 3832, 3934, 44x2, 2x16. Eveneens geen moeilijk vraag stukje. Het verdienstelijke van dit pro probleempje is (zooals bijna in elk pro bleem van dezen auteur voorkomt) het *x>- tief. HET TOURNOOI TE NOTTINGHAM Namen der deelnemers Aljechin 1 Tartakower| 5 O ïc 1 T3 S at Winter1 Euwe j Vidmar s ÉH j Botwinnik 1 c-T as C ja 1 -a PUNTEN Aljechin El 1 Va 0 Va Va Va Va 0 1 «Va* Tartakower 0 l 1 0 Va Va 1 0 Va 0 Va 4 Bogoljubow W 1 I1 Va 0 j 0 1 0 0 1 «Va Fine i 1 E 'I1 Va Va Va Va Va 1 «Va Alexander 1 0 0 F 1#a 0 0 Va 0 2 Winter 0 0 0 0 Va L 0 0 Va Va IVa Euwe 1 V2 V2 1 1 O t j< i v2 «Va* Vidmar Va Va 1 Va I1 0 H 1 t 0 «VaT Rechevsky i Va 1 Va 1 l% 0 1 1 0 Va 6 Thomas Va 0 0 Va Va Va 1 1 "I 0 Va 0 0 21/, Botwinnik Va 1 1 Va 1 j E Va 1 l/2 Va «Va Lasker Va V2 1 0 1 1 bh Va 0 Tylor V, 0 1 Va 0 0 1 0 1 3 Capablanca 1 72 1 1 111 1 Va Va 1 s 0 «Vat Flohr 0 I Va i Va 1 Va l 0 1 E «Va afgebroken partij. f uitgesteld. 1 I i Éi ÉS a 1 a A BCDEFG H

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 10