Leidsche Courant | 1936 | 1 augustus 1936 | pagina 16

ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1936

DE LEIDSCHE COURANT

VIERDE BLAD - PAG. 16

EEN OUDE FIETSENDIEFSTAL
OPGEHELDERD.

Dief en helers opgespoord.

Op drie achtereenvolgende dagen, n.l. op
30 en 31 Mei en 1 Juni van dit jaar werden
in de gemeente Weert een drietal rijwielen
ontvreemd. De politie, van dit feit in ken
nis gesteld, nam de zaak in onderzoek. Zij
zocht samenwerking met de rijks- en ge
meentepolitie van Heijthuijsen en uit dit
gezamenlijk onderzoek is tenslotte licht ge
komen in deze rijwieldiefstal-affaire.

De politie slaagde er in zoowel den dief,
die intusschen in het huis van bewaring
te Roermond verbleef voor andere fietsen
diefstallen alsook de .helers op te sporen.

De dief is de 40-jarige H. J. V. uit den
Haag, die reeds verschillende vonnissen
achter den rug heeft.

Dief, zoowel als helers hebben een vol
ledige bekentenis afgelegd.

De helers zijn de 25-jarige M. J. S. uit
Horn, de 44-jarige J. v. C. uit Hoensbroek
en de 25-jarige C. A. J. v. d. V. uit Weert,
v. C. werd op verzoek der Weerter politie
door de gemeentepolitie van eindhoven
aangehouden en naar Weert getranspor
teerd.

Het viertal is gistermorgen op transport
gesteld naar Roermond ter voorgeleiding
aan den Officier van Justitie.

In verband met deze zaak verwacht de
politie te Weert, dat er nog meerdere ar
restaties zullen volgen van mededaders of
helers.

DE MALVERSATIES TE VLISSINGEN.

Inzake de malversaties te Vlissingen kan
thans worden medegedeeld, dat de admi
nistrateur bij Maatschappelijk Hulpbetoon
W. de W. die was aangehouden en in het
Huis van Bewaring te Middelburg was in
gesloten gisteren in vrijheid is gesteld, zoo
dat allen, die in deze affaire werden aange
houden, thans weder op vrije voeten zijn.

VRACHTRIJDER OPGELICHT.

Een handig oplichter, die thans in Fries
land opereert, maakt onder de vrachtrij
ders verscheidene slachtoffers. De man
biedt bij een vrachtrijder een pakje, inhou-
dened z.g. 500 veiligheidsscheermesjes, be
stemd voor een firma te A., aan, bezwaard
met een rembours van .ruim 4.De
adresseerde is aan den vrachtrijder wel be
kend en de man voldoet aan het verzoek
van den afzender om direct maar het rem
bours te betalen. Op de plaats van bestem
ming gekomen, blijkt echter de geadresseer
de niets te hebben besteld en weigert de
zending, die niet 500 maar een 40 veilig
heidsmesjes bevat ter waarde van ongeveer
0.40. De afzender is niet meer op te sporen
en de vrachtrijders zijn hun geld kwijt. Zoo
zijn op verscheidene plaatsen in Friesland
vrachtrijders gedupeerd.

GEMEENTERAAD VAN ALKEMADÊ

VEELBELOVEND.

Op een fchool aan den Langen Hilleweg
te Rotterdam ontdekte een onderwijzeres,
dat uit haar taschje, dat in een lokaal hing,
een bankbiljet van honderd en een van tien
gulden verdwenen was. Een door de politie
ingesteld onderzoek bracht aan het licht,
dat een zesjarige leerling van de onderwij-
z er es zich aan dezen diefstal had schuldig
gemaakt.

Het biljet van honderd gulden werd in de
ouderlijke woning gevonden. De moeder
van den knaap beweerde van het heele ge
val niets af te weten. Ook het biljet van
tien gulden kon achterhaald worden, omdat
het diefje het geld aan een mede-scholier
•ter hand had gesteld. Vermoedelijk heeft de
jongen zich al eerder aan diefstal schuldig
gemaakt, daar gebleken is, dat hij onlangs
geld heeft uitgedeeld onder de jongens van
zjjn klas.

EEN RUPSENPLAAG IN UTRECHT.

Men hoort de dieren vreten.

De jaarlijks terugkeerende schade, die de
bastaardrupsen van de dennenbladwesp in
de bosschen van Utrecht plegen aan te
richten, is dit jaar bijzonder groot, zoodat
van een ware plaag mag worden gespro
ken.

„Zooals de toestand nu reeds eenige we
ken is aldus lezen wij in het U. D. kan
men de rupsen met handen vol van de
boomen afscheppen, terwijl, indien men
zich in de bosschen begeeft, duidelijk een
zacht geruisch hoorbaar is, dat veroor
zaakt wordt door de kaken der millioenen
rupsen, die bezig zijn de dennen kaal te
vreten.

Geen naald blijft er aan de boomen en
groote bosch-gedeelten zijn reeds kaal ge
vreten. Te Zeist is een oppervlakte van
pl.m. 30 H.A. zoodanig aangetast, dat het
den leek toeschijnt, dat er brand heeft ge
woed. De eigenaar, wiens bosschen onder
de Natuurschoonwet zijn geplaatst, heeft
zich reeds tot de bevoegde instanties ge
wend met het verzoek het bosch te mogen
kappen. Te Soest zijn alle dennenbosschen
aangetast, terwijl het Natuurpark „de Pan"
bij Huis ter Heide en de bosschen bij de
Vuursche eveneens veel van deze plaag te
lijden hebben.

En indien het nu nog maar hierbij bleef,
dan zou de ramp misschien nog wel te over
komen zijn, doch, integenstelling met de
plaag van het vorige jaar, toen het onge
dierte in het najaar sterk te voorschijn
kwam (een z.g.n. tweede generatie) heeft
men thans te doen met de eerste generatie,
zoodat zeer vermoedelijk nog een tweede
veel sterkere plaag te verwachten is.

De Raad dezer gemeente vergaderde Don
derdagavond ten 7 uur onder voorzitter
schap van Mr. J. W. Peek, burgemeester.
Tegenwoordig alle leden. Mede aanwezig W.
A. van Harteveld, secretaris.

Na opening der vergadering met het ge
bruikelijk gebed, worden de notulen gele
zen en onveranderd vastgesteld.

Door het lot wordt beslist, dat bij den
heer J. Verweij de hoofdelijke stemming
telkens een aanvang zal nemen.

De salarissen van burgemeester,

secretaris enz.

Tot de ingekomen stukken behoorden o.m.
een schrijven van Gedeputeerde Staten in
zake verlaging salarissen burgermeesters,
wethouders, secretarissen en ontvangers in
de provincie Zuid-Holland, met verzoek te
mogen vernemen, of met de voorgestelde
verlaging aecoord wordt gegaan. Aangezien
B en W. in deze belanghebbende zijn, heb
ben zij gemeend zich van prae-advies in
deze te onthouden.

De heer Van 't Hart geeft als zijn mee
ning te kennen, dat hij tegen salarisveila-
ging is. speciaal wat betreft de vergoeding
voor de beide wethouders, die in deze ge
meente veel werk moeten presteeren. Hij
hoopt, nu het hier gaat om de salarisrege
ling van het hoogere personeel, de burge
meester niet zoo gemakkelijk zal praten
over salarisverlaging van het lager perso
neel.

Voorzitten antwoordt, dat hier slechts aan
de órde is de wedde van bugermeester, wet
houders, secretaris en ontvanger. Hij be
houdt zich de vrijheid voor hierover te oor-
deelen, zooals hij denkt, dat de salarissen
moeten wezen in verhouding tot de andere.

De heer Pennings vraagt met hoeveel
Gedeputeerde Staten de salarissen verlagen,
waarop de voorzitter antwoordt, dat de ver
laging varieert van 21/2 tot 5%.

De heer De Jong, wethouder, wil, de ver
goeding voor de wethouders buiten be
schouwing latende, zijn meening over de
salarissen zeggen. Het gaat bij hem slechts
om principe, en dan komt spreker tot de
conclusie, dat geen burgemeester meer be
noemd kan worden zonder geld, hetgeen hij
niet in het belang van de gemeente acht.
Op dezen grond is spreker dan ook tegen
verlaging en stelt hy voor bij Gedeputeerde
Staten hiertegen te protesteeren.

De heer Verweij zet eveneens zijn stand
punt uiteen, daarbij wijzende op het prin
cipe van de regeering. Het bepalen van sa
laris is altijd een moeilijk werk, omdat men
niet weet, waar de juiste grens getrokken
moet worden. Dat men gefortuneerd moet
zijn om het ambt van burgemeester te be-
kleeden, wil er bij spreker niet in, want dit
kan nimmer de bedoeling van de regeering
zijn. Spreker gelooft, dat de tijd thans nog
niet gekomen is, om tot salarisverlaging
over te gaan in verband met het levenspeil.
Omtrent de aan de wethouders uit te keeren
vergoeding merkt spreker op, dat hij reeds
meermalen zijn standpunt in deze heeft uit
eengezet. Een matige vergoeding acht spre
ker voor de wehouders niet meer dan bil
lijk, maar zijns inziens moet er nog altijd
een element overblijven voor persoonlijke
toewijding.

De heer De Jong stelt voor aan Gedepu
teerde Staten te berichten, dat de raad nog
niet den tijd gekomen acht tot salarisverla
ging over te gaan, zoodat met de voorgestel
de salarisverlaging niet accoord wordt ge
gaan.

Met algemeene stemmen wordt dit voor
stel aangenomen.

Het meren van booten langs den
weg te Oude-Wetering.

Adres van de R. K. Middenstandsvereeni-
ging „St. Jozef" inzake aanleggen van boo
ten te Oude-Wetering.

Voorzitter wijst er op, dat nu Oude-We

tering binnenkort een veel betere en mooie
re weg krijgt, B. en W. met het oog op de
te maken schoeiing langs dezen weg be
sloten hebben te verbieden, dat in den weg
en aan de schoeiing wordt gemeerd met
vaartuigen, zulks met het oog op bescha
diging van weg en schoeiing. Wil men voor
het vervolg een boot vastleggen, dan moet
men dat deen aan palen, die in het water
zijn of zullen worden geplaatst. B. en W.
zijn tot deze maatregel moeten komen nu
hun gebleken is, dat de vorige schoeiing,
vóór eenige jaren gemaakt, door den aanleg
van booten op meerdere plaatsen zwaar is
beschadigd. Het steken van priemen in den
weg moet dus absoluut worden verboden.
Ten einde de belanghebbenden zooveel mo
gelijk ter wille te zijn, kan met den aan
nemer een accoord worden getroffen voor
het slaan, op kosten van belanghebbenden,
van het benoodigde aantal palen. Waar de
neringdoenden belang hebben bij het be
hoorlijk meren van booten, daar moeten
zij er maar voor over hebben, om een paal
op hun kosten voor een winkel te slaan.

De heer Los wijst er op, dat het hier in
hoofdzaak gaat om de sportlui, die met hun
bootjes even aanleggen om inkoopen te
doen. Spreker hoopt, dat in deze de noo-
dige soepelheid zal worden betracht.

De heer De Jong wijst op de moeilijk
heden, die kunnen ontstaan wanneer schip
pers door storm niet over de Braassemer-
meer kunnen, en deze gedwongen worden
langs de Oude-Wetering te meren Z.i. dient
de gemeente dan te zorgen, dat de schip
pers met hun booten behoorlijk kunnen
aanleggen. Zij kunnen toch bezwaarlijk
langs de Oude-Wetering blijven heen en
weer varen.

De heer De Koning merkt op, dat in de
vergadering van B. en W. wel degelijk hier
over reeds is gesproken, waarbij het in de
bedoeling lag 2 of 3 punten aan te wijzen
voor de schippers om te meren.

De heer Verweij heeft uit de discussies
gehoord, dat het wel vaststaat, dat meren
aan de schoeiing uitgesloten is, Wanneer
de finantieele draagkracht van belangheb
benden het toestaat, is spreker ook van mee
ning, dat de palen door belanghebbenden
zelf dienen te worden geslagen. Spreker ge
looft, dat veel tot verduidelij king en weg-
nming van bezwaren zal kunnen leiden,
wanneer de raad overgaat tot het in het
leven roepen van een commissie, die dit
vraagstuk met belanghebbenden kan be
spreken en toelichten.

De heer Pennig de Vries wijst of) het feit,
dat de weg in Oude-Wetering altijd als
meerplaats heeft gediend. De gemeente
heeft destijds zelf de palen in het wegdek
geslagen, doch aangezien deze tekort ble
ken, zijn vele later verwijderd geworden.
Spreker is het niet eens met den voorzit
ter, waar hij zegt, dat roeibooten schade aan
het wegdek en schoeiing kunnen toebren
gen. Wanneer het aan neringdoenden ver
boden is een pin in den weg te steken, zul
len zij genoodzaakt worden een jongen mee
te nemen om hun producten behoorlijk te
kunnen verkoopen. Spreker stelt derhalve
voor een strook grond van 30 a 40 c.M. open
te laten, die benut kan worden voor het
aanleggen van kleine bootjes, hetgeen nog
dit groote voordeel biedt, dat zware auto';
dan niet meer op de uiterste grens van den
weg kunnen rijden, zoodat beschadiging van
schoeing wordt voorkomen.

Voorzitter is het met de redeneering van
den heer Pening de Vries niet eens. Het
openlaten van een bepaalde strook kan om
technische redenen niet, terwijl dit boven
dien een groote modderpoel zou veroor
zaken. Spreker is er niet voor, dat ook roei
booten pinnen in den weg steken.

De heer Van Ruiten wyst op den inhoud
van het adres en is van meening, dat, waar
de middenstand een groot percentage van
de bevolking uitmaakt, de gemeente wel
degelijk met de belangen van deze catego-

Daar de rupsen thans bezig zijn zich in
te spinnen, kan verwacht worden, dat om
streeks half Augustus de wespen uitko
men, die dan weer eieren leggen, waardoor
de invasie in het najaar ontzaggelijk groot
zal zyn. De deskundigen weten zelfs niet
hoe deze rupsenplaag te bestrijden, daar
bestuiving met insectenpoeders natuurlijk
veel te kostbaar zou worden. Slechts de
natuur zelf zal hier kunnen helpen. De
eenige hoop is, dat de natuurlijke vijanden
van deze rupsen, de vogels en de sluipwesp,
in aanzienlijke getale in de aangetaste den
nenbosschen zullen komen.

In Soest heeft men reeds kunnen mer
ken, dat er meer meezen, spechten en vin
ken in de bosschen zijn, dan andere jaren
het geval was. Deze vogels eten zich als
het ware een indigestie aan rupsen, doch
zijn niet opgewassen tegen de vernielers.
De sluipwesp komt eerst in actie, wanneer
de rusp zich heeft ingesponnen, en legt
dan zijn eitjes in de cocon. De larven vre
ten de ingesponnen rups op.

De mensch kan tegen deze boomen ver
delgers slechts weinig uitrichten. Door te
trachten de vogels naar de dennenbisschen
te lokken, met behulp van nestkastjes,
drinkplaatsen en aanplanting van loofhout,
daar meezen, spechten en vinken niet in
dennenbosschen nestelen, zal men de na
tuur te hulp moeten roepen'.

RECHTZAKEN

KANTONGERECHT TE
ALPHEN AAN DEN RIJN.

Door het Kantongerecht te Alphen aan
den Ryn werden de navolgende vonnissen
gewezen: Wegens overtreding der Alg. Po
litie Verordening Alphen: L. v. R. te Wou-
brugge ƒ2.— subs. 1 week ts.; overtreding
der Motor en Rijwielwet: E. V. te Amster
dam 15.subs. 10 dg.; L. v. P. te Zeven
huizen 25.subs. 20 dg.; L. J. G. te
Gouda, H. H. te Bodegraven, H. A. v. d. H.
te Heemstede, A. M. K. te Boskoop, Th. C. B.
te Leiden, L. K. te Boskoop allen 2.subs.
2 dg.; G. J. S. te Bodegraven, H. V. te Ze
venhoven, J S. te Boskoop, A. S. te Leiden,
A. K. te Aarlanderveen, J. v. d. W. te Lei
den, J. H. v. d. T. allen 2.50 subs. 2 dg.;
J. de B. te Rotterdam 10.subs. 10 dg.;
H. B. te Zoetermeer 2 X 3.subs. 2X3
dg.; F. H. E. te den Haag, C. J. te Boskoop,

A. H. K. te den Haag, H. P. te Bodegraven,
K. D. allen 3.spbs. 3 dg.; A. v. H. te
den Haag, J. J. v. L. te Boskoop, J. L. C. L.
te den Haag, J. J. v. L. te Boskoop, J. L. C.
L. te den Haag, K. V. te Woerden, C. O. te
Woerden, M. P. te Gouda, L. v. G. te Ha-
zerswoude, J. J. te den Haag allen 4.
subs. 4 dg.; J. F. F. 8.subs. 8 dg.; T. v. d.

B. te Mijdracht, J. M. te Hinthen, W. H. v.
d. B. allen 8.subs. 8 dg.; J. P. te den
Haag; C. J. te Boskoop, N. H. te Haarlem
mermeer allen ƒ5.subs. 5 dg.; W. B. te
Boskoop 4.subs. 2 dg.; J. S. te Boskoop
2 X 3.— subs. 2X3 dg.; J. K. 2 x f 2.—
subs. 2 X 2 dg.; Overtreding der Leerplicht
wet: J. A. J. te Hazerswoude 8.subs.
8 dg.

we rekening dient te houden, zoodat naar
zt)n meening de gemeente dient zorg te
w .at •ep vaWoende. meenplaatsen in
Oude-Wetering aanwezig zijn.

De heer Heemskerk geeft in overweging
op bepaalde afstanden palen te slaan

De heer Verweij gelooft, dat het in het
leven roepen van een commissie buitenge
woon gunstig zal werken.

Voorzitter heeft tegen het in het leven
roepen van een commissie geen enkel be
zwaar doch wenscht, dat de raad zich uit-

XETT tat,de Weg moet kijven, zoo
dat het absoluut verboden is pinnen in den
weg te plaatsen voor het meren van bootjes,
bevestigen van vaartuigen aan palen in
den weg of aan de schoeiing. Ter bescher
ming van de paaltjes, door particulieren ge
plaatst, kan een strafverordening in het
leven worden geroepen, waarbij het verbo
den wordt met groote booten aan te leggen
anders dan aan daarvoor door B. en W
aan te wyzen palen.

Hierna besluit de raad, dat voor het ver
volg geen palen of pinnen in het wegdek
mogen worden geplaatst, waarna een com-
rmssie ui het leven wordt geroepen, be
staande uit de heeren Verweij, Los en Pen
ning de Vries, ter onderzoek van dit vraag-
stuk, welke commissie op kort entermijn
het resultaat van haar bemoeiingen aan den
raad zal mededeelen.

Het adres wordt hierna voor kennis-
geving aangenomen.

Aanbieding van de rekeningen der bur
gerlijke armbesturen van Rüpwetering en
de Lage Boekhorst.

en W. stellen den raad voor de reke
ningen nog niet goed te keuren, en wel on
grond, dat op de rekening is geplaatst een
bedrag voor rechtskundig advies, tot het
doen. van deze uitgaaf waarvoor geen
machtiging was verleend, terwijl het bur
gerlijk armbestuur van Rüpwetering, zoo-
ais uit de correspondentie blijkt, niet be
reid is gevolg te geven aan de uitnoodi-
ging van het gemeentebestuur om de ge
maakte onkosten in mindering te brengen
het aan de kerkelijke armbesturen uit
te keeren batige saldo.

De heer Pennings merkt op dat de rede
neering van den voorzitter in deze niet
opgaat. Aan de kerkelüke armbesturen
moet nog uitgekeerd worden het batige
saldo van de rekening 1934, terwyl de
uitgaven voor het rechtskundig advies in
1935 zyn gedaan.

Ook de heer Heemskerk acht het stand
punt van B. en W. niet juist en is'van
meening, dat de kerk nog recht heeft op
het te verdeelen batige saldo over 1934.

De heer De Jong, wethouder, wijst er
op, dat door het armbestuur van Rijpwe-
tenng juist een rechtskundig advies werd
ingewonnen over de vraag of het fonds een
werkelijk of een burgerlek fonds zou zijn.
Had het armbestuur het pleit gewonnen
dan zouden toch ook de kosten van dit ad
vies ten laste van de kerkelijke armbe
sturen zjjn gebrachlt. Sprelker acht dan
ook het standpunt van B. en W. in deze de
juiste.

De heer Penning de Vries stelt voor het
batige saldo over 1934 geheel aan de ker-
kelyke armbesturen uit te deelen.

De heer De Koning gelooft, dat het bur
gerlijk armbestuur van Rüpwetering de
kwestie, waar het hierover gaat niet goed
TEP1 met goed wil begriipen. Nu dit
armbestuur zonder machtiging van den
raad de uitgaaf heeft gedaan, welke uit
gaaf m de rekening is verantwoord, is het

Eë^w ee\bfyr^ende opIoSiiing te 2Qe_

ken. Waar het burgerlek armbestuur steeds
«ET il optreedt. daar kan het zj. geen
enkel bezwaar ontmoeten, dat de onkos-
ken V3n batige saIdo worden afgetrok-

Besloten wordt aan het burgerlük arm
bestuur van Rüpwetering te berichten, dat
oe raad zich met het standpunt van B. en
W. kan vereenigen, zoodat in overweging
wordt gegeven de kosten van het rechts
kundig advies in mindering te brengen
van het uit te keeren batige saldo, terwijl
T. rust-voldoening hieraan de uitgaafpost
n i te worden geschrapt.

De heer Pennings verklaarde er tegen
te zyn. s

Door den voorzitter wordt nog mede-
wS Eltaïag Van de «sbouden aan-
besteding schoeiingswerk Oude-Wetering
to* h ET RunIand wegens verkleining
van het boezemwater moet worden betaald
een bedrag van 285.-, stelt spreker voor
het toegestane crediet met dit bedrag te
verhoogen en hiervoor machtiging aan G
«niHet meerder« bedrag der
aanbesteding van ƒ195 kan in den gewo-
ne"feT' 0Wr 1937 worden verantwoord.

Met algemeene sternen gaat de raad
hiermede accoord.

overweging zich uit te spreken, dat B. en
W. zich nader met het gemeentebestuur
van Leimuiden in verbinding zullen stel
len, ten einde in deze het gewenschte re
sultaat te verkrijgen. Het zich bevinden
in badcostuum op den weg is strafbaar ge
steld en tegen de overtreders wordt streng
opgetreden.

Met algemeene stemmen noodigt de raad
B .en W. uit te dezer zaken ten spoedigste
in overleg te treden met het gemeentebe
stuur van Leimuiden.

Gemente-rekening.

De rekening sluit met een bastig saldo,
groot 17646,15. Tot leden van de com
missie tot nazien van de rekening en be
grooting worden na gehouden stemming
gekozen de heeren J. S. Pennings, J. P.
Hogenboom en J. Penning de Vries.

De voorgestelde wijziging op de heffing
van leges op de secretarie en van rechten
wegens verrichtingen van den ambtenaar
van den burgerlijken stand wordt z.h.s.
vastgesteld.

Evenzoo wordt overgegaan tot vaststel
ling van de verordening op de heffing van
de vergoeding voor het verstrekken van
inlichtingen of opgaven uit de bevol
kingsregisters in deze gemeente.

De voorgestelde wijziging van de ge
meente-begrooting, dienstjaar 1935 en 1936
wordt z.h.s. vastgesteld.

Afgehandeld wordt een tweetal reclames
tegen den aanslag in schoolgeld, alsmede
een reclame straatbelasting.

Het badleven langs de meren.

Tot slot is nog ingekomen een schrijven
van de Ker ker aden der Ned. Herv. Ge
meente, de Gereformeerde kerk van Oude
en Nieuwe-Wetering en het R. K. Par.
Kerkbestuur van Oude-Wetering, waarbij
zy hun waardeering uitspreken over het
geen door den raad reeds is gedaan ten
aanzien van een behoorlijke bad- en zwem-
gelegenheid. Zy verzoeken echter de vol
le aandacht te willen schenken aan het
feit, dat gedurende den zomer voortdurend
en niet het minst op den Zondag door vele
opvarenden van verschillende pleizier-
vaartuigen op ergerlijke wijze aanstoot
wordt gegeven door het grootendeels ont
kleed zich bevinden op heft water of zelfs
aan den wal. Adressante noodigen den
raad met aandrang uit maatregelen te tref
fen, dat aan genoemde toestanden een
inde komt.

Voorzitter merkt naar aanleiding van dit
adres op, dat hij ten volle kan onderschrij
ven hetgeen door adressanten hier naar
voren wordt gebracht. De gemeente Alke
made kan echter zelf dit niet oplossen. De
gemeente Leimuiden heeft n.l. de overzij
de van de Oude-Wetering aangewezen voor
gemengde baden, zoodat de gemeente Al
kemade in deze niet met succes kan op
treden. Spreker geeft derhalve den raad in

Rondvraag.

De heer v. d. Broek wijst er op, dat het
hem is gebleken, dat de reserve-brugwach
ter eveneens uit Haarlememrmeer afkom
stig is, hetgeen spreker niet juist acht.

Voorzitter antwoordt, dat als reserve-
brugwachter is aangewezen Van Wierin-
gen. Het is hem echter bekend, dat onlangs
buiten machtiging van B. en W. iemand uit
Haarlemmermeer is aangewezen om als
reserve-brugwachter op te treden. De zaak
thans in onderzoek.

De heer Rietbroek wijst op de afgraving
Huigsloot, waar de aannemer zich niet
houdt aan de bepalingen van het contract
door aanneming van arbeiders niet uit
deze gemeente. Vervolgens wijst spreker
nog op den vervuilden toestand der sloten
en vraagt of het niet mogelijk is, dat de
gemeente in werkverschaffing tot het
krozen van deze slooten overgaat.

Wat afgraving vetreft, antwoordt de
voorzitter, dat de aannemer is aange
schreven zich aan het contract te houden.
Bij constateering van de volgende over
treding wordt het werk stopgelegd. Om
trent het kroozen der slooten kan worden
medegedeeld, dat aan den minister is aan
gevraagd dit werk van gemeentewege te
doen uitvoeren bij wijze van werkver
schaffing. Door de Rijksinspectie zijn hier
tegen reeds bedenkingen gemaakt, omdat
gebleken is, dat de ingelanden zelf voor
het kroozen moeten zorgen. Spreker hoopt
echter, dat de Ministers het object nog zal
goedkeuren en dat het volgend jaar het
polderbestuur deze taak zelf zal ter hand
nemen.

De heer De Jong, wethouder, deelde me
de, dat hij in verband met den onhoudba-
xen toestand een telegram aan den Minis
ter heeft gezonden. Het zal hem echter be
nieuwen of hij hierop antwoord krijgt.

De heer Van Ruiten wijst op een eigen
aardig geval, dat onlangs in de werkver
schaffing heeft plaats gehad. Het minimum
urloon is door den Minister bepaald op
ƒ0.26, doch voor eenige weken is het ge
beurd, dat een aantal werkloozen naar huis
gingen met een uurloon van 0.19. Het
gekanker in de werkverschaffing is dan
ook zeer groot, vooral wanneer van tevo
ren wordt beloofd het uurloon, dat zal
worden uitbetaald, waaraan echter bij de
uitbetaling niet wordt gehouden. Spreker
zal gaarne vernemen of van gemeentewege
hieraan iets is te doen.

Vervolgens bespreekt de heer Van Rui
ten het venten met ijscowagens. Het is
hem bekend, dat iemand, die liefst buiten
de steun wil blijven, met een ijscowagen
is gaan venten en tweemaal is verbaliseerd
Spreker zal gaarne hierover door den
voorzitter nader worden ingelicht.

De voorz. antwoordt, dat het uurloon in
de werkverschaffing vanwege de Neder-
landsche Heidemaatschappij wordt be
paald. Het geval, waarop de heer Van Rui
ten doelt, is spreker bekend. Het lage
uurloon was een gevolg van het feit, dat,
nu de grond moest worden vervoerd voor
wegverbreeding in plaats van demping,
gebleken is, dat door een aantal werkloo
zen op grove wijze de lijn wordt getrok
ken, hetgeen o.m. is gebleken hieruit, dat
een week nadien 't dubbele kwantum werd
verwerkt.

Omtrent het venten met ijsco deelt de
voorzitter mede, dat dit venten den laat-
sten tijd zoo schrikbarend is toegenomen,
dat hieraan paal en perk is gesteld. Ook
door de geestelijkheid is op het venten
met ijs gewezen en spreker is het hierme
de volkomen eens, daar veel geld wordt
verspeeld en nog wel door personen, die
ondersteuning ontvangen. Vandaar dat be
sloten is het aantal ijscowagens te beper
ken tot vier, zoodat bij het innemen van
een standplaats op den gemeenteweg door
een ander, proces-verbaal is opgemaakt ge
worden.

De heer De Jong, wethouder, wijst op de
notulen omtrent de zandkwestie. Spreker
is bij ontstentenis van den voorzitter, toen
wederom door dien schipper zand aan de
gemeente word geleverd, overgegaan tot
het doen opmeten van deze zelfde schuit
door 2 geheel vreemde en deskundige
menschen. Uit deze meting is gebleken,
dat bedoelde schuit nog steeds hetzelfde
aantal M3 zand inhoudt als door den ge
meente-opzichter steeds is gemeten, zoo
dat hier van benadeeling van de gemeente
geen sprake is.

Hierna sluiting