DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN Minister Gelissen's treurige ervaring 27ste Jaargag WOENSDAG 1 JULI 1936 No. 8458 DE ABONNEMPTSPRIJS Bedraagt bij TooraitbetaÜDg: Voor Leiden 19 ent per week1 2.50 per kwartaal Bö onze Agente 20 cent per week t 2.60 per kwartaal Het Ge'ülustre'd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tege bemaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetalin; - Afzonderlijke nummers 5 cent, met fhlustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentien 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: S 0.50 V De ytuenten-organisaties Van de zije der Soc.-Dem. Studenten- du!' te Utrect schrijft men aan de socia listische perso.m.: Het jdens de lustrumdagen in Utrecht enspreide lustrumnummer kan de verkarde indruk gevestigd hebben, dat hetUtrechtsch studentcorps (met zijn so<ëteit op het Janskerkhof) dè organistie der studenten is. Wij wil len dasom mededeelen, dat het Corps slechts 13 procent der studenten om vat. Wij heblen meermalen, verleden jaar Ib.v. bij de Lustrumfeesten in Leiden, het zelfde geconstateerd. Die feesten waren niet de feesten van d e Leidsche studenten, maar van een ge deelte, van een betrekkelijk klein percen tage der Leidsche studenten, n.l. van de leden van bet Corps. 't Is een verouderde en muffe opvatting, waaraan, helaas, ook verlichte geesten blij ven vasthouden, dat d e studentenorganisa tie ter plaatse is het plaatselijk Studenten corps, terwijl men de overige studenten- vereenighgen, die er zijn, niet als volwaar dige organisaties meetelt. Dit is zoo'n soort „kapitalistische" opvat ting, waarvoor eigenlijk ieder intellectueel en ieder, die zich een eenigszins geculti veerde waardeering van de dingen heeft verworven, zich moest schamen! Een gezonde en frissche opvatting wat deze zaak betreft is ook een eisch van dezen tijd! VDe toekomstige ontwikkeling van den economischen toestand. Bij de laatste aflevering van „De R. K. Staatspartij" is als bijlage gevoegd de rede, onlangs door mi. Verschuur op den landdag der R. K. Staatspartij te Alkmaar gehouden. t Is een helder en leerzaam betoog en de aandachtige lezing ervan zij allen aan- Ibevolen! Maar toch moeten wij hier een reeds door ons gemaakte opmerking herhalen. De Re dactie van de „R. K. Staatspartij" schrijft ter introductie voor de lezers bij de rede van den oud-minister: „In het bijzonder het door mr. Verschuur geopende uitzicht op de toekomstige ontwikkeling van den eco nomischen toestand des lands geeft aan zijn uitmuntende redevoering documentaire be- teekenis". Oud-minister Verschuur heeft verklaard, dat "voor die toekomstige ontwikkeling muntcorrectie m.a.w. devaluatie een noodzakelijke voorwaarde is! Nu willen wij dat hier niet bestrijden. Maar, met de letterlijke tekst van de rede vóór ons, frappeert het ons nog sterker, dan het ons reeds getroffen heeft, dat de oud- minister met geen enkel woord er aan her innert, dat hij, toen hij deel uitmaakte van de regeering, zich ook persoonlijk tegen de valuatie heeft verklaard, stellig en onvoor waardelijk! De heer Verschuur is door de feiten, door de resultaten van de tot nu toe gevoerde politiek van inzicht veranderd. Natuurlijk kan men hem dat niet kwalijk nemen. Maar hen had daarvan o.i. een duidelijke verklaring moeten geven. Nu hebben wij een uitspraak van oud-minister Verschuur, die „De R. K. Staatspartij" beschouwt als te zijn van „documentaire beteekenis" en een verkla- rine die hij tijdens zijn ministerschap heeft afgelegd en die toch ook wel „documentaire beteekenis" heeft! AARDBEVING GEREGISTREERD. HAMBURG, 1 Juli (A.N.P.) Dinsdagmid dag is door de apparaten van het Seismolo gische station alhier een zware aardbeving opgeteekend. De aardbeving vond plaats op een afstand van 8100 K.M. in Noord- Oostelijke richting en had dus zijn epicen trum ongeveer bij Hokkaido of bij de Koe- rillen in het Noorden van Japan. De eerste golvingen werden te Hamburg om 16 uur 18 minuten 10 seconden M.E.T. opgeteekend. Het conflict met het Crisis-zuivelbureau Z. Exc. hoedt zich voor verdere samenwerking 1 Naar aanleiding van de verschillende mededeelingen omtrent het geschil tus schen den Minister van Handel, Nijver heid en Scheepvaart en de Zuivelorgani- saties, verzochten wij Minister Gelissen ons de gelegenheid te geven hem eenige vragen te kunnen stellen. Ondanks zijn drukke werkzaamheden verklaarde de minister zich daartoe be reid. Op onze eerste vraag, of de minister ons eenigszins nader zou kunnen inlichten hoe de verhoudingen in deze eigenlijk liggen, antwoordde Z. E., dat onderscheiden moet worden tusschen eenerzijds de uitvoering van bepaalde door de Kroon of den Mi nister genomen maatregelen, waarvoor de minister steeds een gemachtigde had aan gewezen en anderzijds de adviezen, welke den Minister terzake van de uitvoerende werkzaamheden.worden gegeven door een adviseerend college, door hem daartoe aangewezen. Dit adviseerend lichaam be stond uit vertegenwoordigers der verschil lende zuivel-organisaties, terwijl als uit voerende instantie was aangewezen de heer Geluk, secretaris van de grootste Nederlandsche zuivelorganisatie, de F. N. Z. Deze was tevens lid van het adviescol* lege. „Als wij goed begrijpen, Excellentie", merkten wij' hierbij op, „bestaat er dus aanzienlijk verschil in positie en is de uitvoerende instantie rechtstreeks aan U verantwoordelijk, terwijl de adviseerende instantie slechts voor ham* adviezen be hoeft in te staan." Formeel inderdaad, aldus Z. E., doch practisch gesproken behoefde een derge lijk onderscheid tot voor kort nimmer te worden gemaakt, wijl in gemeenschappe lijk overleg zoowel advies-college en de partement als uitvoerende instantie samen werkten. Mogen wij U thans vragen, hoe het mo gelijk is, dat er nu plotseling een conflict is gerezen, waarvan zoo ernstige gevolgen door bepaalde insiders worden verwacht. Hierbij merkte de minister allereerst op, dat eigenlijk slechts de publicaties van de laatste dagen voor hem plotseling waren, voor een conflict heeft hij tot voor kort geen aanleiding gezien. Waar het om gaat. Waar het om gaat, aldus de Minister, is het volgende: „Hoe langer de duur is van de verschillende maatregelen, welke ge nomen moesten worden in het begin van 1932 en waarbij destijds wat de verdee ling der export-mogelijkheden betreft be paalde basisjaren werden gekozen, uiter aard liggende voor 1932, hoe grooter de moeilijkheden worden van die exporteurs, die gedurende die jaren bijv. met hun be drijf nog in een aanvangsstadium ver keerden of door andere min of meer toe vallige omstandigheden in die jaren niet in normalen omvang hun zaken dreven. Alle maatregelen, waarbij een dergelijk systeem van basisjaren is toegepast, hebben bezwaren, welke uiteraard naarmate deze jaren verder in het verleden liggen grooter worden. Voor deze bezwaren heb ik gepoogd steeds een oplossing te vinden, bijv. door een ge deelte van de contingenten te reserveeren om daaruit dan aan bepaalde bezwaren te gemoet te komen." „Mogen wij U vragen, hoe dit systeem bij andere belangen heeft uitgewerkt? U. E. verwees immers naar verschillende maat regelen." „Hierop kan ik u met veel genoegen zeg gen, dat hiermede zeer gunstige resultaten zijn bereikt. Op het geheele gebied der in- voercontingenteering wordt het reeds se dert langen tijd toegepast, ik mag wel zeggen, dat de invoerhandel, welke toch ongetwijfeld van de contingenteering niet steeds plezier heeft beleefd, van het sys teem der bijzondere invoervergunningen binnen het kader der contingenten veel profijt gehad heeft. In andere gevallen is er met volle in stemming van de belanghebbenden nog veel verder gegaan, er zijn zelfs uitvoer- contingenten, welke eenvoudig op afroep aan de belanghebbenden ter beschikking worden gesteld" Geen gunsten en geen willekeur. U. E. sprak zoo juist van een systeem van bijzondere vergunningen verschil lende publicaties van de laatste daggn spreken daar anders over. Wij lazen van willekeur, gunsten op het gevoel en der gelijke. Met verontwaardiging merkte hierbij de Minister op, dat toch geen ern stig man zal kunnen volhouden, dat'ter om te doen is om een middel te kiezen ter bevordering van willekeur. Het spreekt toch wel vanzelf, dat bij het gedachte sys teem de gevallen, welke voor behandeling in aanmerking komen, zoo nauwkeurig mo gelijk zullen worden onderzocht en ge schift, en alleen daar iets zal worden ge geven, waar dit billijk en rechtvaardig is. Bovendien, aldus de minister met nadruk, er zal een zeer klein percentage van de contingenten voor dit doel gereserveerd worden, 't gaat er veel meer om om iets te kunnen doen in bepaalde gevallen, dan wel om ieder die nog wenschen heeft zoo maar iets extra's toe te stóppen. Dit ziet er toch niet zoo grillig uit als men het van bepaalde zijde wel wil doen voorko men. Een bepaalde mate van onwil. Op onze vraag of Z. E. over dit plan dan geen overleg gepleegd heeft met de zui- velorganisaties, antwoordde de Minister, dat hij, behalve de uitvoerige correspon- tie ter zake, den be+rnkken instanties in een mondeling onderhoud gelegenheid heeft gegeven haar gedachten te uiten. De hierbij door deze heeren naar voren ge brachte bezwaren waren echter in het ge heel niet overtuigend, zelfs heb ik den heeren voorgesteld mijn gedachte bij wijze van proef bijv. voor een half j'aar eens uit te voeren, waarover ik dan nogmaals aan de hand van practische resultaten met hen had willen overleggen. Ik kan mij niet onttrekken aan de gedachte, dat een be paalde mate van onwil aanwezig is, waar van echter de reden aan mij onbekend is. Er is na mijn aanvankelijke instructie langdurig overleg gepleegd en telkens meer uitgelokt, zoodat ik eindelijk aan deze vertraging een einde heb moeten maken en de uitvoerende instantie instruc tie heb gegeven de door mij in het belang van den zuivel-export voorgestelde rege ling te gaan uitvoeren. En, Excellentie, als wij goed begrijpen, daaraan heeft uw gemachtigde geen uit voering willen geven, en is het conflict accuut geworden. Daarop aldus de Minister heeft in derdaad de gemachtigde ontslag uit zijn functie verzocht, terwijl ook het advisee rend college gemeend heeft zich solidair te moeten verklaren en eveneens zijn functie ter beschikking te moeten stellen en iedere verdere medewerking te weige ren. Ik voeg hieraan nog toe, dat ik in het geheel niet begrijp, hoe de betrokkenen dezen stap tegenover hun organisatie kun nen verantwoorden. En wellicht daarom ook hun heil zoeken in verdachtmakingen en laag bij de grondsche insinuaties. Was er nu, zoo vroegen wij den minis ter, geen andere uitweg mogelijk om aan deze moeilijkheden voor onzen export te ontkomen, en, Excellentie, verwacht U concrete moeilijkheden voor onzen zuivel- export. Een onbehoorlijke houding. Een keuze werd mij niet gelaten, ant woordde Minister Gelissen. Indien de be langhebbende organisaties tegenover een correctief op de sinds lang bestaande rege lingen, waarvan ik de practische ervaring heb, dat het een uitstekend middel is, een houding aannemen, welke ik thans, na hetgeen men gemeend heeft hierover te pu- bliceeren, toch niet nader meer behoef te omschrijven dan als onbehoorlijk, zal, ook zonder medewerking van dergelijke onwilligen, .het geheele complex van maat regelen zooals voorheen kunnen worden uitgevoerd. Voor den gang van zaken bij den export behoeft dit m. i. geen nadeelige gevolgen te hebben. Mochten er moeilijkheden rij zen, welke aan bepaalde tegenwerking toe geschreven moeten worden, dan is de ver antwoordelijkheid daarvoor bij degenen, die dan toch veel moeite zullen hebben deze te dragen tegenover de belanghebben den. Laat men dan- ook nog hieraan den ken, dat tot nu toe het zij het met veel moeite gelukt is, dat de Nederlandsche regeering de geheele regeling der uitvoer- contingenten in handen heeft kunnen hou- De wereld in vogelvlucht De Italianen hebben weer eens een ver bluffend staaltje getoond van slechten smaak en onbeheerschtheid. Toen de keizer van Abessynië, die gisteren tegenwoordig was bij de openingszitting van de Alge- meene Volkenbondsvergadering, het woord wilde voeren, ontvingen de op de pers tribune aanwezige Italiaansche journalis ten den verslagen tegenstander met een luid gejoel en jouwden hem uit, hiermede alle regels van betamelijkhid en journa listiek fatsoen schendend. Him optreden wekte dan ook terecht de algemeene ver ontwaardiging en onder applaus van alle aanwezigen werden de „heeren" uit de zaal verwijderd en aan de justitie over geleverd. Dit is de eerste maal dat de in de zaal aanwezige politie op een dergelijke wijze heeft moeten optreden. De „eer" van deze primeur is den Italianen toege vallen. De overige bij den Volkenbond ge accrediteerde journalisten hebben onmid dellijk een schrijven gelicht tot den voor zitter der Assemblée, den Belgischen pre mier van Zeeland, en hem hun leedwezen over het gebeurde betuigd. Wel teekenend is daartegenover de houding van den offi- cieelen vertegenwoordiger van Italië, bij den Volkenbond Bova Scopa, die niet be ters wist te zeggen, dan dat Italië het op treden dezer journalisten billijkte, omdat de tegenwoordigheid van den Negus alleen reeds een provocatie was. De rede van den Negeus noemde hij een plompe grap. Wan neer de waardige houding van den versla gen Keizer reeds een provocatie is in de oogen der Italianen, kan men zich een oordeel vormen over de juistheid van het Italiaansche standpunt, volgens hetwelk het ItaliaanschAbessijnsche conflict zou zijn „geprovoceerd" door de Abessijnen zelf. Niet Italië zou Abessynië, maar om gekeerd: Abessynië zou Italië hebben aan gevallen. De Negus heeft nogmaals, nu mondeling, een beroep gedaan op den Volkenbond. Ongetwijfeld is zijn oproep met sympathie ontvangen, maar van sympathie alleen kan men niet leven. Er meer dan sympathie zal hem niet gegeven worden. den, doch dat er landen zijn, waar men deze contingenten gaarne in eigen beheer wil nemen. De jongste publicaties in de Ne derlandsche pers zal men daar met ge noegen zien en te zijner tijd zal men daar van gebruik maken. Dus U. E. zal nu de betrokken regelin gen door anderen laten uitvoeren en vreest daarvan geen moeilijkheden? Treurige ervaring opgedaan. Inderdaad aldus de Minister en hierbij moet ik het nu laten, mijn tijd is thans door andere belangen in beslag ge nomen. Ik wil nog dit zeggen, dat ik bo vendien thans zoo spoedig mogelijk zal bevorderen, dat er voor het geheele zuivel- complex een regeling zal komen, waardoor ook andere kwesties, welke tot herhaalde twistpunten aanleiding geven, tot een definitieve oplossing komen. De treurige ervaring, opgedaan bij de samenwerking met deze bestuurders der zuivelorganisaties, is voor mij wel 'n aan leiding mij voor verdergaande medewer king dezer heeren te hoeden. De verdeelen- de rechtvaardigheid, bij eiken anderen gere glementeerden export zoo goed betracht, moet ook hier den strijd aanbinden tegen een catagorie, die in het „beati possiden- tes" haar hoogste wijsheid zoekt. Overi gens komt het gelukkig niet Zooveel voor dat men de dynamiek onzer samenleving en het recht op een bestaan van den mede- mensoh vergeet. Wellicht zijn de heeren van het Crisis Zuivel Bureau in de periode van het géisoleerd bezit verhinderd ge weest altruïstisch te denken en speelt een zekere traagheid hun thans nog parten. REBELLIE ONDER DE NANKING- TROEPEN? SJANGHAI, 1 Juli. (A. N. P.). Het Japansche agentschap Domei meldt, dat vliegtuigen der Chineesche regeering in de provincie Kiangsi de 51ste divisie der Nanking-troepen, die weigerde tegen de Zuidelijken op te trekken, gebombardeerd hebben. Verder zou het tot botsingen zijn gekomen tusschen de regeeringstroepen en de troepen van Kwangtoeng. Uit Kanton wordt gemeld, dat de auto riteiten van Kwangsi ontkennen, dat re- belsche troepen met de Nanking-itroepen in botsing zijn gekomen. Dit dementi be treft het Japansche bericht, volgens het welk de Kwangsi-troepen Kiyang in Hoe- nan zouden heben bezet en in Taying zou den zijn doorgedrongen. Dit nummer bestaat uit vier bladen. l VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De Negus in de Assemblée door Italiaan sche journalisten uitgejouwd. (2de blad). De Paus eerder naar zijn vacan tie-ver blijf vertrokken. (2de blad). Debat in de Fransche Kamer over de ontbinding der strijdhonden. (2de blad). BINNENLAND. Hartig oordeel van Minister Gelissen over het Crisis-Zuivelbureau. (1ste blad). Het verzoek van het Rijnlandsch Borg stellingsfonds om een bijdrage in het kapi taal is door Prov. Staten van Zuid-Holland aangehouden. (2de blad). De invoer van toilet-zeep is voor 60% van 1935 gecontingenteerd. (2de blad). HET WEER IN JUNI. Gemiddeld over de vijf hoofdstations was de ochtendtemperatuur 1 graad bo ven normaal. In de eerste decade was de temperatuur 1 graad beneden normaal, in de tweede en derde decade respectievelijk 2 en 2^ graad boven normaal. De grootste afwijkingen kwamen voor op den lsten en 21sten, respectievelijk 4 graden beneden en 714 graad boven nor maal. De gemiddelde maximum tempera tuur was 1 y2 graad, het gemiddelde mini mum K graad boven normaal. Te De Bilt kwamen tien dagen voor met een maximum temperatuur boven 25 gra den, tegen 4 normaal. Van deze zomersche dagen kwamen er acht voor in een onafgebroken reeks, van den 17den tot den 24sten. Op den lsten werd belangrijke schade aangericht door nachtvorst. De neerslag was in Friesland, Gronin gen en Drente 30 tot 55 procent beneden normaal, in Noord- en Zuid-Holland en in Utrecht 5 tot 15 procent beneden nor maal. Naar het Zuiden nam de neerslag toe tot ongeveer normaal in Zeeland en West- Brabant, tot ongeveer 10 procent boven normaal in Noord-Limburg en bijna 50 procent boven normaal in Zuid-Limburg. HET OPTREDEN DER ITALIAANSCHE JOURNALISTEN IN GENèVE. ROME, 1 Juli .(A.N.P.) Het agentschap Stefani verspreidt een bericht uit Genève van den volgenden inhoud: Het incident van het verdrijven van 10 Italiaansche journalisten uit de Volken- bondszaal, die Tafari (d.w.z. den Negus) hadden uitgejouwd, wordt levendig bespro ken. Men erkent, dat het reeds verspreide be richt, volgens hetwelk de inhoud van de rede, die Tafari zou hebben uitgesproken, zeer beleedigend was voor het Italiaansche leger, niet anders dan een diepe veront waardiging kon wekken onder de aanwe zige Italianen. Natuurlijk was het versche nen van den voortvluchtigen ex-Negus op het spreekgestoelte voldoende een uit barsting van protest uit te lokken. Wel wijst men erop, dat anti-Italiaan- sche en anti-fascistische elementen van de gelegenheid gebruik maakten om een min derwaardig kabaal te ontketenen, maar de meerderheid erkent, dat men zich erover zou hebben kunnen verbazen, wanneer de slavenhouder zou hebben kunnen optreden zonder gehinderd te worden en zonder dat een protestuitbarsting volgde. „Laat die wilden zwijgen". PARIJS, 1 Juli. (A.N.P.) In zijn verslag van de gebeurtenissen op de Volkenbonds vergadering schrijft Pertinax in de „Echo de Paris", dat een gedelegeerde volgens de „Petit Parisien" was dit Titulescu toen de Italiaansche journalisten htm ge schreeuw aanhieven, uitriep: „Mijnheer de voorzitter, in naam van de gerechtigheid laat die wilden zwijgen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 1