DONDERDAG 25 JUNI 1936
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
BINNENLAND
DE RADIO-MISSIEDAG OP 28 JUNI.
Voor de derde maal, thans op Zondag
28 Juni houdt de K. R. O. zijn jaarlijksche
Radio-Missiedag. Het programma wordt
begonnen met een morgenwijding van prof.
Feron, over Radio en Missie, terwijl in het
Nederlandsch Wereldprogramma en in het
Koloniaal Programma van die dag, die bei
den ook voor Nederland gerelayeerd wor
den spreken resp. Mgr Th. Bekkers over
Nederland en zijn Missies, en Mgr. P. G.
Groenen over Nederland en zijn Missies
in Oost- en West-Indië.
Om 3.30 behandelt Pierre Cuypers doel
en werken van de MIVA; om 4.40 uur prof.
dr. J. Sassen O.P. doel en werken van het
R.-K. Adviesbureau voor Landbouwkun
dige Missie-actie.
In het avondprogramma wordt een spe
ciaal hoorspel geeven: „Het Vaderland te
gemoet", terwijl om 9 uur de Radio-Mis-
sie-wedstrijd wordt gehouden. Aan deze
wedstrijd kunnen deelnemen al degenen,
die des morgens aan de Kerken het Radio-
Missie-speldje hebben gekocht, hetwelk
met toestemming van het Doorluchtig
Episcopaat in het geheele land mag worden
aangeboden.
In slechts enkele plaatsen zal de insigne-
verkoop aan de kerken op latere datum ge
schieden. Daaromtrent echter, alsmede over
de bijzonderheden van de wedstrijd, wor
den voor de microfoon en in de Katholie
ke Radio Gids verdere mededeelingen ge
daan.
Slechts zij nog vermeld, dat er meer dan
duizend fraaie prijzen ter beschikking
staan; de hoofdprijs is een Ford Junior, 4
cyl. 1936.
Voor het nazien der binnengekomen op
lossingen is een jury samengesteld, bestaan
de uit de heeern: Pastoor L. H. Perquin,
voorzitter van den K. R. O., H. Kuypers,
directeur van „De Maasbode", mr. F. Bach,
directeur van het bureau van de Ned.
R.-K. Middenstandsbond, dr. E. H. Her
mans, technisch leider van het Ned. Me
disch Missie-Comité, notaris Th. Luycx, De
Rijp.
HET JUBILEUM VAN WITTEM
Koninklijke onderscheidingen verleend
Naar wij vernemen, is de hoogeerw. pa
ter Provinciaal der Redemptoristen L.
Saut benoemd tot officier in de Orde van
Oranje-Nassau en de zeereerw. pater A.
Strijbos, rector te Wittem, tot ridder in
dezelfde Orde.
DE GRONDWETSHERZIENING.
Naar wij vernemen, hebben thans de
voorstellen der Regeering tot grondwets
herziening het Departement van Binnen-
landsche Zaken verlaten.
EXTRA B-STEUN
500.000 voor 1937
In een nota, naar aanleiding van het
verslag over bovengenoemd wetsontwerp
zegt de minister, dar het inderdaad in de
bedoeling ligt het van de in 1934 voor
extra b-steun uitgetrokken 2 millioen nog
resteerende bedrag ad 113.500 in 1936
voor b-steun aan te wenden.
Voorts is het de bedoeling, evenals zulks
nu voor den winter 1936-1937 is voorge
steld, ook op de begrooting voor 1937 een
bedrag van 500.000 uit te trekken voor
extra b-steun.
AANTAL GEHEEL WERKLOOZEN
EINDE MEI.
Het centraal bureau voor de statistiek
verstrekt, per beroepsklasse, opgave van
de aantallen geheel werkloozen onder de
op het einde van Mei 1936 bij alle organen
der openbare arbeidsbemiddeling in Neder
land ingeschreven werkzoekenden.
Aantal werkloozen op
het einde van
Mei '36 April '36 Mrt. '36
Aardewerk, enz.
w.o. steenfabr.
diamantindustrie
drukkersbedr., enz.
bouwbedr., enz.
houtbew., enz.
ikleeding, enz.
leder, enz.,
oer, turf
w.o. mijnwerkers
metaalnijverheid
papier
textielnijverheid
voed. en genot
middelen
landbouwbedr.
visscherij
handel
verkeer
vrije beroepen
(vnl. kantoor
bedienden)
huisel. diensten
ongeschoolde fabr.
e.a. arbeiders
zonder voorkeur
(geen handarb.)
overige beroeps
klassen
9.402
6,826
2.730
3.195
75.685
11.712
4.914
3.761
4.811
1.702
48.134
1.982
11.352
14.242
48.771
2.783
13.258
45.460
13.761
9.491
10.637 11.777
7.802 9.496
2.588
3.210
78.948 83.683
12.254 12.863
2.631
3.341
5.201
3.590
4.828
1.748
5.886
3.481
6.283
1.820
14.569 14.490
58.550 60.891
3.245 3.442
13.810 14.226
14.685 14.814
9.922 10.447
Totaal
53.600 65.385
1.886 2.719 2.972
1.917 1.991 2.047
392.884 415.743 429.045
NATIONALE RECLASSEERINGSDAG.
De prijsvraag.
Op Maandag 15 dezer heeft ten over
staan van notaris E. Bennink Bolt te Am
sterdam, die hiertoe zijn welwillende me
dewerking verleende, de trekking plaats
gevonden van de prijsvraag, die in de Re-
classeeringskrant door de Centrale Leiding
van den Nationalen Reclasseeringsdag is
uitgeschreven.
Ongeveer 600 prijzen zijn uitgeloot onder
de inzenders van de juiste oplossing en
wij vernemen, dat de eerste hoofdprijs, n.l.
een D. K. W.-auto, gewonnen is door een
inwoner van Wormerveer en de tweede
hoofdprijs, een centrale verwarmingsin
stallatie, welwillend beschikbaar gesteld
door de firma F. W. Braat te Delft, door
een inwoner van Apeldoorn.
Alle winnaars zijn de overige prijzen
toegezonden.
De Centrale Leiding van den Nationalen
Reclasseeringsdag is nu ongeveer aan het
eind van haar werkzaamheden gekomen en
hoopt door middel van de pers binnenkort
de einduitslag te publiceeren.
HET BEDIENDEN- EN CHEFSBREVET IN
DEN MANUFACTURENHANDEL.
Een dezer dagen werd onder leiding van
den heer M. F. Kempkes in het Parkhotel
te Amsterdam de eerste algemeene verga
dering gehouden van de Federatie tot. uit
reiking van het bedienden -en chefsbrevet
voor den Nederlandschen Manufacturen-
handel.
Op deze vergadering werd o.m. besloten
op de ontworpen statuten de koninklijke
goedkeuring aan te vragen,* nadat de sa
menstelling van het bestuur als volgt werd
vastgesteld:
L. Beek en I. de Lieme (grootwinkelbe
drijf).
A. Boersma en C. N. de Graaff (Nederl.
R.-K. Bond van Handels-, Kantoor- en
Winkelbedienden).
Drs. A. W. Hermse (Ver. van Christel,
handelaren in manufacturen).
C. W. Jacobsen en B. Slier (Algem. Bond
van Handels- en Kantoorbedienden).
M. F. Kempkes (R.-K. Bond van Hande
laren in Manifacturen „St. Willibrordus").
J. J. Korff (Ned. Bond van detailhande
laren in textiel- en mode-artikelen „Demo-
tex").
H. J. Vermeulen (Christelijke Kantoor-
en Handelsbedienden).
Als dagelijksch bestuur koos de vergade
ring de heeren: M. F. Kempkes, voorzitter,
A. Boersma, secretaris en C. W. Jacobsen,
penningmeester.
In verband met de af te nemen examens
in het jaar 1937 werd besloten, dat het be
stuur der Federatie zoo spoedig mogelijk
zou aanvangen met de voorbereiding dezer
examens. De eischen hiervoor werden in
groote lijnen reeds het vorig jaar door mid
del van de dagblad- en vakpers, bekend
gemaakt.
Reeds zijn in enkele plaatsen mondelin
ge cursussen tot opleiding voor het be
diendenbrevet gesticht, terwijl ook de
schriftelijke opleiding ter hand is geno
men. De Federatie staat intusschen op het
standpunt, dat, waar mondeling onderwijs
te verkrijgen is, dit onderwijs te preferee-
ren valt. Wij kunnen nog mededeelen, dat
eerlang ook de aansluiting van een katho
lieke groep uit het grootwinkelbedrijf te
verwachten is. De stichting dezer Federa
tie mag beschouwd worden als een belang
rijke stap naar de ordening der vakoplei
ding in den Nederlandschen Manufacturen-
handel, waarvoor allerwege groote belang
stelling bij betrokken werkgevers en werk
nemers bestaat.
DE LUSTRUMFEESTEN TE UTRECHT
Prinses Juliana is er bij tegenwoordig
H. K. H. brengt ook eenigen tijd
op het water door
Prinses Juliana heeft zich gisteren, na
dat zjj 's morgens met den Commissaris
der Koningin te Utrecht, wiens gast zij
was, eenige bezoeken had afgelegd en
's middags het maskeradefeest de in
tocht van prins Willem van Oranje had
gadegeslagen, met haar hofdame Jkvr. de
Eraauw en den Commissaris der Koningin
te Utrecht, ridder L. Bosch van Rosen
thal, naar Loosdrecht begeven.
Het bestuur der watersportvereniging
Loosdrecht, dat op de hoogte was gebracht
van het voornemen, verwelkomde de
Prinses. Vervolgens begaf H.K.H. zich naar
het motorjacht van den heer Maas en zijn
zoons, de bekende zeilers en Bob Maas.
De Prinses bleef eenige uren op die
plassen en gebruikte daarna de thee in
het clubhuis der watersportvereniging.
Naar wij vernemen is H.K.H. Prinses
Juliana voornemens de volgende week een
bezoek aan Friesland te brengen.
WOONWAGENKAMPEN LANGS
RIJKSWEGEN.
De minister van binnenlandsche zaken
deelt in een circulaire aan de gemeente
besturen mede, dat de minister van water
staat het volgende onder zijn aandacht
heeft gebracht:
„De klacht is vernomen, dat het verkeer
op rijkswegen hinder ondervindt van de
aanwezigheid van woonwagenkampen in
de nabijheid van die wegen.
Het vestigen van dergelijke kampen in
de onmiddellijke nabijheid van rijks- en
ander hoofdwegen is in beginsel zeer on-
gewenscht en zal derhalve zoo spoedig
mogelijk moeten worden tegengegaan. De
kampen brengen op een voor het door
gaand verkeer bestemden weg groote ge
varen en hinder mede, terwijl zij in het
algemeen een weinig fraai beeld vertoo-
nen.
Aangezien de wet op woonwagens en
woonschepen de beslissing omtrent het
plaatsen van woonwagenkampen Iaat aan
de gemeentebesturen, komt het gewenscht
voor, het vestigen van woonwagenkampen
in de nabijheid van groote wegen tegen te
gaan. Indien hiertegen in bijzondere ge
vallen bezwaren bestaan, zal het aanbeve
ling verdienen, dat de gemeentebesturen
overleg plegen met de betrokken hoofd
ingenieurs-directeuren van den rijkswa
terstaat omtrent de maatregelen, om het
doorgaand verkeer van de aanwezigheid
van deze kampen zoo weinig mogelijk
hinder te doen ondervinden. In den regel
zal het wensohelijk zijn, dat de woonwa
genkampen van den weg worden geschei
den door een zware en stevige afrastering
of door aarden wallen, dan wel door een
singel of breede beplante strook, welke
het kamp aan het oog van den weggebrui
ker onttrekt. Ook zal dergelijk terrein bij
voorkeur niet op de scheidingssloot met
of de bermsloot van den rijksweg moeten
afwateren.
Rechtstreeksche verbinding van de
woonwagenkampen met rijkswegen zal,
zoo mogelijk, in het verkeersbelang moe
ten worden tegengegaan. Indien reeds een
verbinding aanwezig is, en opheffing daar
van niet mogelijk zal blijken, zal het al
thans aanbeveling verdienen, indien on
middellijk achter den in- en uitgang een
opstelplaats wordt vrij gehouden, ten
einde het parkeeren of het vormen van
een file op den weg tegen te gaan".
Voor zoover noodig, verzoekt Minister
de Wilde deze aangelegenheid zoodanig te
willen regelen, dat het verkeer van de
aanwezigheid van woonwagenkampen zoo
weinig mogelijk hinder ondervindt.
EEN INTERESSANT UITSTAPJE IN
EIGEN LAND.
Dagtoer naar Groningen, georganiseerd
door de K. L. M., in samenwerking
met de V. V. V. te Groningen.
De ondervinding heeft geleerd, dat goe
de samenwerking altijd vruchtbare resul
taten afwerpt en ook nu weer, nu de K.
L. M. in samenwerking met de vereeni-
ging voor vreemdelingenverkeer een dag-
toer naar en door Groningen heeft geor
ganiseerd mag dit een zeer geslaagde po
ging genoemd worden om de bewoners
van Amsterdam, Haarlem, het Gooi en
omstreken in staat te stellen het Noorden
van ons land beter te leeren kennen.
Van 24 Juni af kan men n.L eiken
Woensdag en bij gebleken belangstelling
ook op andere dagen, een z.g. „inclusive
tour" maken, welke bestaat uit een vlieg
tocht naar Eelde heen en terug en een be
zoek aan die provincie en stad Groningen.
Dat vele „Hollanders" Groningen niet
kennen is veelal toe te schrijven aan het
feit, dat men tegen den afstand op ziet
en geen dagenlange reis per auto of an
derszins wil ondernemen.
De K.L.M. nu brengt de reizigers twee
maal per dag naar Eelde heen en terug in
40 minuten en des Woensdags is hieraan,
in samenwerking met de Groningsche V.
V. V. een speciale gecombineerde trip
verbonden.
De eerste toer, welke Woensdag j.I.
plaats vond en onder leiding van den heer
A. van der Paauw, chef van de afdeeling
vervoer der K.L.M. en de heeren Duwalda
en Feith van de V.V.V. te Groningen,
werd meegemaakt door de heeren C. R. T.
Baron Krayenhoff, voorzitter van de Al
gemeene Nederlandsche Vereeniging voor
Vreemdelingenverkeer, W. P. F. van De
venter, directeur van deze vereeniging en
eenige vertegenwoordigers van de pers.
Om half acht reeds vertrok het Douglas-
toestel de „Foekan" bestuurd door piloot
Brugman van Schiphol. Dit vroege uur
hield verband met het feit, dat deze ma
chine na aankomst op Eelde dadelijk naar
Amsterdam terug moest keeren, om daar
na in den dienst naar Parijs opgenomen
te worden. Zoodoende behoefde de KX.M.
voor deze excursie-vlucht geen extra-
machine beschikbaar te hebben.
Men heeft er echter geen spijt van ge
had, dezen dag zoo vroeg uit de veeren te
zy'n gekomen. Nu daalde men op het vlieg
veld neer op een uur, dat velen nog hun
werkzaamheden niet begonnen waren en
men had zoodoende nog den geheelen dag
voor zich. De vlucht van Schiphol naar
Eelde was reeds de moeite waard.
Prachtig was het gezicht op het IJssel-
meer, dat zich in de morgenzon baadde en
waarop enkele zeilschepen als ook de
eilanden Pampus, Urk en Schokland, dui
delijk te onderscheiden waren.
Op het vliegveld Eelde werd een kop
koffie genuttigd en daarna het kleine,
doch goed geoutilleerde en fraai ingerichte
stationsgebouw bezichtigd.
Om kwart voor negen vertrok het ge
zelschap, thans per auto, om na een tocht
door het prachtige Groningsche landschap
met zijn kapitale boerderijen en wijde ak
kers op het kasteel de „Menkemaborgh"
te Uithuizen te arriveeren.
Hier werden het interessante interieur
alsmede de prachtige tuinen bewonderd.
Na eenige verpoozing in den tuin werd de
terugtocht naar Groningen aanvaard, om
aldaar de lunch te gebruiken.
Na de lunch werden de deelnemers aan
deze excursie tot drie uur des middags
„vrij" gelaten, hetgeen een goede gedach
te van de organisatoren is geweest, omdat
ieder dan naar eigen verkiezing dezen tijd
kon doorbrengen, hetzij met het bezichti
gen van de bezienswaardigheden van de
stad Groningen, hetzij anderszins. Ook
kon dezen tijd dienen om uit te rusten
van de vermoeienissen van de genoten
wederwaardigheden, of van de gevolgen
van het vroege uur van vertrek.
Om drie uur begaf het gezelschap zich
per auto naar het Paterswoldsche Meer,
waarin het clubhuis van de watersport
vereniging het aperitief en diner werd
gebruikt. Het Paterswoldsche Meer, even
buiten Groningen gelegen, is het ontspan
ningsoord van watersportlievende Gronin
gers.
Op dezen heeblijken zomerdag was het
een bijzonder aangename verpoozing, rus
tig in het clubhuis gezeten, de vele zeilers
roeiers en zwemmers gade te slaan.
Om zeven uur 's avonds ging het weer
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
OVER ALCOHOL-MISBRUIKEN.
Wij nemen over de volgende „Oproerige
Krabbel" uit het Volk:
Op de lagere school hadden we een onder
wijzer, die een dronkaard was. Al zagen
wij daar nooit wat van en al werd er niet
over gesproken, toch leefde dat feit als een
angstige wetenschap onder de kinderen.
Hij was een ongehuwd, eenzaam, verstard
man, die ons beklemming, maar geen vrees
inboezemde.
Op een middag, ik was toen twaalf, za
gen wij hem aankomen, tegen tweeën, toen
de school aanging. Nu was hij zwaarbe-
schonken. Met brede zwaaien slingerde hij
over den weg.
Men bedenke, dat openbare dronken
schap toenmaals geen zeldzame aanblik op
leverde. Vooral op marktdagen en op Zon
dag was het een bijna-normaal verschijn
sel, en het over de straat slepen van zoo-
goed-als-bewustelooze kerels, zwaar onder
het bloed, die werden „opgebracht", was
een waarvolksvermaak. Later is het mij al
tijd voorgekomen, dat ik zoo hartstochtelijk
saamgedrongen menigten nooit meer heb
zien optrekken als zulk een sleeppartij ver
gezelden. Zij zongen, joelden, dansten,
voor den beestmensch zijn wèg-slee-
pers uit, om hen heen, achter hen aan. Als
ik mijn oogen sluit, zie ik dat nu nog.
Toch was het heel wat anders, dat je een
onderwijzer in dien toestand zag, en vóór de
school. Het werd doodstil onder de kinderen,
die angstig toezagen. Toen schoten groote
menschen toe, die hem ijlings uit ons ge
zicht brachen. Wij hebben hem nooit terug
gezien. Zijn spoor was uit de stad verdwe
nen.
Er leeft nu nog een geslacht van arbei
ders, wier kindertijd door de alcohol ver
woest is. Er leeft óók reeds een geslacht,
voor wie niet te drinken geen zaak is van
zelfoverwinning, omdat er niets te overwin
nen valt. Zij drinken geen alcohol, zooals
ze ook geen inkt drinken. Het lokt ze niet
en het stoot ze ook niet af. Het ligt eenvou
dig buiten hun levensmogelijkheden. Hun
geslacht kan ook niet begrijpen, waarom die
vanzelfsprekendheid bij hen het onze zoo
ontroert.
Maar als je nu dag aan dag leest van men
schen, die zware ongelukken maken aan
het stuur van een auto, omdat ze gedron
ken hebben, dan voel je sterk, dat het mo
derne snelverkeer een nieuwe vanzelfspre
kendheid vereischt te aanzien van de alco
hol, waaraan nog hard gewerkt moet wor
den, vóór we zijn waar we wezen moeten.
ZONNEBADEN.
Nu steeds meer gemeentebesturen het
stichten van zweminrichtingen tot hun taak
gaan rekenen of voor de vraag komen te
staan, of een bepaald particulier initiatief
in die richting al of niet dient te worden
gesteund, kan het zijn nut hebben de vraag
eens onder de oogen te zien, aan welke
eischen een zweminrichting en de exploi
tatie van een dergelijk bedrijf dienen te
voldoen.
Dat doet de Utrechtsche Crt. als
volgt:
„In de overwegend christelijke deelen van
ons land bespeurt men een algemeene in
stemming met één maatstaf: de inrichting
mag niet gemengd zijn. Is aan dezen eisch
voldaan, dan is de overheid tevreden, en de
zaak kan beginnen.
En toch! Is dat wel de eenige norm?
Zelfs durven wij de vraag stellen, of het
wel de voornaamste maatstaf is, dien we
moeten aanleggen.
Er is een groote klasse van menschen, die
het zwemwater als regel te koud vindt, wie
't zwemmen vermoeit, die het zwemmen en
baden in de openlucht absoluut niet inte
resseert, maar die blijkbaar wel gaarne in
de zeer sobere kleeding van den zwemmer
zich overgeeft aan de lauwe genieting van
eenige uren luieren in de zon.
Zij zijn zelfs blijkens de ervaringen aan
de kust verre in de meerderheid boven de
zwemmers. Handige zwembad-exploitanten
hebben dit waargenomen en er htra finan-
tieel profijt van getrokken door ook dezen
„baders" service te geven. Zoo ontstonden
de „natuurbaden".
In deze natuurbaden was oorspronkelijk
de zwemgelegenheid in goed Nederlandsch
het smoesje, dat het rondwandelen en rond
hangen in zwemcostuum moest rechtvaar
digen. Later, toen niemand wakker werd,
is men brutaler geworden. Het zonnebad
ging in uitgestrektheid de zwemgelegenheid
verre overtreffen, en deze laatste werd bij
zaak.
Wij zullen de laatsten zijn, om de heil
zame werking van zonlicht en frissche
lucht op het lichaam te ontkennen.
Maar is het voor deze heilbrengende wer
king noodig, dat het lichtbad genoten wordt
in een luien, volkomen passieven toestand?
Is dat zelfs gewenscht?
Uit overwegingen van geestelijke gezond
heid zeer zeker niet! Het passief zich over
geven aan het genot van de streelende zon
newarmte maakt sensueel, het verslapt den
wil, dooft de energie.
Zooals het zwembad het symbool mag
heeten van een zich verjongende generatie,
zoo mag het zonnebad het zijn van een
decadent geslacht.
Een symboliek, die door het scheiden der
sexen niet minder spreekt.
We zijn het volkomen eens met den In
specteur der Lichamelijke Opvoeding te
Amsterdam, Dr. K. H. van Schagen, die
niet aarzelde in dit verband te wijzen op de
decadentie der Romeinsche beschaving, die
zich o.a. in dergelijke badmisbruiken uitte.
Het wordt daarom hoog tijd, dat men zich
gaat realiseeren, wat men doet, als men de
zakelijke natuurbad-exploitanten kritiek
loos na-aapt, slechts onder deze restrictie:
dat men de sexen scheidt.
Publieke zonnebaden zijn nóch voor de
eene, nóch voor de andere sexe goed.
En allerminst voor beide te zamen".
Koopt Nederlandsche waar
llllllllllllllllllllllillllillllillllllllillllillllllillll
Dan helpen wij elkaar
iiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiitiiiimii
Millioenen en nog eens millioenen gul
dens moeten noodgedwongen tegenwoor
dig door de regeering worden uitgegeven
om de gevolgen van de werkloosheid ten
minste eenigermate te verzachten, maar
öie millioenen guldens, die door de regee
ring moeten worden uitgegeven, moeten
door de Nederlandsche belastingbetalers
worden opgebracht. Onmiddellijk volgt
dus hieruit, dat bestrijding van werkloos
heid een algemeen landsbelang is. Als nu
maar ieder ervan overtuigd is, er zooveel
toe te kunnen bijdragen, dat de heer-
schende werkloosheid kan worden verhin
derd, zou, wie weet hoeveel, op al die
millioenen gulden kunnen worden be
spaard.
En de wijze, waarop zulks mogelijk is?
Vergeet niet, dat de nationale industrie
de, kurk is, waarop Nederland drijft.
Honderd jaar geleden telde Nederland
ongeveer 2 millioen inwoners, thans ruim
8 millioen, terwijl de bevolkingsaanwas in
ons land jaarlijks op ongeveer 100.000 kan
worden gesteld. De totale toename in de
laatste dertig jaar van het aantal perso
nen, werkzaam in het Nederlandsche be-
per auto naar het vliegveld Eelde, waar
de „Flamingo" bestuurd door piloot
Scholtmeyer de excursisten veilig naar
Schiphol terugbracht.
Het was een zeer geslaagde dag geweest,
dank zij de uitstekende leiding van de
V.V.V. te Groningen.
Ook het feit, dat de KX.M. op deze
route de meest moderne vliegtuigen ge
bruikt, maakte de luchtreis op zichzélf al
zeer aantrekkelijk. Verwacht kan worden,
dat dit aparte uitstapje, dat zeker een no
vum op dit gebied is, door vele Hollanders
dezen zomer zal worden gemaakt.
KOOPT ZOMERPOSTZEGELS.
Naar wij vernemen heeft het hoofdbe
stuur der P.T.T. naar aanleiding der ont
stane verwarring van de zomerpostzegels
met de Utrecbtsche universiteitspostzegels
nogmaals de aandacht der loket-ambtena
ren gevestigd op de in de daaromtrent
uitgegeven dienstorder vervatte opdracht
om bij den aankoop door het publiek van
frankeerzegels van 15, 6 en 12 ct. de
aandacht te vestigen op het verkrijgbaar
zijn der zomerpostzegels.
Pas als men geen zomerpostzegels
wenscht, worden gewone postzegels aan
geboden en dan thans het eerst de gelijk
waardige universiteitspostzegels.
drijfsleven, bedroeg ruim 1 millioen, ver
deeld over: industrie, landbouw en vee
teelt, visscherij, handel en verkeer, waar
van in de industrie bijna 600.000 perso
nen, dus meer dan alle andere groepen bij
elkaar. Uit een onderzoek door het cen
traal bureau voor de statistiek ingesteld,
bleek, dat de totale productiekosten in de
industrie over het algemeen voor meer
dan de helft uit arbeidsloon bestaan. Om
het groote leger werkloozen weer, al is 't
dan ook maar gedeeltelijk, aan den arbeid
te kunnen zetten, is het noodig, dat de Ne
derlandsche industrie, waar maar eenigs-
zins mogelijk, de daadwerkelijke belang
stelling ondervindt van al onze landge-
nooten. De groote fout bij een belangrijk
deel onzer landgenooten is echter, dat men
wel ervan overtuigd is, dat het absoluut
noodig is, dat de groote werken, die van
overheidswege worden uitgevoerd, aan de
Nederlandsche industrie worden opgedra
gen, maar, dat men zelf zich er niet van
bewust is, dat men persoonlijk in het da-
gelijksche Jeven ook zoo'n ontzaglijk groo
te medewerking kan geven.
Zoo terecht schreef mr. A. W. Cohen
Stuart, destijds secretaris van het Haagsch
crisis-comité 1933, in zijn boekwerkje
„Volksnood en volksstrijd", een schets van
crisis-worsteling en nieuwe mogelijkhe
den", o.a.: „Onnoodig kleedt en schoeit
zich een groot deel der bevolking dage
lijks met voorbijgaan van de eigen Ne
derlandsche bedrijven. Nederland veroor
deelt hierdoor onnoodig duizenden landge
nooten tot werkloosheid".
Het gaat niet alleen om kleeding en
schoeisel.
Neen, het gaat om elk artikel, dat de
Nederlandsche industrie maakt.
De tijd is voorbij, dat het algemeen pu
bliek min of meer onverschillig tegenover
de voorbrengselen van de nationale in
dustrie kon staan, omdat er een gezond
internationaal handelsverkeer bestond. De
tijd is voorbij, dat vele onzer landgenoo
ten zich niet konden voorstellen, dat in
derdaad de Nederlandsche industrie ge
lijkwaardige artikelen maakte als door het
buitenland konden worden geleverd.
Nederland is niet door eigen wil
gedwongen door eigen kracht het hoofd
boven water te houden, maar Nederland
zal alleen dan daartoe in staat zijn, indien
het Nederlandsche volk in al zijn gele
dingen van hoog tot laag, zoowel man als
vrouw, aan die taak willen medewerken.
En alleen dan zal het mogelijk zijn het
hoofd boven water houden, wanneer ieder
een ertoe medewerkt, dat de gezonde voor
keur voor Nederlandsche waar wordt ver
hoogd.
Slechts dan zal de kurk, waarop Neder
land drijft: de Nederlandsche industrie, in
staat zijn op practische wijze de werkloos
heid en alle verschrikkelijke gevolgen
daaraan verbonden te weerstaan.