WOENSDAG 24 JUNI 1936 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 BUITENLAND BELGIE. DE STAKING NEEMT AF. Gisteravond was een algemeene vermin dering van de stakingsbeweging te consta- teeren, vooral in de constructiewerkplaat sen. Toch hadden nog enkele ongeregeld heden plaats, o.a. te Waesmunster, waar politie een groep van 2500 stakers uiteen moest drijven. Een staker werd hierbij ge wond. Het verbod van het verkeer per fiets in de provincie Limburg is opgeheven en men verwacht, dat dit in de andere provincies eveneens zal geschieden. Te Gentbrugge is het werk in een groote fabriek hervat. Ook in de -scheepvaart is een afnemen van de staking te constatee- ren. Te Waereghem heeft een ernstig inci dent plaats gehad. Na een vergadering in het Volkshuis trokken 800 a 900 stakers naar een groote houtzagerij, waar de werk lieden weigerden te staken. De stakers poogden de fabriek in brand te steken, doch de politie greep tijdig in. Twee stakers wer den gearresteerd. In Charleroi en omgeving besloten de werklieden in de metaalindustrie heden (Woensdag) het werk te hervatten, terwijl vandaag de mijnwerkers te Brussel een congres hebben belegd, om een besluit te nemen over het hervatten van het werk. BUITSSHLAND. NOG ALTIJD DEVIEZEN-PROCESSEN. Wegens deviezensmokkel werden giste ren twee geestelijken veroordeeld tot resp. 2 jaar en 9 maanden tuchthuisstraf met 61.000 Mark boete en 1 jaar en negen maanden met 40.000 Mark boete. „IK ZWEER IN NAAM VAN HITLER". Het Mei-nummer van het maandblad „Die Tat" (Eugen Dietrichts-Uitgevers- Maatschappij) bevat een artikel van een der leden van de rechterlijke macht, die een lans breekt voor afschaffing van de religieuse eed om in de plaats daarvan een meer actueele formule te gebruiken: „Het geheele wezen van het eedzweren heeft een herinnering noodig in veel dieperen zin als men tot nog toe wel gedacht had. Het zou thans meer doeltreffend zijn, wanneer men de menschen in naam van den „Führer" laat verzekeren, dat zij de waarheid spre ken", HET CREDO DER HITLER-JEUGD. In Hessen-Nassau (District 13 van de Hitier Jeugd) werd onlangs door den ver antwoordelijken leider voor de efdeeling „Wereldbeschouwing" een z.g. „Schulungs- briefuitgegeven over het onderwerp „Wat wij gelooven". Deze geloofsbelijdenis was letterlijk als volgt geformuleerd: „Alles wat ik ben, heb ik te danken aan mijn voorvaderen. Ik ben de drager van de erfgoederen mijner voorvaderen, zoo wel in lichamelijk als geestelijk cultureel opzicht. Alle hoedanigheden heb ik geërfd van mijn voorvaderen. Ik sta hier als de schakel tusschen gisteren en morgen, tus- schen het verleden en de toekomst. Daaruit ontwaakt het geloof aan ons zelf als een stuk der eeuwigheid, als wezen Gode gelijk en Gode nabijWij gelooven aan de eeuwigheid van het Duitsche volk en het eeuwige Duitschland, omdat wij aan de eeuwigheid van alle kracht en van alle le ven gelooven. Wij gelooven aan de juistheid der Nationaal-Socialistische Wereldbe schouwing. Wij gelooven aan de rechtma tigheid van onze verlangens. Wij gelooven aan de waarachtigheid van ons ideaal. Wij gelooven aan Adolf Hitler, onzen grooten leider. FRANKRIJK. Richtlijnen der buiten- landsche politiek UITEENZETTING VAN MINISTER DELBOS. Opheffing der sancties gewenscht. Gisteren heeft de nieuwe Fransche minis ter van buitenlandsche zaken Delbos de buitenlandsche politiek van Frankrijk in de Kamer uiteengezet. „Wij willen vrede voor alle volken, zeide de minister, en met alle volkomen omdat wij weten, dat de vre de ondeelbaar is. Daarom spreken wij onze trouw uit in den Volkenbond. Voor de or ganisatie van de collectieve veiligheid eischen wij een eerbiediging der wetten en internationale overeenkomsten, het herstel van het wederzijdsch vertrouwen". In dezen geest heeft de regeering het probleem bestudeerd, dat zich direct aan haar openbaarde: dat van de sancties 'tegen over Italië. Frankrijk sloot zich bij de beweging der sancties aan ondanks de banden, welke het met het Italiaansche volk verbinden. Bij den huidigen stand van zaken zou de handhaving van sancties echter niet meer zijn dan een symbolisch gebaar zonder werkelijke doeltreffendheid. „De rede kan slechts worden geconsoli deerd door de versterking van de veiligheid der naties. Wij zullen al onze krachten wij den aan deze versterking. Wij gelooven niet, dat het onder de huidige omstandig heden passend zou zijn een te uitgebreid en te begeerig plan op te stellen". Een hervorming van het geheele Volken bondspact wordt overigens niet gerecht vaardigd, indien men nagaat, dat zijn echecs veeleer moeten worden toegeschre ven aan vergissingen en tekortkomingen bij de uitvoering dan aan de voorschriften zelf. De collectieve veiligheid moet op twee punten betrekking hebben: in de eerste plaats moet een groep mogendheden bereid zijn al haar krachten tegen een aanvaller in te zetten en daartoe moet de geheele Volkenbond tot oeconomische en financieele sancties overgaan. De Fransche regeering stelt voor het principe van de unanimiteit, waardoor art. 11 verlamd kan worden, op te heffen. De Fransch-Duitsche betrekkingen. Ten aanzien van de Fransch-Duitsche betrekkingen verklaart de regeering, dat indien Duitschlandzal antwoorden op de Britsche vragenlijst, Frankrijk de Duitsche voorstellen zal bestudeeren met den op rechten wensch er de basis voor een over eenstemming in te vinden. Dit accoord kan evenwel slechts worden verwezenlijkt, indien het beantwoordt aan het principe van den ondeelbaren vrede zonder bedreiging tegen eenig land. De regeering zou door een collectieve po ging der bewapeningswedloop willen stop zetten en een geleidelijke algemeene ont wapening mogelijk willen maken onder controle van de gemeensohap der naties. In de eerste plaats zou zij daartoe een preventieve publiciteit van en een controle op de fabrikatie van oorlogsmateriaal wil len ingesteld zien vanwege een permanente internationale commissie. De regeering zou zich met volkomen loyaliteit willen verbinden tot iederen maatregel, welke met algemeene stemmen zou worden genomen en tot doel zou heb ben de bewapeningen te controleeren, te beperken en te verminderen. Ten aanzien van een luch'tpact en den wederzijdschen bijstand tusschen de Weste lijke mogendheden zou noodig zijn, dat deze voltooid zou worden door een overeen komst inzake een beperking der luchtstrijd krachten. Een Europeesche Unie De regeering zal de bijeenroeping vra gen van een commissie voor de bestudee ring van een Europeesche Unie, zooals deze door Briand is gedacht, welke alle staten van Europa zou moeten omvatten, met in begrip van Duitschland en Sovjet-Rusland. De partijen welke thans vereenigd zijn in het Volksfront hebben steeds geijverd voor een goede verstandhouding tusschën Frankrijk en Duitschland. Wij zijn vastbe sloten deze actie te vervolgen en tegelij kertijd de eer der beide landen te verze keren. „Herhaaldelijk heeft Hitier zijn bereid heid uitgesproken met Frankrijk tot over eenstemming te komen. Wij willen niet twijfelen aan zijn woord van oud-strijder, maar hoe innig onze wensch tot een goede verstandhouding ook moge zijn, wij zullen de lessen der ondervinding en der feiten niet kunnen vergeten. De Duitsche herbe wapening ontwikkelt zich met een tempo, dat dagelijks versneld wordt en sinds 7 Maart is de toestand ernstig gebleven". Een overeenkomst inzake beperking der luchtvloten blijft volgens de regeering uierst wenschelijk en Frankrijk is bereid er in toe te stemmen, dat een overeenkomst slechts betrekking zal hebben op de lucht vloten der mogendheden van West-Europa en van die van geheel Europa. Ten slotte deed de regeering in haar verklaring een beroep op de internationale samenwerking van alle volken en van alle regeeringen, die den vrede toegewijd zijn en die de wereld door evolutie willen her vormen volgens rechtvaardigheid en mora liteit als besten waarborg voor de nationale veiligheid. Motie van vertrouwen aangenomen. In de Fransche Kamer is een motie van vertrouwen in de regeering ingediend door de radicaal-socialisten, socialisten en com munisten. De motie luidt als volgt: „De ka mer keurt de verklaringen van de regee ring goed, heeft vertrouwen in haar om den vrede te verdedigen en Frankrijk te bewa ren in collectieve veiligheid en gaat over tot de orde van den dag". Deze motie werd met 382 tegen 193 stemmen aangenomen. DE STAKING TE MARSEILLE. In de verschillende havens rond Marseil le is de staking voor alle Fransche sche pen volkomen. Aangezien de bemanningen van de sleepbooten aan de stakingsbewe ging deelnemen, zijn de schepen, die van morgen aangekomen zijn, op eigen kracht naar hun ligplaatsen gevaren. Na lossing van de aan bederf onderhevige goederen, hebben de bemanningen de schepen bezet en de officieren aan land laten gaan. De besprekingen tusschen de reeders en de zeelieden hebben geen wijziging in den toestand gebracht. ENGELAND. ATTLEE'S AANVAL IN HET LAGERHUIS. Ernstige beschuldigingen aan het adres der geheele Engelsche regeering. De zitting van het Lagerhuis werd ge opend in een sfeer, welke minder druk kend was dan Donderdag. Verschillende afgevaardigden droegen ter eere van 's Ko ningsverjaardag bloemen in het knoops gat. De leider der Labour-oppositie, majoor Attlee, had een motie van wantrouwen in gediend, volgens welke de regeering „door gebrek aan vastberadenheid in de buiten landsche politiek het prestige van Enge land heeft verminderd, den Volkenbond heeft verzwakt, den vrede in gevaar heeft gebracht en het vertrouwen van het Huis verloren." Attlee was van meening, dat Baldwin geen steekhoudend antwoord heeft gegeven op de redevoeringen van Greenwood en Lloyd George. Hij voegde daaraan toe: „Wij beschuldigen niet een lid der regee ring, maar de geheele regeering. Dezen keer zal de minister van Buitenlandsche Zaken niet over boord kunnen worden ge zet." Hij beschuldigde Eden er van „het Abes- sinische volk te hebben verraden en den Volkenbond als doelmatig instrument van den vrede te hebben vernietiigd." Attlee was van meening, dat de regeering, welke vijf jaren lang de absolute controle heeft gehad op de staatszaken, niet kan bewe ren, dat zij door de ontwapeningspolitiek der Labour-partij in staat van inferioriteit is geraakt. Attle was zeer sarcastisch en vroeg de regeering, of zij Somaliland, den Soedan en Kenya zou afstaan, indien Mussolini dat zou wenschen. Hij wees vervolgens op het verzet van de Unie van Zuid-Afrika tegen de opheffing der sancties en vroeg hoe de huidige positie der regeering is. On der protesten van de meerderheid van het huis verklaart Attlee ten slotte: „In acht maanden tijd is de afgod van zijn voet stuk gevallen." Vervolgens was het woord aan Sir John Simon, die verklaart, dat de regeering evenals ieder ander het falen van den Volkenbond betreurt, maar het onrecht vaardig noemt de regeering zwakheid te verwijten. Hij bevestigde met een toespeling op de geruchten, dat de regeering zou hebben ge twijfeld aan het vermogen der Britsche marine, dat hij er geen oogenblik aan twij felt, dat de marine zich minder sterk zou kunnen betoonen dan zij volgens haar re putatie zou zijn, maar dat hij met het oog op den tegenwoordigen toestand in Europa, waarin ernstige gevaren ons omringen, niet gaarne zou willen zien, dat ook maar een enkel schip zou vergaan, zelfs bij een overwinning ter zee, voor de zaak van Abessinië. Bij deze woorden applaudisseer de de meerderheid van het huis. Motie van wantrouwen in het parlement verworpen. Na enkele debatten in het Lagerhuis in zake de sancties is de motie van wantrou wen, welke door de Labour-oppositie werd ingediend met 384 tegen 170 stemmen verworpen. Hiermede is het lot van de sancties bezegeld. OOSTENRIJK. ONGEREGELDHEDEN IN STIERMARKEN. Dinsdagavond hebben te Graz ongere geldheden plaats gehad ter gelegenheid van een Stiermarkschen Volksdag. De Landes- hauptmann van Stiermarken, Stepan leg de een krans neer voor het monument van aartshertog Johann. Op dit oogenblik wer den uit de toeschouwers kreten gehoord als „Leve Duitschland", waarna het Horst Wessellied en het Duitschlandlied werden gezongen en „Heil Hitier" werd geroe pen. Onmiddellijk greep de versterkte politie in, zoodat een aantal personen kwetsuren opliep. Tevens werd een aantal arrestaties verricht. ROEMENIE. DE ANTI-SEMIETISCHE ONLUSTEN DUREN VOORT. De anti-semietische onlusten duren voort. Opnieuw hebben nationalistische jongelieden eexmplaren van het Joodsch- democratische dagblad „Diminetatza" ver brand. Enkele Joodse he winkels werden bestormd en de vensters vernield. In het paleis van justitie zijn een twaalf tal Joodsche advocaten en de voorzitter van de Joodsche Unie in Roemenië door nationalistische advocaten afgeranseld. PALESTINA. DE GESPANNEN TOESTAND. Britsche troepenafdeelingen hebben voor bijgangers, die zij er van verdachten wa pens in hun bezit te hebben in de belang rijkste buurten en in de hoofdstraten der hoofdstad gefouilleerd. Volgens een bericht in een Arabisch blad zou een vliegtuig een traangasbom hebben geworpen op een groote menigte dorpelingen, die in een plaatsje bij Jenin een betooging hielden. De menigte stoof uiteen. Nachtelijke overvallen hebben nog steeds plaats. Door het opblazen van een brug langs den grooten weg Jeruzalem Jericho is het verkeer met de Doode Zee verbroken. De door de Joden geleden schade wordt geraamd op 180 millioen pond. Tot 19 de zer zijn 1823 Arabieren en 418 Joden voor de rechters verschenen. BUITENLANDSCHE BERICHTEN Treinramp in Spanje BOTSING IN EEN TUNNEL. 20 dooden, 40 gewonden. In de Spaansche provincie Leon, in de nabijheid van Ponferrada, heeft gisteren een ernstig spoorwegongeluk plaats gehad. Een personentrein is in een tunnel in bot sing gekomen met een goederentrein. Hulp expedities vertrokken onmiddellijk naar de plaats van de ramp. Tot op het oogenblik zijn de lijken van twintig menschen gebor gen. Er zijn meer dan veertig gewonden. De wisselwachter is gearresteerd. De oorzaak zou nalatigheid van het dienstdoende personeel zijn, daar het stop signaal blijkbaar voorbij gereden of in het geheel niet getoond is. Een derde klasse wagon van den perso nentrein werd bij het ongeluk gewond. ORKANEN TEISTEREN ROEMENIE. Verscheidene gebieden van Roemenië worden door hevige stormen geteisterd. In Moldavië, Bessarabië en de Boekowina is de oogst ernstig beschadigd en zijn huizen door den bliksem in brand geraakt. Acht personen zijn om het leven gekomen. In Bessarabië zijn verscheidene spoorwegen oversttroomd. VERMIST VLIEGTUIG TERUG GEVONDEN. Het driemotorige Chileensche verkeers vliegtuig, dat sedert Zondag vermist werd, is teruggevonden tusschen Antofagasta in Iquique. Het toestel moest wegens motor- schade een noodlanding maken. De piloot en de 10 passagiers zijn ongedeerd. BINNENLAND HET EEUWFEEST DER UNIVERSITEIT TE UTRECHT. Prinses Juliana bij de opvoering van „De Groote Geus". De stemming in Utrecht is nog steeds stijgende en na de,plechtige ingetogenheid, die men zich Dinsdag had moeten opleg gen,toen de senaat des morgens in de St. Pieterskerk de gelukwenschen der binnen- en buitenlandsche universiteiten ontving, en des middags tijdens de plechtige herden king in de Domkerk, die werd opgeluisterd door de aanwezigheid van de Koningin en de Prinses, vierde men des avonds de feest vreugde te intenser uit in de versierde met stallen en kraampjes bezaaide stad, waar een roezige, kermisachtige feestdrukte heerscht. De opvoering van „De Groote Geus". Tegen tien uur nam de drukte in de rich ting van den Vossegatschen Dijk toe en weldra bewoog zich een ononderbroken file van auto's, maar ook van een groot aantal aapjes, die bij deze gelegenheid blijk baar uit het niet opduiken en andere voertuigen, in de richting van het nieuwe stadion, waartegenover het feestterrein ge legen is, en waar het openluchtspel „De Groote Geus" zou worden opgevoerd. Tegen elf uur waren ook de leden van den senaat met binnen- en buitenlandsche gasten gearriveerd en het was ongeveer half twaalf, tóen Prinses Juliana de eere- loge betrad, waarin ook aanwezig was de minister van onderwijs, kunsten en weten schappen, prof. dx. Slotemaker de Bruïne. De Prinses werd door het publiek met het Wilhelmus begroet, waarna de lichten doofden en het speelterrein onder een flon kerenden sterrenhemel lag met op den achtergrond hoog oprijzend het donker sil houet van den muur, van den „Vreeden- burgh", somber symbool der Spaansche on derdrukking, geaccentueerd door in in mi neur gespeelde ouverture-muziek. In het donker trokken groepen spelers het veld op, en, toen de door de genie be diende schijnwerpers aangloeiden, zag men in een zee van licht het kleurige tafereel van een marktdag voor den „Vreeden- burgh", die echter wreed verstoord werd door het binnenrukken der Spaansche troe pen met den gevangen genomen magistraat als symbool van het gebroken verzet dei- onderdrukte burgers. In kleurige tafreelen ontrolde zich het spel verder van de Spaansche onderdruk king en het verzet der burgers, in hun machteloosheid tegen de sombere dreiging der Spaansche ruiters en Spaansche helle baardiers, die zich steeds weer kunnen terugtrekken binnen de sterke omwalling van de hooge muren van den Vredenburgh, en, als het verzet dan voor goed gebroken lijkt, verschijnt Tyl, die onder het mom van grollen en grappen het volk nieuwe hoop geeft en nieuwen moed, en die het weet aan te zetten tot nieuw verzet, dat zijn hoogtepunt bereikt als Tyl den burcht weet binnen te dringen en het charter weet te bemachtigen van de ontstolen privileges der burgerij. Weliswaar moet Tyl dat met den vuurdood bekopen, doch als men hem op den brandstapel gebonden waant en de vlammen hoog oplaaien verschijnt hij als symbool van den onsterfelijk en grooten geus boven op de trans van den burcht en werpt hij de brandende fakkel omlaag, die dan wordt opgevangen door het volk, dat Eerste Leidsche R.K. Begrafenisonderneming GEVESTIGD 1882 G. H.KLEBHHAE1SS Pieter de la Courtstraat 22 TRANSPORT. TELEFOON 1455 er zijn fakkels mee ontsteekt en het kasteel binnenstormt en bezet, zoodat overal óp de tinnen de brandende fakkels verschijnen en onder de tonen van het „Wilt heden nu treden voor God den Heere" de Spaansche vlag werd neergehaald en het oranje blanje bleu van de prince vlag op de torens verschijnt. Daartusschen door bracht het komische tafereel van de door Tyl in elkaar gezette vertooning met den ezel van „tafeltje dek je, ezeltje strek je" ,en komische nooit, die echter een onontbeerlijke schakel naar den climax van het spel was. Luid applaus weerklonk na afloop en op nieuw klonk het Wilhelmus, toen de Prin ses de loge verliet om zich naar haar auto te begeven. De plechtige promotie der eere-doctoren in het groot- auditorium. Gisteren was het de dag, dat de Utrecht- sche Universiteit de hulde in ontvangst heeft genomen van de vertegenwoordigers der universiteiten uit schier alle deelen der wereld. Vandaag heeft zij op haar beurt hulde gebracht aan diegenen, die zich op ver schillend gebied der wetenschappen ver dienstelijk heben gemaakt in binnen- en buitenland, door hen te promoveeren tot eere-doctor der Utrechtsche Universiteit. De plechtige bijeenkomst daartoe werd te ruim half elf geopend in het groot audi torium, dat geheel gevuld was met belang stellenden en autoriteiten, waaronder de curatoren der andere Nederlandsche Uni versiteiten, de buitenlandsche vertegen woordigers en gasten en de dames der nieuwe eere-doctoren, zoowel als van de aanwezige gasten. Te ruim half elf schreed de Senaat, voor afgegaan door de beide pedellen en de le den'van het college van curatoren, binnen en nam plaats aan weerszijden van het spreekgestoelte, waarna de rector-magni- ficus prof. Vollgraff de zitting in het La tijn opende, den aanwezigen en in het bij zonder de promovendi welkom heette en verklaarde dat het de Utrechtsche Uni versiteit een voorrecht was op deze wijze uiting aan haar waardeering voor het door hen verrichte wetenschappelijke werk te mogen geven. Vervolgens werd het podium betreden door den voorzitter der faculteit der let teren en wijsbegeerte prof. Bolkestein, die eveneens in het Latijn sprak, teneinde daarna de hem door den rector-magnificus opgedragen taak te vervullen om de in deze faculteit benoemde eere-doctoraten met het doctoraat in de letteren en wijs begeerte te bekleeden. Hij deed dit uit kracht van de bevoegdheid, bij de wet ver leend, op last van den rector-magnificus, op voorstel der faculteit der letteren en wijsbegeerte en krachtens besluit der aca demische Senaat, waarbij hij den promo vendi alle rechten toekende, die volgens wet en woord aan op wettige wijze gepro moveerde doctoren toegekend worden. Van de ongeveer 40 eere-doctoraten wa rén ongeveer 20 aanwezig. Tot de afwe zigen behoorden o.a. de Zuid-Afrikaansche ministers Hertzog en Smuts. De aanwezi ge eere-doctoren der faculteit der lette ren en wijsbegeerte traden naar voren en kregen van prof. Bolkestein een in fraai omslag gebonden doctorsbul uitgereikt, ter wijl prof. Wagenvoort hun een korte zij den schoudermantel in de roodwitte kleu ren der Utrechtsche Universiteit, omhing; een geheel nieuwe onderscheiding, door een Nederlandsche Universiteit aan haar eere-doctoren toegekend. Op gelijke wijze werden in de overige faculteiten de aanwezige eere-doctoren door den voorzitter dezer faculteiten ge promoveerd en wel door prof. J. Roos in de faculteit der veeartsenijkunde, door prof. Severing in de faculteit der godge leerdheid, door prof. Pompe in de facul teit der rechten, door prof. J. Boeke in de medische faculteit en door prof. Kruyt in de faculteit der wis- en natuurkunde. De eere-doctoren der veterinaire facul teit en der beide laatstgenoemde facultei ten werd de schoudermantel omgehan gen door prof Weve. Nadat prof. Vollgraff met enkele Latijn- sche woorden de promovendi toegesproken had, trad de heer Maurits Sabbe naar vo ren om namens de eere-doctoren in de fa culteit der letteren en wijsbegeerte te dan ken voor de hooge benoeming, die voor al len, die de geschiedenis der Utrechtsche universiteit kennen, als een groote onder scheiding wordt beschouwd Men mag nog zoo ongevoelig zijn voor uiterlijk eerbe toon, toch strekt het tot voldoening, wan neer men uit een dergelijke onderschei ding de waardeering van collega's voor verricht werk bespeurt. Ook namens de eere-doctoren der an dere faculteiten werd een woord van dank gesproken, o.a. door een der Zuid-Afri kaansche, Fransche, Duitsche en Engel sche gepromoveerden. Te ruim half twaalf was de plechtigheid beëindigd en verlieten de leden van den senaat het groot-auditorium om zich naar de senaatszaal te begeven, met in hun midden de nieuwe eere-doctoren, getooid met de teekenen hunner nieuwe waardig heid. Onder degenen, die het eere-doctoraat ontvingen behoort ook een Leidsche hoogleeraar, prof. dr. Flu, hoogleeraar in de tropische hygiëne aan de Rijksuniver siteit te Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 6