BUITENLAND Bij Examens en Openbaar Optreden SATERDAG 20 JUNI 1936 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BUD - PAG. 6 BELGIE. blijft men kalm en helder door het gebruik van Mijnhardt's Zenuwtabletten. Glazen buisje 75 ct. DE ALGEMEENE STAKINGS TOESTAND De kalmte is weergekeerd te Quareg- non. De aldaar, evenals te Jemappes op gerichte barricaden zijn weer door de sta kers opgeruimd. Te Cuesmes moest men tot laat in den morgen werken, daar brie venbussen, palen van het electrische net enz. waren omvergeworpen. Talrijke aan houdingen hadden plaats. In Henegouwen is alles rustig, doch groepen stakers blij ven trachten de andere werklieden tot staking aan te zeten. Dit is niet alleen het geval in Henegouwen, doch ook in de pro vincie Luik, waar men onder bedreiging de landarbeiders tot staking aanspoort. Stakingen zijn voorts nog uitgebroken te Aalst, in Oost-Vlaanderen; te Deynze sta ken de arbeiders van 3 fabrieken. Te Brussel wordt in vele fabrieken gestaakt, terwijl het werk in de haven gedeeltelijk stilligt. Ook te Leuven is de staking aan gevangen. Te Namen is eveneens in vele fabrieken het werk tsilgelegd, en de mees te winkels zijn daar gesloten. Ook het tram verkeer ligt in laatstgenoemde stad stiL De minister van binnenlandsche zaken heeft den gouverneur verzocht alle samen scholingen te doen verbieden. Te Gent breidt de staking zich meer en meer uit. Een groep stakers, ongeveer 200 man sterk, is de verschillende werkplaatsen der bouw onderneming afgeloopen, en heeft de ar beiders genoodzaakt te staken. Een 3-tal vrachtauto's werd door de stakers overval len en de vervoerde koopwaar afgeladen. Een groep stakers is voorts een groot wa renhuis binnengedrongen en heeft daar het werkzame personeel gedwongen, den arbeid neer te leggen. Er hadden verschil lende arrestaties plaats. De staking heeft zich verder uitgebreid in de textiel- en de metaalindustrie. Tal van fabrieken en werkplaatsen hebben hun poorten geslo ten. De bedienden van verscheidene dezer ondernemingen hebben zich bij de staking aangesloten. Ook bij verschillende, taxi-be drijven werd het werk stilgelegd, en men vreest dat het trampersoneel dit voorbeeld zal volgen. Naar uit Antwerpen wordt gemeld, is men algemeen van meening, dat een op lossing in de staking der dokwerkers na bij is. De onderhandelingen bij den gou verneur der provincie tusschen werkgevers en de leiders der transportarbeiders gaan voort. Aan den anderen kant zijn echter de kolenlossers en kolenvervoerders in staking gegaan voor loonsverhooging. Te vens is een beweging aan den gang onder de in loondienst varende schippers en de metaalbewerkers. Principieel accoord geratificeerd De paritaire commissies 'der gasindustrle, der electriciteitsbedrijven, P. T. T. en spoorwegen, glasfabrieken, meubelfabrie ken, hotel- en restaurantbedrijven, abat toirs, slagerijen, klompenmakerijen, choco ladefabrieken, hebben het principieel ac coord, dat Woensdag tot stand was geko men tusschen de werkgevers en werkne mers, geratificeerd op de volgende punten: wederaanpassing der loonen, betaalde va- cantie, vakvereenigingsvrijheid. Het vierde punt, geleidelijke invoering van de 40-urenweek in gevaarlijke en moeilijke industrieën, wordt nog bespro ken. Geen overeenstemming In Antwerpen De onderhandelingen, die tusschen de Antwerpsche stakers en de werkgevers ge voerd werden onder leiding van den gou verneur der provincie Antwerpen, baron Holvoet, en waarvan verwacht werd, dat zij tot een spoedige overeenstemming zou den leiden, zijn toch nog afgesprongen. De werkgevers willen niet verder gaan dan een loonsverhooging van 7 francs, de ar beiders houden vast aan hun eisch van 14 francs. Een door baron Holvoet voorge stelde tusschen-oplossing n.l. een loonsver hooging van 10 francs werd verworpen. De gedelegeerden der werkgevers zijn nog in den loop van den avond gisteren tele fonisch door minister-president van Zee land naar Brussel ontboden voor het ple gen van nader overleg. FRANKRIJK. Frankrijks financieel program. EXPOSé VAN MINISTER AURIOL IN DE KAMER. De minister van Financiën, Vincent Auriol, heeft gistermiddag in de Kamer een uiteenzetting gegeven van den huidigen financieelen toestand. In zijn inleiding wees de minister er op, dat de regeering het noodig acht het land de waarheid te zeggen. In de laatste vier jaren, aldus ver volgde Auriol was het in evenwicht bren gen der begrooting de voornaamste zorg van hen, die meenden, dat de hervatting van het oeconomisdh leven vooral afhing van een herstel der financiën des lands, tegelijk met een besnoeiing der prijzen in het binnenland om deze aan te passen bij de wereldprijzen. Snelle en uitgebreide bezuinigingen, een drukking van de kosten van levensonder houd vormden het program. Daarbij kwa men salarisvermlnderingene e.d. Dit was een poging van deflatie zonder precedent. De besnoeiingen op de uitkeeringen aan oud-strijders, ambtenaren, plaatselijke ge meenschappen en renteniers kunnen voor en d935 op meer dan 5 milliard wor den geschat, bij welke opoffering voor de laatste beide jaren een overbelasting kwam van 1.320 millioen. Het deficit op de begrooting. Het resultaat van de financieel© wetten der laatste vier jaren had een overschot van 10.800 millioen moeten opleveren. De vergelijking tusschen de begrooting van 19311932 en die van 1936 geeft een wer kelijke vermindering Weer van 6.460 mil lioen francs. Vooral het verwachte evenwicht werd niet bereikt. Het deficit voor 1934 kan worden geschat op 8800 millioen, voör 1935 op 10 miliard, en voor 1936, te rekenen op 1 Juni, op 6 7 milliard. Ten aanzien van de prijzen wees Auriol op de tegenstelling tusschen de daling der groothandelsprijzen en den weerstand van de prijzen in den kleinhandel. Dit verklaart tegelijkertijd het mislukken der pogingen het ©economisch leven weer op gang te brengen en het falen der deflatiepölitiek. Tegen devaluatie. Vervolgens gaf Aurnol antwoord aan de devaluisten. Auriol weerlegt verschillende argumenten en verklaart zich te zullen houden aan het standpunt dat de regee ring heeft aangenomen, toen zij zich voor de beide Kamers voorstelde: een stand punt, dat in overeenstemming is met den wil van het land. „Er is dus nu één enkele politiek, zeide hij, een beroep op de natie, zich zelf te redden en haar munt te red den". Auriol noemt deze poging mogelijk. Hij schat het Fransche kapitaal, dat niet deelneemt aan het nationale bedrijfsleven op 60 miliard; 25 milliard hiervan is uit gevoerd naar het buitenland, 4 miliard is in particuliere goudvoorraden belegd en 30 milliard is opgepot. Voor de „gevluchte" kapitalen biedt de minister amnestie aan Hij zal bij de kamer een wetsontwerp te dezen aanzien aanbie den, waaraan hij toevoegde, dat fraude bij Ontdekking zeer zwaar zal worden gestraft en mogelijk tot confiscatie van de tegen waarde der niet aangegeven goederen kan leiden. Er zullen onderhandelingen worden ge opend met de regeeringen van buursta ten om gezamenlijk belastingvlucht en be lastingontduiking tegen te gaan. Voorts is veel kapitaal gevlucht uit vrees of in de hoop op devaluatie. De verklaringen der regeering zullen een einde maken aan deze vrees of deze hoop. Overigens zullen de ka pitalen terugkeeren, wanneer het oecono- misch leven zal zijn hervat. Ook een beroep op de spaarders. Auriol kondigde vervolgens aan, dat na dat maatregelen zijn genomen ter verde diging van de aandeelenmarkt, hij over enkele dagen een beroep zal doen op de spaarders voor bons op korten termijn en in kleinen coupures, om ze in het geheele land te plaatsen. Hij zal daartoe niet alleen gebruik maken van de credietinstellingen, doch ook de bemiddeling inroepen der ambtenaren van financiën en der poste rijen. In afwachting daarvan zal hij van de Banque de france vragen een blanco crediet: „openlijk, direct, zonder schaamte en zonder huichelarij". Indien de bons gunstig worden ontvan gen, zal hij geen gebruik maken van een crediet. Daarna zal kunnen worden over gegaan tot een hervorming van het belas tingstelsel Het is niet de bedoeling de Banque de France afhankelijk te maken van den Staat, maar om de oeconomische belangen des lands te bevorderen. De par ticuliere banken zullen niet genationali seerd worden, maar de noodzakelijke con trole daarop zal worden georganiseerd, evenals die op de naamlooze vennootschap pen. De regeering zal eenige orde stellen op de verschillende credietinstellingen. Zij zal zich bezig houden met een verlaging van den rentevoet en het gebruik van chèques in den buitenlandschen handel. Quadratuur van den oirkel! Na de redevoering van Auriol nam de zitting van de Kamer geschorst. Bij de hervatting der zitting nam de vroegere minister van Financiën, Paul Reynaud, het woord. Hij begon met het beroep op de nationale solidariteit, dat de minister er had gedaan, te prijzen, aldus zeide hij: „Gij wilt de prijzen doen stijgen en de munt handhaven en dat is de quadratuur van den cirkel". DE STAKINGSBEWEGING Dreigende staking bij electrische centrale voorkomen. De dreigende staking bij de electrische centrale der hoofdstad heeft men kunnen voorkomen. Ofschoon nog geen volledige overeenstemming tusschen werkgevers en werknemers bestaat, hebben de arbeiders besloten, den arbeid voort te zetten in de hoop op een spoedige regeling. De knechts in de varkensslachterijen hebben voor he den de staking afgekondigd. In het algemeen neemt de stakinggolf zoowel te Parijs als in de provincie verder af. Slechts in eenige provinciesteden zijn gisteren nieuwe conflicten uitgebroken. Te Brest hebben de arbeiders der gasfabrie ken het werk neergelegd. Te Nice wordt in het vervoerbedrijf gestaakt. DE SANCTIE-KWESTIE. De Italiaansche pers over de rede van Eden. Alle Italiaansche bladen bespreken de rede van Eden, die het „Giornale d'Italia" qualificeert als een belangrijk document, niet slechts Voor wat de gevolgen betreft mét betrekking tot de sanctie-politiek, doch omdat het erkennen van begane fouten en het tenietdoen ervan, wanneer zij gevaar lijk worden, een opmerkelijke uiting van kracht is. De erkenning van deze fouten, is volgens het „Giornale d'Italia" nog niet volkomen, want zij strekt zich niet uit tot de noodlottige gerechtelijke dwaling der sanctielanden, Italië als een aahvallerstaat te hebben beschouwd. Desondanks echter ie de erkenning van Eden veelbeteekenend en wellicht beslissend en vormt zij een les voor andere, minder stoutmoedige sanctie- landen, die nog een wisselvallige politiek vogen. Het Italiaansche volk, aldus besluit het blad, kan trotsch zijn op deze politieke en möreelé overwinning, die de éclatante mili taire overwinning completeert. Thans wacht Italië met zijn gebruikelijke kalmte op de aanstaande beslissingen van Genève, waarop het zijn nieuwe politieke oriëntee ring voor de naaste toekomst zal kunnen baseereh. Met sancties zullen ook tegensancties worden opgeheven. Van bevoegde Italiaansche zijde wordt ten aanzien van de door Italië getroffen maatregelen van afweer tegen de sancties verklaard, dat, wanneer de sancties worden opgeheven, ook de tegensancties zullen verdwijnen. IS ER WEL EEN ABESSIJNSCHE REGEERING? De Abessijnsche legatie publiceert een verklaring, waarin medegedeeld wordt, dat de Negus in Engeland vele telegrammen heeft ontvangen uit Gore in West-Abessy- nië, waarin wordt gezegd, dat de oude re geering in functie blijft onder regentschap van Bitwodecf Walda Teadik. De telegram men waarvan het laatste Donderdagmorgen is ontvangen, geven bijzonderheden over den vorm van de regeering, die thans functionneert en melden, dat de centrale zoowel als de locale, regeering en haar werkzaamheden verrichtten en dat alles normaal verloopt. De keizer heeft bericht ontvangen, dat de burgerbevolking en de nog gemobiliseerde troepen hem trouw zijn. Negus weigert afstand te doen. In een onderhoud met de „Daily Mail" heeft de Negus opnieuw verklaard, dat hij de kroon onmogelijk nu of in de toekomst kan opgeven. Abdicatie zou een lafheid te genover zijn vaderland zijn. BUITEWLAKDSCHE BERICHTE» DERTIEN SCHOOLKINDEREN VERDRONKEN. Bij een schooluitstapje der stedelijke school in Machias ln den Amerikaanschen staat Ohio werden de kinderen ook mee genomen op een motorboottocht over het Gardiner-meer. Door nog niet bekende oor zaak kantelde plotseling de motorboot, met het gevolg, dat 15 kinderen in het water terecht kwamen. Een groot aantal hunner kon niet zwemmen. Velen trachtten zich nog aan de boot vast te klemmen en aldus boven water te blijven, maar voordat hulp ter plaatse was aangekomen, waren reeds dertien kinderen onder water verdwenen. Toen eindelijk reddingspogingen konden worden ondernomen, duurde het slechts kort voor alle drenkelingen aan land waren gebracht. De dertien kinderen, die reeds gezonken waren, bleken reeds te zijn over leden. Bij de beide anderen hadden de po gingen om de levensgeesten weer op te wekken, succes. MILITAIRE RUPSAUTO IN RAVIJN GESTORT. Twee dooden. Een Belgische militaire rupsauto, die aan de manoeuvres deelnam, is nabij Houffalize in een bocht in het fijne grint geslipt, en na een buiteling gemaakt te hebben in een 50 Meter diep ravijn gestort. Een sergeant en een soldaat werden gedood. De chauf feur en een tweede soldaat liepen verwon dingen op. I. OVERSTROOMINGEN IN DEN KAUKASUS. Talrijke huizen verwoest. In den Kaukasus hebben groote over stroomingen plaats gehad. De Koera is bui ten haar oevers getreden en heeft de stad Talisji en talrijke dorpen onder water ge zet, als gevolg waarvan honderden stuks vee zijn omgekomen en verscheidene hui zen verwoest werden. Er dreigen nog meer rivieren buiten haar oevers te treden. De verbindingen zijn verbroken- BRAND OP EEN FR AN SC HEN KRUISER. Op den Fransdien kruiser Georges Ley- gues" die voltooid wordt op de werf van Denhoet, is Vrijdag brand uitgebroken. Het vuur ontstond in een der onderste ruimen, Waarin groote voorraden kurk waren op geslagen. Zes arbeiders konden niet meer langs den gewonen weg naar buiten ko nten. Zij moesten bevrijd worden door het uitsnijden van een deel van de wand. Het vuur was weldra gèbluscht. MOORDAANSLAG OP JOURNALIST. Op den hoofdredacteur van het tijdschrift „Erpana" Sr. Miquel Alcarez, een bekend Katholiek Spaansch journalist, is te Orense een moordaanslag gepleegd. De toestand van St. Alcarez, die door drie kogels werd getroffen, is hoogst ernstig. De moorde naars konden ongehinderd ontkomen. BRUTALE BANKOVERVAL. Op klaarlichtendag hébben gangsters een overval gepleegd op de National Bank Farmingdale -op Long Island te New York. Zij slaagden erin te ontkomen met een buit van 12.000 dollar. DAT SCHIP WAS ER VROEG BIJ! Uit Riga wordt gemeld: Het mailschip „Nednieks" is bij de tewaterlating doóf tot nu toe onbekende oorzaak gezonken. Er zijn geen slachtoffers te betreuren. SACRAMENTSDAG IN SPANJE. Openbare Processies bleven achterwege. De luisterrijke processies, welke ieder jaar op Sacramentsdag door de straten der Spaansche steden en dorpen trekken, zijn dit jaar geheel achterwege gebleven. On danks de bedreigingen der Rooden, ondanks de gespannen toestand, die er overal heerscht, begaven dichte drommen men- schen zich naar tie kerken en kathedralen, waar luisterrijke godsdienstplechtigheden plaats vonden. In Sevilla werd de menigte die zich in en op het plein voor de Kathe draal bevond, op 20.000 personen geschat. Op het oogenblik, dat de zegen met het Allerheiligste werd gegeven, neigden de tal- looze vlaggen en banieren van allerlei or ganisaties naar den grond, terwijl de me nigte luide jubelde. Dezelfde ontzaggelijke menigte begeleidde den Kardinaal Aarts bisschop naar zijn paleis, terwijl onophou delijk de kreten weerklonken „Leve Katho liek Spanje", „Leve de Kerk", „Leve Sa cramentsdag". De duizendkoppige menigte trok den tuin van het Bisschoppelijk Paleis binnen en bleef voortdurend jubelen, tot de Kardinaal op het balkon verscheen en de menigte zijn zegen gaf. Ook in talrijke andere steden is het tot dergelijke groot- sche geloofsdemonstraties gekomen. RUITEN VAN KERK TE DANTZIG VERNIELD. Gisternacht hebben groepen nationaal- socialisten alle ruiten ingegooid van de St. Nicolaaskerk te Dantzig. Hoewel de politie tijdig gewaarschuwd was, werd niemand gearresteerd. Het orgaan der oppositie van rechts: „Nationalzeitung", dat van het incident melding maakte, werd vóór de verschij ning reeds in beslag genomen. Revolutie van melaatschen Meer dan 250 Melaatschen leverden in de barre woestijn een veldslag tegen de Egyptische troepen. JERUZALEM, 15 Juni 1936. Kan men zich iets vreeselijkers voorstel len dan een opstand van melaatschen? En toch in de onmiddellijke nabijheid van Kairo is een een veldslag geleverd tusschen Egyptische soldaten en 250 melaatschen; het waren haast geen menschen meer, maar levende lijken en wrakstukken van men schen, die besloten hadden om tot iederen prijs hun vrijheid te heroveren. De bewakers die met het toezicht waren ibelast, werden overrompeld en de melaat schen begaven zich met stokken en latten gewapend op weg. In tegenstelling met de melaatschen van Boekarest, die uit de leprozenkolonie waren ontsnapt om naar de hoofdstad op te rukken, hadden de me laatschen van Kairo geen ander doel dan naar huis terug te keeren. Tenslotte was men genoodzaakt het leger te hulp te roepen, om de melaatschen te dwingen naar hun kolonie terug te keeren; de strijd duurde acht volle uren; 31 sol daten werden zwaar gewond en 48 melaat schen moesten naar het ziekenhuis worden overgebracht. Waar doffe wanhoop heerscht. Het dorp Abou-Zabal ligt op enkele kilo meters afstand van Kairo. Niemand zal het in zijn hoofd krijgen om daar voor zijn plezier heen te gaan. Het dorp ligt aan den rand van de woestijn, dich bij een kanaal waarin vuil water staat; het is een gevan genis waar niemand het kan uithouden. Wanneer men de melaatschenkolonie van uit de verte uit de woestijn ziet oprijzen, dan krijgt men den indruk dat men alles heeft gedaan om aan de moorddadige hitte te ontsnappen. In enkele eenvoudige ge houwen wonen 250 melaatschen. Zij hebben den geheelen dag niets te doen en zij dooden hun leegen tijd met enkele bezig heden, die zij zich zelf hebben geschapen: zij fabriceeren sandalen van stroovlecht- werk voor al de leden van de kolonie. Weer 'anderen kweeken een soort meloenen die •uitstekend smaken. De melaatschen hebben slechts twee dingen te doen: hun bed opma ken en zich onderwerpen aan het genees kundig onderzoek. De melaatschen Wonen daar en blijven wachten tot de dood hun redding brengt. Maar er heerschte een groote ontevreden heid, omdat ieder symptoon of zelfs maar een glimp van liefde en medelijden ont brak. Enkele dagen geleden vroegen 23 me laatschen om toch weer naar huis te mogen terugkeeren. De bewakers wisten hen aan een zacht lijntje te houden en telefoneerden intusschen naar den directeur van de me laatschenkolonie, die zich te Kairo bevond; hij gaf aan de 'bewakers den raad om de melaatschen maar te laten vertrekken, doch tegelijkertijd waarschuwde hij de politie die de patiënten onderweg tegenkwam êti heil met geweld naar de kolonie terugbracht.' De eerste en ongelukkig afgeloopen on derneming had bij de melaatschen Véél kwaad bloed gezet. Onder leiding Van een zekere Mohammed Soliman el Zaki werd een heel strategisch plan uitgewerkt om de zoozeer verlangde vrijheid te heroveren. Intusschen stelde de directeur der ihrich- ting een uitgebreid onderzoek in en onder vroeg de melaatschen óf zij soms klachten hadden. „Zijt gij niet graag hier?" Is het eten soms niet naar den zin?" „Ja toch wel". „Is de ligging en huisvesting soms niet goed?" neen, wij hebben daarover niet té klagen". „Maar wat Scheelt er dan aan?" Als de voorzitter van den Raad van Be heer zélf komt, zullen wij het wel zeggen. Een veldslag in de woestijn. Men moet weten dat Nahas Pagcha, de voorzitter van den Raad van Beheer tege lijkertijd Minister van Volksgezondheid is, maar deze maakt zich niet bezorgd over hêt lot der melaatschen. Daarom oordeelde Mohammed Söliman el Zaki het noodig om zijn kameraden te overtuigen, dat zij zelf hun recht moesten zoeken. Tegen 4 uur in den namiddag trokken zij, gewapend met stokken en latten en voorzien van de noo- dige steenen, dié zij hadden weggebroken uit de muur die in aanbouw was, naar de uitgang van het kamp, waar zij de bewakers overrompelden. Een der bewakers had toch nog kans ge zien om naar een naburig dorp te telefo- neeren waar onmiddellijk twee compag- niën „boulouks ghaffars", gewapend en met helmen uitgerust, de opstandige melaat schen tegemoet trokken. In de woestijn kwam het tot een bloedig treffen. De soldaten waren er weinig op gesteld om met de melaatschen in nauw contact te komen. Zoo goed en zoo kwaad het ging sloegen zij met de kolven van hun geweren naar de melaatschen die alle sla gen trachtten af te weren of te ontwijken. De invallende duisternis kwam de melaat schen te hulp en het begon er op te lijken dat de leprozen ongehinderd naar de stad zouden kunnen oprukken. Om 9 uur 's avonds bleven de melaatschen meester van het terrein. Zij hadden een groote voor raad primitieve munitie weten te verzame len: want in de woestijn liggen zeer veel steenen. De soldaten waren wel genood zaakt om krasse maatregelen te gaan nemen en toen de duisternis viel openden zij het vuur en schoten met lichte hagel op de me laatschen. Toen beschouwden deze hun kan sen als hopeloos, en wellicht gedreven door den honger keerden zij terug naar de me laatschen kolonie. Om elf uur 's avonds werd de laatste vluchteling op enkele kilo meters afstand van de melaatschenkolonie aangetroffen en per auto terug gebracht. Toen de melaatschen thuisgekomen wa ren zagen zij eerst goed welke groote ver woestingen zij in de kolonie hadden aan gericht. Want om zich te bewapenen had den zij deuren verbrijzeld en de planken van hun bedden stuk geslagen. De hoofd schuldigen begonnen toen beangst te wor den en deden nogmaals een poging om te ontvluchten. Toen zij echter over den muur wilden klimmen, werden zij na herhaalde lijke waarschuwingen door de wachters be schoten, zoodat zij zich opnieuw moesten overgeven. Toen werd een uitgebreid on derzoek ingesteld dat meer dan 24 uur in beslag nam. Ongeveer 32 melaatschen ver klaarden dat zij totaal genezen waren en dat zij tegen hun zin werden opgesloten, omdat de dokter anders niet voldoende pa tiënten had. Een hunner wilde naar huis gaan, omdat zijn vrouw in blijde verwach ting was. Weer 58 anderen verklaarden dat zij wel wat anders te doen hadden dan hun tijd te verspillen in de melaatschenkolonie: er was werk genoeg op den akker en men kon zijn zaken toch niet onbeheerd achter laten! In ieder geval wenschten zij een meer menschwaardige behandeling, want al waren zij dan melaatsch, zij bleven toch in ieder geval mensch. De directeur deed toezegging dat er verschillende verbeterin gen zouden worden aangebracht. Boven dien zou hen worden toegestaan dat zij be zoek mochten ontvangen, maar dan moes ten de verwoestingen die waren aangericht, eerst hersteld worden.Dat begrepen de melaatschen ook wel en 's anderendaags be gonnen zij te (herstellen wat zij zelf ver nield hadden.... Zij hadden weer hoop we kennen „de Bilt" zoo langzamerhand... (Lach Welt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 10