DONDERAG 18 JUNI 1935
No. 8447
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
VOORNAAMSTE NIEUWS
27ste Jaargang
OE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per weekS 2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post i 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: f 0.50
Dit nummer bestaat uit
vier bladen
"V De democratie in haar
excessen.
De democratie maakt zichzelf nog al *ns
belachelijk.
Wat.... niet per se tegen haar pleit.
Véél van wat door ons, menschen, wordt
gepractiseerd geraakt in het gevaar, be
lachelijk gemaakt te worden!
Dit heeft de democratie gemeen met
haar tegenhangster (in staatkundig opzicht):
de aristocratie. Aan de aristocratie zitten
minstens even zoo veel belachelijke exces
sen, als aan de democratie.
Dit stellen we voorop, om niet verkeerd
begrepen te worden.
Een van de belachelijke excessen in de
democratie van den huidigen dag zijn de
enquêtes, de referenda of volks
stemmingen!
„De Groene Amsterdammer" is voorge
gaan met een referendum over voorname
vraagstukken van de staatkunde, .waarvan
de uitslag nog niet bekend is. Thans orga
niseert het weekblad „De Zakenwereld"
een enquête, die als onderwerp niets meer
of minder heeft dan het vraagstuk der.
devaluatie. De redactie van het maandblad
meent, dat de uitslag daarvan van groot
nut kan zijn o.a. voor „hen, die in laatste
instantie hebben te beslissen over eenig
probleem, waarover de publieke opinie zich
door middel van zulk een enquête heeft uit
gesproken".
Wij kunnen dat standpunt niet deelen.
Men mag van de regeerders verlangen
en verwachten, dat zij óm ons te beper
ken tot het vraagstuk der devaluatie
met de grootste ernst kennis nemen van,
bezien aan alle kanten en bestudeeren al
les, wat door deskundigen over devaluatie
wordt betoogd en wat de feiten daarom
trent zeggen.
Maar dat zij zich veel gelegen zullen la
ten liggen aan een referendum over be
doeld vraagstuk, mag men niet verlangen
en verwachten!
Zeer weinigen ook onder de algemeen
ontwikkelden kunnen zich over het vele
vóór en het vele tegen de devaluatie een
duidelijk oordeel vormen. En zeer weinigen
kunnen zich opwerken tot een oordeel, dat
is gebaseerd op het algemeen belang en
niet op him eigen werkelijk of veron
dersteld direct persoonlijk belang.
Men kan een democraat zijn van het zui
verste bloed, maar ondanks of liever:
juist door gezonde opvattingen over de be-
teekenis en de waarde van den volksin
vloed, er van overtuigd zijn, dat in een
vraagstuk als dat van de devaluatie de
stemmen niet moeten worden geteld,
maar gewogen!
Hieronder geven wij nog de vragen, zoo
als de redactie van „De Zakenwereld" die
aan haar lezers, en ook aan velen buiten
haar lezerskring, voorlegt:
Vraag 1. Verwacht gij, dat de artikelen,
waarin gij handelt (met uitsluiting van di
rect uit het buitenland geïmporteerde wa
ren), of de waren, die gij produceert, of
de diensten, welke gij bewijst, in prijs zul
len stijgen als gevolg van devaluatie?
Vraag 2. Zoo ja, verwacht gij dan, dat
die prijsstijging zal opwegen tegen stijging
der kosten grondstoffen, arbeidsloonen,
enz. welke met devaluatie gepaard zal
gaan, rekening houdend ook met een even-
tueele afzetvermindering bij stijgenden
prijs, zoodat per saldo de winst in uw be
drijfstak zal toenemen?
Vraag 3. Acht gij vergrooting van den af
zet en dus verruiming van werkgelegenheid
in uw bedrijfstak als direct gevolg van de
valuatie waarschijnlijk, wanneer alle ove
rige omstandigheden gelijk blijven?
Vraag 4. Of gelooft gij ook aan de in
vraag 3 genoemde gevolgen, indien bijv.
door opheffing van bestaande contingentee-
ringen, resp. verzwaring der handelsbelem
meringen elders (als uitvloeisel van deva
luatie in Nederland) de marktpositie zou
veranderen?
Vraag 5. Meent gij, dat de koopkracht
van den consument meer zal verminderen
door devaluatie dan door verdere aanpas
sing op andere wijze.
a. voor loontrekkenden?
b. voor genieters van „vaste inkomens"?
Vraag 6. Indien gij devaluatie niet wen-
schelijk achte, meent gij dan, dat de weg
uit de crisis gevonden moet worden door
zooveel mogelijk de natuurlijke economi
sche krachten te laten werken onder ophef
fing van allerlei crisismaatregelen der re
geering, die de „saneering" wellicht tegen
houden?
Vraag 7. Of meent gij, dat voor dè sanee
ring de aanpassingspolitiek der regeering
moet gaan:
a. iri" de richting van sterke bezuinigings-
politiek bij den staat en andere overheden?
b. dat zij veel dieper moet ingrijpen door
een politiek van „consequente deflatie"?
en dat zij daarbij mag ingrijpen in par
ticuliere contracten, o.m. schuldverhoudin
gen?
Vraag 8. Indien gij devaluatie wetnsche-
lijk acht, dient deze dan naar uwe meening
te geschieden:
a. met 1020 pCt. van de goudwaarde
van den gulden?
b. met meer dan 20 pCt. van de goud-
waarde van den gulden?
Vraag 9: Acht gij, afgezien van de voor-
of nadoelen, welke devaluatie voor uw
eigen bedrijfstak zoude hebben, in het al
gemeen devaluatie in het belang van onze
nationale welvaart?
De wereld
in vogelvlucht
Het Britsche kabinet heeft zich in zijn
kabinetsraad van gisteren uitgesproken
vóór opheffing der sanctie-maatregelen
tegen Italië. Er zou volgens de berichten
zelfs eenstemmigheid hebben bestaan on
der de Engelsche ministers. De minister
van buitenlandsche zaken Eden zal van
daag in het Lagerhuis een verklaring af
leggen, welke met groote belangstelling
tegemoet wordt gezien. Naar alle waar
schijnlijkheid heeft Eden, van wien men
verwachtte, dat hij een voorstander zou
zijn van handhaving der sanctie-politiek,
het hopelooze van zulke pogingen om Ita
lië op de knieën te krijgen, ingezien en
zich bij den nu eenmaal geschapen toe
stand neergelegd. Men kan de mislukking
van den Volksbondactie betreuren en zich
terecht bezorgd maken over de toekomst
van Genève, het is van den anderen kant
ook niet raadzaam te blijven volharden in
een verzet, dat op niets kan uitloopen.
In Palestina schijnt de Britsche regee
ring ook te gaan toegeven aan de bezwaren
van de Arabieren tegen de Joodsche in
vasie. Naar althans verluidt, zou de Jood
sche immigratie in Palestina voorloopig
worden stopgezet.
Voorts duikt de kwestie van een even-
tueele restauratie der Habsburgers in
Oostenrijk weer op. Mussolini zou ver
klaard hebben een eventueel herstel van
Otto van Habsburg op den troon zijner va
deren te zullen steunen, terwijl tegelijker
tijd een verklaring gepubliceerd wordt van
Otto, dat hij bereid is.
Zou de geheimzinnige reis van Schusch-
nigg naar Italië en zijn gesprek met den
Duce toch daarop betrekking hebben ge
had?
LEDEN VAN DE ROODE KRUIS
AMBULANCE NAAR ABESSYNIë
OP HET LOO.
Hedenochtend zijn het dagelijksch be
stuur van het Nederlandsche Roode Kruis,
alsmede de leden der ambulance-commis
sie en doktoren, die hebben deelgenomen
aan de Roode Kruis ambulance naar
Abessynië, en de beide helpers ten paleize
het Loo door H. K.- H. Prinses Juliana,
presidente van het Nederlandsche Roode
Kruis, ontvangen. Te twaalf uur arriveer
de het gezelschap ten paleize, waar heden
middag in tegenwoordigheid van Hare
Koninklijke Hoogheid de lunch gebruikt
werd.
Prof. Keesom en zijn
arbeid
Bij gelegenheid van zijn 60sten
verjaardag.
Zondag 21 Juni a.s. bereikt prof. dr. W.
H Keesom, hoogleeraar in de Natuurkun
de aan de universiteit alhier, den 60-ja
rigen leeftijd.
Deze mijlpaal in een verdienstelijk
menschenleven wordt nogal eens benut als
welkome aanleiding om de verdiensten van
de persoon in kwestie in het daglicht te
zetten. Zestig jaren zijn lang genoeg om
zich een roemrijken naam te verwerven,
terwijl anderzijds aan een beëindiging
van een vruchtbaar leven nog niet gedacht
behoeft te worden.
Prof. Keesom is geen geleerde, aan wiens
naam nu op 60-jarigen leeftijd nog door
een krantenartikel bekendheid moet wor
den gegeven; integendeel: zijn naam is be
kend tot ver over de grenzen van ons va
derland. Het is nog dezer dagen geconsta
teerd tijdens het internationale Koude-
congres te den Haag, dat de namen van
Kamerlingh Onnes en van Keesom haast
identiek zijn geworden met de onderzoe
kingen op het gebied der allerlaagste tem
peraturen. Wat Kamerlingh Onnes niet
bereiken kon, heeft zijn opvolger bereikt,
n.l. het in vasten toestand brengen van het
edelgas „helium", waarmede prof. Keesom
zijn reputatie voorgoed gevestigd heeft.
Dat was in 1926.
Latere belangrijke resulaten volgden in
1927, toen de Leidsche hoogleeraar tezamen
met den Pool prof. Wolfke uit Warschau
twee soorten vloeibaar "helium ontdekte, en
in 1932, toen een nieuw laagte-record
werd bereikt, n.l. een temperatuur van
slechts 0.71 gr. boven het absolute nul
punt, wat overeenkomt met een koude van
272.29 gr. C. onder nul. Toen kon met recht
gezegd worden, dat in het laboratorium
aan de Nieuwstraat te Leiden het koudste
plekje op Gods aardbodem gevonden werd.
Dit record is sindsdien wederom achter
haald door prof. de Haas, die een nog la
gere temperatuur wist te bereiken langs
een anderen weg.
Sinds prof. Keesom op 26 September 1923
zijn hoogleeraarsambt te Leiden aanvaarde
met een intree-rede over „Het belang van
den tocht naar het absolute nulpunt" is
het gebied der allerlaagste temperaturen
zijn speciaal terrein geweest, waarop hij
zich met volledig meesterschap bewogen
heeft.
De meeste onderzoekingen van prof.
Keesom en zijn medewerkers zijn versche
nen in de Verslagen van de Koninklijke
Academie van Wetenshappen te Amster
dam, en in de „Communications from the
Kamerlingh Onnes Laboratory of the Uni
versity of Leiden".
Prof. Keesom is geen „boeken-geleerde"
in dezen zin, dat hij het resultaat van zijn
wetenschappelijken arbeid heeft neerge
legd in een serie dikke boeken.
Dat hij daartoe wel in staat is en reeds
op vrij jeugdigen leeftijd in staat was, be
wijst de gouden medaille der Leidsche Uni
versiteit, hem in 1903 verleend als bekro
ning van zijn antwoord op een uitgeschre
ven prijsvraag.
Dat bewijst ook zijn dissertatie, waarop
hij op 19 Januari 1904 te Amsterdam pro
moveerde en dat getiteld was: „Isother
men van mengsels van zuurstof en kool
zuur".
Verder noemen wij nog de bewerking
door prof. Keesom van een drietal werk
jes van prof. Lorentz en „Die Zustands-
gleichung" tezamen met prof. Kamerlingh
Onnes geschreven, en gepubliceerd in de
Mathematische Enzyklopadie.
Het is bij elkaar toch een respectabel
oeuvre en verwonderlijk is het daarom niet
mede in verband met de belangrijke re
sultaten, waarmede hij de wetenschap door
zijn proefnemingen heeft verrijkt dat de
wetenschappelijke wereld zijn verdiensten
heeft erkend en als om strijd zich beijverd
heeft hem de meest vleiende onderscheidin
gen toe te kennen, waarover zij beschikte.
De universiteiten van Leuven en van
Warschau benoemden prof. Keesom
doctor honoris causa en de regeeringen
van Nederland, België, Frankrijk, Noor
wegen, Zweden en Polen zonden hem de
eere-teekenen van diverse ridder-orden.
Zoo is prof. Keesom ridder in de ,orde
van den Nederlandschen Leeuw, comman
deur in de orde van St. Olaf van Noorwe
gen, ridder in de orde van de Poolster van
Zweden, officier in de orde „Polonia Resti-
tuta" (het Herstelde Polen), commandeur
in de orde van de Kroon van België en nog
onlangs is hij benoemd tot officier in het
Legioen van Eer (Frankrijk).
BUITENLAND.
De volgende wetenschappelijke genoot
schappen maakten den eminenten Leid-
schen geleerde tot hun lid of eere-lid: de
Koninklijke Academie van Wetenschappen
te Amsterdam, de Pauselijke Academie van
Wetenschappen (Pontificia Accademia del-
Ie Scienze Nuovi Lincei) te Rome, de Aka-
demie der Naturforscher te Halle, terwijl
de Société Scientifique de Bruxelles hem
haar eere-lidmaatschap aanbood.
Ook nog op andere wijze kwam de er
kenning van zijn groote verdiensten tot
uiting.
Zoo heeft prof. Keesom o.a. de Neder
landsche regeering vertegenwoordigd op
verscheidene groote internationale Koude-
congressen, zooals te Rome in 1928, te Bue
nos-Aires in 1932, en nu ook weer in den
Haag, welk Cogres gehouden wordt van
16—20 Juni.
Voorts is prof. Keesom voorzitter van
de Conference Générale van het Interna
tionale Koude Instituut, en voorzitter van
de Wetenschapptlijke afdeeling van dat
zelfde Instituut.
Niet altijd heeft prof. Keesom zich met
de „kou" bezig gehouden.
Nadat hij in Alkmaar de H.B.S. had af
gemaakt (Alkmaar was de dichtst bijzijnde
stad vanaf Texel, het eiland waarop eens
zijn wieg stond) en geslaagd was voor zijn
doctoraal examen aan de Amsterdamsche
Universiteit, werd de jeugdige Keesom in
1900 assitent aan het Natuurkundig Labo
ratorium te Leiden, zoodat hij reeds spoe
dig kennis maakte met de Sleutelstad, wier
roem hij later mede zou uitmaken. Na ge
promoveerd te z'in wordt hij conservator
in 3907 en in 1917 treffen wij hem aan
als leeraar aan de Veeartsenijschool te
Utrecht, van welk ambt hij een jaar later
gepromoveerd wordt tot hoogleeraar, toen
de Veeartsenijschool werd verheven tot
Veeartsenij kundige Hoogeschool. Daarop
volgde in 1923 zijn benoeming tot hoog
leeraar te Leiden.
Behalve om zijn diepe en gedegen we
tenschappelijke kennis is deze katholieke
geleerde bekend om zijn beminnelijke een
voud. die wij zelf bij herhaling hebben
mogen ervaren, wanneer wij ons om in
lichtingen tot hem wendden Steeds was
prof. Keesom bereid een deel van zijn kost
baren tijd af te staan, om ons in te lichten
op zijn terrein, dat voor ons „terra incogni
ta" (onbekend gebied) was. Zooals hij het
ons, rustig doceerend, uitlegde, leek de
zaak vrij eenvoudig, en men zou bijna ver
geten, dat het speciale terrein, dat der laag
ste temperaturen, waarop prof. Keesom
met anderen pionierswerkzaamheden
verricht, behoort tot de grensgebieden der
natuurkunde, waar eminente geleerden als
Keesom moeizaam verder vorschen om
steeds nieuwe velden van wetenschap voor
de menschheid te ontsluiten.
Prof. Keesom is daarbij een der vele
voorbeelden van de waarheid, dat Geloof
en Wetenschap elkander geenszins uitslui
ten, maar integendeel een waarborg zijn
voor elkanders integriteit. Hij is in al zijn
zijn eenvoud, een levend protest tegen de
stelling, als zou het Katholicisme de dom
per zijn van het licht der wetenschap, een
stelling zóó absurd overigens, dat men er
zich nog altijd over verbaast, hoe zij in de
wereld is kunnen komen en hoe zij kan
worden volgehouden.
Gelukkig, dat er mannen zijn als Kees
om, om deze stelling metterdaad afdoende
te logenstraffen.
De belangstelling van prof. Keesom gaf
zich ook aan het katholieke openbare le
ven, als men daartoe een beroep op hem
doet. Hij is. o.m. in Leiden geweest voor
zitter van de ver. „Geloof en Wetenschap",
lid van het College van Commissarissen
van „De Leidsche Courant".
Den geleerden en beminnelijken katho
lieken hoogleeraar en natuurvorscher bij
zijn 60sten verjaardag onze hartelijke ge-
lukwensch. Ad muitos annos.
Ontwerp-accoord opgesteld in het Bel
gische arbeidsconflict. (2de blad).
Moedige taal van kardinaal Faulhaber.
(2de blad).
Het Britsche kabinet heeft zich uitge
sproken vóór opheffing der sancties tegen
Italië. (2de blad).
Mussolini zou voorstander zijn van de
restauratie der Habsburgers in Oostenrijk.
(2de blad).
Wordt de Joodsche immigratie in Pales
tina voorloopig stopgezet? (2de blad).
De oorzaak van de ramp met de „Lapp-
land". (Luchtv., 2de blad).
BINNENLAND.
Het Koninklijk bezoek aan 's-Hertogen-
bosch. (4de blad).
Em. Pastoor Lucassen uit 's-Gravenhage
is overleden. (Kerkn. 4de blad).
Mededeelingen van den Middenstands-
raad. (4de blad).
De onderscheiding aan den dichter Mars
man door de Maatschappij der Nederland
sche Letterkunde. (L. en K. 4de blad).
HET WARME WEER
Tot nu toe was de maand Juni te koud.
Door de plotselinge sterke stijging der tem
peratuur is nu de kans geopend, dat het
waimtc-tekort nog zal worden ingehaald.
De stijging der temperatuur is betrekkelijk
onverwacht gekomen. Enkele dagen gele
den verscheen nog ten Westen der Britsche
Eilanden een depressie en scheen het alsof
de Westenwind zou aanhouden en het weer
betrekkelijk koel zou blijven. Toen gebeur
de echter iets merkwaardigs. Vanuit Oost-
Europa drong een warme luchtstroom naar
het Westen door en sneed den toevoer van
koude lucht aan de Westzijde der depressie
af. Daar zulk een toevoer van koude lucht
aan de Westzijde der depressie noodig is om
haar te doen voortbestaan en dus deze
voorwaarde niet meer werd vervuld, moest
de depressie afsterven en hiermede hielden
de kansen op verstoring van den weerstoe-
stand vanuit het Westen geheel op.
Tegelijkertijd steeg de luchtdruk boven
Centraal-Earopa en begon vandaar af lucht
naar het Noordwesten af te stroomen. Deze
luchtmassa's waren warm, waarschijnlijk
in verband met een z.g. Föhntoestand in den
atmosfeer (neerdaling van lucht uit de
hoogere luchtlagen). De temperatuur steeg
daardoor sterk, in ons land tien graden C.
In de zeer droge lucht was wolkenvorming
uitgesloten.
Er zijn geen aanwijzingen, dat de nu in
getreden algemeenen weerstoestand spoedig
verstoord zal worden. Deze toestand schijnt
zeer stabiel te zijn en er bestaat dus alle
reden om te verwachten, dat het weer en-
kle dagen warm en mooi zal blijven. Ko
men er storingen, dan zullen deze waar
schijnlijk uit Frankrijk opkomen en het
zou hier dan tot onweer kunnen komen,
het eerst in het Zuiden des land. Maar de
kans schijnt vooralsnog gering.
VIER DOODEN DOOR ONTPLOFFING
OP PETROLEUMVELD.
BAKERSFIELD (Californië), 18 Juni
(A.N.P.). De kraakinstallatie van de Pen
sion Oil Company is gisteren door een ont
ploffing vernield. Twee mannen en twee
vrouwen kwamen daarbij om het leven.
PASSAGIERS OVERVALLEN SCHIPPER.
ISTANBOUL, 18 Juni (A.N.P.). Vier pas
sagiers hadde zich te Scutari ingescheept
op een bootje naar Istanboul. Tijdens de
overtocht over den Bosporus overvielen zij
den schipper en ontstalen hem een bedrag
van 800 Turksche ponden. De kreten van
den schipper werden door de bemanning
van een - ander vaartuig gehoord, die met
de sirene alarm maakte. Na een zeer op
windende jacht werden de misdadigers in
gerekend.