DONDERDAG 18 JUNI 1936
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. 12
Uit den Middenstandsraad.
In de laatste vergaderingen van den Mid
denstandsraad zijn o.a. de navolgende on
derwerpen aan de orde gekomen:
De distributie der goedkoope
margarine.
Op het verzoek van den Middenstands-
raad om bij de distributie van goedkoope
margarine den middenstand in te schake
len en dezen een redelijken winst-marge
voor zijn bemoeiingen toe te kennen, heeft
de Minister van Landbouw en Visscherij
afwijzend beschikt en wel op de volgen
de gronden:
1. de toeneming van het verbruik C
niet zoo groot geweest als de Raad aannam,
aangezien het benoodigde kwantum reeds
in den beginne grooter is geweest dan aan
vankelijk was geraamd;
2. of de toeneming van het verbruik
een benadeeling is van den middenstand,
valt bezwaarlijk met zekerheid vast te stel
len, wanneer men bedenkt, dat wel is waar
een grooter aantal personen van vetten
wordt voorzien, doch deze personen deze
producten anders wellicht niet zouden ver
bruiken;
3. de winst, die het Landbouw-crisis-
fonds op de werkloozen-margarine maakt,
is niet belangrijk en er moet rekening ge
houden worden met de mogelijkheid, dat
het fonds tekorten op dit product zal heb
ben te boeken, wanneer de grondstoffen-
prijs stijgt, terwijl men den consument niet
meer kan laten betalen.
De Raad heeft hierop geantwoord, dat
minder de toename v^n de heveelheid mar
garine dan wel de totale hoeveelheid voor
hem aanleiding was tot zijn verzoek. Dat
de verstrekking zelf tot schade van den
middenstand is, acht de Raad onmisken
baar. Immers vet is onmisbaar en wan
neer geen goedkoope margarine was ver
strekt, hadden de betrokkenen zoo niet
margarine, dan toch vet, spek en olie van
den imddenstand moeten betrekken, die
dusdoende inkomsten zou hebben gehad,
welke hij nu ontberen moet.
Voorts heeft de Raad uit de verkoopprij
zen van en de heffing op vermengde mar
garine afgeleid, dat als de fabrikanten per
Kg. goedkoope margarine evenveel verdie
nen als de dure gemengde margarine, de
inkopprijs voor de goedkoope margarine
niet hooger kan zijn dan 32 ets. per Kg.,
zoodat het Landbouw-crisisfonds, zonder
eenig betalingsrisico hierop 25 pet. winst
maakt.
De Raad heeft aangeboden met de orga
nisaties in overleg te treden over de wijze
waarop bij stijging der grondstoffenprijzen
de kans op verlies voor het fonds zou zijn
buiten te sluiten. Dit zou kunnen geschie
den door het vaststellen van een glijdende
schaal voor de belooning van den midden
stand in dier voege, dat bij stijging der
grondstoffenprijzen en bij gelijk blijven-
den verkoopprijs voor het publiek de
winstmarge van den middenstand wordt
teruggebracht. De Raad maakt zich sterk,
dat de organisaties bereid zullen zijn al-
lerwege him medewerking in deze richting
te verleen en; handhaving van een stelsel,
dat den middenstand uitschakelt en het
Landbouw-crisisfonds onbehoorlijke win
sten op goedkoope margarine laat maken,
acht de Raad niet te verdedigen.
Afwijkende termijnen voor
opril im in gen.
Ih een tweetal gevallen heeft de Raad
aan den Minister van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart advies uitgebracht aan
gaande verzoeken om voor bepaalde bran
ches of groepen belanghebbenden een an
deren termijn voor opruimingen aan te wij
zen dan de wet op de uitverkoopen aan
geeft De Raad heeft den Minister geadvi
seerd deze verzoeken niet in te willigen.
De wet op de uitverkoopen heeft orde ge
bracht in den chaos, die op het gebied van
de opruimingen bestond; uiteraard brengt
elke wettelijke regeling bezwaren met zich
mede, maar het verdient aanbeveling, om
nu de wet nog slechts zoo kort werkt, af
te wachten, of de gevreesde bezwaren in de
practijk wel zoo ernstig zullen zijn, dat er
inderdaad aanleiding bestaat voor bepaal
de branches speciale afwijkende oprui
mingstermijnen vast te stellen. Vóór alles
moet voorkomen worden, dat door allerlei
afwijkende regelingen opnieuw de oude
chaotische toestand terugkeert.
Verkoop door automaten.
Ingevolge een daartoe strekkend verzoek
heeft de Raad den Minister van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart advies uitge
bracht inzake een gewijzigd ontwerp van
wet, houdende regeling van den verkoop
door automaten.
Credietverleening aan den
kleinen middenstand.
In zijn advies betreffende credietverlee
ning aan den kleinen middenstand, hetwelk
er toe heeft geleid, dat op de begrooting
van het Departement van Handel, Nijver
heid en Scheepvaart een post voor deze
credietverleening is uitgetrokken, heeft de
Middenstandsraad zich indertijd beperkt
tot het onder de oogen zien van de ver
strekking van hulp van den kleinen han-
nen handeldr ij venden middenstand. Voor
verstrekking van hulp aan de kleinnijveren
was naar zijn oordeel een andere regeling
noodig; kleine patroons toch hebben aan
een voorschot niet genoeg, zij moeten ook
opdrachten hebben. Voor de verstrekking
van hulp aan de kleinnijveren is een an
der apparaat noodig dan voor de verstrek
king van hulp aan den kleinen handeldrij-
venden middenstand.
De uitzonderlijke toestand, waarin de
kleinn ij verheid in West Friesland zich be
vindt, heeft sedert den Raad aanleiding ge
geven zich tot den Minister van Handel
Nijverheid en Scheepvaart te wenden en
dezen te verzoeken althans de kleinnijve
ren in bedoeld gebied te hulp te komen. De
meest wenschelijke vorm van steunverlee-
ning zou zyn het openen van de mogelijk
heid voor de eigenaren van onroerende
goederen om de zoo noodzakelijke onder
houdswerken te kunnen laten verrichten
Mocht dezen weg niet kunnen worden in
geslagen, dan zou in aanmerking kunnen
komen het geven van een betrekkelijk ge
ringen wekelijkschen onderstand, die het
mogelijk maakt, dat deze kleine midden-
standsbedrijven, die in het algemeen be
lang toch niet gemist kunnen worden, in
stand te houden.
Bij de hulpverleening in laatstgemelden
zin zouden de middenstandsorganisaties
kunnen worden ingeschakeld voor het in
stellen van het noodige onderzoek. Deze
organisaties zijn meestal op de hoogte van
den financieelen toestand der betrokkenen
en kunnen voorts over tal van toegewijde
krachten beschikken, die belangeloos het
noodige onderzoek doen, ter voorkoming
dat onnoodig of te veel steun wordt ver
strekt.
Het cadeaustelsel.
Opnieuw heeft de Middenstandsraad de
aandacht van den Minister van Handel, Nij
verheid en Scheepvaart gevestigd op den
steed stoenemenden nood, waarin tal van
middenstanders verkeeren als gevolg van
het steeds verder voortwoekerende euvel
van het cadeaustelsel. De Raad acht het
dringend noodig, dat ter zake een voorzie
ning getroffen wordt.
In verband met het feit, dat bij invoe
ring van een verbod van het cadeaustel
sel werkloosheid zou ontstaan in indus-
trieele bedrijven, die cadeaux vervaardi
gen, is terloops het denkbeeld ter sprake
gekomen, dat bij wettelijke regeling het
cadeaustelsel wel zou worden verboden,
doch dat tijdens den duur van de huidige
buitengewone omstandigheden ontheffing
zou worden verleend ten aanzien van die
cadeaux, welke van Nederlandsche her
komst zijn. Thans komt het meerendeel der
cadeaux uit het buitenland en lijdt de Ne
derlandsche handeldrijvende middenstand
zonder dat de Nederlandsche industrie
daardoor gebaat wordt.
Borgstellingsf ondsen.
In verband met de credietverleening aan
den kleinen middenstand wordt thans in de
ressorten van tal ven Kamers van Koop
handel borgstellingsfondsen opgericht. In
de besturen dier fondsen benoemt de Mi
nister van Handel, Nijverheid en Scheep
vaart een vertegenwoordiger; de fondsen
zelf wenden zich dan tot den Minister, met
verzoek voor hulp overeenkomstig de
daarvoor gestelde regeling. De Minister
heeft voorts terzake van de vaststelling van
de algemeene richtlijnen een kleine Com
missie van Advies ingesteld, waarin van
middenstandszijde zitting hebben de heeren
mr. M. J. Wolff, drs. H. Jansen, M. Krop-
veld en W. G. Scheeres.
Bezuiniging bij den Rijks-
nijverheidsdienst.
De Raad heeft den Minister van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart van advies ge
diend ten aanzien van de bestaande voor
nemens om op het gebied van den Rijksnij-
verheidsdienst tot bezuiniging te komen.
De Raad acht het wenschelijk, dat behalve
de voorlichting voor de smeden en de
klompenmakerij ook die voor de wagenma
kerij behouden blijft; dit bedrijf stelt deze
voorlichting op hoogen prijs en acht haar
noodzakelijk.
Vestigingswet.
Het heeft de aandacht van den Midden
standsraad getrokken, dat het Ontwerp van
Wet, houdende regeling betreffende vesti
ging van inrichtingen, waarin eenige tak
van detailhandel, ambacht of kleine nij
verheid zal worden uitgeoefend, op een be
langrijk punt afwijkt van de schets van een
ontwerp, waaromtrent de Middenstands
raad indertijd ingevolge diens verzoek den
Minister van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart van advies heeft gediend. Be
doelde schets sprak van de uitoefening van
een bedrijf, terwijl het thans ingediende
ontwerp spreekt van de vestiging van in
richtingen, waarin een bedrijf wordt uit
geoefend.
Het komt den Raad voor, dat door deze
wijziging het doel, hetwelk de wetgever
beoogt te bereiken, veel minder zal bereikt
worden dan bij behoud der redactie van de
schets mogelijk zal zijn. Talrijk toch is het
aantal van personen, die zonder in het bezit
van een inrichting te zijn, zich bezig hou
den met de uitoefening van eenigen tak
van detailhandel. De Raad denkt hierbij
aan de duizenden agenten en agentessen,
die in koffie, thee en textielwaren e.d.
handelen, en wier optreden ernstige schade
aan den ge vestigden middenstand toebren
gen. Hetzelfde geldt ten aanzien van per
sonen, die koopers brengen naar toonza
len van meubelfabrieken waar dan recht
streeks gekocht wordt met voorbijgang van
den gevestigden middenstand.
Aan al deze personen worden ook in de
toekomst geen eischen gesteld ten aanzien
van handelskennis, credietwaardigheid, e.d.
en het valt te vreezen, dat, indien wel de
vestiging van een inrichting, doch niet de
uitoefening van een bedrijf, het aantal van
de personen, die zonder in het bezit van een
inrichting te zijn zich op den verkoop in
detail van een aantal goederen werpen, nog
meer zal toenemen, als gevolg waarvan het
doel van de wet niet dan zeer onvolledig
zal worden bereikt.
Met het oog hierop heeft de Raad den
Minister van Handel, Nijverheid en Scheep
vaart verzocht wel te willen overwegen,
of op dit punt de redactie van de oorspron
kelijke schets niet hersteld behoort te wor
den
LETTEREN EN KUNST
NEDERLANDSCHE LEDEN
VLAAMSCHE ACADEMIE.
In de gisteren gehouden vergadering
heeft de Koninklijke Vlaamsche Academie
tot buitenlandsche leden benoemd prof.
Johan Huizinga, prof. pater Kruitwagen,
'prof. Albert Verwey en Dirk Coster; tot
correspondeerend lid prof. Frank Baur,
hoogleeraar in de Nederlandsche taal aan
de Rijksuniversiteit te Gent.
MARSMAN OVER DEN VAN DER
HOOGTPRIJS.
In een kort onderhoud dat een redacteur
van het „Hbld." te Utrecht met den schrij
ver Marsman had over den hem toegeken-
den prijs door de Maatschappij der Neder
landsche Letterkunde, verklaarde de
auteur geen termen aanwezig te achten
dezen prijs te weigeren. Dat de Maatschap
pij het vorig jaar het advies van de Com
missie voor Schoone Letteren niet heeft
gevolgd was op zichzelf zonderling genoeg
omdat in deze commissie vooraanstaande
literatoren zitting hebben die uit dienen
te maken wie voor den Van der Hoogtprijs
in aanmerking komt. De niet-bekroning
van zijn Porta Nigra ondanks de aanbe
veling der commissie ziet de auteur dan
ook uitsluitend als gevolg van zijn aanval
op de Maatschappij in 1931. Het heeft hem
genoegen gedaan dat de Maatschappij
thans haar houding heeft herzien en te
vens dat de Commissie voet bij stuk heeft
gehouden. Wanneer het een prijs van de
Maatschappij persoonlijk was geweest zou
er aanleiding hebben bestaan zich ernstig
te beraden. Thans ziet de auteur de Maat
schappij slechts als schakel tusschen het
Van der Hoogtfonds en den bekroonde, in
zekere mate dus als executrice testamen
taire. Zeker niet als schenkster van een
gift uit eigen kas.
De heer Marsman zeide ten slotte de te
leurstelling ruimschoots beloond te achten
wanneer het conflict tot gevolg zal hebben
een reorganisatie van de Maatschappij zoo
als die thans reeds bezig is zich te vol
trekken. Op de jongste vergadering in Mei
zijn twee derden van de voorstellen der
reorganisatie-commissie aanvaard, een
succes dat vertrouwen geeft in de ontwik
keling van het instituut.
KERKNIEUWS
EMERITUS-PASTOOR LUCASSEN t
Te St. Michielsgestel is gisteravond op
66-jarigen leeftijd overleden de emeritus
pastoor F. A. M. Lucasser tot voor zijn
emeritaat pastoor van de parochie der
H. H. Engelbewaarders aan de Brandtstr.
te 's-Gravenhage.
Geboren in 1870 te Amsterdam en op 15
Augustus 1894 priester gewijd, werd de
toenmalige kapelaan Lucassen na een
werktijd van ongeveer 31/2 jaar in
Ni euwkoop als zoodanig benoemd bij
de St. Willibrorduskerk in Den Haag. In
1905 werd hij benoemd tot rector van het
Gesticht Groenenstein aan den Loosduin-
scheweg, terwijl hem in 1912 opdracht
werd gegeven tot oprichting van een nieu
we parochie in de toen pas gestichte En-
gelenburgwijk.
Wegens gezondsheidredenen werd hem
op zijn verzoek na een bijna veertigjarigen
priesterarbeid in de residentie met ingang
van 1 Mei j.l. emiritaat verleend, waarna
hij hersteltrachtte te vinden in St. Mi-
chielgestel.
Bij zijn 40-jarige priesterjubileum in
Augustus 1934 werd pastoor Lucassen door
katholiek 's-Gravenhage een grootsche hul
diging bereid.
PATER A. v. d. BROEK O. CARM. t
In het R. K. Ziekenhuis te Hengelo,
waar hij reeds eenige weken werd ver
pleegd, is na voorzien te zijn der laatste
H. Sacramenten overleden in den ouder
dom van 57 jaar de zeereerw. pater Anas-
tasius v. d. Broek, leeraar aan het gymna
sium „St. Alberti" te Zenderen.
LAND- EN TUINBOUW
WENKEN VOOR IEDERE MAAND.
2e helft Juni.
IN DEN MOESTUIN.
De in dit voorjaar als weeuwen uit ge
plante bloemkool begint thans haar op
brengst te geven. Men moet er aan denken
dat zoodra in het hart het kleine bloem-
kooltje zichtbaar is wanneer het n.l. de
groote van een rijksdaalder heeft bereikt
dat het dan aan den invloed van het zon
licht wordt onttrokken. Hiervoor knakt
men de grootste bladeren zoo dat het bo
vengedeelte over het hart van de plant
wordt gebracht. Knakt en buigt men zoo
3 a 4 bladeren, dan is dat gewoonlijk wel
voldoende. Men bereikt hiermee twee
voordeelen: in de eerste plaats sluit men
het jonge bloemkooltje af van de inwer
king van het zonlicht, waardoor de zoozeer
gewenschte witte kleur wordt behouden,
en in de tweede plaats sluit men dooi het
knakken der bladeren de ontwikkeling van
de plant en bevordert daardoor den groei
der kool. Soms duwein de hartbladeren
van de plant de door ons over de bloem
kool gebogen bladeren weer in de hoogte,
't Is dan wenschelijk dat ook de toppen
van die bladeren gebroken worden. Bezit
men nogal een partijtje bloemkool, dan is
dagelijks nazien om te dekken en te oogs
ten gewenscht. Winterandijvie zaait men
gewoonlijk op den 20en of 21en Juni. Btf
eventueele droogte wordt vooraf de grond
goed vochtig gemaakt en na het uitzaaien
van het zaad dit goed aangegoten. De vol-
hart-winterandijvie is zeer aan te bevelen.
Deze soort geeft flinke kropjes, die voor
als ook om ze als kropjes te stoven aan
beveling verdient. Zij die hun eetlust wil
len opwekken of vermeerderen door het
gebruik van Rammenas kunnen deze tJhans
ook zaaien. Dit kan ook vroeger geschie
den, maar dan schieten de planten licht
door in zaad, waardoor de waarde van de
knol voor 't gebruik verloren gaat. Men
zaaie niet te dicht: de planten behooren
een onderlinge afstand te hebben van plus
minus 20 c.M. Men weet het: Rammenas
heeft een smaak die veel overeenkomt met
dien van Radijs iets bitterder. Ze wordt,
evenals Radijs bij de boterham gebruikt,
't zij met of zonder iets zout. Wij lazen
eens, dat de uitgeholde knol wel met sui
ker gevuld wordt en dat de daarin gesmol
ten suiker dan een uitstekend geneesmid
del moet zijn tegen kinkhoest. Voor 't
laatst worden thans erwten, capucijners,
peulen, snij- en prinsesseboonen gelegd.
Soms geschiedt dit nog wel later maai 't
succes is dan zoo wisselvallig, dat wij de
vrijmoedigheid missen het aan te bevelen,
De in begin Mea uitgezaaide koolzaden
worden in dezen tijd uitgeplant. De win-
terkool, aldus de groentekweeker moet 25
Juni aangeworteld zijn we planten daar
om uiterlijk 20 Juni onze planten uit. De
kool vraagt 'n behoorlijken afstand. Wan
neer de grond goed is en dus een behoor
lijke groei kan worden verwacht dan mag
deze niet minder zijn dan 70 c.M., op en
tusschen de rijen. Spruitkool vroeger,
groene Savoije en Boerenkool kunnen ge
rust op een afstand van 60 c.M. worden
geplaatst. Als men glas ter beschikking
heeft dan zaait men nog steeds daaronder
de postelein om ongeveer 14 dagen. Heeft
men geen bakken dan zaaie men op den
kouden grond bij warm weer 't zaad wordt
niet ondergewerkt de grond moet behoor
lijk vochtig zijn. Op koude natte gronden
lukt deze groente niet, ze is van den kouden
grond gewoonlijk zuurder van smaak. In
den fruittuin vindt u by uw bessen zware
grondscheuten breek deze thans weg ze
hinderen de goede vruchtorganen omdat
ze te veel voedsel en te veel licht en lucht
benemen voor deze en de vruchten. De ge
wone scheuten van de trosbes worden thans,
genepen op een blad of 5,6. Ook hierdoor
krijgt uw struik veel meer licht en lucht
en dat is bevordelijk aan de ontwikkeling
van de vruchten en werkt ook gunstig op
de smaak van de vrucht. Hebt u misschien
ook te klagen over hei-geel worden der
morel? Men ziet dit euvel nog al eens en
natuurlijk niet met genoegen. Uit den aard
der zaak staat de morellenboom meestal
op een minder gunstige plaats vooral wat.
het licht betreft en aangezien we deze
boom meestal aantreffen aan de Noord
zijde van onze schuttingen waarlangs ge
woonlijk een pad loopt dat wordt vastge-
trapt, krijgt hij weinig licht en lucht bij
de wortels. Geef dien boomen waarvan de
vruchten vroegtijdig geel afvallen per
flinken boom 0,5 a 0.75 K.G. patentkali,
maak daarna den grond met een greep wat
los en veel zal dan verbeterd zijn. De zwa
re scheuten die thans op den morellen-
boom worden aangetroffen, worden inge-
nepen op een lengte van plm. 20 c.M. na
tuurlijk als op deze aangegeven lengte het
blad, waarop men nijpt volgroeid is. Men
nijpt dan ook gewoonlijk, wanneer zoo'n
scheut minstens 20 a 35 lengte heeft. De
zwakkere scheuten worden niet genepen.
Door deze nijping versterkt men de oogen
die we op zoo'n scheut behouden wat voor
al ook voor dezen vruchtboom die op zijn
van belang is.
In den bloementuin: Het is nu een ge
schikte tijd om hoogopschietende planten
van stokken te voorzien en op te binden.
Meestal wacht men daarmee tot het te laat
is als wind en regen de planten ter aarde
geslagen hebben. Zulke planten hdbben
dan voor langen teijd haaer bevallige hou
ding verloren en worden er met het op
binden niet beter op.
HOOIBROEL
Het is een niet te miskennen feit, dat
ieder jaar opnieuw tengevolge van brand
door hooibroei aanzienlijke kapitaleai voor
de gemeenschap verloren gaan.
Deze schade komt grootendeels ten laste
van de Verzekerings-Maatschappijen en dus
indirect ten laste van de landbouwers, om
dat de premies voor de brandverzekering
voldoende moeten zijn om deze schade te
dekken.
Ook de Gemeentekassen lijden er schade
door, omdat aan blusschingskosten dikwijls
belangrijke sommen moeten worden be
taald en het behoeft geen betoog, dat een
nadeel voor de Gemeente ook een nadeel
voor de ingezetenen beteekent.
Daarom ls het behalve plicht ook
Ieders belang alles in het werk te stellen
om brand door hooibroei te voorkomen.
Ieder weet, dat hooi broeit en dat lichte
broei noodzakelijk is voor een goede kwa
liteit, maar zware broei, waardoor brand
gevaar ontstaat, behoeft bij een kundig
en voorzichtig landbouwer niet voor te ko
men, een hooge uitzondering daargelaten.
Enkele practische wenken om zooveel
mogelijk brand door hooibroei te voorko
men, mogen hier volgen.
Landbouwers, zorgt ervoor, dat uw hooi
vooral goed droog in den berg komt; zet,
indien eenigszins mogelijk, het eerste hooi
aan een klamp en tas het hooi geleide
lijk op.
Stelt u minstens éénmaal per dag op de
hoogte van den toestand van uw hooi. Komt
de geur of kleur u verdacht voor, of wordt
het hooi-ijzer in het hooi naar uwe mee
ning te warm, waarschuwt dan onmiddel
lijk de Verzekering-Maatschappij, hetzij
rechtstreeks, hetzij door middel van den
agent telegrafisch of telefonisch.
Zij zal u dan ongetwijfeld, met het oog
op de te nemen maatregelen, ten spoedigste
raad geven.
Is er direct brandgevaar, dan verdient
ook het waarschuwen van de plaatselijke
brandweer dringend aanbeveling.
STOOMVAARTBERICHTEN
STOOMV. MAATSCH. NEDERLAND.
CHR. HUYGENS vertr. 17 Juni van
Batavia naar Amsterdam.
ENGGANO arr. 17 Juni van Hamburg
te Amsterdam.
J. P. COEN vertr. 17 Juni van Amster
dam naar Batavia.
POEL AU ROEBIAH (uitr.) pass. 16 Juni
Gibraltar.
POEL AU TELLO (uitr.) arr. 16 Juni te
Sabang.
KON. NED. STOOMB. MAATSCHAPPIJ
ATLAS vertr. 4 Juni van Curagao naar
San Domingo.
BARALT vertr. 6 Juni van Curagao naar
de Bovenwindsche Eil.
BENNEKOM ((uitr.) arr. 15 Juni te
Cristobal.
DEUCALION vertr. 17 Juni van Paler
mo naar Messina.
HERCULES arr. 17 Juni van Izmir te
IstanbouL
MIDAS arr. 4 Juni te Curagao.
ORESTES vesrtr. 16 Juni van Zante n.
Algiers.
ORPHEUS vertr. 17 Juni van Amster
dam naar Kopenhagen.
TELAMON vertr. 13 Juni van Callao
naar Talara.
TRAJANUS vertr. 17 Juni van Amster
dam naar Hamburg.
KON BOLL. LLOYD.
AMSTELLAND vertr. 17 Juni van Am
sterdam naar B. Aires.
SALLAND (uitr.) vertr. 13 Juni van
Santos.
WATERLAND vertr. 17 Juni van Am
sterdam naar Hamburg.
KON. PAKETV. MAATSCHAPPIJ.
BONTEKOE arr. 16 Juni van Bangkok
te Port Natal.
NIEUW HOLLAND vertr. 15 Juni van
Adelaide naar Singapore.
ROGGEVEEN vertr. 15 Juni van Bata
via naar Port Natal.
HOLLANDAMERIKA-LIJN.
NEBRASKA, Rotterdam naar de Pacific-
kust vertr. 15 Juni van Victoria (B.C.).
ROTTERDAMSCHE LLOYD
KERTOSONO (thuisr.) vertr. 17 Juni
van Marseille.
KOTA PINANG (uitr.) vertr. 15 Juni
van Padang.
STOOMVAART MIJ OCEAAN.
AGEMEMNON van Japan naar Rotter
dam arr. 17 Juni te Marseille.
ALCINOUS, van Batavia naar Amster
dam, pass. 17 Juni Perim.
EURYBATES van Batavia naar Amster
dam pass. 17 Juni Gibraltar.
LAERTES van Batavia naar Amster
dam vertr. 17 Juni v. Belawan.
ORESTES van Japan naar Rotterdam,
arr. 15 Juni te Singapore.
PERSEUS vertr. 16 Juni van Kobe naar
Rotterdam.
PHRONTIS van Amsterdam naar Bata
via arr. 17 Juni te Port Said.
EMZETCO LIJN.
JONGE ELISABETH arr. 17 Juni van
Carthagena 1. v. Londen te Rotterdam.
VEREENIGDE NED. SCHEEPV. MIJ.
(Bolland-Oost-Azië Lijn).
MEERKERK (thuisr.) vertr. 16 Juni v.
Manilla.
Ongehoord, juffrouw Viezeke! U zoudt
mij immers om 6 uur wekken?!!!
EhEn U bent pas om 6 uur thuis ge
komen!!!!
Dan had U mij moeten wekken, toen ik
thuis kwam. .1