Bij Examens
ZATERDAG 6 JUNI 1936
ÜE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. 14
HET DAMSPEL
Damredacteur: W. J. v. d. Voort,
Rustoordstraat 3, Nieuw-Vennep.
Alle correspondentie, deze rubriek be
treffende, gelieve men te zenden aan bo
vengenoemd adres.
Problematiek.
Met het werk, dat wij deze week den le
zers ter oplossing aanbieden, komen zij
ongetwijfeld voor een zware taak te staan.
Ik zie dan ook met spanning uit, wie van
onze lezers deze moeilijkheden zullen we
ten te overwinnen.
Nog wil ik de lezers aansporen, om de op
lossingen der geplaatste vraagstukken we
kelijks in te zenden. Dit immers zal mij
zoowel als voor de auteurs dier vraagstuk
ken, een groote voldoening geven. Vooral
de auteurs, die deze vraagstukken samen
stellen en de bereidwilligheid bezitten om
deze voor deze" rubriek af te staan, zien
ook him arbeid gaarne beloond, en dit ge-
scheidt doordat de belangstelling door de
lezers in groote mate getoond wordt door
het oplossen en inzenden van de oplossin
gen der vraagstukken. Dan eerst hebben
deze onvermoeide problemisten, pas eer
van him werk.
Ook willen wij den lezers nog ander de
aandacht brengen, dat het er een proble
mist niet om te doen is, dat zij nu en dan
eens in een of ander blad als problemist
kunnen debuteeren, neen, men moet een
problemist beschouwen als schepper van
nieuw vondsten, die door de lezers bein-
vloed moeten worden. Dan eerst zal een
dam rubriek kunnen bloeien.
Wij publiceeren deze week dan werk van
problemisten uit onzen lezers-kring en
wachten op een stroom van oplossingen.
Ook doe ik een beroep op de problemisten,
tot het toezenden van problemen, partij-
standen enz.
Laten ook zij en ook degenen, die in den
beginne zooveel mooi werk voor onze ru
briek geleverd hebben en nu al weer een
geruimen tijd op het appèl ontbreken, hun
krachten nog opnieuw gaan toonen.
Probleem No. 223.
Auteur: J. H. Hilders, Lisse.
lste publicatie.
Stand in cijfers:
Zwart: 2, 7—10, 12, 14, 16, 20. 24, 30 en 36.
Wit: 11, 22, 23, 27, 29, 31—33, 38, 40, 45
—47.
Wit speelt en wint.
Eindspel No. 224.
Stand in cijfers:
Zwart: 1 stuk op 43 en 1 dam op 49.
Wit: 2 stukken op 34, 35 en dammen op
1 en 16.
Wit speelt en wint.
Probleem No. 225.
Auteur: Th. J. v. Steijn, Zoetexmeer.
lste publicatie.
m J m
m
"m
9 9 9
e
9 9 9
9 m
9
>1
'm
3 9
;jlj| HH |gj|
w
m sga
ël m
Stand in cijfers:
Zwart: 2, 5, 7, 8, 10, 13—16, 18—20, 22,
26. 35.
Wit: 11, 24 29—33, 37, 38, 41, 42 en 44—47.
Wit speelt en wint.
Oplossingen worden gaarne ingewacht tot
uiterlijk 20 Juni a.s. bij den redacteur de
zer rubriek.
CORRESPONDENTIE.
W. B. te H. Probleem in dank ontvan
gen, zal het bestudeeren en indien het ge
schikt blijkt plaatsen.
Th. J. v. S. te Z. Probleem in dank.
ontvangen. Zal ze nazien, en indien ge
schikt, volgt plaatsing.
Oplossingen pr. 211/213.
No. 211 Th. J. v. Stijn.
Zwart: 8, 9, 12, 13, 15, 17—20 en 23.
Wit: 21, 28, 29, 32—34. 37, -39. 42 en 44.
Wit wint door: 4440, 3731, 2822,
29 x 7, 34 x 12, 7—1, 1 x 25.
No. 212 A. G. Noordhuis.
Zwart: 7, 9. 15, 19, 20, 23, 26. 28, 29 en 35.
Wit: 16, 27, 30, 32. 37—39, 42, 45 en 50.
Wit wint door: 37—31, 38—33, 33 x 4,
1611, 27—21, 4 x 43 45—50, 50 x 39,
48 x 1.
No. 213. Redacteur.
Zwart: 9, 10, 11, 12, 13, 17, 19, 23, 29,
25, dam op 7.
Wit: 27, 30, 31, 37—39, 41—43, 48, 49, dam
op 16.
Wit wint door: 27—22, 31—27, 39—33,
43 x 34, 49—44, 16—21, 21 x 18, 37 x 6.
Namen oplossers.
Goede oplossingen ontvangen van:
G. Rijsdam, Leiden; D. Rijsdam, Alphen
aan den Rijn; J. C. Otte en J. C. Nebbe-
ling, beiden te Nieuw-Vennep; J. H. Hil
ders, Lisse; Th. J. v. Steijn, Zoetermeer
(alleen 212); H. v. d. Kamp, Lisse (behalve
No. 213).
Slagzet No. 226.
Auteur: W. Besselink, Haarlem. (Spe
ciaal voor onze rubriek samengesteld).
Stand in cijfers:
Zwart: 4, 12—18, 20, 22, 27, 28, 30.
Wit: 25, 26, 33, 34, 36—39, 41, 45, 46,
48, 49.
Wit voert een winnende slagzet uit. Hoe?
Oplossing voor 21 dezer inzenden.
Blunders.
Wanneer de tegenpartij „zijn slag slaat",
geeft men hem niet de eer, die hem toe
komt. Men zoekt verontschuldigingen en
zelden weet men het dammersleed te ver
kroppen. Een witte raaf, die ridderlijk be
kent, dat hij te overijld of te kortzichtig
was. Vooral tegenover mindere krachten
is men ter stond gereed van een „blunder"
te spreken, als men er in loopt. Ik vloog
in een „zetje" ik sloeg „bij vergissing"
met het verkeerde stuk enz. We kennen
die uitvluchten. De sterkste spelers laten
wel eens een steek vallen en waarom niet?
Wie alles zag, zoo nooit verliezen. Wat
sterke spelers niet zagen!, vindt men in de
hier onderstaande stukjes.
No. 1.
Zwart: 2, 3, 5, 7, 13—15, 17, 19, 20, 35.
Wit: 22, 23, 28, 33, 34, 38, 39, 43, 44,
46, 48.
Wit speelde hier 2722 en gaf de partij
weg door Zwart 712, 1217, 1318,
20 x 49.
No. 2.
Zwart: 3, 8, 10—13, 15, 16, 18—21, 23—26.
Wit: 27, 28. 32—40, 42, 43, 45, 46, 48.
Zwart aan zet zijnde, meende dat hij ge
rust 510 mocht spelen, doch wit maakte
dam door: 27—22, 34—30, 40 x 9, 28—22,
37—31, 33 x 2.
No. 3.
Zwart: 2, 8—11, 13, 16, 17, 19, 20, 25.
Wit: 22, 26, 28, 33.-36, 38, 39, 43, 48.
Wit verzuimde hier een prachtige wint-
gang, a.v. Wit: 28—23, 38—32, 33—29, 39—33
en 35 x 4.
No. 4
Zwart: 3, 6, 8, 12—16, 18, 22—24.
Wit: 25, 27, 31, 32, 35, 36, 42, 44—46,
48—49.
Wit Zag hier geen gevaar en speelde
3126 (22 x 31) en 36 x 27 waarna zwart
naar ging, a.v. 1420, 2430, 2329, 1319
en 18 x 47.
Partij No. 227.
De volgende merkwaardige fraaie par
ty werd gespeeld voor den bordenwedstrijd
tusschen J. W. Geer lings met zwart en N.
de Haas Jr. met wit („Constant").
1. 33—28 17—21
2. 39—33 21—26
3. 44—39 18—23
4. 31—27 11—17
5. 34—30
Op 37—31 (26 x 37) 42 x 31 volgt de be
kende typeslag (23—29) 33 x 24 (20 x 29)
34 x 23 (1722) 28 x 17 gedw., want op
27) 31 x 24 (19 x 30) 34 x 25 met schijf-
en 19 x 26 (19 x 26 wint nog schyf 17, dus
komt twee stukken voor).
517—21
6. 30—25 20—24
7. 40—34 14—20
8. 25 x 14 9 x 20
9. 45—40 4—9
10. 50—45 12—18
11. 37—31 26 x 37
12. 42 x 31 21—26
13. 47—42 26 x 37
14. 42 x 31 7—12
15. 31—26 10—14
16. 41—37 1—7
17. 37—31 5—10
18. 49—44
4641 of 4842 kan niet wegens dam-
zet door 1621 enz.
1824—29
19. 33 x 24 20 x 29
20. 48—42!!!
Een positie-zet, die mogelijk is, omdat
het tevens een lokzet is. Als positie-zet
heeft 4842 veel waarde, om zoo spoedig
mogelijk 4237 te spelen, waarna zwart
nimmer meer een schijf op 17 kan bren
gen wegens 28—22 (17 x 28) 27—21 (16 x
27) 31 x 24 (19 x 30( 34 x 25 met schijf
winst. Schijnbaar is het beter 4647—37
te spelen dan 4842-37, omdat het eerste
een logischer ontwikkeling van den stand
teweeg brengt. 4641 is wel speelbaar,
doch (19—24) 28 x 30 (13—19) 34 x 23
(19 x 46) 27—21 (16 x 27) 31' x 4 doet dit
weliswaar twee schijven vóór komen, maar
van rechtstreeksche winstkansen is nog
geen sprake.
Wanneer zwart evenwel na 4842 den-
blijft men kalm en helder, indien men vooraf
Mijnhardt's Zenuwtabletten gebruikt.
Koker 75 ct. Bij Apothekers en Drogisten.
3821
LAWNTENNIS
INTERACADEMIALE WEDSTRIJDEN
TE DELFT
Delft winnaar
De interacademiale tenniswedstrijden,
waarvan de organisatie dit jaar bij de
Delftsche studenten Lawn Tennis Club
berustte, zijn beëindigd.
De eindstand luidt: 1. Delft gew. 19, verl.
1; 2. Utrecht gew. 14, verl. 6; 3. Leiden,
gew. 11, verl. 9; 4. Rotterdam gew. 3, verl.
17; 5. Amsterdam gew. 3, verl. 17.
De wisselbeker, in 1933 uitgeloofd door
den Senaat van het Delftsche Studenten-
Corps, werd achtereenvolgens gewonnen:
in 1933 door Delft, in 1934 door Leiden en
in 193$ en 1936 door Delft.
Op den personeelne prijs eveneens
een zilveren wisselbeker uitgeloofd voor
de meeste gewonnen partijen in het single
spel, werd beslag gelegd door den heer
J. Knottenbelt (Delft), die dezen beker
thans voor de vierde maal in zijn bezit
heeft.
CRICKET
W edstrijdprogramma.
NEDERLANDSCHE CRICKETBOND.
Eerste klasse; VOC—HCC H; HCC I—
Rood en Wit; HaarlemHermes DVS; VRA
-VW.
Overgangsklasse: SpartaExcelsior; CVH
—Quick (N.); PW—ACC; RCHSCHC;
HBS—HCC 3.
Tweede klasse A: VWVRA 2; Haar
lem 2—Kampong; ACC 2—RW 2; UW—
Hercules; B.: Excelsior 2HDVS 2; HCC
4—HBS 2: VOC 2—VCC.
C: HBS 3HCC 5; Excelsior 3Sparta 2;
HDVS 3—Leonidas; ASV—HLCC.
WATERPOLO
B. Z. V.Poelmeer II13.
Gisteravond om 10 uur speelde in de
zweminrichting „De Regentes" te 's-Gra-
venhage voor de eerste klas van den kring
Den Haag B. Z. V. I tegen Poelmeer n.
Poelmeer won met 31.
zelfden damzet naar 48 neemt en wit dien
naar 4, zoo dreigt deze 4641 zw. 4837
gedw.) 36—51!! (37—28 gedw.) 38—32!!
Cijferstand:
Wit: 26—28, 31, 32, 34—36, 38—40, 43—45,
46, 48.
2 07—11
(1420 kan niet wegens 2721, 32 x 21
en 34—5).
21. 42—37! 2—7?
Nu forceert wit de winst van de partij.
22. 28—22!!
Wit wint een schijf op 1217, door 27
21 (17 x 28 gedw.) 46—41 enz.
Wint op 14—20, door 32—28, 34 x 5
(41—47) 39—33, dreigt 33—28 en 43—39.
Hiertegen heeft zwart geen verkeer.
Zie cijferstand: (2—7) 28—22 (19—24)
2621 en aan de dreiging 4641, 117,
3228, 34 x 1 is niet te ontkomen.
2 215—20
23. 46—41 20—25
21. 35—30 10—15
25. 26—21 2933
Anders volgt 21—17 (12 x 21) 32—28
(21 x 32) 38 x 27 (23 x 21) 34 x 1.
26. 39 x 28 23—29
27. 34 x 23 18en29
28. 44—39 25 x 34
29. 39 x 30 15—20
30. 30 x 25 29—34
31. 40 x 29 19—23
32. 28 x 10 9—14
33. 10 x 19 13—42
34. 37 x 48 8—13
35. 25 x 14 3—9
Zwart geeft op; hij heeft geen tempo meer
voor de beoogende combinatie. Hij had
dam kunnen nemen door bij den 34sten
zet te spelen (12—18) 22 x 2 (3—9) 25 x 3
(7—12) 3 x 17 (11 x 22) 27 x 18 (16 x 49)
doch zou dan onmiddellijk verloren heb
ben wegens 4540 (49 x 35) 1813 (35 x
8) 2 x 13.
Deze korte combinatie-partij, werd mij
toegezonden door den heer J. H. Hilders,
uit Lisse. Wij danken den heer Hilders voor
zijn leerrijke bijdrage.
Uit de partij No. 228.
Onderstaande stand kwam voor in partij
voor den borden wedstrijd (O. O. V.), ge
speeld tusschen P. v. d. Graef (wit) en W.
Captein (zw.) beiden lid van bovengenoem
de club.
Zwart: 3, 5—12, 15—18, 22 en 28.
Wit: 19, 26, 27, 31, 32, 36, 37, 40, 41,
43—45 en 47—49.
Zwart aan zet dacht de schijf op 19 te
kunnen wegnemen en speelde 49 om la
ter 914 of 13 te laten volgen.
Wit maakte dan door: 1913, 4742, 32
—28, 43—38! 27—21, 31 x 4, 36 x 27, 4 x 36.
Een dure damzet. Bij zeer goed spel van
wit, evenwel winstkans.
JEUGDTOURNOOI DER DX.V.
De eindstrijd voor dit tournooi is inge
zet met de wedstrijden C. Klinkenberg
F. H. Klinkenberg, welke, zooals verwacht,
werd door eerstgenoemde werd gewonnen,
en W. HuismanN. Bloot, welke partij na
21/2 uur spelen werd afgebroken. W. Huis
man staat gunstiger.
A.s. Donderdag 7 uur worden de wed
strijden voortgezet. Leden der L.D.V. toont
uw belangstelling.
HET SCHAAKSPEL
Alle correspondentie deze rubriek betref
fende, gelieve men te zenden aan den re
dacteur dezer rubriek, W. H. van der Nat,
Witte Rozenstraat 40a, Leiden.
De Aljechin-opening.
Tot de goede verdedigingen voor zwart
tegen wit's zet 1. e2e4 behoort zeer ze
ker ook de Aljechinsche zet 7Pg8
f6. De bedoeling van dezen zet is voor
namelijk het naar voren lokken van de
witte e-pion, om dan later (2. e4e5Pf6
d5; 3. d2d4 d7d6!) dezen pion aan
te vallen.
Ook bü deze opening treft men weer
eenige varianten aan, en zeker zijn er nog
verscheidene, nog niet geheel onderzochte
mogelijkheden. Een hoofdspeelwijze is de
volgende:
1. e2e4Pg8f6; 2. e4—e5—Pf6—d5;
3. d2d4d7d64. c2c4—Pd5b6; 5.
f2f4 of e5 x d6. Wit heeft dan een goed
spel. Het aantal varianten is echter van
deze speelwijze zeer groot.
Een veel veiliger voortzetting is de vol
gende. 1. e2e4Pg8f6. 2. Pbl—c3—d7
d5; 3. e4e5Pf6d7; 4. e5e6 een
pionoffer, dat ten doel heeft de zwarte
ontwikkeling te remmen. 4f7 x e6;
5. d2d4Pd7f6; 6. Pgl—f3—c7—c5; 7.
d4 x c5Pb8c6; 8. Lfl—b5—Lc8—d7; 9.
00 en wit staat uitstekend.
Het Koningsfianchetto.
Een weinig gebruikelijke, maar toch zeer
goed speelbare opening.
1. e2—e4g7g6. Dit is de karakterisee-
rende zet voor deze opening. Wit zal een
zeer sterk centrum kunnen vormen, het
geen zwart echter kan gaan aanvallen. 2.
d2d4Lf 8g7
Zwart kan het sterke centrum gaan aan
vallen door c7c5, d7d5 of e7e5. Te
gen c7c5 moet wit c2c3 gereed houden,
omdat het opschuiven van d4 naar dö de
looper diagonaal verlengt.
Na d7d5 kan gemakkelijk e4e5 vol
gen, want daardoor wordt de looper dia
gonaal juist verkort.. Tegen e7e5 zal wit
moeten trachten zoo mogelijk met f4 x e5
en d4d5 te antwoorden.
Het aantal mogelijkheden is te groot, om
hier verder uit te werken.
Het Damefianchetto.
Nu is het niet de koningslooper, doch de
damelooper, die een wit centrum zal onder
vuur nemen. De volgorde der zetten is:
1. e2e4b7b6; 2. d2—d4, Lc8—b7.
Zwart krijgt met deze opening minder
kans om een aanval tegen het witte cen
trum te beginnen dan bij het Koningsfian
chetto.
Een goede voortzetting is:
3. Lfl—d3 Pg8—f6
4. Pbl-»~d2 e7e6
5. f2—f4 Lf8e7
Speelde zwart hier 5d7—d5 dan
kon volgen e4e5 met heel goed spel voor
wit.
6. Pgl—f3 0—0
7. 00 en ook r.u staat wit iets beter.
Ter onderbreking gaf ik u dezen keer
deze drie openingen, die zeker ook wel
waard zijn eens in practijk gebracht te wor
den. Al was het alleen reeds om een ge
heel andere stelling in de opening te ver
krijgen, waardoor nog meer gevergd wordt
van eigen inzicht en initiatief.
Teveel nog bepalen beginnende spelers
er zich toe een enkele opening steeds weer
te gebruiken en zoodoende een verstarring
in hun spelvoering verkrijgend. Komen ze
tegen een andere speler, die van hun „lijf
opening" niets wil weten en afwijkt, dan
zijn ze in de war en verliezen vaak snel.
Tracht daarom zoo veel mogelijk de be
doelingen van de verschillende openings
zetten te begrijpen, dan verrast men u niet
zoo licht.
De volgende keer zuüen wij overgaan
tot een r.*er belangrijke opening, n.l. de
Siciliaansche partij, welke gekenmerkt
wordit door de zet c7c5 na wit's e2e4.
Partijstellingen.
Oplosingen van Al en BI.
Al. Deze stelling is zeer eenvoudig, doch
het leek mij geschikt om deze, in de prac-
tische partij veel voorkomende stelling
soort, n.l. een pionneneindspel ter bestu
deering te geven. Zoo spoedig toch maakt
men hierin een kleine fout ende ge
wonnen stand is plotseling remise of soms
zelfs verloren.
Wit speelt hier 1. b5b6. Immers, ging
de witte koning naar d4 ter ondersteuning
van a5 en b5 dan liep h4 door naar hl,
ging hij naar f4(f3) om h4 onschadelijk te
maken, dan volgde Ke7d6 en de pionnen
a 5 en b5 vallen zwart in handen.
Na 1. b5b6 speeit zwart a7 x b6. Nu
niet a5 x b6 want dan komt Kd7; b7, Kc7 en
weer zijn beide pionnen weg. Daarom 2. a5
a6 en de witte pion komt op a8, wordt
dame en wit wint.
B.l. 1. Df2f—Kb5; 2. De2f, Kc5; 3. De2f
Kd5; 4. Kb6e5 (A); 5. Kb2—DxP; 6.
Dc6fKd4; 7. Dc4f—Ke3, 8. Delf of 2.
Ka4, 3. Da2|, Kb5; 4. Da6|, Kc5;
5. Pe6fKd5; 6. Pc7 en wint.
(A) 4Df8, 5. Dd3t—Ke3, 6. De4f
enz.
Stelling A. 2.
Deze stand kwam, iets, gewijzigd, voor
in de partij van den Broekvan Hoek uit
de kampioenschapswedistrijd van Leiden.
r
LEEST DE ADVERTENTIES
IN UW DAGBLAD.
ABCDEFGH
Wit: Kh5, Tel, pionnen a7, e5, f4, h3.
Zwart: Kg7, Lc4, Pe3 pion h7.
Zwart aan zet, wint.
Stelling B. 2.
Een eindspel van H. Helms.
Wit:: Kh6, La4, pion: f5 en g7.
Zwart: Kg8, La2, pion: c4
Wit aan zet, wint.
Boekbespreking.
Bij de Uitgevers-Mij. G. B. van Goor
en Zonen te Den Haag verscheen een nieu
we druk van het derde deel van „Practi-
sche Schaaklessen" door den Hertog
Euwe.
Zooals bekend verscheen reeds in 1904
het eerste deel, door den Hertog. Door ver
schillende omstandigheden werden de vol
gende deelen door den Hertog niet afge
maakt. Omstreeks 1924 pas vond men dr.
M. Euwe bereid de andere deelen te ver
zorgen, de verschenen deelen te herzien.
Daaruit groeide het reeds eerder bespro
ken standaardwerk, waarvan het derde
deel thans een tweede druk beleeft. Het is,
zooals we dit van deze uitgever gewend
zijn, keurig verzorgd, met tallooze diagram
men verduidelijkt, door dr. Euwe, meester
lijk geschreven. Vooral de zoo moeilijke
Indische partijen vonden een uitbreiding.
Wij wenschen dit werk een plaats in iedere
schaakbibliotheek, zijn inhoud een verwer
king in iedere schakersstudie.
Bij dezelfde uitgever verscheen de der
de druk van het handige, beknopte werk
je: „Hoe leer ik vlug en gemakkelijk scha
ken", door J. Mieses, bewerkt door L.
Prins. Het is wel een bewijs, dat dit boek
je vele lezers vindt, dat binnen enkele
maanden twee herdrukken noodig bleken.
Voor de regels en grondbeginselen van het
schaakspel te leeren tjeeft het dan ook
voldoende terwijl du prijs n.l. 0.25, stel
lig geen bezwaren zal ontmoeten.
Bij het „Verslag der Wiener Schach-
Zeitung" verscheen het „Tagebuch, tiber
den Kampf urn die Schachweltmeister-
schaft AljechinEuwe", van de hand van
den wedstrijdleider dezer groote match
Hans Kmoch.
Het bevat alle partijen, echter zonder
uitvoerige analyses; het is dan ook met
recht een dagboek, waarin deze ervaren
schaakmeester en knap schaakschrijver
dag aan dag het verloop der strijd, de om
geving waar de strijd zich afspeelde en de
bijzonderheden die zich voordeden tijdens
de match op zijn prettige manier vertelt.
Als wedstrijdleider kon Kmoch van veel
zaken kennis nemen, die den buitenstaan
der ontgingen.
Èen prettig boek, een document van de
groote kamp in 1935.
Nadat ik het bovenstaande over de Al-
jechin-verdediging reeds had geschreven,
vond ik in 't door dr. Aljechin geschreven
werk: „Mijn beste Schaakpartijen" (even
eens verschenen bij de Uitgevers-Maat
schappij van Goor en Zonen) nog eenige
bijzonderheden over deze opening van de
hand van Aljechin zelve, welke ik dan
hier nog zal laten volgen.
Dr. Aljechin schrijft: „Deze nieuwe ver
dediging is door mij voor de eerste maal
geëxperimenteerd te Zürich in een con-
sultatieparty, Augustus 1921, en iets later
te Boedapest, September 1921 in tournooi-
practijk gebracht.
Haar correctheid staat hu volkomen vast.
Een van de meest doorslaande bewijzen
van haar levensvatbaarheid is wel het
feit, dat dr. Em. Lasker, ex-wereldkam
pioen en in den beginne een openlijke te
genstander dezer opening, haar zelf met
veel succes toepaste tegen Maroczy tij
dens het tournooi te New-York 1924 na
eerst tevergeefs naar een weerlegging te
hebben gezocht.
Tegenwoordig is er wel geen enkele
meester, Capablanca en zelf de „ortho
doxe" Rubinstein niet uitgezonderd» die
niet minstens één maal op een tournooi 1.
(e2e4)Pg8f6 gespeeld heeft."
HET TOURNOOI TE MOSKOU
In de zeventiende ronde van het inter
nationaal schaaktournooi te Moskou won
Botwinnik van Ragosin, Lasker van Loe-
wenfisch en Flohr van Eliskases.
De partijen KahnRjumin en Capablan
caLilienthal eindigden remise