De begrafenis vanjhr.Ruys de Beerenbrouck. H. K. H. Prinses Juliana heeft Dinsdag te Almelo de opening der tentoonstelling van werkstukken, vervaardigd op de ontwikkelings- en ontspanningscursussen van het plaatselijke crisis-comité bijgewoond. De Prinses bij aankomst aan de Groote Sociëteit, waar de tentoonstelling gehouden wordt Door het invullen van formulieren kon men naar de opbrengst van de crisis collecte, welke Dinsdag te Rotterdam gehouden werd, raden De stoet met het stoffelijk overschot van wijlen jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbroucck verlaat huize „Sulderas" op weg naar de kerk te Vierakker De verjaardag van Adolf Hitler werd te Berlijn gevierd met een legerparade, waarbij de gemotoriseerde afdeelingen een groote plaats innamen Bij de adelborsten op het Instituut der Kon. Marine te Willemsoord had Dins dag de senaatsoverdracht plaats. De commandant van het instituut, kapt.- luitenant ter zee, C. van Asbeck, draagt het vaandel over aan den nieuwen senaat De -goede oude tijd" op de bres voor den .crisis-tijd" bij de collecte, welke Dinsdag te Rotterdam voor het Crisls-comrté werd gehouden De begrafenis van wijlen jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck te Vierakker. Een overzicht van de plechtigheid op het kerkhof FEUILLETON. DE GOUDEN BRUG Roman van Hanno Plessen. (Nadruk verboden). 60) Terwijl hij zachtjes kreunt, glijden zijn handen tastend over den deken. Renate neemt ze in de hare.en houdt ze vast. Een oogenblik is de zieke wat rustiger. Dan rukt hij zioh uit de zwakke greep van de vrouw los, werpt zich op zijn zijde en steunt: „Jaag me niet weg, Monika.Geloof hem niet!Nee, meneer Rung, tiendui zend duizend voor Gertrud Breda.... Mar got moet niet alles hebben...." „Sylvester, ach, luister toch, Sylvester..." stamelt Renate hulpeloos. „Dorstkomt het nauw hoorbaar over zijn lippen. Zij wil het meisje niet bellen en haalt daarom liever zelf iets can te drinken. Als ze met 'n glas limonade in de kamer terugkeert, heeft de zieke het bed verla ten, om steeds nog in een ijlende droom in de zakken van zijn colbert, dat over den stoel hangt, te zoeken. Het gelukt Renate hem weer in zjjn bed terug te brengen, zij het ten koste van een groot deel der limonade. Hij schijnt nu echter geen dorst meer te bespeuren. Totaal uitgeput, ligt hij bijna doodstil. Zijn slaap wordt nu iets rustiger en dat stemt ook Re nate wat kalmer. Zachtjes staat ze op om zijn kleeren. welke hij door elkaar heeft gehaald, weer behoorlijk neer te leggen en eenige kleinigheden, welke er uit zijn gevallen, op te raden. Een zakoekeen notitieboekje....-een kam.... een porte feuille.... Uit deze laatste valt een klein strookje papier op den grond. Zij bukt er zich naar. Het is een postwisselrecu, afge geven aan het postkantoor te Innsbruck voor een, door Sylvester Vonberg gestort bedrag van 3.300 mark ten name van mej. Mar got Sellert, tooneelspeelster, Munchen, Gisellastraat 3 Totaal verbijsterd staart Renate op het papier, dat aan duidelijkheid niets te wen- schen overlaat. Zij :eent te droomen.... waant zich het slachtoffer van een plotse linge verstandsverbijstering, haar terwijl ze zich met de smalle hand nerveus over het voorhoofd strijkt, moet ze zichzelf erken nen, dat het de naakte werkelijkheid is. onloochenbaaronmiskenbaaral leen wat onsamenhangend.en ver wardEen poging om rustig na te den ken wordt verijdeld door de klanklooze stem van den malaria-patiënt: „Je moet me helpen, Emma....! Je moet.... Deze eene maal nog.... de laatste maal...." En dan plotseling met stemverheffing vervolgt hij: „Het gaat om alles.om Johanna.Jo, ik kan im mers niet leven zonder jou.Jo, lieve. liefste Jo, je mag-niet van van me weg gaanIk kan je immers niet missen.. Jo, ik wil je niet evrliezen.niet. En dan nog eenmaal in een laatste krachts inspanning: „Johanna. Het voor een aangeteekende verzending gemaakte pakje met Johanna's ring ver dwijnt in Szartossy's zak. Daarna sluit hij de knoopen van zijn skipak en bekijkt hij zichzelf nog eens in den spiegel. Hij knikt zijn eigen beeld toe. Hij is tevreden. Er is niets aan hem te zien. Totaal niets En nu weg.zoo spoedig mogelijk. Zich eerst van dien ring ontdoen.en dan. Er wordt geklopt. De piccolo van het hotel brengt de mid dagpost. Ongeopend steekt Szartossy den brief van Rudolf von Berg met het poststem pel Southampton bij zich.... Dan verlaat hij zijn kamerdraait tweemaal den sleutel in het slot om en loopt rustig de, met een dikke looper be dekte trap af. Bij de office geeft hij zijn kamersleutel af. „Ik heb een en ander in Innsbruck te doen.... mogelijk blijf ik daar overnach ten", zegt hij tot den portier, die van zijn mededeeling met een serviele buiging ken nis neemt. Dan keert Stefan Szartossy zich om, om heen te gaan. Op hetzelfde oogenblik dat hij zijn hand naar de deur uitsteekt, wordt deze van buiten geopend. Bijna was hij met Therese in botsing gekomen, die in groote haast en vrijwel buiten adem naar binnen stormt. „Heb ik daar even geluk, dat ik u bijna in de armen val", brengt ze er hijgend uit. „Mevrouw laat u hartelijk groeten en.... alstublieft, al het andere staat hierin...." Daarmee dutvt zij den verbaasden Szar tossy een brief in de handen. „Dank je", zegt hij, terwijl hij haastig het couvert open scheurt. Met intense be langstelling leest hij, wat Renate hem in vluchtige, duidelijk haar geagiteerdheid verradende woorden meedeelt: Terwijl ik gisteren nog hoopte je spoe dig tot een bezorv te kunnen uitnoodi- gen, moet ik thans reeds noodgedwongen je hulp inroepen. Kom spoedig! Ik doe een beroep op onze vriendschap! R. L. „Een auto.direct.beveelt Szar tossy den portier. Dan wenit hij zich tot Therese: „Wat is er met mevrouw gebeurd?" „Me mevrouw zelf niets Maar zij zit in angst over meneer, die plotseling zoo ernstig ziek is geworden.... met hooge koorts.... en mevrouw weet niet wat ze doen moetWaarom ze mij naar u stuurt in plaats van naar een dokter, weet ik niet Ik heb er niet naar durven vragen, omdat mevrouw er zelf zoo ellendig uit zagHet meisje springen zoowaar de tranen in de oogen. Op hetzelfde oogenblik rijdt de bestel de auto voor Binnen een half uur brengt de chauf feur Szartossy en het meisje bij de Lan taarn. In de hall komt Renate den man tege moet. Hij ziet haar pijnlijk vertrokken ge laat en zijn ongerustheid doet haar begroe ting vrijwel voor hem verloren gaan. „Gelukkig, dat je er bent, Stefan.... Ik dank je, dat je zoo snel gekomen bent..." Hij maakt een afweerende handbewe ging. „Dat ws toch vanzelfsprekend.Ik heb maar een bedenking en dat is, of ik een dokter zal kunnen vervangen. Therese heeft me intusschen al verteld, wat er aan de hand is." „Sylvester zei me, dat het aanval van malaria was, die hij in den oorlog heeft opgeloopen. En hij heeft me hem laten be loven, dat ik niet de hulp van een dokter zou inroepen. Hij scheen daar een haast kinderlijke angst voor te hebben, maar nu is zijn temperatuur zoo snél opgeloopen, dat hij ijlt Ik kon dat werkelijk niet laiv ger alleen verdragen.En niet alleen <k plotselinge ziekte op zichzelf boezemt nw angst in.er is nog iets anders, dat me. dat ik.ach, Stefan, ik besn zoo blij, dat je er bent". Daarmee grijpt ze de hand van den man en deze geste is wel een zeei duidelijk bewijs van haar behoefte aan steun en hulp. Bij het hooren van den, zoo weinig aüe- daagschen naam „Sylvester", heeft Szar tossy even versteld gestaan, maar hij heef! zich van elke interruptie onthouden om Renate rustig te laten uitspreken. Nu zegl hij geruststellend: „Wij zullen wel alles in orde brengen. Renate Als oud-frontsoldaat weet ik met malaria wel raad.en alle ander ge zorgen, die je kwellen, zullen we gezamenlijk wei uit den weg ruimen. Moed en vertrou wen, dat is alles! Dat je m ij dat vertrou wen in zoo ruime mate schenk, verheugt me oprecht Ik hoop het te rechtvaardi gen." „Je aanwezigheid alleen reeds is me een groote geruststelling", verzekert Renate, „maar voor we naar den patiënt toegaan, moet ik aan hetgeen ik je gisteren mee deelde nog toevoegen, dat je in hem een oude kennis zult terugzien. Door alles wat hij heeft meegemaakt en dat hem op de rand van den dood heeft gebracht, is hij echter zoo menschenschuw geworden, dal hij voorloopig niemand wilde zien. Enfin, daar is nu ook verandering in gekomen zelfs wanneer hij niet plotseling ziek zon zijn geworden...." Zij zwijgt met een iet wat verwarde uitdrukking op het bteeta gelaat (Wordt vervolgd)/'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 5