Jhr. Mr. Gb. J. M. RUYS DE BEERENBROUCK t DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN Herdacht in de Tweede Kamer 27ste Jaargang MAANDAG 20 APRIL 1936 No. 8398 S)e £cldócHe0oii^<mt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post f 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 V Ruys' eenvoud Uit een waardeerend artikel in de (libe rale) „Avondpost" over wijlen jhr. Ruys de Beerenbrouck: De Tweede Kamer stelde in haar president, die zijn moeilijke taak met kracht en humor en slagvaardigheid wist te volbrengen, terecht groot ver trouwen. Ieder mocht hem graag lijden; hij was altijd opgewekt; vaak overwon hij met kwinkslagen, maar streng kon hij ook zijn. Onder alle omstandighe den is deze Limburgsche edelman een eenvoudig, aangenaam, hartelijk mensch gebleven, wiens onverdachte en vurige geloofskracht hem nimmer heeft belet een man van groote verdraagzaamheid te zijn. Het feit van zijn eenvoud, hetr feit dat hij alles zoo onopgesmukt deed, zonder eenig vertoon en dat hij een man was van kalmen, nuchteren zin, ook in zijn redevoeringen, heeft er toe geleid, dat zijn bekwaamheden wel eens onderschat zijn. Het feit van zijn eenvoud heeft er toe geleid, dat zijn bekwaamheden wel eens onderschat zijn aldus constateert de „Avondpost". Is het niet treurig, dat de eenvoud van een persoon zulk een gevolg kan hebben? Het is treurig, doch, helaas, waar! Meer malen gebeurt het, dat de eenvoudigen in hun bekwaamheden worden on der- schat, terwijl degenen, die met armelijk- weinig geestelijk vermogen - veel zwier kunnen maken, zich kunnen voordoen als kapitalisten van geestelijken rijkdom, wor den overschat... Zóó is het leven, zóó zijn de menschen.... Wij ook? Als wij er ons niet op toeleggen, om menschen te kennen en te beoordeelen, zooals zij wer kelijk zijn, dan gaan ook wij, ongetwij feld, mank aan die onware oppervlakkig heid. V Ruys' soepelheid Verschillende, eerlijk en oprecht lof prijzende, artikelen over jhr. Ruys de Beerenbrouck z.g. geven wel aanleiding, om er even bij stil te staan en na te denken. Zoo o.m. deze zeer juiste typeering, welke het „Handelsblad" (liberaal) geeft van den overledene: Een trouw vaderlander is heenge gaan. Van het begin dezer eeuw, ver reweg het grootste deel van zijn leven, heeft hij de publieke zaak gediend. Sedert het einde van den oorlog, se dert 1918, is hij altijd president ge weest: voorzitter van den raad van mi nisters in drie kabinetten, die zijn naam droegen, voorzitter van de Twee de Kamer. Als jong Kamerlid deed hij reeds van zich spreken, zooals hij ook bij zijn optreden als premier aller aandacht trok, omdat hij deze zware functie op de voor dit ambt jeugdigen leeftijd van 44 jaar voor het eerst te torsen kreeg. Tot het laatst toe is er trouwens van dezen staatsman iets frisch en jeugdigs uitgestraald. Ruys was een man van zeldzaam goed ver stand. Dat hy drie ministeries lang in staat was om zich, niettegenstaande veelvuldige critiek, te handhaven, dankte hij echter waarschijnlijk mede aan een tact en soepelheid en een neiging om soms moeilijkheden te om zeilen, liever dan er recht op af te gaan. Aan Ruys is, misschien niet steeds ge heel ten onrechte, soms oppervlakkig heid verweten, maar men zou hem stellig tekort doen, door niet volmondig te erkennen, dat hij, waar hij een wer kelijk groot openbaar belang aanwezig achtte, zijn standpunt wist te verdedi gen met een hardnekkigheid, die niet aan buigen dacht. Ruys was een krachtig regent, maar óók een soepel mensch. In alle beschouwingen over hem wordt die soepelheid zeer gewaardeerd! Gewaardeerd, omdat zij niet was karak terloosheid, niet beginselloosheid, niet gevolg van niet-weten-wat-men-wil. Uit een dergelijke geestesgesteldheid sproot die soepelheid geenszins voort! Wat was die soepelheid, welke in Ruys zoo aan trekkelijk was, ten slotte dan? Zij hing zeer beslist ten nauwste samen met zijn overtuiging, zijn levende en levendige overtuiging, dat er tenslotte maar is één groot belang, dat men onwrik baar moet dienen: den dienst van God; en dat men tegenover alles, inzoover het niet direct is middel in den dienst van God, die soepelheid kan en moet betrachten, welke in overeenstemming is met den aard dier betrekkelijk onbeteekenende dingen. Ruys was soepel, tengevolge van natuur lijken aanleg, maar óók omdat hij gods dienstig was, omdat omdat hij het aard- sche leven zag in het licht der eeuwig heid! De wereld De Tweede Kamer kwam hedenmiddag te 1.10 uur in een Zaterdag opgeroepen vergadering bijeen onder voorzitterschap van den heer J. J. C. van Dijk. De griffier doet voorlezing van een me- dedeeling van mevrouw de weduwe Ruys de Beerenbrouck, dat haar echtgenoot is overleden. De voorzitter stelt voor, deze mededee- ling met een brief van rouwbeklag te be antwoorden. De Kamer keurt dit voorstel goed. De voorzitter houdt de volgende rede: REDE VAN DEN HEER J. J. C. VAN DIJK Diep onder den indruk van zijn onver wacht verscheiden, zijn wij samengeko men om in dankbaarheid en eerbied te herdenken onzen hooggeschatten voorzitter, den Minister van Staat Jhr. Mr. Charles Joseph Marie Ruijs de Beernebrouck. Vele en gewichtige waren de diensten, die hij in een hoogst eervolle loopbaan aan het land bewees. Commissaris der Koningin in de provin cie Limburg, werd hij op 9 September 1918 aangewezen als verantwoordelijk raadsman der Kroon. Tweemaal werd hij sindsdien opnieuw tot het ministerambt geroepen, al die keer en droeg het kabinet zijn signa tuur. Vele jaren maakte hij deel uit van deze Kamer. Leider van hare werkzaamheden was hij van 1 September 1925 tot 10 Aug. 1929 en van 9 Mei 1933 tot aan zijn over lijden. Zwaar is menig jaar van zijn minister schap voor hem geweest. Met nimmer fa lende blijmoedigheid heeft hij de moeilijk heden, die hij op zijn weg vond, onder het oog gezien en bij het zoeken van de op lossing gold voor hem slechts de vraag op welke wijze 's lands belangen het best werden gediend. Van de wetten, die de on der zijn leiding staande kabinetten voor bereid en verdedigd, mogen die tot her ziening der grondwet, tot stand gekomen in 1922, in het bijzonder in herinnering worden gebracht. Het lidmaatschap der Kamer in 1905 deed hij er voor het eerst zyn intrede vervulde hij met groote liefde. Reeds spoe dig had zijn woord gezag. En het voorzitterschap wij weten het allen, ook nog uit het jongste verleden oekleedde hij op een wijze die moeilijk te evenaren is. Toen hij, in 1925, voor de eerste maal het voorzitterschap der Kamer aanvaardde, verklaarde, hij, dat het zijn ernstig stre ven zou wezen als voorzitter onpartijdig te zijn en de inzichten en opvattingen van allen naar waarde te schatten. Hij heeft gestreefd, gelijk hij beloofde. Hy heeft teu volle bereikt, waarna hjj streefde. Alle partijdigheid bleef verre van hem. En voor overwegingen, die afweken van de, zijne, had hij steeds een open oor. Twee dingen waren er, waaraan hij niet geraakt wenschte te zien. Dat waren de goede toon uij de beraadslagingen en de juiste verhouding tusschen de Regeering en de Kamer. Het was in September 1927, dat hij in de rede, waarmede hij het voor zitterschap aanvaardde, de Kamer voor hield: „de opvatting, dat tot den grooten stijl in ons werk ook behoort het bewaren van den goeden toon, zal u van uw voor- zittter niet bevreemden". Dat op dit ge bied met hem niet te transigeeren viel, weten wij allen. En de juiste verhouding tusschen de Regeering en de Kamer, hoe- vele malen is hij daarvoor niet opgekomen, als die in het gedrang dreigde te geraken, bijvoorbeeld door het stellen van schrifte lijke vragen, die de strekking hadden op een te verwachten beslissing van de Re geering invloed te oefenen? Zulke vragen weigerde hij dan, om door te zenden. En hoe kon hij ook hoffelijk maar be slist zijn standpunt te bepalen, als hij meende, dat het optreden van de Regeering niet geheel strookte met de positie, welke voor het Parlement in ons staatsbestel is Lange redevoeringen achtte hij uit den booze. „Zaakkundige bondigheid bondige zakelijkheid" beval hij in zijn aanvaardings rede van September 1933 aan de Kamer Wij onderwierpen ons gaarne aan zijn leiding, omdat wij gevoelden dat die lei ding een eerlijke was, waarbij niemand werd ontzien en niemand met opzet werd belast; en omdat wij wisten, dat die lei ding gericht was op het hoog houden van het parlement. En het was ons'te gemakkelijker hem te volgen, omdat wij telkens weer onder de bekoring kwamen van zijn ongekunstelden eenvoud, van zyn by dien eenvoud toch zoo hoffelijke omgangsvorm an, van zyn by allen ernst van levensopvatting zoo Deelneming van H. M- de Koningin Mevrouw Jhr. Mr. Ruys de Beeren brouck mocht Zaterdagavond van H. M. de Koningin het volgende telegram ontvan gen: „Zeer getroffen door de droeve tijding van het overlijden van uwen Echtgenoot betuig ik U en Uwe kinderen mijn harte lijke deelneming. Met bijzondere waardee ring en dankbaarheid gedenk ik het vele, dat Uw Echtgenoot in het belang van ons Land en ons Volk gedaan heeft*'. w.g. WTLHELMINA. Hare Majesteit zal zich by de teraarde bestelling van Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, welke Dinsdag te Vierakker zal plaats vinden, doen vertegenwoordigen door Zijne Excellentie J. H. F. Graaf du Monceau, opperceremoniemeester en groot meester van het Huis van Hare Majesteit. blijmoedige natuur, van zijn gevoel voor humor, en van het sprankelende van zijn geest. Eenzijdig was onze voorzitter allerminst. Naast het werk, dat zijn voornaamste func tie hem bracht, verrichtte hy nog veel an deren arbeid. Verschillende colleges van beteekenis telden hem onder hun leden. Van den Mijn- raai was hij de gewaardeerde voorzitter. Voor de staatkundige partij, waartoe hy behoorde, stond hij steeds op de bres. Zij verliest in hem een schat van toewijding en van leidende kracht. De drankbestrijding vond in hem een warm aanhanger. Voor charitatieven ar beid werd nooit te vergeefs een beroep op hem gedaan. Ruijs is van ons genomen Wy hebben ons te buigen vóór Gods WL Zijn beeld blijft ons voor den geest staan. En dan zien wij hem als een oprecht Christen, diep belevend het geloof, dat zijn plechtanker was in leven en in sterven; daarnaast ten voile eerbiedigende de levensovertuiging vin anderen. Dan zien wij hem als trouv <!>naar van het Vorstenhuis, dat hij vereerde, en van het Vaderland, dat hij lief had. Dan zien wij hem als to^gew^d strijder vooi de beginselen, die hij met zyn volle hart en zijn groote gaven diende Ian zien wij hem als een eenvoudig, edel en grootmoedig mensen Ruijs is van ons genomen. Wy hebben God te daiiken, dat l'jj dit vracht'-are, rij ke leven aan land en volk heeft geschon ken. De herinnering aan deze nobele figuur lichte over onzen gemeens ^happriy ken ar beid. Moge aan zijn nabestaanden Gods r\jke vertroosting worde geschenken. Namens de Regeering werd het woord ge voerd door den Minister-President, dr. H. Coltfn. REDE VAN DEN MINISTER-PRESIDENT. De voorzitter van den Ministerraad, de heer Colijn, houdt de volgende rede: In aansluiting aan de door u gesproken woorden wensoht ook de Regeering in deze plechtige zitting uitdrukking te geven aan hare deelneming in het door de Kamer ge leden ernstige verlies en te getuigen van hare groote waardeering voor den persoon en den arbeid van den Staatsman, die zoo plotseling ontviel aan den dienst van Land en Koningin en wiens verscheiden in zoo breede kringen wordt betreurd. Slechts weinigen kunnen bogen op zulk een grooten staat van dienst voor de pu blieke zaak, als het geval was met den nu overleden staatsman. Ruim 30 jaren lang heeft Ruys de Beerenbrouck in een of an deren vorm aan het parlementaire leven deelgenomen en daarvan heeft hij niet min der dan 11 jaren de leiding gehad van een Kabinet, een grooter aantal jaren dan ten onzent ooit een voorzitter van den Raad van Ministers ten deel gevallen Is. Niet ieder van de drie perioden waar over die 11 jaren verdeeld waren, was even belangrijk, maar in geen van die drie pe rioden bleven de moeilijkheden gespaard. Het eerste Kabinet-Ruys trad op toen de wereldoorlog nog woedde en de voedsel- moeilijkheden in ons land een hoogtepunt hadden bereikt. Kort daarna moest met rustige kracht worden opgetreden tegen ernstige gisting in het binnenland en kwam men voorts te staan tegenover de liquidatie van de gedurende den oorlogstijd getroffen maatregelen op economisch ge bied. Maak ik dan verder nog melding van de invoering der verzekeringswetten en in vogelvlucht De Italianen naderen in smél tempo de Abeesynsche hoofdstad Addis Abeba. Vol gens een gerucht, zou de stad Ankober reeds bezet zijn. Deze stad ligt op 125 K.M. afstand van Addis Abeba en van hier naar Addis zijn de terreinmoeilijkheden niet zoo groot. Het verslagen Abessynsche leger zal evenwel alle mogelijke krachten inspan nen om een bezetting van de hoofdstad te voorkomen en duizenden vrijwilligers heb ben zich reeds aangemeld om een verde digingslinie te vormen ter bescherming van de stad. In tusschen verlaten de vreemde lingen de bedreigde hoofdstad. Extra-trei nen vervoeren de Europeanen naar Djiboeti in Fransch Somaliland; de spoorlijn is nog vrij doch lang zal het wel niet meer duren, daar de Italianen nu ook uit het Zuiden beginnen op te rukken. Aan het Somali- front heeft verleden week een felle slag plaats gehad, waarbij de Abessijnen een zware nederlaag zouden hebben geleden. Ook wordt gemeld, dat Italianen Jipiga hebben bezet en de geruchten houden hardnekkig aan, dat ook Harrar bezet is. De Nederlandsche ambulance is op weg naar Addis Abeba en zou daar volgens sommige berichten reeds zijn aangekomen. De Commissie van Dertien heeft zich vergenoegd met het in ontvangst nemen van het rapport van de Madariaga, waarin geconstateerd wordt, dat de bemiddelings pogingen mislukt zijn. Waarschijnlijk zal de vergadering van den Volkenbondsraad, welke heden plaats vindt, ook weinig nieuws brengen, daar verluidt, dat Enge land niet geneigd is om een verandering te brengen in den stand der sancties vóór de Fransche verkiezingen (half Mei) om het eensgezinde optreden van Engeland en Frankrijk niet te verstoren. Om echter op alle eventualiteiten voor bereid te zyn, wordt Malta verstrekt. Dit nummer bestaat uil vier bladen. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De Italianen naderen Addis Abeba. Een groote veldslag aan het Somalifront. (4de blad). Ernstige onlusten In Palestina. (4de blad) Geen koerswijziging in Mexico. (4de blad). van de uitvoering van het nieuwe grond wetsartikel inzake het onderwijs, dan mag van het eerste kabinet-Ruys worden ge tuigd, dat het in onze parlementaire ge schiedenis een zeer eervolle plaats zal blij ven innemen. Het tweede kabinet had weer andere moeilijkheden te overwinnen, waarvan ik slechts noem de financieele zorgen, die zich in de jaren 1922'24 openbaarden. En ook het derde bleef niet gespaard van bijzondere moeilijkheden, toen de huidige economische inzinking, met hare finan cieele gevolgen, zich in de beide laatste jaren van dat derde kabinet ook ten on zent duchtig voelbaar begon te maken. Onder zulke omstandigheden gedurende 11 jaren werkzaam te zijn op de meest in het oog vallende plaats, eischt meer dan gewone geestkracht en Is zonder het bezit van regentenkwaliteiten niet tot een goed einde te brengen. Het voorrecht gehad hebbend met den nu ontslapen staatsman in een Kabinet te hebben gezeten, zou het een tekortkoming mijnerzijds zijn, indien ik niet ook getuig de van zijn voortreffelijke gave om mee- ningsverschillen in den boezem van den ministerraad tot overeenstemming te bren gen. In dat opzicht was hij onbetwist pri mus inter pares. Dat dit leven vroeg, te vroeg werd afge sneden, mag naar menschelijk oordeel wor den getuigd, met het oog op wat van ge rijpte levenservaring nog te verwachten viel. Maar de almachtige God oordeelt an ders. Hij roept den mensch op Zijn tijd weg, ook van de meest verantwoordelijke posten. En Zijn doen is wijsheid. Daarvoor buigt de regeering ootmoedig het hoofd en dankt slechts namens Kroon en Volk voor al den openbaren arbeid door Ruys ver richt en zij voegt daaraan de bede toe, dat God de zwaar getroffen familie, inzonder heid de weduwe en de kinderen, zal schra gen in het dragen van dit zware verlies. Als de Minister-President zijn rede vol eindigd heeft, sluit, te 1 uur 20, de voorzit ter de vergadering. In de vergadering van de Tweede Ka mer, heden gehouden naar aanleiding van het overlijden van haar voorzitter, Jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, wa ren alle ministers aan de regeeringstafel gezeten. In de loges hadden o.a. plaats genomen oud-minister Van IJsselsteijn, de Minister van Staat, Commissaris der Koningin in Zuid-Holland. Jhr. mr. dr. Van Karne- beek, de griffier van de Eerste Kamer, mr. De Block, oud-minister Schokking, lid van den Raad van State, en mr. Knottenbelt, lid van de Eerste Kamer. De Communistische fractie was in haar geheel aanwezig, terwijl ook de heer Snee vliet, Rev. Soc., de vergadering bijwoonde. BINNENLAND. Jhr. mr. Chr. J. Ruijs de Beerenbrouck, herdacht in de Tweede Kamer. Telegram van deelneming van H. M. de Koningin. (lste biad). De opvolger van Jhr. Ruijs in de Tweede Kamer is mr. P. Truyen. (lste blad). De Vrijz. Democraten verlaten het standpunt der nationale ontwapening, (lste blad). Het Graalbestuur in partculiere audiën tie bij Z. H. den Paus. (lste blad). Benoeming van pater dr. Cassianus Hentzen tot pastoor te Haarlem. (Kerkn. lste blad). Verschillende verkeersongelukken in binnen--en buitenland. (Gem. Ber. 3de blad). Ned schepen op Belgische en Britse he kust geworpen. (Gem. Ber. 3de blad en lste blad). Het Nederlandsche duur-record zweef vliegen te Noord wijk gebroken. (Luchtv. 4de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. Hockey: Nederland verliest met 32 den landenwedstrijd tegen Frankrijk. (2de blad). Voetbal: I.V.C.B.: In den strijd om j het kampioenschap won Spartaan en speel den RJÏ.N.A.C. en Brabantia gelijk; D.EJVI. op de laatste plaats. D.H.VJ5.: Lenig en Snel moet degradatiewedstrijden spelen, Foreholte H, SJVI.C. H en OJ).I. H kam pioen. K.N.VJB.: Overwinningen van Feyenoord en Enschede in de kampioens competitie; slecht begin der West. degrada- tiecandidaten; U.V.S. veilig door een ne derlaag van Gouda; nederlagen van A.S.C. en Alphia; geringe kans op behoud voor LJF.C. De Olympische spelen en de wereld kampioenschappen. (2de blad). Korfbal: Blauw Wit slaat den Noord, kampioen om het kampioenschap van Ne derland. (2de blad). Zwemmen: Nieuw Ned. estafettere cord 4 X 200 M. van H.P.C. (2de blad). Athletiek: Het 20 KJV1. record van Nurmi door den Argentijn Zabala gebro ken. (2de gled). Gymnastiek: De Ned. ploeg voor den 1 andenwedstrijd tegen' BelgiëHon garije gekozen. (2de blad). Morgen (Dinsdag) GEEN gelegenheid tot het verkrijgen van mondelinge inlichtingen op juridisch gebied. Bijna alle dames- en heeren Kamerleden waren in 't zwart gekleed. Van het gebouw der Kamer waren blin den en gordijnen gesloten. Het was een stemmige en indrukwekken de plechtigheid. STOFFELIJK OVERSCHOT NAAR WICHMOND OVERGEBRACHT. In alle stilte en eenvoud is Zaterdag avond het stoffelijk overschot van Z. Exc. Jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck van Utrecht overgebracht naar het land goed der familie „Suideras" te Wichmond. Tegen half zes reed de lijkauto voor on der de peristyle van den hoofdingang van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 1