DE GOUDEN BRUG
3)e Ceidóoke Goii/fccmt
Op de terreinen achter het landgoed Ockenburg te den Haag woon
den H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana Dinsdag de oefe
ningen bij van de 1ste artillerie-brigade, waarna voor de vorstelijke
bezoeksters gedefileerd werd
Het Van Abbe museum te Eindhoven zal
dezen zomer officieel geopend worden
H. M. de Koningin verlaat een waar
nemingspost gedurende de oefeningen
van de 1ste artillerie-brigade op de
terreinen achter het landgoed Ocken
burg te den Haag
De heer G J. J. Wouters, burgemees
ter der gemeente Eibergen, is be
noemd tot gouverneur van Curagao
als opvolger van den heer B. W. T. van
Slobbe
„Ramona", te Rotterdam gebouwd voor rekening van de N.V. Bataafsche Import Mij. heeft
Dinsdag op de Noordzee proefgevaren. De „Ramona" gereed voor het vertrek van de Parkkade te
De Olympische klok is op het terrein der Olympiade 1936 te Berlijn
aangekomen. Voorbereidingen worden getroffen teneinde het ge
vaarte in den toren te hangen
FEUILLETON.
Roman van Hanno Plessen.
(Nadruk verboden).
In bangen twijfel keert, draait en be
schouwt hij nog steeds en telkens weer op
nieuw deze woorden.Piekert of ze wer
kelijk nietszeggend zijn, of dat er zich een
of andere onpleizierige beteekenis achter
verbergt en ten slotte tracht hij zichzelf
met een verachtelijk-bitter lachje te glos
seeren, omdat ze hem in werkelijkheid zoo
diep hebben getroffen.
Mechanisch heeft hij den terugweg naar
Iglerhof afgelegd en daar zijn kamer op
gezocht. Voor het eerst in zijn leven, dat
tot dusver zoo geheel vanzelfsprekend is
verloopen en hem eiken wensch in vervul
ling deed gaan, heeft een pijnlijke rade
loosheid zich van hem meester gemaakt.
Niet gewend aan teleurstellingen, verzet
iets in hem zich heftig tegen de afwijzing,
welke hem ten d -?1 is gevallenWant
een absolute afwijzing was het, dat is nu
eenmaal niet weg te redeneeren....
Met zijn liefde voor Renate heeft zijn
ernstige ontstemming niets te maken en
daarom duurt zij ook maar kort. Een paar
minuten slechts, waarin hij echter in alle
haast den inhoud van kasten en laden in
zijn koffer begint te pakken.... Maar zijn
liefde zit te diep, zij is te sterk en als zij
eindelijk triomfeert, pakt Szartossy zijn
koffer weer rustig uit om alles weer op zijn
plaats t» leggen.
Wachten.... Doorzetten.... Zijn dag
moet nog komenEn zijn zesde zintuig,
dat ten slotte elk .mensch bezit, doch dat
zich slechts zelden openbaart, doet bij hem
de meening postvatten:
Ze zal je noodig hebben.... jou, je be
scherming.... je hulp.... je trouw je
hart.
Stefan Szartossy blijft.
„Game!"
„8—8!"
„We moesten maar staRen".
„Onbeslist dus!" Fritz Mollander springt
over het net van de tennisbaan, dat hem
van Johanna scheidt. „U maakt het me
niet gemakkelijk, barones...."
„Ach, 't is dat ik met m'n service nogal
eens succes heb, maar overigens.overi
gens bent u veel sterker dan iken voor
al aan 't net", antwoordt Johanna snel en
zakelijk. Want het ontgaat haar geenszins,
dat hij niet uitsluitend hun partij tennis op
het oog heeft, wanneer hij met zooveel
nadruk betoogt, dat zij het hem niet ge
makkelijk maakt.
Fritz Mollander is echter een niet min
der goed verstaander. Hij begrijpt haar
bedoeling volkomen en gaat onmiddellijk
op het zakelijke sportgesprek in. Daarbij
wordt slechts gewaagd van cross drives,
back hand, smashes en lobsTwee slan
ke, geheel in het wit gekleede gestalten,
blauwoogige, blonde vreemdelingen temid
den van de palmen en bloemenweelde van
het morgenland, zoo wandelen zij samen
door het park van Gezireh.
Fritz Mollander is een flink uit de klui
ten gewassen, 'knappe jongeman met re
gelmatige gelaatstrekken. Zijn geheele per
soon straalt slechts gezondheid en levens
vreugde uit: een welverzorgd uiterlijk, keu
rig verzorgd haar en goed verzorgde, blin
kend witte temden: Veel water en zeep, een
flinke eetlust en veel slaap.
Bovendien heeft hij iets zeldzaams in
nemends over zich iets wat onvoor
waardelijk vertrouwen afdwingt. Open
hartig en vrijmoedig is hij in zijn avances
jegens Johanna, oprecht is zijn groote toe
genegenheid en eerlijk zijn diepe vereering.
Aan zijn zijde zou zij geborgen zijn. Hij
zou haar op de handen door het leven
dragen.
Johanna weet dat. En de oogenblikken,
waarin zij verlangt naar het leven op No-
thery Hill, naar de Londensche season en
naar alles, wat hij haar voorschildert, ne
men steeds in aantal toe. Maar desondanks
tracht zij het beslissende woord telkens
weer te vermijden. Wanneer Fritz Mol
lander echter met steeds dezelfde toewij
ding en met zeldzaam fijne tact op de ge
ringste stemmingswisseling harerzijds in
gaat, als hij haar eiken wensch uit de
oogen leest, dan voelt ze zich zoo grenzen-
loos dankbaar jegens hem gestemd, dat
daarnaast voor geen ander gevoel meer
plaats is. Dan bereikt zelfs de gedachte
aan een mogelijke scheiding haar diepe
smart en innerlijk bevreesd, vraagt zij zich
dan telkens weer af, of dit gevoel van
haar kant sterk genoeg is om er huwelijk
op te baseeren. Een huwelijk, waarin zij
als faire levenspartner bij haar metgezel,
die alles geeft, waarover hij beschikt, niet
ten achter wil blijven.
Zij weet, dat de som van al haar ge
voelens jegens Fritz Mollander niet kan
opwegen tjegen de plaats, die Sylvester
Vonberg in haar hart innam. Zij weet, dat
de eerste, groote liefde zich slechts een
maal openbaart. Zij heeft die liefde niet
mogen beleven, maar evenmin wil ze er
aan te gronde gaan. Volkomen duidelijk
heeft haar sterke levenswil haar het een
belet en het andere verboden. Tevergeefs
echter wacht zij nu op een nieuw bevel
van haar vitale kracht, dat haar in staat
zal stellen de kwestie-Fritz Mollander tot
een oplossing te brengen.... Twijfel be-
heerscht haar sterken wil en doet haar be
sluiteloos aarzelen.
Zoo maakt Johanna het niet alleen Fritz
Mollander, maar ook zichzelf met den dag
moeilijker
„De bruiloft houden we in Ween en", ver
zekert Sophie von Geitier met haar gouden
optimisme, „en dan zullen wij beiden nog
eens gezellig met elkaar walsen, sir Her-
bert."
Zij zitten aan de five o'clock tea op het
terras van het Mena House, temidden van
vele andere Egyptische wintergasten, waar-
tusschen zich Arabische bedienden en Zwit-
sersche kellners bewegen.
„Ik hoop hetantwoordt de Brit,
terwijl hij zijn neef nastaarde die Johanna,
welke juist de trap naar het terras op
klimt, tegemoet gaat.
Zij draagt een champagne-kleurig toilet
met als eenig versiersel een la France uit
de bouquet, welke zij dezen ochtend met
Fritz Mollander's kaartje op haar ontbijt
tafel heeft gevonden.
„Ik hoop het", zegt Sir Herbert Haw
kins nog eens op een toon, welke duidelijk
verraadt, dat dit zijn hartewensch is.
En als Fritz Mollander het charmante
meisje kort daarop in een sleepende tango
over het parket leidt, dringt zich ook bij
niet belanghebbende toeschouwers de ge
dachte op:
Wat een knap paar.... Wat zouden die
beide jonge menschen goed by elkaar pes-
„Bella.Bella...."
Al het roepen is tevergeefs. De anders
zoo gehoorzame hond rent blaffend om de
bocht van den weg. De vrouw, die op de
zen zonnigen winterochtend haar diep, in
nerlijk geluk op een eenzame wandeling
door het haar zoo welvertrouwde bosch
met volle teugen geniet, volgt de dog in
lachende nieuwsgierigheid.
„Bella!" hoort zij een mannenstem op
een toon van blijde verrassing en eenige
seconden later staat zij tegenover Stefan
Szartossy.
„Ach, dat is prettig, dat ik u weer eens
zie", zegt ze, zichtbaar verheugd, terwijl
ze hem met een spontaan, hartelijk gebaar
beide handen toesteekt.
Onstuimig klopt zijn hart, als hij zich
daarover heen buigt. Het plotselinge ka
rakter van deze toevallige wel innig ge-
wenschte, maar nauwelijks meer verwach
te ontmoeting, heeft hem zijn zelfbeheer-
schmg een oogenblik doen verliezen.
Rer.ate causeert met levendige onbevan
genheid en als vanzelfsprekend wordt de
wandeling gezamenlijk voortgezet. Bella
draaft vergenoegd vooruit.
Bij Stefan Szartoegsy heeft de eerste blij
de verwarring plaats gemaakt voor een
diepe, rust schenkende vreugde, een ge
voel, dat hem steeds vervult aan de zijde
van deze vrouw.
(Wordt vervolgd).