LICHT IN DUMTfDHI)
VRIJDAG 3 APRIL 1936
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
VQAGEM OVEQ OHJ GELOOF
Vraag 111. Hoe moet men zich het
„voorgeborchte der hel", de verblijfplaats
der ongedoopt-gestorven kinderen eigenlijk
voorstellen? Waar blijven deze zielen na
het laatste oordeel?
Antw.: Eerst iéts over den naam. „H e 1"
wil niet uitsluitend zeggen: de verblijf
plaats van de verdoemden, maar beteekent
in 't algemeen: verblijfplaats der afgestor
venen. Zoo in onze Geloofsbelijdenis over
Christus: „Die nedergedaald is t e r h e 11 e".
Door het woord „voorgeborchte" wil men
te kennen geven, dat het gaat over een
plaats, die eigenlijk niet de normale eeuwige
verblijfplaats is (deze is immers voor de
zaligen: de hemel, voor de anderen: de hel
der verdoemden).
Als wij spreken over zielen „in het
voorgeborchte" bedoelen wij daar
mede zielen der afgestorvenen, die wel van
de aanschouwing van God beroofd zijn,
maar verder geen lijden ondergaan.
Men onderscheidt dan le. het z.g. voor
geborchte der kinderen, waar de
zielen verblijven, die alléén met de erf
zonde besmet zijn; dat zijn de zielen der
kinderen (zonder doopsel gestorven vóór
dat zij het gebruik van hun verstand had
den) èn van hen die levenslang krankzin
nig waren dus nooit het gebruik van
hun verstand hadden en zonder doopsel
stierven. Deze zielen genieten daar een
zuiver natuurlijk geluk; zij zijn vrij van
alle droefheid en lijden, maar missen het
ontzaglijk bovennatuurlijk geluk der zali
gen n.l. de directe aanschouwing van God.
Volgens de meer algemeene leer der Katho
lieke Godgeleerden zullen zij onder dit ge
mis in 't geheel niet lijden, omdat zij on
bekend zijn, met hetgeen zij missen en er
daarom ook niet naar verlangen. Zij zullen
de gansche eeuwigheid God een dankbare
liefde toedragen voor het volmaakt natuur
lijk geluk dat Hij hun buiten hun verdiens
te schonk. De z i e 1 dezer personen krijgt na
hun dood 't volle gebruik harer vermogens
(verstand en wil); en ook bij hen zal deze
ziel op het einde der wereld met hun
lichaam worden vereenigd, zoodat ook dat
lichaam in eeuwigheid zal deelen in het
natuurlijk geluk.
Ten 2e onderscheidt men het z.g. „voor-
geborchte des Vaders" dit was de
verblijfplaats der heiligen van het Oud
Verbond d.w.z. van die heilige menschen,
die vóór den dood van Ohristus stierven en
bij hun dood vrij waren van elke zonde
en elke schuld of deze reeds in het vage
vuur hadden uitgeboet. Die zielen waren
daar vrij van alle lijden en wisten zeker,
dat zij ééns, als de Messias Zijn verlossings
werk zou hebben volbracht, de eeuwige
zaligheid in den hemel zouden genieten. In
deze plaats is de ziel van Christus na Zijn
Kruisdood „nedergedaald" om hun de vol-
tooing der verlossing vreugdevol mede te
deelen.
Voor de zielen der volwassenen die
„zonder Doopsel" gestorven zijn na Chris
tus' dood, is er niét zooals U volgens
Uw schrijven meent een aparte verblijf
plaats. Deze immers kregen, zooals alle
menschen voldoende genade om
zalig te worden. Hebben zij genoeg
zaam met deze genade medegewerkt en
dus het „doopsel van begeerte" ontvangen
dan komen zij in den hemel. Deden zij
dit niet, dan komen zij in de hel der ver
doemden.
Vraag 112. Is er nog een andere „derde
Orde" dan die van den H. Franciscus? Wat
is dit eigenlijk?
Antw. Ja zeker, er zijn er meerdere.
De derde orde van den H-. Dominicus bijv.
(dus der Dominicanen) is tegenwoordig
ook zeer bekend. „Derde-ordelingen" of
Tertiarissen zijn vooral die niet-kloos
terlingen, die zich in de wereld door
een bepaalde levenswijze (gelijkend op die
van een kloosterorde) beschermen willen
tegen een verkeerde wereldschgezindheid.
Het denkbeeld is reeds in de 11e eeuw
ontstaan. Vele kloosterorden, die m a n-
nenkloo sters (eerste orde) en vrou
wenkloosters (tweede orde) omvat
ten, verbonden een derde orde aan zich
voor „menschen in de wereld", die om een
of andere reden (bijv. omdat ze gehuwd
waren) geen kloosterleven konden leiden,
maar zich toch tegen den „geest der we
reld" wilden hoeden. Zoo kenden en ken
nen nóg, Norbertijnen, Dominicanen enz.
hun „derde orde".
Het beroemdst is echter de derde orde van
den H. Franciscus van Assisie ge
worden; zij telde groote figuren der we
reldgeschiedenis onder haar leden als:
H. Elisabeth van Thuringen, Koning Lode-
wijk IX (de heilige), Columbus de ontdek
ker van Amerika, de beroemde schilder
Raffael, de natuurkundige Galvani, vele
beroemde Pausen enz.
Deze tertiarissen volgen de, in 1221 door
den H. Franciscus opgestelde, maar in 1883
door Paus Leo XIII veranderde regel. Zij
hebben een aantal vastendagen, bidden
dagelijks 12 Onze Vaders en Weesgegroeten
met Eere den Vader, dragen een lenden-
koord en een scapulier onder hun klee
ding en vermijden alle overtollige „weelde"
in hun levenswijze. Zij deelen in zeer veel
geestelijke gunsten. Vooral sinds de buiten
gewone bevordering der derde orde door
Paus Leo XIII (Zelve een vurig Tertiaris)
is het ledental dezer derde Orde tot onge
veer 3 1/2 millioen gestegen.
Alhoewel de derde Orde oorspronkelijk
bedoeld is voor niet-kloosterlingen, zijn er
toch ook zeer veel „derde-orde kloosterlin
gen", die leven volgens de regel der derde
orde, maar in kloosterlijke gemeenschap en
met aflegging der drie geloften van armoe
de, zuiverheid en gehoorzaamheid; zoo bijv.
de talrijke Congregaties van Zusters „Fran
ciscanessen".
Vraag 113. Wat is eigenlijk de bedoe
ling en het nut van openbare „processies"
(met het Allerheiligste enz.).
Antw. Er zijn „dank-, bid-, en boete
processies". Reeds in het Oud Verbond wa
ren zij in gebruik en geliefd. (2 Esdr. 12).
Ook Jezus Christus Zelf trok in „processie"
(d.i. in plechtige optocht) Jeruzalem binnen.
(Mt. 21).
De Proccesies zijn een openbare
geloofsbelijdenis en daarom van
hooge bet eekenis: de godsdienst immers
moet niet teruggedrongen worden tot de
„binnenkamers" of de „sacristie". God is
ook God van het openbare leven, dus moet
ook dit door uitingen Van den Christelijken
godsdienst doordrongen worden.
Door de openbare Sacramentsprocessies
wordt openlijk getuigd, dat Jezus Christus,
Die onder broodgedaante wordt rondgedra
gen, Koning is niet alleen in de kerk, maar
op elk terrein van het menschelijk leven.
Hetzelfde geldt maar dan natuurlijk in
ander opzicht bij het eerbiedig rond
dragen van beelden en reliquiën: men wil
het verlangen uiten, dat de heiligheid en
de vrome ijver, welke de betrokken heilige
bij zijn of haar leven heeft getoond, alle
deelnemers en alle bewoners van het oord
moge bezielen.
In de meeste streken van ons land zijn
openbare processies verboden. Men kan
het aan het inzicht en het beleid van de
katholieke staatslieden overlaten om te be-
oordeelen of, en zoo ja, wannéér het wen-
schelijk is, naar de opheffing van het „pro
cessieverbod" te streven.
Vraag 114. Hoever was de afstand lo. van
den hof van Olijven tot Caiphas; 2o. van
Caiphas tot Pilatus; 3o. van Pilatus naar
Herodes. Hoe lang was de „kruisweg"?
Antw. De 01 ij v e n h o f (Gethsemani)
lag en ligt nog aan de westelijke helling
van den Olijfberg, die eigenlijk een berg
rug is en zich langs de Oostelijke kant van
de stad uitstrekt. Jezus was met de Zijnen
daarheen gegaan vanuit het Cenakel
(de zaal van het Avondmaal) dat in de
Zuidwest hoek van Jeruzalem ligt. De af
stand tot den Olijvenhof is ongeveer 1400
meter, dus een kwartier gaans.
Na Zijn gevangenneming heeft Jezus eers
een verhoor ondergaan door Annas, den
oud-hoogepriester en schoonvader van
Caiphas den hoogepriester. Waarschijnlijk
was ook dit verhuor in het paleis van
Caiphas, dat vrijwel naast het Cenakel
lag, zoodat Jezus als Gevangene weer on
geveer 'n kwartier gaans, grootendeels door
de stad, terug moest afleggen. In dat paleis
hadden ook de nachtelijke zitting van den
Hoogen Raad (bestaande uit Caiphas, de
opperpriesters, schriftgeleerden en ouder
lingen), de verloochening door Petrus, de
bespotting van Jezus en de ochtend-zitting
van den Hoogen Raad plaats.
Nadat deze Joodsche Raad Jezus op on
wettige wijze ter dood veroordeeld had,
werd Hjj naar den Romeinschen landvoogd
Pontius Pixatus gevoerd opdat <3
l het doodvonnis zou bekrachtigen en zoo
j mogelijk ook volgens de Romeinsche wet
Hem zou veroordeel en.
I Waarschijnlijk verbleef Pilatus in het pa
leis van Herodes. De afstand van Caiphas
daarheen bedroeg circa 400 meter, dus on
geveer vijf minuten gaans door de stad.
Herodes de viervorst resideerde eigen
lijk te Tiberias, maar met het Paaschfeest
verbleef hij altijd te Jeruzalem. Waar hij
toen logeeixle weet men niet precies; men
denkt in een paleis, dat dicht bij zijn, in
die dagen door den landvoogd betrokken
paleis lag n.l, op ongeveer 200 meter af
stand. Heen en terug moest Jezus derhalve
bespot en gehoond, aas gevangene weer on
geveer een halve kilometer gaan. De weg
van Pilatus naar Golgotha, de kruis
weg, door de nauwe, bochtige straten
van Jeruzalem onder 't gehoon van 't ge
peupel door den gegeeselden en mishan
delden Jezus, beladen met het zware kruis
afgelegd, was niet lang, ongeveer vierhon
derd meter. Maar Jezus zal, in den uitge-
putten toestand waarin hij verkeerde,
vallen, opstaan, gesleurd worden er na
tuurlijk zeer veel langer over hebben ge
daan dan een gezond mensch over zoo'n af
stand doet.
U hebt gelezen, dat wij herhaaldelijk het
woord „waarschijnlijk" e.d. gebruikten. Dat
komt omdat sommige dezer plaatsen nJ.
de plaats waar Pilatus recht-sprak, waar
Herodes verbleef, niet nauwkeurig bekend
zijn. Hierover is veel verschil van meening
onder de deskundigen. Maar zeer véél kun
nen. de hierboven gegeven afstanden niet
van de werkelijke afwijken.
Wederom zullen eenige vragenstellers wart
geduld moeten hebben!
Men kan vragen ter beantwoording in
deze rubriek inzenden bij: Mr. A. Diepen-
brock, Hageveld, Heemstede.
GEMENGDE BERICHTEN
NOODLOTTIGE ONVOORZICHTIGHEID.
Jongetje door zijn nichtje doodgeschoten.
Gistermiddag heeft te Overschild een
noodlottig ongeval plaats gehad, doordat
een 17-jarig meisje haar vijfjarig neefje een
vuurwapen wilde demonstreeren. Terwijl
de 17-jarige Aukje Ritzema aan het werk
was in het karnhuis, drentelde haar vijfja
rig neefje Teunis Veenema om haar heen en
vroeg telkens of het dubbelloops jachtge
weer, dat aan den wand hing wel schie
ten kon.
Ten einde raad, beu van het gezeur van
den kleinen jongen, haalde het meisje het
wapen van de muur en mikte op den klei
nen Teunis, waarbij plotseling het geweer
afging en het jochie doodelijk in de borst
getroffen werd.
Volgens een verklaring van haar vader
was het geweer altijd geladen. Een gerech
telijk onderzoek is
BRAND TE HEERENVEEN.
Doordat een bed, dat bij de kachel lag
te dragen, vlam vatte, is gisteravond brand
uitgebroken in de woning van mej. Krak
te Heerenveen.
De bewoonster was op het moment van
het uitbreken van den brand niet thuis.
Spoedig had het vuur de geheele woning
vernield en ook de belendende woning van
den heer Blauw aangetast. De brandweer
kon met drie stralen het vuur bedwingen.
De woning van den heer Blauw is gedeelte
lijk vernield, terwijl een nabijgelegen pak
huis waterschade kreeg. De heer Blauw was
verzekerd, mej. Krek niet.
VECHTPARTIJ OP STATION TE
HAARLEM.
De sneltrein BrusselAmsterdam, die om
11.04 in de hoofdstad moest arriveeren,
heeft gisteravond een vertraging van drie
minuten gehad. De oorzaak van deze ver
traging was gelegen in het onhebbelijk op
treden van een beschonken student, die te
Delft met een collega in den trein was ge
stapt. Deze jongeman had klaarblijkelijk
nog niet genoeg aan Bacchus geofferd, want
hij zette het drinkgelag in den trein voort.
De jongelui ledigden eenige flesschen bier,
die zij bjj zich hadden. In hun dronken
schap begonnen de lieden het hun mederei
zigers erg lastig te maken. Een van beiden
maakte het zoo bont, dat hij in Haarlem
uit den trein werd gezet.
Dit ging evenwel niet zoo gemakkelijk
en er ontstond een formeele vechtpartij
tusschen den student en het treinpersoneel.
De beschonken jongeman sprong een der
dienstdoende conducteurs op den rug met
het gevolg, dat deze beambte nog maar juist
in den trein kon komen, die zich reeds in
beweging had gezet. Nadat de trein zijn
reis naar de hoofdstad had voortgezet, ging
het gevecht op het Haarlemsche perron nog
steeds verder, thans met den stationschef
en ander spoorwegpersoneel.
Het gelukte het personeel evenwel den
wildeman te overmeesteren en het station
uit te brengen. In het politieposthuis op het
Stationsplein is hij ter ontnuchtering en
kalmeering opgesloten. „TeL"
STEEKPARTIJ TE ASSEN.
Woensdagavond laat heeft te Assen aan
den Noordersingel, vlak bij café Bos, een
steekpartij plaats gehad tusschen den ge
huwden A. de V. uit Beilen en M. B. uit
Veendam.
Eerstgenoemde werd met een knipmes
bewerkt en in de linkernierstreek geraakt,
terwijl hij een snede van 30 40 c.M. over
het achterhoofd kreeg. Hij is in het Wilhel-
mina-Ziekenhuis te Assen opgenomen.
Beide personen verkeerden onder den
invloed van sterken drank.
De dader, die op de vlucht ging, is des
nachts gearresteerd en ingesloten.
EEN ZINGENDE MUIS.
Men schrijft uit Maastricht aan de „N.
R. Crt.":
Op de Woensdagavond gehouden maan-
delijksche vergadering van het Natuurhis
torisch Genootschap in Limburg, heeft de
heer Waage een zingende muis gede
monstreerd; ze maakt rollen als van een ka
narie, het is in één woord een idioot geluid!
Een leerling van de H.B.S. te Maastricht,
wonende te Eisden, had reeds eenige we
ken in huis een geluid gehoord als van
een kanarie, waarvan hij de oorzaak niet
kon ontdekken. Het was zoo irriteerend,
vooral ook door de onbekende oorzaak, dat
hij er zijn leeraar in de natuurlijke historie
over raadpleegde, die wel vermoedde, wat
de oorzaak van het geluid kon zijn, omdat
het Natuurhistorisch Genootschap reeds
tweemaal een muis had toegezonden gekre
gen, die een bijzonder geluid had verwekt,
doch helaas, beide malen een dood exem
plaar. Bij de sectie op één van deze kada
vers werden parasitaire rondwormen in de
luchtpijp gevonden. Deze wordt door de
aanwezigheid daarvan vernauwd, waardoor
de lucht moeilijker kan passeeren en het
merkwaardige geluid ontstaat.
Aan den Eisdensohen leerling werd na
tuurlijk de opdracht gegeven te trachten
het beestje levend te vangen. Dit gelukte
één dezer dagen. Het bleek te zijn een ge
wone huismuis, die een vogelachtig geluid
voortbrengt, dat, indien het diertje in rust
is, doet denken aan het gepiep van een jon
ge zwaluw, maar als het geplaagd wordt,
waardoor de ademhaling sneller gaat, ge
luid voortbrengt als van een kanarie, zij
het iets zachter. De aanwezigen, die nooit
van iets dergelijks gehoord hadden, dachten
in ernst dat het een één-April-mop was,
doch nog steeds geeft de muis haar concert
in het museum van genoemd genootschap.
SPORT
WIELRENNEN
DE VIERDE AMSTERDAMSCHE
ZESDAAGSCHE.
SlaatsCharlier winnaars.
De Gebr. Vroomen zijn gistermorgen na
de neutralisatie in verband met hun ach
terstand uit den strijd genomen, terwijl
Rausch in verband met zijn val van Woens
dagnacht den strijd heeft moeten staken.
Tijdens de derde sprint van dezen mid
dag heeft plotseling een ernstige valpartij
plaats. In den bocht voor de perstribune
komt Zims, doordat hij even omkijkt, met
het wiel van Aerts in aanraking. Zims komt
te vallen en glijdt naar beneden. Pellenaars
vliegt over hen heen en komt leelijk met
zijn voorhoofd op de baan terecht. Hij is er
ernstig aan toe en wordt in zijn cabine ge
dragen, waar hij door doktoren behandeld
wordt. In afwachting van het advies van de
medici krijgt hij voorioopig eenigen tijd
neutralisatie. De geheele strijd wordt daar
op voor het bijwerken van de baan eenigen
tijd geneutraliseerd.
Het wordt een sensationeele middag. Tij
dens de zesde sprint gaat Pijnenburg er
plotseling van door. hij wordt goed afge
lost door Piet v. Kempen en er wordt een
ronde genomen. Schön volgt nu het goede
voorbeeld en ook hij en Hürtgen gaan er
tusschen uit en nemen eveneens een ronde.
Dit is het sein voor een felle jacht en wel
dra is het geheele veld in beroering. De
Franschen Ignat en Diot, Slaats en Charlier
volgen het goede voorbeeld en ook zij ne
men een ronde.
Het is een korte doch felle jacht, doch
hierin gebeurt weer heel wat. Als Jan Pij
nenburg zijn koppelgenoot P .v. Kempen
afgelost heeft gebeurt er plotseling weer
iets. Pijnenburg rijdt met een uitgestrek-
ten stijven arm en gilt. Men snelt toe en
helpt hem van zijn fiets af en legt hem zoo
lang op een brancard. Hij schijnt hevigen
pijn te hebben en gilt en schreeuwt het uit.
Bij het aflossen is vermoedelijk zijn linker
arm uit den kom geschoten. Het is echter
weer vrij spoedig verholpen en even later
verschijnt hij onder luid applaus weer op de
baan.
Even late1* wordt medegedeeld dat Pelle
naars op dokteris advies den strijd heeft
moeten staken. Er wordt nu een nieuw kop
pel gevormd tusschen Wals en J. v. Kem
pen, die op drie ronden komen te liggen.
Onzekerheid tot het einde.
Donderdagavond om 8 uur wordt de laat
ste neutralisatie opgeheven. Broeken en
truien worden weer uitgetrokken en de
renners versnellen eenigszins hun tempo.
Zonder dat er iets bijzonders gebeurt, zon
der eenigen strijd of sensatie, zonder een
enkele uitlooppoging, draaien zij rustig hun
SLAATS en CHARLIER
de winnaars van de Vierde Amsterdamsche
Zesdaagsche.
Om half tien draaien zij nog. Het nog
steeds niet zeer talrijke publiek, dat wel
licht gehoopt heeft, althans dezen laatsten
avond een spannend schouwspel te zien te
krijgen, begint zich langzamerhand bekocht
te voelen. Maar men hoopt nog steeds, dat
er iets zal gebeuren, vóór over anderhalf
uur de sprintfinale begint, die een uur zal
duren.
De hoop op een sensationeele ontknoo
ping is alleszins gerechtvaardigd. Wel zel
den zal men, ruim twee uur voor het einde
van een zesdaagsche, zoo in volslagen on
zekerheid omtrent den afloop hebben ver
keerd als bij dezen wedstrijd, die zijn eigen
aardig karakter voor een deel dankt aan de
rivaliteit tusschen de beide, over twee el
kaar fel bestrijdende koppels verdeelde, fa
vorieten Wals en Pijnenburg.
Tegen half elf wordt een onbeduidende i
premie uitgeloofd en de sprint heeft aan-
vankelijk een weinig interessant verloop.
Aerts gaat als eerste over de streep en dan,
gelukkig eindelijk gebeurt het. Aerts
loopt weg en onmiddellijk gaat Slaats hem
achterna. We zijn zoo ver. Ook Pijnenburg
komt opzetten, WalsJan van Kempen
volgen, en het overige veld gaat er achter
aan.
Als het half elf is hebben AertsBuysse.
SlaatsCharlier, PijnenburgPiet van
Kempen ieder 2, SchönHürtgen, Billiet
Deneef, IgnatDiot en mogelijk nog an
deren ieder één ronde veroverd. Het heele
peleton zit nu achter iederen uitlooper aan.
Een premie-sprint gaf aan Jan van Kem
penWals aanleiding een ronde in te loo-
pen, terwijl even later IgnatDiot en Zims
Küster dit voorbeeld volgden zonder dat
het veld eenige moeite deed om de vluch
telingen te achterhalen. De luidspreker kon
digde daarop aan, dat indien het veld niet
volgde bij uitlooppogingen, de ronde van
het koppel, dat er een „nam" niet toegekend
werd. BillietDeneef waren de eerste
slachtoffers hiervan; een ronde door hen
genomen werd niet toegekend.
Het veld bleef onrustig, angstig bewaak
te men elkaar en toen Deneef en Billiet en
AertsBuysse een ronde uitliepen, liet men
de Belgen kalm hun gang gaan.
Zoo naderde het laatste uur van den wed
strijd. Alle tien ronden werd een klasse
ment gegeven met dubbele puntentelling.
De eerste kreeg tien punten, de twee zes,
de derde vier en de vierde twee punten.
Neutralisatie in het laatste uur, wat er
ook gebeurde, werd niet meer gegeven.
Precies om elf uur ging het groene licht op.
De eerste sprint was aangevangen.
Alle pogingen tot uitloopen werden door
de renners in de kiem gesmoord en alleen
AertsBuysse, die drie ronden achter wa
ren, slaagden erin één ronde in te loopen.
Zoo hebben SlaatsCharlier den strijd
gewonnen. Zij zijn winnaars van den vier
den Amsterdamschen Zesdaagschen wieler
wedstrijd.
De eindstand luidt:
1. SlaatsCharlier 229 pnt.
Op één ronde: 2. PijnenburgPiet van
Kempen 510 pnt.; 3. BillietDeneef 273
pnt.; 4. SchönHürtgen en IgnatDiot
beide 210 pnt.; 6. WalsJan van Kempen
ZESDAGEN-BEELD.
Voor de laatste maal?
Om klokslag middernacht vielen kort
achter elkaar drie schoten in het RA.I.-
gebouiw: de Vierde Amsterdamsche Zes
daagsche was ten einde, Slaats en Charlier
hadden de overwinning behaald. Dus niet
Pijnenburg en Piet van Kempen, niet Wals
met zijn koppelgenoot waren winnaars
geworden, maar een Hollandsch-Belgisch
paar, een tweetal renners, dat door de direc
tie op den avond voor den Zesdaagsche op
het laatste moment bij elkaar was gevoegd.
Wij zullen niet betwisten, dat Slaats en
Charlier de zege niet verdiend hebben, in
tegendeel, vele dagen en avonden hebben
zij de leiding gehad, beiden zagen hun kans
en hebben die met alle twee handen aan
gegrepen en vastgehouden. Slaats was daar
bij de beste van de twee, maar wij willen
niets aan den Belg te kort doen en dade
lijk vaststellen, dat ook Charlier een prima
koers heeft gereden.
Deze laatste avond heeft ons echter niet
kunnen bekoren. Waarom niet?, zal men
vragen. Wij willen daarop een duidelijk
antwoord geven. Elkeen heeft geweten, dat
de financieele verwachtingen van dezen
Zesdaagsche op een volkomen mislukking
zijn uitgeloopen, geen enkelen middag,
avond of nacht was het uitverkocht, telken
male waren er gapende plekken op de tri
bunes.
De renners ondervonden den terugslag
van dit alles, spanden zich niet meer in
dan npodig was en eerst gisteren, op den
voorlaatsten avond, toen de jachten twee
uur duurden, werd een strijd van groot
formaat geleverd.
En nu dezen laatsten avond! Het werd
een een-uurs-koppelwedstrijd, practisch
zonder jachten, met alleen een groot aantal
klassementsprints, waar niet eens om de
punten gevochten toerd.
Wij weten het, dat 'het winnen van een
ronde op zoo'n laatsten avond ontzaglijk
zwaar is, maar des te verdienstelijker is het,
als er om gevochten, er om gestreden wordt,
als er om eiken meter van de baan ge
kampt wordt. En wat is er in dit laatste uur
van geworden? Angstig bewaakten de kop
pels elkaar en een uitlooppoging werd maar
al te spoedig stop gezet, inplaats van dat
er onafgebroken in dit laatste uur koppel
tegen koppel, renner tegen renner, werd
gestreden.
Wij vonden dit slot zeker niet onsportief
en het woord combine komt niet over onze
lippen, maar een slot dat klonk, dat bevre
digend was, dat was het zeker niet. Wij
zijn er van overtuigd, dat het publiek dit
ook. zoo gevoeld heeft. De renners hebben
den plicht gehad het alleruiterste te geven,
niet alleen om persoonlijke voordeelen,
maar om te trachten den Amsterdamschen
Zesdaagsche, die financieel op sterven ligt,
van den sportleven dood te redden.
Het is niet in hun eigen belang, geweest,
dat zij dit hebben nagelaten. Onze stellige
indruk is, dat de Zesdaagsche in haar hui
dige vorm de laatste van Amsterdam is ge
weest. De renners hebben haar op dezen
laatsten avond helpen
206 pnt.; 7. Zims Küster 151 pnt.
Op twee ronden: 8. AertsBuysse 247
pnt.
In totaal zijn afgelegd 3060 K.M.
DE HULDIGING DER WINNAARS.
Nadat de drie schoten het einde van den
Vierden Amsterdamschen Zesdaagschen
wielerwedstrijd hadden aangekondigd, ver
dwenen de renners in hun cabines, waaruit
de overwinnaars echter spoedig met schoone
shirts en, voor zoover dat in zoo korten tijd
mogelijk was, uiterlijk geheel opgefrischt,
te voorschijn kwamen.
Boven den startstreep wierpen krachtige
lampen ten behoeve der filmoperateurs hun
fel wit lichtnaar beneden en een dozijn
persfotografen met een batterij fototoe
stellen stond hier gereed om de beide sym
pathieke overwinnaars te vereeuwigen.
Zij moesten de gelukwensehen in ont
vangst nemen van de directie van den Am
sterdamschen Zesdaagschen en van de aan
wezige bestuursleden van de N.W.U., waar
na hun de gouden lauwerkransen werden
omhangen en zij onder de tonen van het
Wilhelmus en de Brabangone en onder da
verend applaus van het publiek hun eere
rondje reden.
Ook Pijnenburg en Piet van Kempen, de
beide oude en populaire rotten, die onder
de tonen van het Wilhelmus als twee aan
komenden hun eere-rondje reden, werden
luide toegejuicht.
Ten tweeden male klonk de Brabangone
voor Billiet en Deneef, die evenals hun
voorgangers met bloemen gehuldigd waren.
Het publiek begon reeds de tribunes en
het middenterrein te verlaten, toen de luid
sprekers ook IgnatDiot en het Duïtsche
koppel SchönHürtgen, die de vierde en
vijfde plaats deelden, voor het rijden van
een eere-rondje aan de start riepen.
Ignat en Diot verschenen intusschen,
maar de beide Duitschers geloofden het wel