LICHT IN DUMTfDHI) VRIJDAG 3 APRIL 1936 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 VQAGEM OVEQ OHJ GELOOF Vraag 111. Hoe moet men zich het „voorgeborchte der hel", de verblijfplaats der ongedoopt-gestorven kinderen eigenlijk voorstellen? Waar blijven deze zielen na het laatste oordeel? Antw.: Eerst iéts over den naam. „H e 1" wil niet uitsluitend zeggen: de verblijf plaats van de verdoemden, maar beteekent in 't algemeen: verblijfplaats der afgestor venen. Zoo in onze Geloofsbelijdenis over Christus: „Die nedergedaald is t e r h e 11 e". Door het woord „voorgeborchte" wil men te kennen geven, dat het gaat over een plaats, die eigenlijk niet de normale eeuwige verblijfplaats is (deze is immers voor de zaligen: de hemel, voor de anderen: de hel der verdoemden). Als wij spreken over zielen „in het voorgeborchte" bedoelen wij daar mede zielen der afgestorvenen, die wel van de aanschouwing van God beroofd zijn, maar verder geen lijden ondergaan. Men onderscheidt dan le. het z.g. voor geborchte der kinderen, waar de zielen verblijven, die alléén met de erf zonde besmet zijn; dat zijn de zielen der kinderen (zonder doopsel gestorven vóór dat zij het gebruik van hun verstand had den) èn van hen die levenslang krankzin nig waren dus nooit het gebruik van hun verstand hadden en zonder doopsel stierven. Deze zielen genieten daar een zuiver natuurlijk geluk; zij zijn vrij van alle droefheid en lijden, maar missen het ontzaglijk bovennatuurlijk geluk der zali gen n.l. de directe aanschouwing van God. Volgens de meer algemeene leer der Katho lieke Godgeleerden zullen zij onder dit ge mis in 't geheel niet lijden, omdat zij on bekend zijn, met hetgeen zij missen en er daarom ook niet naar verlangen. Zij zullen de gansche eeuwigheid God een dankbare liefde toedragen voor het volmaakt natuur lijk geluk dat Hij hun buiten hun verdiens te schonk. De z i e 1 dezer personen krijgt na hun dood 't volle gebruik harer vermogens (verstand en wil); en ook bij hen zal deze ziel op het einde der wereld met hun lichaam worden vereenigd, zoodat ook dat lichaam in eeuwigheid zal deelen in het natuurlijk geluk. Ten 2e onderscheidt men het z.g. „voor- geborchte des Vaders" dit was de verblijfplaats der heiligen van het Oud Verbond d.w.z. van die heilige menschen, die vóór den dood van Ohristus stierven en bij hun dood vrij waren van elke zonde en elke schuld of deze reeds in het vage vuur hadden uitgeboet. Die zielen waren daar vrij van alle lijden en wisten zeker, dat zij ééns, als de Messias Zijn verlossings werk zou hebben volbracht, de eeuwige zaligheid in den hemel zouden genieten. In deze plaats is de ziel van Christus na Zijn Kruisdood „nedergedaald" om hun de vol- tooing der verlossing vreugdevol mede te deelen. Voor de zielen der volwassenen die „zonder Doopsel" gestorven zijn na Chris tus' dood, is er niét zooals U volgens Uw schrijven meent een aparte verblijf plaats. Deze immers kregen, zooals alle menschen voldoende genade om zalig te worden. Hebben zij genoeg zaam met deze genade medegewerkt en dus het „doopsel van begeerte" ontvangen dan komen zij in den hemel. Deden zij dit niet, dan komen zij in de hel der ver doemden. Vraag 112. Is er nog een andere „derde Orde" dan die van den H. Franciscus? Wat is dit eigenlijk? Antw. Ja zeker, er zijn er meerdere. De derde orde van den H-. Dominicus bijv. (dus der Dominicanen) is tegenwoordig ook zeer bekend. „Derde-ordelingen" of Tertiarissen zijn vooral die niet-kloos terlingen, die zich in de wereld door een bepaalde levenswijze (gelijkend op die van een kloosterorde) beschermen willen tegen een verkeerde wereldschgezindheid. Het denkbeeld is reeds in de 11e eeuw ontstaan. Vele kloosterorden, die m a n- nenkloo sters (eerste orde) en vrou wenkloosters (tweede orde) omvat ten, verbonden een derde orde aan zich voor „menschen in de wereld", die om een of andere reden (bijv. omdat ze gehuwd waren) geen kloosterleven konden leiden, maar zich toch tegen den „geest der we reld" wilden hoeden. Zoo kenden en ken nen nóg, Norbertijnen, Dominicanen enz. hun „derde orde". Het beroemdst is echter de derde orde van den H. Franciscus van Assisie ge worden; zij telde groote figuren der we reldgeschiedenis onder haar leden als: H. Elisabeth van Thuringen, Koning Lode- wijk IX (de heilige), Columbus de ontdek ker van Amerika, de beroemde schilder Raffael, de natuurkundige Galvani, vele beroemde Pausen enz. Deze tertiarissen volgen de, in 1221 door den H. Franciscus opgestelde, maar in 1883 door Paus Leo XIII veranderde regel. Zij hebben een aantal vastendagen, bidden dagelijks 12 Onze Vaders en Weesgegroeten met Eere den Vader, dragen een lenden- koord en een scapulier onder hun klee ding en vermijden alle overtollige „weelde" in hun levenswijze. Zij deelen in zeer veel geestelijke gunsten. Vooral sinds de buiten gewone bevordering der derde orde door Paus Leo XIII (Zelve een vurig Tertiaris) is het ledental dezer derde Orde tot onge veer 3 1/2 millioen gestegen. Alhoewel de derde Orde oorspronkelijk bedoeld is voor niet-kloosterlingen, zijn er toch ook zeer veel „derde-orde kloosterlin gen", die leven volgens de regel der derde orde, maar in kloosterlijke gemeenschap en met aflegging der drie geloften van armoe de, zuiverheid en gehoorzaamheid; zoo bijv. de talrijke Congregaties van Zusters „Fran ciscanessen". Vraag 113. Wat is eigenlijk de bedoe ling en het nut van openbare „processies" (met het Allerheiligste enz.). Antw. Er zijn „dank-, bid-, en boete processies". Reeds in het Oud Verbond wa ren zij in gebruik en geliefd. (2 Esdr. 12). Ook Jezus Christus Zelf trok in „processie" (d.i. in plechtige optocht) Jeruzalem binnen. (Mt. 21). De Proccesies zijn een openbare geloofsbelijdenis en daarom van hooge bet eekenis: de godsdienst immers moet niet teruggedrongen worden tot de „binnenkamers" of de „sacristie". God is ook God van het openbare leven, dus moet ook dit door uitingen Van den Christelijken godsdienst doordrongen worden. Door de openbare Sacramentsprocessies wordt openlijk getuigd, dat Jezus Christus, Die onder broodgedaante wordt rondgedra gen, Koning is niet alleen in de kerk, maar op elk terrein van het menschelijk leven. Hetzelfde geldt maar dan natuurlijk in ander opzicht bij het eerbiedig rond dragen van beelden en reliquiën: men wil het verlangen uiten, dat de heiligheid en de vrome ijver, welke de betrokken heilige bij zijn of haar leven heeft getoond, alle deelnemers en alle bewoners van het oord moge bezielen. In de meeste streken van ons land zijn openbare processies verboden. Men kan het aan het inzicht en het beleid van de katholieke staatslieden overlaten om te be- oordeelen of, en zoo ja, wannéér het wen- schelijk is, naar de opheffing van het „pro cessieverbod" te streven. Vraag 114. Hoever was de afstand lo. van den hof van Olijven tot Caiphas; 2o. van Caiphas tot Pilatus; 3o. van Pilatus naar Herodes. Hoe lang was de „kruisweg"? Antw. De 01 ij v e n h o f (Gethsemani) lag en ligt nog aan de westelijke helling van den Olijfberg, die eigenlijk een berg rug is en zich langs de Oostelijke kant van de stad uitstrekt. Jezus was met de Zijnen daarheen gegaan vanuit het Cenakel (de zaal van het Avondmaal) dat in de Zuidwest hoek van Jeruzalem ligt. De af stand tot den Olijvenhof is ongeveer 1400 meter, dus een kwartier gaans. Na Zijn gevangenneming heeft Jezus eers een verhoor ondergaan door Annas, den oud-hoogepriester en schoonvader van Caiphas den hoogepriester. Waarschijnlijk was ook dit verhuor in het paleis van Caiphas, dat vrijwel naast het Cenakel lag, zoodat Jezus als Gevangene weer on geveer 'n kwartier gaans, grootendeels door de stad, terug moest afleggen. In dat paleis hadden ook de nachtelijke zitting van den Hoogen Raad (bestaande uit Caiphas, de opperpriesters, schriftgeleerden en ouder lingen), de verloochening door Petrus, de bespotting van Jezus en de ochtend-zitting van den Hoogen Raad plaats. Nadat deze Joodsche Raad Jezus op on wettige wijze ter dood veroordeeld had, werd Hjj naar den Romeinschen landvoogd Pontius Pixatus gevoerd opdat <3 l het doodvonnis zou bekrachtigen en zoo j mogelijk ook volgens de Romeinsche wet Hem zou veroordeel en. I Waarschijnlijk verbleef Pilatus in het pa leis van Herodes. De afstand van Caiphas daarheen bedroeg circa 400 meter, dus on geveer vijf minuten gaans door de stad. Herodes de viervorst resideerde eigen lijk te Tiberias, maar met het Paaschfeest verbleef hij altijd te Jeruzalem. Waar hij toen logeeixle weet men niet precies; men denkt in een paleis, dat dicht bij zijn, in die dagen door den landvoogd betrokken paleis lag n.l, op ongeveer 200 meter af stand. Heen en terug moest Jezus derhalve bespot en gehoond, aas gevangene weer on geveer een halve kilometer gaan. De weg van Pilatus naar Golgotha, de kruis weg, door de nauwe, bochtige straten van Jeruzalem onder 't gehoon van 't ge peupel door den gegeeselden en mishan delden Jezus, beladen met het zware kruis afgelegd, was niet lang, ongeveer vierhon derd meter. Maar Jezus zal, in den uitge- putten toestand waarin hij verkeerde, vallen, opstaan, gesleurd worden er na tuurlijk zeer veel langer over hebben ge daan dan een gezond mensch over zoo'n af stand doet. U hebt gelezen, dat wij herhaaldelijk het woord „waarschijnlijk" e.d. gebruikten. Dat komt omdat sommige dezer plaatsen nJ. de plaats waar Pilatus recht-sprak, waar Herodes verbleef, niet nauwkeurig bekend zijn. Hierover is veel verschil van meening onder de deskundigen. Maar zeer véél kun nen. de hierboven gegeven afstanden niet van de werkelijke afwijken. Wederom zullen eenige vragenstellers wart geduld moeten hebben! Men kan vragen ter beantwoording in deze rubriek inzenden bij: Mr. A. Diepen- brock, Hageveld, Heemstede. GEMENGDE BERICHTEN NOODLOTTIGE ONVOORZICHTIGHEID. Jongetje door zijn nichtje doodgeschoten. Gistermiddag heeft te Overschild een noodlottig ongeval plaats gehad, doordat een 17-jarig meisje haar vijfjarig neefje een vuurwapen wilde demonstreeren. Terwijl de 17-jarige Aukje Ritzema aan het werk was in het karnhuis, drentelde haar vijfja rig neefje Teunis Veenema om haar heen en vroeg telkens of het dubbelloops jachtge weer, dat aan den wand hing wel schie ten kon. Ten einde raad, beu van het gezeur van den kleinen jongen, haalde het meisje het wapen van de muur en mikte op den klei nen Teunis, waarbij plotseling het geweer afging en het jochie doodelijk in de borst getroffen werd. Volgens een verklaring van haar vader was het geweer altijd geladen. Een gerech telijk onderzoek is BRAND TE HEERENVEEN. Doordat een bed, dat bij de kachel lag te dragen, vlam vatte, is gisteravond brand uitgebroken in de woning van mej. Krak te Heerenveen. De bewoonster was op het moment van het uitbreken van den brand niet thuis. Spoedig had het vuur de geheele woning vernield en ook de belendende woning van den heer Blauw aangetast. De brandweer kon met drie stralen het vuur bedwingen. De woning van den heer Blauw is gedeelte lijk vernield, terwijl een nabijgelegen pak huis waterschade kreeg. De heer Blauw was verzekerd, mej. Krek niet. VECHTPARTIJ OP STATION TE HAARLEM. De sneltrein BrusselAmsterdam, die om 11.04 in de hoofdstad moest arriveeren, heeft gisteravond een vertraging van drie minuten gehad. De oorzaak van deze ver traging was gelegen in het onhebbelijk op treden van een beschonken student, die te Delft met een collega in den trein was ge stapt. Deze jongeman had klaarblijkelijk nog niet genoeg aan Bacchus geofferd, want hij zette het drinkgelag in den trein voort. De jongelui ledigden eenige flesschen bier, die zij bjj zich hadden. In hun dronken schap begonnen de lieden het hun mederei zigers erg lastig te maken. Een van beiden maakte het zoo bont, dat hij in Haarlem uit den trein werd gezet. Dit ging evenwel niet zoo gemakkelijk en er ontstond een formeele vechtpartij tusschen den student en het treinpersoneel. De beschonken jongeman sprong een der dienstdoende conducteurs op den rug met het gevolg, dat deze beambte nog maar juist in den trein kon komen, die zich reeds in beweging had gezet. Nadat de trein zijn reis naar de hoofdstad had voortgezet, ging het gevecht op het Haarlemsche perron nog steeds verder, thans met den stationschef en ander spoorwegpersoneel. Het gelukte het personeel evenwel den wildeman te overmeesteren en het station uit te brengen. In het politieposthuis op het Stationsplein is hij ter ontnuchtering en kalmeering opgesloten. „TeL" STEEKPARTIJ TE ASSEN. Woensdagavond laat heeft te Assen aan den Noordersingel, vlak bij café Bos, een steekpartij plaats gehad tusschen den ge huwden A. de V. uit Beilen en M. B. uit Veendam. Eerstgenoemde werd met een knipmes bewerkt en in de linkernierstreek geraakt, terwijl hij een snede van 30 40 c.M. over het achterhoofd kreeg. Hij is in het Wilhel- mina-Ziekenhuis te Assen opgenomen. Beide personen verkeerden onder den invloed van sterken drank. De dader, die op de vlucht ging, is des nachts gearresteerd en ingesloten. EEN ZINGENDE MUIS. Men schrijft uit Maastricht aan de „N. R. Crt.": Op de Woensdagavond gehouden maan- delijksche vergadering van het Natuurhis torisch Genootschap in Limburg, heeft de heer Waage een zingende muis gede monstreerd; ze maakt rollen als van een ka narie, het is in één woord een idioot geluid! Een leerling van de H.B.S. te Maastricht, wonende te Eisden, had reeds eenige we ken in huis een geluid gehoord als van een kanarie, waarvan hij de oorzaak niet kon ontdekken. Het was zoo irriteerend, vooral ook door de onbekende oorzaak, dat hij er zijn leeraar in de natuurlijke historie over raadpleegde, die wel vermoedde, wat de oorzaak van het geluid kon zijn, omdat het Natuurhistorisch Genootschap reeds tweemaal een muis had toegezonden gekre gen, die een bijzonder geluid had verwekt, doch helaas, beide malen een dood exem plaar. Bij de sectie op één van deze kada vers werden parasitaire rondwormen in de luchtpijp gevonden. Deze wordt door de aanwezigheid daarvan vernauwd, waardoor de lucht moeilijker kan passeeren en het merkwaardige geluid ontstaat. Aan den Eisdensohen leerling werd na tuurlijk de opdracht gegeven te trachten het beestje levend te vangen. Dit gelukte één dezer dagen. Het bleek te zijn een ge wone huismuis, die een vogelachtig geluid voortbrengt, dat, indien het diertje in rust is, doet denken aan het gepiep van een jon ge zwaluw, maar als het geplaagd wordt, waardoor de ademhaling sneller gaat, ge luid voortbrengt als van een kanarie, zij het iets zachter. De aanwezigen, die nooit van iets dergelijks gehoord hadden, dachten in ernst dat het een één-April-mop was, doch nog steeds geeft de muis haar concert in het museum van genoemd genootschap. SPORT WIELRENNEN DE VIERDE AMSTERDAMSCHE ZESDAAGSCHE. SlaatsCharlier winnaars. De Gebr. Vroomen zijn gistermorgen na de neutralisatie in verband met hun ach terstand uit den strijd genomen, terwijl Rausch in verband met zijn val van Woens dagnacht den strijd heeft moeten staken. Tijdens de derde sprint van dezen mid dag heeft plotseling een ernstige valpartij plaats. In den bocht voor de perstribune komt Zims, doordat hij even omkijkt, met het wiel van Aerts in aanraking. Zims komt te vallen en glijdt naar beneden. Pellenaars vliegt over hen heen en komt leelijk met zijn voorhoofd op de baan terecht. Hij is er ernstig aan toe en wordt in zijn cabine ge dragen, waar hij door doktoren behandeld wordt. In afwachting van het advies van de medici krijgt hij voorioopig eenigen tijd neutralisatie. De geheele strijd wordt daar op voor het bijwerken van de baan eenigen tijd geneutraliseerd. Het wordt een sensationeele middag. Tij dens de zesde sprint gaat Pijnenburg er plotseling van door. hij wordt goed afge lost door Piet v. Kempen en er wordt een ronde genomen. Schön volgt nu het goede voorbeeld en ook hij en Hürtgen gaan er tusschen uit en nemen eveneens een ronde. Dit is het sein voor een felle jacht en wel dra is het geheele veld in beroering. De Franschen Ignat en Diot, Slaats en Charlier volgen het goede voorbeeld en ook zij ne men een ronde. Het is een korte doch felle jacht, doch hierin gebeurt weer heel wat. Als Jan Pij nenburg zijn koppelgenoot P .v. Kempen afgelost heeft gebeurt er plotseling weer iets. Pijnenburg rijdt met een uitgestrek- ten stijven arm en gilt. Men snelt toe en helpt hem van zijn fiets af en legt hem zoo lang op een brancard. Hij schijnt hevigen pijn te hebben en gilt en schreeuwt het uit. Bij het aflossen is vermoedelijk zijn linker arm uit den kom geschoten. Het is echter weer vrij spoedig verholpen en even later verschijnt hij onder luid applaus weer op de baan. Even late1* wordt medegedeeld dat Pelle naars op dokteris advies den strijd heeft moeten staken. Er wordt nu een nieuw kop pel gevormd tusschen Wals en J. v. Kem pen, die op drie ronden komen te liggen. Onzekerheid tot het einde. Donderdagavond om 8 uur wordt de laat ste neutralisatie opgeheven. Broeken en truien worden weer uitgetrokken en de renners versnellen eenigszins hun tempo. Zonder dat er iets bijzonders gebeurt, zon der eenigen strijd of sensatie, zonder een enkele uitlooppoging, draaien zij rustig hun SLAATS en CHARLIER de winnaars van de Vierde Amsterdamsche Zesdaagsche. Om half tien draaien zij nog. Het nog steeds niet zeer talrijke publiek, dat wel licht gehoopt heeft, althans dezen laatsten avond een spannend schouwspel te zien te krijgen, begint zich langzamerhand bekocht te voelen. Maar men hoopt nog steeds, dat er iets zal gebeuren, vóór over anderhalf uur de sprintfinale begint, die een uur zal duren. De hoop op een sensationeele ontknoo ping is alleszins gerechtvaardigd. Wel zel den zal men, ruim twee uur voor het einde van een zesdaagsche, zoo in volslagen on zekerheid omtrent den afloop hebben ver keerd als bij dezen wedstrijd, die zijn eigen aardig karakter voor een deel dankt aan de rivaliteit tusschen de beide, over twee el kaar fel bestrijdende koppels verdeelde, fa vorieten Wals en Pijnenburg. Tegen half elf wordt een onbeduidende i premie uitgeloofd en de sprint heeft aan- vankelijk een weinig interessant verloop. Aerts gaat als eerste over de streep en dan, gelukkig eindelijk gebeurt het. Aerts loopt weg en onmiddellijk gaat Slaats hem achterna. We zijn zoo ver. Ook Pijnenburg komt opzetten, WalsJan van Kempen volgen, en het overige veld gaat er achter aan. Als het half elf is hebben AertsBuysse. SlaatsCharlier, PijnenburgPiet van Kempen ieder 2, SchönHürtgen, Billiet Deneef, IgnatDiot en mogelijk nog an deren ieder één ronde veroverd. Het heele peleton zit nu achter iederen uitlooper aan. Een premie-sprint gaf aan Jan van Kem penWals aanleiding een ronde in te loo- pen, terwijl even later IgnatDiot en Zims Küster dit voorbeeld volgden zonder dat het veld eenige moeite deed om de vluch telingen te achterhalen. De luidspreker kon digde daarop aan, dat indien het veld niet volgde bij uitlooppogingen, de ronde van het koppel, dat er een „nam" niet toegekend werd. BillietDeneef waren de eerste slachtoffers hiervan; een ronde door hen genomen werd niet toegekend. Het veld bleef onrustig, angstig bewaak te men elkaar en toen Deneef en Billiet en AertsBuysse een ronde uitliepen, liet men de Belgen kalm hun gang gaan. Zoo naderde het laatste uur van den wed strijd. Alle tien ronden werd een klasse ment gegeven met dubbele puntentelling. De eerste kreeg tien punten, de twee zes, de derde vier en de vierde twee punten. Neutralisatie in het laatste uur, wat er ook gebeurde, werd niet meer gegeven. Precies om elf uur ging het groene licht op. De eerste sprint was aangevangen. Alle pogingen tot uitloopen werden door de renners in de kiem gesmoord en alleen AertsBuysse, die drie ronden achter wa ren, slaagden erin één ronde in te loopen. Zoo hebben SlaatsCharlier den strijd gewonnen. Zij zijn winnaars van den vier den Amsterdamschen Zesdaagschen wieler wedstrijd. De eindstand luidt: 1. SlaatsCharlier 229 pnt. Op één ronde: 2. PijnenburgPiet van Kempen 510 pnt.; 3. BillietDeneef 273 pnt.; 4. SchönHürtgen en IgnatDiot beide 210 pnt.; 6. WalsJan van Kempen ZESDAGEN-BEELD. Voor de laatste maal? Om klokslag middernacht vielen kort achter elkaar drie schoten in het RA.I.- gebouiw: de Vierde Amsterdamsche Zes daagsche was ten einde, Slaats en Charlier hadden de overwinning behaald. Dus niet Pijnenburg en Piet van Kempen, niet Wals met zijn koppelgenoot waren winnaars geworden, maar een Hollandsch-Belgisch paar, een tweetal renners, dat door de direc tie op den avond voor den Zesdaagsche op het laatste moment bij elkaar was gevoegd. Wij zullen niet betwisten, dat Slaats en Charlier de zege niet verdiend hebben, in tegendeel, vele dagen en avonden hebben zij de leiding gehad, beiden zagen hun kans en hebben die met alle twee handen aan gegrepen en vastgehouden. Slaats was daar bij de beste van de twee, maar wij willen niets aan den Belg te kort doen en dade lijk vaststellen, dat ook Charlier een prima koers heeft gereden. Deze laatste avond heeft ons echter niet kunnen bekoren. Waarom niet?, zal men vragen. Wij willen daarop een duidelijk antwoord geven. Elkeen heeft geweten, dat de financieele verwachtingen van dezen Zesdaagsche op een volkomen mislukking zijn uitgeloopen, geen enkelen middag, avond of nacht was het uitverkocht, telken male waren er gapende plekken op de tri bunes. De renners ondervonden den terugslag van dit alles, spanden zich niet meer in dan npodig was en eerst gisteren, op den voorlaatsten avond, toen de jachten twee uur duurden, werd een strijd van groot formaat geleverd. En nu dezen laatsten avond! Het werd een een-uurs-koppelwedstrijd, practisch zonder jachten, met alleen een groot aantal klassementsprints, waar niet eens om de punten gevochten toerd. Wij weten het, dat 'het winnen van een ronde op zoo'n laatsten avond ontzaglijk zwaar is, maar des te verdienstelijker is het, als er om gevochten, er om gestreden wordt, als er om eiken meter van de baan ge kampt wordt. En wat is er in dit laatste uur van geworden? Angstig bewaakten de kop pels elkaar en een uitlooppoging werd maar al te spoedig stop gezet, inplaats van dat er onafgebroken in dit laatste uur koppel tegen koppel, renner tegen renner, werd gestreden. Wij vonden dit slot zeker niet onsportief en het woord combine komt niet over onze lippen, maar een slot dat klonk, dat bevre digend was, dat was het zeker niet. Wij zijn er van overtuigd, dat het publiek dit ook. zoo gevoeld heeft. De renners hebben den plicht gehad het alleruiterste te geven, niet alleen om persoonlijke voordeelen, maar om te trachten den Amsterdamschen Zesdaagsche, die financieel op sterven ligt, van den sportleven dood te redden. Het is niet in hun eigen belang, geweest, dat zij dit hebben nagelaten. Onze stellige indruk is, dat de Zesdaagsche in haar hui dige vorm de laatste van Amsterdam is ge weest. De renners hebben haar op dezen laatsten avond helpen 206 pnt.; 7. Zims Küster 151 pnt. Op twee ronden: 8. AertsBuysse 247 pnt. In totaal zijn afgelegd 3060 K.M. DE HULDIGING DER WINNAARS. Nadat de drie schoten het einde van den Vierden Amsterdamschen Zesdaagschen wielerwedstrijd hadden aangekondigd, ver dwenen de renners in hun cabines, waaruit de overwinnaars echter spoedig met schoone shirts en, voor zoover dat in zoo korten tijd mogelijk was, uiterlijk geheel opgefrischt, te voorschijn kwamen. Boven den startstreep wierpen krachtige lampen ten behoeve der filmoperateurs hun fel wit lichtnaar beneden en een dozijn persfotografen met een batterij fototoe stellen stond hier gereed om de beide sym pathieke overwinnaars te vereeuwigen. Zij moesten de gelukwensehen in ont vangst nemen van de directie van den Am sterdamschen Zesdaagschen en van de aan wezige bestuursleden van de N.W.U., waar na hun de gouden lauwerkransen werden omhangen en zij onder de tonen van het Wilhelmus en de Brabangone en onder da verend applaus van het publiek hun eere rondje reden. Ook Pijnenburg en Piet van Kempen, de beide oude en populaire rotten, die onder de tonen van het Wilhelmus als twee aan komenden hun eere-rondje reden, werden luide toegejuicht. Ten tweeden male klonk de Brabangone voor Billiet en Deneef, die evenals hun voorgangers met bloemen gehuldigd waren. Het publiek begon reeds de tribunes en het middenterrein te verlaten, toen de luid sprekers ook IgnatDiot en het Duïtsche koppel SchönHürtgen, die de vierde en vijfde plaats deelden, voor het rijden van een eere-rondje aan de start riepen. Ignat en Diot verschenen intusschen, maar de beide Duitschers geloofden het wel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9