„Oliebollendag" in de hoofdstad.
3)e £eictoclve 0ou/fco/nt
De begrafenis van den politieagent Kruithof te den Haag,
die door het omslaan van zijn motor op droeve wijze om
het leven kwam, heeft Zaterdag onder groote belangstel
ling plaats gehad
De jaarlijksche cycle-cross om den Grooten Prijs van Arnhem Is Zondag
wederom gehouden. De renners onderweg
Ten bate van de F. I. K. A. werden Zaterdag in de hoofdstad duizenden
oliebollen verkocht. Een aardig snapshot tijdens de collecte op den
Dam
FEUILLETON.
DE GOUDEN BRUG
Roman van Hanno Plessen.
(Nadruk verboden).
Wat Szartossy niet mag vergeten, kan
hij niet meer verstaan, daar hij den wed
loop met den trein, die nu tamelijk snel
onder de overkapping uitstoomt, moet op
geven.
Nochtans haast hij zich nu om het sta
tion te verlaten. Op het Stationsplein
neemt hij een taxi, waarmee hij zich naar
de Premonstratenzer Abdij laat brengen.
Vandaar gaat hij te voet verder, dwars
over de helling den koristen weg nemend
naar de Lantaarn.
Thereee wil juist de soep opdienen als
Szartossy belt. Luid blaffend van blijd
schap springt Bella tegen hem op, terwijl
Renate hem hartelijk welkom heet
„Snel nog een couvert er bij", zeg zij
tot Therese. „Wat hebben we vandaag
eigenlijk voor lekkers? Hopenlijk houdt
meneer Szartossy er ook van".
„Dat denk ik wil", antwoordt Therese
met een veelbeteekend knipoogje, en na een
korte pauze welke de verwachting van den
gast beoogt op te wekken, laat zij er op
volgen- „Wiener Schnitzel".
„Heerlijk!" zegt Szartossy met een geest
drift, welke hij in dit geval echter in d«v-
aelfden graad voor gebakken zaagsel aan
den dag zou hebben gelegd.
Weldra zit hij tegenover Renate aan ta
fel en laat hij zioh door haar bedienen. Hij
eet en ziet en praat en luistert en voelt zich
onuitsprekelijk gelukkig. Ook Renate ver
heugt zich oprecht over de aanwezigheid
van haar diachgenoot en het gezellige ge
sprek, waarbij het eene woord het andere
uitlokt.
Na den maaltijd wordt in den „Schrijf-
hoek" een sigaret gerookt. Daarbij vertelt
Szartossy van het onverwachte vertrek der
beide dames Geitier en brengt hij de groe
ten over van de oude barones. Innig ver
heugt hij zich er over, dat Renate hem
direct en slechts om hemzelf zoo hartelijk
heeft ontvangen en niet als afgezant van
haar familie. Hij behoeft dus geen bijzon
dere reden te hebben om haar te bezoe
ken.
Zijn blik omvat geboeid de lijnen van
haar gestalte, die met nonchalante grade
in de hooge fauteuil leunt. Renate's meis
jesachtige verschijning straalt die bekoring
uit, welke voortkomt uit de tweede, door
rijpe ervaring nog mooier geworden vtou-
wenlente. Met de teere lijn van haar hals
gelijkt zij op de die afbeeldingen van oude
Engelsche meesters, welke aan geen tijd
gebonden zijn, omdat hun jeugdexpressie
steeds weer opnieuw bekoort.
Renate kan luisteren en praten. Zij ver
staat het te vragen, zoowel als te vertellen
en Szartossy vergeet tijd en plaats
Eerst als de schemering haar schaduwen
in de kamer werpt, wordt hij zich plotse
ling bewust, dat ook dit gelukkig samen
zijn aan tijd gebonden is.
„Ik heb u schandelijk opgehouden, me
vrouw", zegt hij tot de taal der conven
tie terugkeerend, maar haar toon blijft per
soonlijk-warm.
„Toch niet, meneer Szartossy", zegt zij
lachend, „de mogelijkheid tot een geani
meerde gedachtenwisseling is een uitzon
dering, een welkome uitzondering in mijn
eenzaamheid.
„Dan zult u misschien toch gevolg ge
ven aan de invitatie van barones Geitier
om haar in Weenen te bezoeken....?"
„Dat kan ik op het oogenblik werkelijk
nog niet zeggenMaar daar kunnen wij
den volgenden keer dan eens over praten."
„Mag ik dan nog eens terug komen..?"
„Ik reken en.... verheug me er op, me
neer Szartossy".
Dan vergezelt Renate haar gast tot voor
de huisdeur.
Szartossy hoort nog geruimen tijd de
klank van haar stem. Hij voelt nog den
hartelijken druk van haar hand, die smal
le, veelzeggende hand van de aristocrati
sche kunstenares. En hij denkt slechts dit
eene, dat hij haar moet veroveren. Stap
voor stap. Dat hij dienen wil om haar en
dathet leven wondermooi kan zijn.
Het is niet te verwonderen, dat hij, in
deze gedachten verdiept van den kortsten
weg naar Igls afdwaalt. Het duimt bijna
drie uren voor hij het hotel bereikt.
In de hall verspert Sylvester Vonberg
hem den weg. Zijn gelaat is ingevallen, on
der zijn oogen liggen donkere kringen.
„Waar.Waar.brengt hij er
lallend uit.
Szartossy, onmiddellijk beseffend, dat
elk opzien moet worden vermeden, trekt
hem met zich mee in de, op dit uur ge-
heel verlaten rooksalon.
„Barones von Geitier is op dringend ad
vies van haar dokter in Munchen naar het
Zuiden gereisd, waar zij haar tante zal
ontmoeten".
„Waar.... Waar....?" houdt Vonberg,
bijna smeekend aan.
Szartossy aarzelt een oogenblik. Eigen-
moest hij dien kerel niets zeggen en hem
rustig in het onzekere laten.
Een dergelijke handelwijze zou zeker ook
geheel in overeenstemming zijn met de be
doelingen van het dappere meisje.Maar
ten slotte heeft hij toch medelijden met
den man, wiens blik wel zeer duidelijk zijn
diep geschokten gemoedstoestand verraadt.
Zichzelf veel te gelukkig voelend om hard
te kunnen zijn, zegt hij langzaam:
„De dames zullen elkaar in Triest ont
moeten. Het doel van htm reis is Cario.
Shepheard Hotel.." Dan verlaat hij haas
tig de salon.
Sylvester Vonberg laait zich in een fau
teuil vallen. Hij lacht bitter.
CairoShepheard HotelDat kost
geld, veel gelden zijn geheele bezit
bestaat uit drie Oostenrijksche shillingen....
En zijn lachen verkeert in een wanhopig
snikken, dat hij niet vermag te onderdruk
ken.
Sinds uren hoort Johanna niets anders
dan het monotone geratel der wielen van
den trein, die haar naar het Zuiden brengt.
Met elke minuut verwijdert zij zich ver
der van den man, die haar het hoogste ge
luk deed vermoeden om haar daarna het
bitterst teleur te stellen. Blind voor de
grandioze schoonheid van de Alpenwereld,
waar de Tauerspoor haar doorheen voert,
staat zij slechts op de krampachtig gevou
wen handen in haar schoot.
Op het klaptafeltje van de halve coupé,
welke zij tot haar geluk met niemand be
hoeft te deelen, ligt een wit couvert in
kwarto formaat. Het is een zakenenveloppe,
waarop de naam is gedrukt van het Re
cherche- en Informatibureau Schwarzer,
Munchen, Briennerstraat 31.
Overeenkomstig hun afspraak heeft de
voormalige commissaris der recherche zijn
opdrachtgeefster de verlangde informaties
precies om half tien 's morgens in Hotel
Grunwald overhandigd en wel tegen be
taling van 550 mark. Dat is geen overdre
ven hoog bedrag, de fantastische snelheid,
waarmee hij de noodzakelijkste data bin
nen vierentwintig uur heeft weten te ver
zamelen, in aanmerking genomen. En
daarbij komt dan nog de nauwkeurigheid,
waarmee hij te werk is gegaan en die zoo
geheel in overeenstemming is met den bij
zonderen wensch van zijn cliënte. Voor de
juistheid van zijn informaties garandeert
de reputatie van zijn algemeen bekend,
volgens de modernste methodes onfeilbaar,
snel mi accuraat werkend instituut.
En hoewel zij het reeds van buiten
kent, dit steeds weer opnieuw gelezen,
nuchter zakelijk, uitstekend gestileerde
bericht ontvouwt Johanna toch nóg eens
de, in keurig machineschrift beschreven
vellen
(Wordt vervolgt).