HET HUIS IN DE STILTE Scheepsbouw voor de Anglo Saxon FEUILLETON. Naar het Engelsch van ADELINE SERGEANT. (Nadruk verboden). 30) Haar oogen schoten vol tranen, omdat de kans om zelfs een paar woorden met Hume en Meynell te wisselen, nu verloren was. Zy voelde de verleiding in zich opkomen om de laan af te rennen en Hume en Meynell in te halen, maar zij zag dat Lan caster nog in de deur stond, terwijl hij de zich verwijderende gestalten nakeek. Nell keek hem aan, toen zij de hall door liep; zij hoopte, dat hij haar niet zou op merken, maar hij had scherpe ooren, en draaide zich om, terwijl hij zijn sluw ge zicht naar haar toewendde, voordat zij tijd had de trap te bereiken. „Ha, Juffrouw Davenant!" zei hij poes lief. „Dus u bent naar buiten geweest om een luchtje te scheppen? Dat verwondert me niets! Het is in huis allesbehalve vroo- Üjk nu Claire weer ziek is. Bent u ver ge feest, als ik vragen mag?" „Maar een klein eindje", antwoordde Nell. r „Dan hebt u Cyril waarschijnlijk ont moet?" vroeg Lancaster. „Hij heeft de taak om landloopers van het huis weg te hou den." „Kan Ik naar Claire gaan?" viel Nell hem plotseling in de rede. ,^jLl. Zijn gezicht drukte spijt uit. „Ik vind het werkelijk jammer", was het ant woord, maar het is beter dat ze geen be zoek ontvangt." „Wat scheelt haar eigenlijk?" vroeg Nell kortaf. Lancaster haalde de schouders op. „Het is een zenuwziekte" verklaarde hij. Het arme kind kan de minste opwinding nog niet verdragen." Nell vond de kracht om een stoutmoedige opmerking te maken. „Het lijkt mij voor Claire beter", waagde zij het te zeggen, om een dokter uit de stad te consultee ren." 0 „Mijn beste juffrouw Davenant. Wat een onnoodige en ik moet zeggen dwaze uitgave. De zenuwspecialist, die wij in Londen geraadpleegd hebben bevestigde volkomen mijn meening, en Claire wordt precies behandeld zooals hü geadviseerd heeft. Dergelijke zenuw-, h'm hersen ziekten, zijn altijd buitengewoon lastig te genezen." Nell draaide zich om en ging zonder te antwoorden de trap op. Door haar brein flitste plotseling een verontrustende ge dachte. Er was iets in Lancaster's hou ding toen hij over hersenziekte sprak, dat Nell zich voor de eerste maal afvroeg, of hy Claire niet krankzinnig zou laten ver klaren. Zij voelde zich bedroefd en ongelukkig, omdat haar niet werd toegestaan aan het bed van haar vriendin te zitten, en haar te verzorgen. Ze bedacht, hoe ze contact met Hume en zyn vriend kon krijgen, maar als zij het huis wilde verlaten, werd zy steeds begeleid door Lancaster, zyn zoon of soms juffrouw Plowden. Toen dacht zy aan de deur in den tuin muur, en na lang geaarzeld te hebben, be sloot zy een poging te wagen, om door mid del daarvan het dorp te bereiken. Als Hu- me nog in het „Wapen van Langdale" lo geerde zou het gemakkelijk zijn om hem te vinden, of ten minste een brief achter te laten. Het was na donker, dat Nell uit een zijdeur sloop en de binnenplaats overstak naar den tuin, zonder eenige hindernis te ontmoeten. Met een kloppend hart opende zy de tuindeur en staarde een oogenblik naar de donkere plantenmassa's, waar flauw de witte paden doorschenen. Zy liep naar het tuinhuisje, trad binnen en tastte naar de plank waar de sleutel hing. Zij wist pre cies waar deze moest hangen, maar haar vingers zochten tevergeefs. Pas na enkele minuten drong het tot haar door, dat de sleutel verdwenen was de eenige weg tot ontsnapping was haar afgesneden. Zy vloog naar de deur, en trachtte deze te openen, maar zonder resultaat de deur was gesloten en de sleutel was nergens te vinden! xxm. Een diplomatieke zending. „Moeder", sprak Geoffrey Langdale met een lichte aarzeling in zyn stem, „ik heb u iets bijzonders te vragen." Lady Langdale legde haar pen neer en keek haar zoon aan. „M'n lieve Geoffrey, ik hoop en ver trouw, dat je niet van plan ben mij te spre ken over je verhouding tot één van de meisjes van Davenant. Je weet, dat ik je duidelijk heb gemaakt, dat ik nooit in eèn verloving zal toestemmen." 1 „Neen, moeder, ik ben niet van plan over Angela Davenant te spreken, maar over iets wat iaar zuster betreft." „O, werkelijk? Je edoelt het meisje, dat als gezelschsapsdame bij die menschen op Moat House in betrekking is?" „Ja, ik ben de overbrenger van een ta melijk belangr:jke boodschap." „Hm! Merkwaardig. En van wie komt die boodschap?" „Van den hertog van Cheselden!" „M'n lieve Geoffrey! Schryft hy je nog steeds?" „Vry geregeld", antwoordde Geoffrey. „U weet, dat hy eerstdaags hier verwacht wordt, het ztl, als hy thuis komt een groot verschil voor ons allen maken." „Natuurlijk," bevestigde Lady Langdale. „Het was heel jammer, dat hy niet hier kwam wonen, nadat de oude hertog gestor ven is. Is hy van plan terug te komen en te leven volgens zyn rang en positie?" Er lag een ietwat scherpe klank in Lady Langdale's stern. „Na wat hy my verteld heeft", antwoord de Geoffrey, „geloof ik dat hij van plan is zich hier te vestigen, en uit te zien naar een vrouw. Hy schryft my dat hij over een paar weken terug komt misschien eerder maar dat hy het hetl prettig zou vinden als wij intusschen aandacht wilden schen ken aan een paar oude vrienden van hem, die hier op het oogenblik verblijf houden, en hen een bezoek z<-uden willen brengen." „O zeker, natuurlijk!" zei Lady Lang dale, „ik wel hem dolgraag ter wille zijn. Maar wie zyn dat, Geoffrey?" Met een vroolyken blik in zyn oogen keek Geoffrey haar aan. „M'n lieve moeder", sprak hy, „het zijn de huurders van Moat House!" „Wat Geoffrey?" „Het is werkelijk waar. Cheselden heeft vrienden op Moat Mouse. Hy zegt, dat hy er zeker van is, dat u juffrouw Valery sympathiek vindt. Ik denk, dat het speciaal voor juffrouw Valery is, dat hy u een be zoek wil laten brengen". „O, maar dat is al te belachelijk! Ze heb ben hier al maanden gewoond, en niemand heeft ook maar eenige aandacht aan hen geschonken, ik geloof, dat dat meisje daar, toevallen heeft. Uit hetgeen ik gehoord heb zou men denken, dat zij niet goed bij het hoofd is." „In dat geval," zei Geoffrey, „geloof ik niet, dat de hertog zoo veel belang in haar zou stellen." „Wil je daarmee zeggen," vroeg Lady Langdale teleurgesteld, „dat er kans be staat, dat hij met daA eigenaardige meisje trouwt?" Geoffrey onderdrukte een glimlach. „Na tuurlijk kan men dat moeilijk zeggen", ant woordde hij diplomatiek, „maar juffrouw Valery en haar voogd komen uit Amerika, waar Chegselden gereids heeft, en dat heeft misschien hun keus voor deze streek be paald." „Ik zie niet in, waarom men mij niet eerder gevraagd heeft daar een bezoek te brengen", merkte Lady Langdale op, „en dat meisje in de gez^lschapswereld te in- troduceeren. Ik wil er eerst met je vader over spreken, en eens hooren wat hy er van zegt. Als hij gee bezwaren heeft,, wil ik er wel een bezoek brengen. Maar ik vind het een tamelijk vreemd verzoek van den hertog." (Wordt vervolgd).? Het Italiaansche s.s. .Fedora", dat Maandag den Nieuwen Waterweg werd binnengesleept, is Vrijdag l.l. in aanvaring geweest met het Russische schip „Pravda" en is daarbij aan bak boordzijde ernstig beschadigd Mr. P. J. Mijksenaar is benoemd tot leider van het gemeentelijk bureau tot bestrijding der werkloosheid in Am sterdam Baronesse Schimmelpenninck van der Oye (links), de eenige Nederlandsche deelneemster aan de ski-wedstrijden te Garmisch Partenkirchen, in gesprek met Waldtraut von Stumm Over eenige weken zal bij de Rotterdamsche Droogdok Mij. een tankschip tewater worden gelaten, gebouwd voor rekening van de Anglo-Saxon. Het schip op de helling Ter herdenking van haar 40-jarig bestaan hield het hoofdbestuur van den Katholieken Boeren- en Tuindersbond in het Jaarbeursgebouw te Utrecht een buitengewone vergadering. - Foto van het bestuur met o.a. tweede van rechts Z. H. Exc. Mgr. de Jong en vierde van rechts Z. Exc minister dr. L N. Deckers De nieuwe brug aan de Oosterdoksluis te Amsterdam werd Maandag voor het eerst opengedraaid, toen het groote Engelsche tankschip .Bullmouth" op weg van Londen naar Amsterdam de brug passeerde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 5