Nog slechts tot en met 25 Januari
6 DINSDAG 21 JANUARI 1936
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
INGEZONDEN STUKKEN
DE STEUNVERLEENING.
Geachte Redactie.
Artikelen en schrijvertjes, betrekking
hebbend op of ook maar eenigszins verband
houdend met steunverleening en werkloo-
zenzorg, hebben steeds mijn bijzondere
aandacht.
Zoo las ik ook „de strafmaatregelen bij
de steunverleening" in uW blad van Zater
dag 18 Januari j.l., ingezonden door den
heer Schaminée te Woubrugge.
Genoemde heer citeert art. 17 der rijks
steunregeling en knoopt daaraan beschou
wingen vast, in verband met de Ministe-
rieele circulaire d.d. 16 December 1935, no.
100 1424, afd. W. en S.
Waar hier de persoonlijke zienswijze van
schrijver naar voren wordt gebracht, zul
len we dit gedeelte van het geschrevene
passeeren, omdat het geenszins mijn be
doeling is aan mijne correctie een polemisch
karakter te geven.
Iets anders wordt het echter, waar de
heer Sch. spreekt over „den ruimeren arm
slag" en beweert, dat het niet mogelijk is
extra hulp te verschaffen uit de Gemeente
kas en dat de ondersteunde krachtens de
steunregeling niet op andere wijze mag ge
holpen worden door het Burgerlijk Armbe
stuur. Deze bewèring is in lijnrechte tegen
spraak met de betreffende Ministerieele cir
culaire d.d. 16 Januari 1935, no. 300 1403
afd. W. en S. en daarom absoluut onjuist.
Indien de heer Sch. genoemde circulaire
nog eens aandachtig leest, zal hij tot de
overtuiging moeten komen, dat de Katho
lieke Staatspartij in de Tweede Kamer door
haar grooten stoot méér bereikt heeft, dan
schrijver vermoedt. Op bldz. 3 toch zegt
de Minister:
„Wat aldus voor hulp van particuliere
zijde geldt, zal uiteraard evenzeer gelden
voor hulp, welke verstrekt wordt vanwege
de kerkelijke of burgerlijke armbesturen".
Extra-hulp vanwege het burgerlijk arm
bestuur is dus wel mogelijk. De Haas van
Dorsser gaat, in zijn 13e aanvulling op de
steunregeling, nog verder en zegt, dat bij
gebreke van een burgerlijke instelling van
weldadigheid, daaronder bui ^emeester en
wethouders moeten worden verstaan.
Ik meen, geachte Redactie, deze opmer
king te moeten maken, omdat misschien
meerdere gemeentebesturen in den omtrek
de door den heer Sch. gegeven interpretatie
zouden kunnen volgen, tot schade van die
gezinnen, welke op de allereerste plaats
voor extra-hulp ingevolge „den ruimeren
armslag" in aanmerking kunnen komen.
Hoogachtend,
Uw dw.
M. W. ZOUTERIKS.
WARMWATERKETELS
Noordwijkerhout, 18 Januari 1936.
Geachte Redactie,
Zooals u bekend is, stellen de Stedelijke
Lichtfabrieken ten uwent warmwaterketels
beschikbaar tegen een maandelijksche ver
goeding, die verband houdt met den in
houd van een ketel.
O.a. betaalt men voor een ketel van 50
L. 4.50 per maand. Toen dezer dagen bij
een van mijn kennissen deze ketel werd op
geruimd hij had n.l. zijn abonnement op
gezegd, omdat zijn verminderde inkomsten
niet meer toelieten 4.50 per maand voor
een warmwaterketel te spendeeren deel
de de monteur van de lichtfabrieken hem
mede, dat sinds 1 Januari reeds meer dan
100 ketels waren opgeruimd. Ik vraag mij
daarom ernstig af of het niet in het belang
der lichtfabrieken zoowel als van de ver
bruikers zou zijn, indien het tarief der
warmwaterketels werd verminderd.
Ware het tarief der ketels van 4.50 per
maand op 3.50 gebracht mijn vorenbe
doelde kennis had zijn warmwaterketel ge
houden en waarschijnlijk velen met hem.
Een warmwaterketel is in een huishouden
zoo gemakkelijk, dat men er slechts noode
afstand van doet. Dit klemt te meer in de
tegenwoordige omstandigheden nu vele
huisvrouwen gedwongen door den nood
der tijden het huiselijk verk zelf moe
ten verrichten. Als men dus van zijn ketel
afstand doet, dan doet men dit vrijwel uit
sluitend omdat men het tegenwoordig
tarief niet kan betalen. Het laten wegne
men van de ketels is dus een offer van de
verbruikers, dat zij ter wille van de bezui
niging gedwongen zijn te brengen. Doch is
het voor de Stedelijke Lichtfabrieken niet
buitengewoon onvoordeelig om de ketels
te doen wegnemen en beteekent de verwij
dering dus ook voor deze fabrieken niet
een offer? Ik ben dit inderdaad van oor
deel en ik meen dit oordeel hieronder even
te moeten motiveeren. Voor het bedrag van
ƒ4.50 per tnaand krijgt men:
a. Gratis plaatsing van een warmwater
ketel van 50 Liter, inclusief gratis aanleg
van de leiding, zoowel binnen- als buitens
huis.
b. Gratis onderhoud van den ketel.
c. Gratis verwarming van den ketel in
de nachtelijke uren (117).
d. Desverlangd gratis verwijdering van
den ketel en van de leiding.
De stroom voor de verwarming kost aan
de lichtfabrieken practisch niets. Het is
stroom die men 's nachts toch over heeft.
De kosten voor Leiden zitten in de aan
schaffing van de ketels, in de plaatsing en
onderhoud en eventueel in de verwijdering
daarvan.. Het is dus voor de lichtfabrieken
van het grootste belang, dat de eenmaal
aangeschafte en geplaatste ketels in be
drijf blijven, daar anders het daarin ge
stoken kapitaal vrijwel als verloren kan
worden beschouwd.
Ik heb gemeend goed te doen deze aan-
VAN M'N BOEKENTAFEL
Mgr. Dr. Tihamér Tóth. Het
eeuwig leven. Religieuze voor
drachten, gehouden in het stu
diejaar 1934'35 in de Pazmany-
Universiteitskerk te Budapest.
Uit het Hongaarsch vert. door
Frans Schneiders. Foreholte 1935.
Voor in het boek vinden we het portret
van den schrijver: een breed welvend
voorhoofd, een vastberaden mond, een
rustige onverschrokken blik. Een man!
Iemand, die weet wat hij wil! En zooals de
mensch is, zoo is ook het boek: recht op
den man af.
Het is niet het eerste boek van Tóth,
dat ons in het Nederlandsch wordt aange
boden. Het vorig jaar al kwam, eveneens
bij Fqreholte, een ander van zijn boeken
van dé pers, terwijl de Vlamingen al meer
dere jaren terug begonnen zijn, uit deze
overvloed te putten. We denken hier en
kel maar een oogenblik aan dat kostelij
ke boekje: „Reine jeugdrijpheid", dat
overal door de jeugdleiders, maar niet
minder door de jonge menschen zelf met
werkelijk enthousiasme ontvangen werd.
Het boek, waar we hier over spreken
willen, ontstond evenals verschillende an
dere van zijn geschriften, uit een serie
conferentis, die hij in de kerk van de
Pazmany-Universiteit te Budapest gegeven
heeft. Hij heeft daar achtereenvolgens de
verschillende punten van onze Geloofsbe
lijdenis behandeld: zoo kwam hij hier tot
het twaalfde Geloofspunt: ik geloof in het
eeuwig leven. Hij behandelt deze stof met
uiterst practische zin. Vooreerst wordt de
gewichtige vraag gesteld, -of er wel een
eeuwig leven bestaat. De schrijver laat
Geloof en Wetenschap daar het antwoord
op geven. En dan gaat hij onderzoeken,
wat de leer van het eeuwig leven ons hier
op aarde te zeggen heeft. De dood wordt
opgeroepen als de groote leermeester
voor het leven. Doctor Dood! In een serie
prachtige hoofdstukken wordt de vrucht
baarheid van de gedachte aan den dood
uiteengezet. Achtereenvolgens spreekt hij
over de triomfeerende dood, de onderwij
zende dood, de vermanende dood, de ont
nuchterende dood, de richtingwijzende
dood, de troostende dood en de overwon
nen dood. De drie laatste hoofdstukken
gaan dan na, wat ons in het hiernamaals
te wachten staat: vagevuur, hel en hemel.
Ze worden elk naar hun diepere beteekenis
geschetst.
De groote verdienste van dit boek Is
de evenwichtige verbinding van degelijke
leer met een heldere, boeiende vorm. Tóth
is een meester in het vinden van pakkende,
volksche beelden, die ons onverwacht en
fel als een bliksemstraal de waarheid voor
oogen plaatsen. Hij heeft daarbij vooral
op de practische kant van d-e waarheid ge
let: leer voor het leven. De apologeet vindt
hier een heldere verantwoording over het
bestaan van ziel en hiernamaals, de ziel
zorger vindt vruchtbare gedachten over
de gewichtigste waarheden van het men-
schelijk bestaan, iedere geloovige vindt er
inzicht en moed. En vooral voor een re
traite is dit een prachtig boek.
De vertaler leverde goed werk. Het Hon
gaarsch werd in vloeiend Nederlandsch
omgezet. Slechts een enkele maal heeft hij
zich vergist. Op pag. 22 in het citaat van
Claude Bernard zal men klaarblijkelijk
uurwerk moeten lezen in plaats van uur.
Een dergelijke kleinigheid doet aan het
geheel natuurlijk geen afbreuk. Zelfs de
Hongaarsche verzen werden keurig tot Ne-
derlandsche omgewerkt.
Foreholte gaf het boek prettig uit. Een
scherpe, gitzwarte letter op hagelblank pa
pier en een fleurige buitenkant. Echt iets
van hoop op het Eeuwig Leven!
Zoeterwoude, 18 Januari 1936.
DR. HENRI VAN ROOIJEN,
Kruisheer.
SPORT
AUTOMOBILISME
HET MOTORWEGVERKEER IN DE
KNEL.
De K. N. A. C. schrijft ons:
Zooals bekend is kwamen onder vigueur
van de vroegere wegenbelastingwet de op
brengsten van de motor- en rijwielbelas
tingen ten volle aan de wegenverbetering
ten goede, zoodat het cijfermateriaal van
deze opbrengsten steeds de volle belang
stelling van de weggebruikers had. Im
mers goede wegen zijn onmisbaar voor een
vrij, veilig en economisch wegverkeer.
Door de wet tot instelling van een Ver-
keersfonds werd in 1935 het vroegere We
genfonds ten grave - gedragen en werd de
wegenbelasting vervangen door een met
gemiddeld 50 pet. verhoogde motorrijtui
genbelasting. Het bedrag der verhooging
zou niet meer worden gebruikt voor de
wegenverbetering, maar kreeg een andere
bestemming nl. om mede te helpen de te
korten van alle andere verkeersmiddelen
te verminderen. De Regeering voorzag
in de aanzienlijke belastingverhooging
slechts een tijdelijke terugslag in de ont
wikkeling van het motorwegverkeer.
Het kan nuttig zijn, nu de belastingop-
gelegenheid eens onder de publieke aan
dacht te brengen. Ik voeg hier aan toe,
dat door de wijziging van den gasprijs deze
aangelegenheid nog aan actualiteit wint.
Men kan zyn warmwaterketel opruimen
en het gas dat men dientengevolge meer
noodig heeft dan in 1935, betaalt men met
slechts 0.04 per M.3
Met dank voor de plaatsing.
•jy f
brengsten bekend zijn, over het eerste jaar,
dat het Verkeersfonds in werking was,
eens zeer in het kort na te gaan, hoe het
motorverkeer op de nieuwe last heeft ge
reageerd.
Uit de hierby gereproduceerde grafiek
blijkt, dat het voortgezette optimisme van
de Regeering in de draagkracht van het
motorverkeer niet is bewaarheid. In
1935 bleef de opbrengst niet minder dan
11/4 millioen beneden de raming en dat
terwijl over de eerste acht jaren van de
wegenbelasting (en ook van de systema
tische wegverbetering) gemiddeld per jaar
bijna 2 millioen méér werd opgebracht
dan was begroot. De reactie is dus ernsti
ger geweest dan de Regeering voorzag,
hetgeen als een zeer bedenkelijk verschijn
sel moet worden beschouwd, immers is
niet alleen een der laatste stukken wel
vaart, die ons waren gebleven, aangetast,
maar ook equivaleert elk millioen minder
aan motorrijtuigenbelasting met 3 mil
lioen minder in de Overheidskassen (ben
zinebelasting, verhoogde en nogmaals
verhoogde benzinebelastrng, personeele
belasting, parkeergelden, tollen, ponten,
enz.). Reeds voordat een Vergunningsstel
sel voor openbaar vervoer van personen
en goederen, als gevolg van de verkeers-
coördinatie, zijn intree heeft gedaan, blijkt
het torpedoschot van de drastische belas
tingverhooging doel te hebben getroffen.
Het motorwegverkeer met al zijn onmis
bare voordeelen voor de volkswelvaart,
blykt boven zijn grens te zijn belast. De
spreekwoordelijke elasticiteit van dit ver
keer is overschat.
In 1936 zal blijken of de terugslag ln de
ontwikkeling van het motorverkeer, zooals
de Regeering meende, tijdelijk zal zijn ge
weest. Uit het ramingcijfer in vroegere,
goede jaren, is ongeslagen in een optimis
me in deze onzekere economische tijden.
De K. N. A. C. helpt van ganscher harte
hopen, dat dit optimisme gerechtvaardigd
zal worden. Ook de K. N. A. C. heeft maar
onder voorbehoud van niet al te hooge
lasten, vertrouwen in de vitaliteit van het
motorverkeer.
Nog een enkele toelichting op bijgaande
grafiek:
Het aantal motorrijtuigen is ln 1935 on
geveer stationnair gebleven. Tegenover
een tekort van 11/4 millioen op de motor
rijtuigenbelasting staat een overschot van
0.4 millioen op de rijwielbelasting.
Van de raming van 22 millioen over 1935
als opbrengst van de motorrijtuigen-be
lasting zou ongeveer 7.5 millioen aan de
wegenverbetering worden onttrokken en
overgeheveld naar de sluitpost van het
Verkeersfonds.
PARKEERVERBODSBORDEN.
De K. N. A. C. schrijft ons:
In de Motor- en Rijwielbeschikking is
bepaald, dat de borden die een parkeer
verbod aangeven een diameter moeten
hebben van 60 cm. en dat als herhalings-
seinen achter het bord van 60 c.m. borden
van hetzelfde model en denzelfden vorm
met een middellijn van 20 c.m. mogen wor
den gebruikt.
Nu is het natuurlijk de bedoeling, dat
deze bordjes van 20 c.m. voor het verkeer
behoorlijk zichtbaar zijn, omdat, wanneer
deze niet tijdig en goed kunnen worden
waargenomen een overtreding wordt be
gaan, waarop uiteraard een sanctie staat.
Nu deze bordjes in de stedelijke bebouw
de kommen meer en meer verschijnen,
zelfs bij zijstraten, waar zij voor het ver
keer uit die zijstraten niet bepaald „her-
halingsseinen" zijn moet het nuttig en
noodig worden geacht er op te wijzen hoe
volkomen onvoldoende deze bordjes aan
hun doel beantwoorden, omdat de waar
neembaarheid meestal ten eenenmale on
voldoende is te midden van uithangborden
en andere reclames, die 's avonds soms-
nog verlicht zyn en de aandacht van het
wettelijk voorgeschreven bord afleiden. In
de practijk is dus het kleine bordje van
20 c.m. diameter ondoelmatig gebleken,
weshalve het noodzakelijk wordt, geacht
in het belang van het verkeer met een
overgangstermijn deze bordjes te doen
vervangen door die van grooter model
b.v. van 35 en 40 c.m. middellijn.
1 Richting-V erkecr
Dit roode bord met
witte streep betcuknntj
gesloten voor alle ver»
'keer in deze richting
De laalste ronde! Uw winkelier is nog maar een paar
dagen in staat om U van het zeldzame voordeel te
doen profiteren! Zorg dat U niet te laat komt, want
zulk een voordeel moet U zich niet laten ontglippen.
BON VOOR GRATIS PRESTO
GELDIG TOT EN MET 25 JANUARI
Uw winkelier verstrekt U tegen deze
bon 3 pokken Presto, 7'/2 ct zeeppoe
der, voor de prijs van 2, dus voor slechts
15 ct. 3 pokken Presto zeeppoeder.
Naam»
N V. WASCHOLINEFABRIEK
Heem Ie pleet, .ee het GRATIS PAK PRESTO geee eede. merh zeeppoeder
egel U heelt recht op PRESTO ee »le U lel, geder, geelt, bee.deelt U.
WO A-t 11-091 H
In Leiden gevestigd.
D. J. v. d. Berg, smid, K. Lijsbethsteeg 4
IJ. H. Biersma, winkeljuffr., Korevaar-
straat 8a M. C. W. Boon, electricien,
Nieuwstraat 34 K. F. Chr. Bösecke, rei
ziger, Kernstraat 1 H. Colpa en fam.,
wegwerker, Bronkhorststraat 59a Th.
R. F. v. Ditzhuyzen, leerares heilgym. Pa
pengracht 7 A. A. Faber, J. v. Goyen-
kade 22 E. L. Finkenstadt, dienstbode,
Fagelstr. 49 F. Glastra, 1.1. verpleegster,
Rijnsburgerweg 10 H. E. J. Greaves en
fam., kleermaker, Hooigracht 98 S. A.
Hermans, koopman, Vrouwen kerksteeg 6
R. Hermsen en fam., chauffeur, Roemer
Visscherstraat 51 J. den Hollander, fa-
brieksarb.. Rijndijkstraat 101 J. L.
Janssen, slager, de Genestetstraat 40
M. de Jong, dagmeisje, Turfmarkt 4 R.
E. Kahn, Oegstgeesterlaan 29 W. M. v.
Keulen, adj. onderoff. art., Breestraat 10a
J. M. Klaverwijden, P. de la Courtstr.
73 J. H. B. Kleikamp, Thorbeckestr. 15
H. Klein, machinist. Prinsenstr. 21
H. W. M. Leeflang, hulp i. d. huish., Ha
ven 14a H. Los, boerenarb., Roodborst-
straat 41 M. N. Lou wrier, v. Baerlestr.
2a A. B. v. d. Meer, banketbakker,
Roodborststr. 24 C. F. A. M. Meerpoel,
winkelier, Breestraat 171 *C. J. Meiman,
Heerensingel 37 Wed. W. van Dieren
Musly en fam., Fagelstr. 49 I. Niemeyer
dienstbode, Zoeterw. Singel 103 C. P.
Redert, Lammenschansw. 16 H. J. de
Romijn en fam., mil. schoenmaker, Kas-
tanjekade 29 C. Roosen en fam., opti
cien. K. Galgewater 1 H. C. J. Minder-
houdv. Rossum, Terweepark 3 C. Rijs-
bergen, rijwielherst., Mirakelsteeg 37a
J. M. Schalk, dienstbode, Cobetstr. 46
J. Sjardijn, kruidenier, L. Rijndijk 37
B. J. Spruit, slager, Aloëlaan 22 W. v.
d. Star, schippersknecht. Ceciliastr. 12
H. v. Klinkenv. Tol, Loridanshof 10
R. Verhaaf en fam., kok, Coornhertstr. 53
W. H. Verkerk, dienstbode, Stations
weg 2 J. Voorwinden en fam., hoofd
eener school, Thorbeckestr. 21 B. de
Vries, handelsagent. Nieuwe Rijn 55 R.
J. de Vries, H. de Grootstraat 6.
Uit Leiden vertrokken..
A. M. H. L. Harmsenv. d. Akker, N.-O.
Indië. H. J. v. Amerongen, Den Haag,
Denneweg 21a. A. MarkBakker, Den
Helder, Californiestr. 16. M. F. Blanksma
Wonseradeel, Arumerweg 51. M. A. L. v.
d. Bosch. Sassenheim, Tijloosstr. 37. K»
E. Boersema, Maassluis, Noorddijk 61.
N. Crama, Kaapstad. H. J. Doggen en
fam., Den Haag, Alb. Thymstr. 128. A.
J. E. Dukkers van Emden, Amsterdam. Pr.
Hendrikl. 49. S. Foekking, Den Haag,
v. d. Vennestraat 100. C. v. Gelder. Al
phen aan den Rijn, Oudshoornschw. 106.
A. Groeneveld en fam., Rijswijk, Vondel
laan- 23. H. W. Hannivoort, Utrecht, Sta
tionsstraat 4. D. Heemskerk en fam.,
Noordwijk, v. Limb. Stirumstraat 18a. E.
C. v. d. Heide, Rotterdam, Rochussenstr.
365b. C. v. Herwaarden, Rhenen, Cune-
raweg B 55b. B. E. Huszar, Voorburg.
Weversl. 32. A. L. C. Kool, Bloemen-
daal, N. Stationsweg 2. A. J. de Langen
en fam., N.-O.I.-. J. M. Leenders, Den
Haag, Anemonenstr. 131. J. H. C. Lis
man en fam., Den Haag, de Sillestraat 278.
Ch. J. S. Locher, Amsterdam, Volke-
rakstr. 59. J. W. Mastenbroek, Den Haag,
Stadhouderspl. 35. E. Nolen, Rotterdam,
West Zeedijk 126. A. M. Oving, Den Haag
N. Duinweg 2. Wed. C. C. Platteel
Plaizier, Rotterdam, Spiegelnisserk. 11a.
N. W. A. Polane, Wasesnaar, Langstra 26.
J. H. Posthuma, Batavia. J. de Pree
en fam., Leeuwarderadeel, Ruysdaelstr. 18.
E. van der NatRettig, Duitschland.
H. v. Rosse, Den Haag, Kempstraat 101.
W. Rothland en fam., Gütersloh. D. J.
Rueb, Den Haag, v. Hogenhoucklaan 45.
J. v. d. Schaar, Vlaardingen, Binnensingel
64. J. A. Schoofs, Amsterdam, Postjes
kade 63III. M. Scureuder, Haarlem,
Elisabeth-ziekenhuis. E. J. Stheeman,
Den Haag, Offenbergl. 1. A. Stuiver.
Aalsmeer, Weteringplantsoen 6 J. M. A.
Triebeis, Nijmegen, St. Annastr. 158. A.
Vis, Zierikzee, Poststr. C105. Wcag Lai
Tam, Utrecht, Lichtegaard 8. A. A. A.
H. v. d. Zanden, Tilburg, Korvelseweg 121
J. F. v. Zuilen, Rhenen, Cunetralaan
B 55b.
UIT DE OMGEVING
LEIDSCHENDAM.
K. J. M. V. Onder voorzitterschap van
den heer Wim Bleijs hield de K.J.M.V. te
Leidschendam, in samenwerking met de
R. K. Middenstandsvereeniging „De Han
ze" een goedgeslaagde en mooie ontwikke
lingsavond, waarop de heer J. G. van
Eeden uit Noordwijk behandelde het on
derwerp: „De ordeningsgedachte in de
nieuwe maatschappelijke verhoudingen".
STOMPWIJK.
Geboren: Gustavus Joannes z. van
M. J. van Iperen en M. Brokken Chris-
tianus Johannes z. van P. W. F. Kragt en
A. J. Borst Gerardus Johannes z. van
J. M. B. Ammerlaan en M. P. Tas.
Ondertrouwd: Johannes van Rijt
en Elisabeth G. Balfoort.
VEUR.
Geboren: Cornelia Maria d. van E.
G. v. d. Helm en A. M. C. van Koppen
Helena Maria Anna d. van J. J. Schuyt en
H. A. M. Groenewegen.
Gehuwd: N. J. Kippersluis en M. G.
Halverhout.
Overleden: Theresia Slippens 64 j.
