STADS NIEUWS MAANDAG 9 DECEMBER 1935 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 HOE WORDT HET WEER? OM HET VRIESPUNT. DE BILT SEINT: Zwakke tot matige Oostelijke tot Noord oostelijke wind, gedeeltelijk bewolkt, wei nig of geen neerslag, lichte vorst des nachts, overdag om het vriespunt. Hoogste barometers!: 773.6 te Riga. Laagste barometers!: 759.3 te Brussel. De depressie, welke Zaterdagmorgen ten Zuidwesten van IJsland was gelegen, is eerst langzaam, daarna sneller naar het Zuidoosten getrokken. Gisteren was zij over de Noordzee gelegen, waarbij zij in ons land regen en sneeuw bracht; heden morgen bevond haar kern zich ten Zuiden van ons land en had zij zich met de Mid- dellandschezee depressie vereenigd. Over België en Frankrijk brengt zij thans nog betrokken en regenachtig weer. Intusschen ontwikkelde in den afgeloopen nacht een hooge-druk over de Britsche Eilanden, terwijl ook over Skandinavë, de Oostzee en de Randstaten een hoogedrukgebied tot ontwikkeling kwam. Over Skandinavië ging het optreden van de hooge drukking met toenemenden vorst gepaard (Same meldde hedenmorgen minus 27 graden). Ook over Duitschland werd de vorst licht tot matig. In onze omgeving was de och- tendtemperatuur iets hooger dan gisteren. Het is te verwachten dat de thans heer- schende Oostenwindtoestand nog blijft aanhouden. Men mag daarbij aanvoer van koudere lucnt verwachten, zoodat des nachts lichte vorst, overdag temperaturen om het vriespunt op zullen treden. LUCHTTEMPERATUUR. 2.6 gr. C. LICHT OP VOOR FIETSERS e. a. Van Maandagnamiddag 4.18 uur tot Dinsdagmorgen 7.27 uur. HOOG WATER. Te Katwijk aan Zee: op Dinsdag 10 De cember voorm. 2.09 uur en nam. 2.34 uur aanleiding genoeg om daartegen te waken. Ik heb hier vóór mij een lijst van niet minder dan 80 goed georganiseerde Duit- sche instellingen in verschillende deelen van ons land, met naam en adres er bij de minister beschikt zelf ook wel over deze lijst; zoo niet, dan wil ik ze hem gaarne ter hand stellen waarbij wij zien, dat over ons geheele land een netwerk van Duitsche politieke organisaties is uitge spreid, die voeling houden met de Duit sche moederorganisatie, die naar mijn mee ning en ik geloof, dat er al feiten ge weest zijn die er op wijzen zich wel degelijk bemoeien ook met onze interne Nederlandsche verhoudingen en omstan digheden". Men meldt ons uit den Haag: Wij heb ben dr. L. G. Kortenhorst gevraagd, of deze onder de bestaande omstandigheden voornemens is, aan de onderhandelingen met Duitschland over een nieuwe handels overeenkomst deel te blijven nemen. Dr. Kortenhorst antwoordde ons, dat de beslis sing niet bij hem ligt, maar bij de regee ring, die hem tot lid onzer delegatie heeft benoemd. Naar wij vernemen, heeft de regeering r.og geen beslissing genomen inzake de vraag, of dr. Kortenhorst deel zal blijven uitmaken van de delegatie, welke met Duitschland onderhandelt over een nieuwe handelsovereenkomst. De zaalc-Duys Wij hebben medegedeeld den korten in houd van den brief, door den heer Duys ge richt aan de S. D. A. P.'sche Kamerfractie. Daarna hebben wij gepubliceerd de quin tessence van het antwoord daarop. En.... wij weten nog niet, aan welken kunt de schuld ligt. Zou het zijn: waar twee kij- ,ven. Vandaag wordt ons verstrekt het volgen de communiqué van het Partijbestuur der S. D. A. P. „Het Partijbestuur der S. D. A. P. nam in zijn vergadering van 7 December kennis van den brief d.d. 29 November 1935 van mr. J. E. W. Duys aan de Sociaal-democra tische Tweede Kamerfractie, houdende me- dedeeling, dat mr. Duys van dien datum af geen deel meer wenschte uit te maken van die fractie en zich ook niet meer als zoo danig zal beschouwen. Het Partijbestuur constateert, dat vol gens art. 91 van het Huishoudelijk Regle ment der S. D. A. P. de leden der Partij, gekozen tot lid der Sta ten-Gen er aal, de Sociaal-Democratische Kamerfracties vor men. Een lid der Tweede Kamer, lid der S. D. A. P„ kan zich dus niet, zonder het Reglement der Partij te schenden, onttrek ken aan het lidmaatschap der Tweede Ka merfractie, als hij niet tegelijkertijd voor het. lidmaatschap der Partij bedankt. Doet hij dit laatste, dan dienst hij terstond ook als lid der Tweede Kamer af te treden. Het P. B. nam ook kennis van de uitvoe rige publicatie, die mr .Duys aan de Neder landsche dagbladen van 29 November heeft doen verstrekken. Die publicatie getuigt van de behoefte om de Partij hare organen en eenige van hare leden in het openbaar te beleedigen. Zij geeft blijk van zulk een diep-vijandige gezindheid jegens de Partij, dat verdere samenwerking van hem met de Partij en van de Partij met hem volko men onmogelijk is geworden. Het P. B. nam voorts kennis van den brief d.d. 3 December van de Sociaal-De mocratische Tweede Kamerfractie aan mr. Duys en vereenigde zich met inhoud en strekking. Een en ander leidt het Partb ij bestuur tot de conclusie, dat mr. Duys door zijn gedrag als lid der Partij en als lid der Tweede Kamer de Partij heeft benadeeld en voort gaat te benadeelen. Nu mr. Duys zelf niet het lidmaatschap der Partij heeft opgezegd, en ook niet voornemens schijnt te zijn dat te doen, ziet het Parijbestuur zich verplicht, met toe passing van artikel 12 van de Statuten van de S. D. A. P., dat van een besluit tot royement door het P. B. beroep op den Partijraad mogelijk maakt, mr. J. E. W. Duys als lid der Partij te royeeren. Het spreekt vanzelf, dat mr. Duys het lidmaatschap der Tweede Kamer, dat hij als candidaat der Partij heeft verworven, onverwijld had behooren neer te leggen en dit alsnog behoort te doen." De Avondpost schrijft naar aanleiding van de zaak-Duys: „In het antwoord der sociaal-democrati sche fractie aan mr. Duys zit een zonderlin ge noot. Er wordt hem verweten, dat hij zich aan het parlementaire werk te weinig gelegen liet liggen: Aldus: „In de jaren vóór 1913 hebt Gij door Uw inderdaad verdienstelijken arbeid, voorna melijk op het gebied der sociale verzeke ring U een naam en een positie verworven. Daarna hebt Gij nog wel herhaaldelijk op propagandistisch gebied zeer groote acti viteit ontwikkeld, maar aan het werk der Kamer en aan dat der Fractie hebt Gij slechts zeer onregelmatig en dikwijls bitter, weinig of in het geheel niet deelgeno men." Met andere woorden: de fractie is van oordeel, dat mr. Duys sinds 1913 dus ge durende 22 jaar zijn parlementaire werk op geheel onvoldoende wijze heeft vervuld. Niettemin hebben fractie en partij, de hoop koesterend, dat hij zich zou beteren, hem 22 jaar lang gehandhaafd en telkens laten herkiezen: in 1917, in 1921, in 1925, in 1929 en in 1933. Als het verwijt aan den heer Duys juist is, valt het ook terug op de partij, welke gedurende 22 jaar een afgevaardigde, die zijn plicht als zoodanig treurig verwaar loosde, handhaafde. Dit is geen ernstige be handeling van 's lands zaken. In „De Tijd" is de vraag gesteld: wat zit er toch achter, dat men den heer Duys, zooals uit het stuk der fractie blijkt, zoo méér dan welwillend en genadig behan deld heeft? Wij willen eerlijk verklaren, dat die vraag ook bij ons gerezen is. Is, wanneer de grieven der fractie inderdaad gegrond zijn, de persoonlijke welwillend heid hier niet veel te ver gedreven? Ten koste van het algemeen belang? Maar waarom bleef tot heden het be kende rapport ongepubliceerd, ja, kreeg de heer Duys zélf er niet eens een afschrift van? Waarom was men op dit punt plotse ling zoo ón-welwillend?" RIJKSSALARISSEN MET 5% OMLAAG. Het Kon. Besluit thans verschenen. Bij Kon. Besluit is het volgende be paald: Alle op grond van het Bezoldigingsbe sluit Burgelijke Rijksambtenaren- en de daarbij behoorende bijlagen toegekende en toe te kennen bezoldigingen te weten alle wedde- en loonbedragen (zoowel die van de vaste wedden ais die van de mini ma, periodieke verhoogingen en maxima) zoomede alle in genoemd Besluit of in vorige Bezoldigingsbesluiten vermelde, c.q. op grond daarvan, dan wel in verband daarmede, toegekende weddeverhoogingen boven het maximum van de schaal, toela- gingen, belooningen, vergoedingen, kort- tingen, limieten e.d. worden met 5 pet. ver laagd, met dien verstande, dat: a. het minimum-bedrag ad 60 per jaar voor de kindertoelage der ambtenaren op jaarloon en het minimumbedrag ad f 1.15 per week of 5 per maand voor de kinder toelage der ambtenaren op maand- en weekloon buiten deze verlaging vallen; b. de verlaging van de weddeverhoogin gen boven het maximum van de schaal toelagen, belooningen, vergoedingen, kor tingen e.d. als vorenbedoeld achterwege blijft, indien deze zijn uitgedrukt in een evenredigheid van dat Besluit of in vorige Bezoldigingsbesluiten vastgesteld met 5 pet. te verlagen wedden. c. de bedragen, vermeld in het Rijks- kleedingsbesluit, ongewijzigd gehandhaafd blijven. Dit besluit treedt in werking met 1 Janu ari 1936, behalve voor de ambtenaren op maand- en weekloon, wier standplaats ge rangschikt is in de vierde klasse, ten aan zien van wie de verlaging op 1 Juli 1936 ingaat. De bepaling geldt ook voor hen die niet onder het bezoldigingsbesluit 1934 vallen, rechtelijke arbeidsovereenkomst in 's rijks- De voorzitter van den ministerraad heeft aan de ministers, hoofden van departemen ten medegedeeld, dat de vraag is gerezen, of ook de beloon ingen van het op burger rechtelijke arbeidsovereenkomst in ,s rijks dienst werkzaam zijnd personeel en van het niet onder het bezoldigingsbesluit 1934 vallend personeel in tijdelijken dienst, op 1 Januari 1936 aan de 5 pet. verlaging die nen te worden onderworpen. Zooals bekend is, gelden voor de beloo ningen van eerstbedoeld personeel inge volge artikel 12, lid 1, van het arbeidsover- eenkomstenbesluit, verschillende, maatsta ven. Het is duidelijk dat de belooningen, ge regeld overeenkomstig de punten b en c van artikel 12 lid 1, van het arbeidsover- eenkomstenbesluit, de verlaging van 5 pet. zullen dienen te ondergaan. Voorts ligt het voor de hand, de beloo ningen geregeld volgens punt e, en indien mogelijk ook die, gebaseerd op punt d, eveneens in de 5 pet. verlaging te doen deelen. Of zulks ook het geval zal kunnen zijn met de loonen, bepaald volgens punt a, zal afhangen van de wijzigingen, welke de loonregelingen, neergelegd in de collectie ve arbeidsovereenkomst, geldende voor overeenkomstig personeel in het particu liere bedrijf, eventueel zullen ondergaan. Wat het niet onder het bezoldigingsbe sluit 1934 vallend rijkspersoneel in tijde lijken dienst betreft (zie art. 22e lid 1 van dat besluit), zij aangeteekend, dat ook dit personeel aan de 5 pet. verlaging dient te zullen onderworpen. MINDER DUITSCHE DIENSTBODEN? Instemming in de Eerste Kamer en ook eenige bedenkingen. Bij het afdeelingsonderzoek van de Eer ste Kamer over het wetsontwerp, waarbij een door den wetgever te bepalen heffing wordt ingesteld, die moet worden betaald voor de verstrekking of verlenging van een arbeidsvergunning voor vreemdelingen, is de te verwachten uitbreiding van het ver gunningsstelsel ook over de Duitsche dienstboden ter sprake gebracht. Verscheidene leden stelden vast, dat der halve, indien dit ontwerp tot wet zal wor den verheven, eerlang ook een vergoeding zal worden gevorderd van hen, die deze werkkrachten in dienst hebben, waardoor de vraag naar Binnenlandsch personeel zal worden vergroot Hiervan duchten zij moei lijkheden, gelet op de geringe geneigdheid en, naar verluidt, mindere geschiktheid van Nederlandsche meisjes voor het beroep van dienstbode. Mitsdien bepleitten zij het be trachten van voorzichtigheid bij het van overheidswege geleidelijk verminderen van het buitenlandsche huispersoneel ten on zent en daarnevens het bevorderen van vakopleiding ten behoeve van Nederland sche meisjes op breederen schaal dan tot nog toe hier te lande geschiedt. In beginsel evenwel juichten zij de voor- genoemen uitbreiding van de toepassing der vorengenoemde wet toe. Vele leden ver klaarden, zich met de voornemens van de Regeering op dit stuk in allen deele te kunnen vereenigen. 1 RECHTZAKEN HAAGSCH GERECHTSOF In den avond van 10 Juni jJ. is inge broken in de woning van den heer J. C. Kamsteeg aan de Willem de Zwijgerlaan te Oegstgeest. De dief bleek het huis te zijn binnengedrongen aan de achterzijde, alwaar een ruit verbroken was. De politie vond in het huis een zakdoek, die aldaar door den dief was achtergelaten. Als verdacht van dezen diefstal wérd kort daarop te Rotterdam gearresteerd, de 28-jarige meubelmaker C. K., die in het bezit was van een koffer, inhoudende een aantal voorwerpen, welke van boven- genoemden diefstal afkomstig waren. Toen men K. na fouilleering op het politiebureau der hierboven benoemden zakdoek voor hield en vroeg, of deze hem toebehoorde, antwoordde hij bevestigend. Gevraagd naar de herkomst van de in zijn bezit gevonden goederen, verklaarde K., dat hij deze had gekocht van zekeren Van Noort, uit Rijnsburg, die hem bij wijze van legitimatie een rijbewijs en an dere stukken had getoond. Evenals in eerste instantie bleef K. ont kennen, zich aan misdrijf te hebben schul dig gehaak! Volgens zijn verklaring zou hij bij vergissing hebben toegegeven, dat de zakdoek zijn eigendom was. De advocaat-generaal, mr. Vermeulen, wees er op, dat de aanhouding van K. ge schiedde door den politiebeambte v. d. Lubbe, wien het verdacht voorkwam, dat iemand, in het bezit van een koffer, zich vervoegde aan een verdacht adres. Voorts betoogde spr., dat uit het complex van aanwijzingen, o.a. uit uitlatingen van K., tegenover een veldwachter, die hem over bracht, diens schuld is komen vast te staan. Mitsdien concludeerde de advocaat-gene raal tot bevestiging van het vonnis Mr. N. G. Geelkerken, uit Leiden, acht te de aanwijzingen in deze zaak niet vol doende om tot een veroordeling te komen, en zeide, dat uit het verleden van K. niet mag worden afgeleid, dat hij ook dit feit zou hebben gepleegd. Pleiter achtte het mogelijk, dat de inbraak is gepleegd door den persoon, die zich tegenover verdachte als Van Noort heeft uitgegeven, Pleiter concludeerde tot vrijspraak. Het hof zal 23 Dec. uitspraak doen. LEEST DE ADVERTENTIES TM UW DAGBLAD. HET CONFLICT BIJ DEN STADHUISBOUW. Arbitrage door beide partijen aanvaard. Inzake het conflict, dat gerezen is tus- schen de gemeente en de aannemers van het fundeeringswerk bij den Stadhuis bouw, vernemen wij in aansluiting met wat wij Zaterdag meldden dat thans is overeengekomen, dat arbitrage zal. wor den toegepast De namen der arbiters zul len nader worden bekend gemaakt. Hangende de uitspraak van de arbitrage commissie zal de heistelling binnen en kele dagen 'worden verplaatst en zullen de werkzaamheden op een ander deel van het terrein worden hervat. 1 Bij het lezen van dit bericht, vraagt iederen zich af, waarom men niet tot deze conclusie is gekomen één dag hoogstens één dag! nadat het geschil was ont staan. De aannemers zouden daartegen o.L geen bezwaar hebben gehad; en, waar de gemeente nu blijkbaar geen bezwaar heeft tegen arbitrage, zou zij het o.i. toën ook niet hebben gehad! Waarom moest dan ol die tijd verloopen? Tot schade van de ar beiders, die daar werk hadden, tot schade, waarschijnlijk voor de aannemers, wier werk nu langen tijdh eeft stil gelegen, tot schade van de gemeente, die nu weer langer moet wachten op de totstandkoming van haar nieuw stadhuis al is dit laat ste nu niet zoo héél erg. In verband met de hervatting van het werk staat ongetwijfeld het schrijven van het gemeentebestuur van jL Zaterdag aan twee der omwonenden inzake de maat regelen, die zij binnen vier dagen moesten nemen ter beveiliging van hun perceelen voor verdere schade. Zaterdag was nog slechts bekend, dat het gemeentebestuur zulk een schrijven had gezonden aan de firma Feld aan de Vischmarkt; het is ons naderhand geble ken, dat ook de firma Zandvoort een soort gelijk schrijven had ontvangen. Beide eigenaren van de belendende per ceelen hebben zich tot een advocaat ge wend waartoe zij gedrongen werden door het optreden van het gemeentestuur. Wij hebben aan de firma F. verzocht, ons inzage te geven van het schrijven, dat door het gemeentebestuur was verzonden. Hier volgt een afschrift van een gedeelte van het bedoelde schrijven, dat de heer F. van het gemeentebestuur Zaterdag had ontvangen. Van hem werd geëischt: „a. het achterhuis gedeeltelijk te sloopen en wel de verdieping ter diepte van plm. 6 m. gemeten vanaf den opgaanden ach tergevel en op den beganen grond den achterbouw achter den opgaanden gevel en verder den achterbouw ter diepte van plm. 4.50 m. gemeten vanaf dezen gevel. b. voor het bestaande blijvende deel van het achterhuis aan te brengen een koppe ling der zijmuren door middel van gor dingen, voorzien van ankers, waarover een schutwerk, gedekt met asphaltpapier; c. het voorhuis inwendig te versterken door het aanbrengen van zooveel moge lijk stempels en kruizen ter plaatse van de hoofdbalken, en deze, waar noodig, te verankeren aan den zijmuur, die grenst aan het bouwterrein voor den stadhuis bouw; d. onder het ijzeren bint, dat de achter- topgevel van het voorhuis draagt, aan weerszijden doorgaande ijzeren stijlen aan te brengen, verankerd in de zijmuren en beneden voorzien van een ijzeren voet, dragende de versnijdingen der kelder muren, ter verbetering van de onvoldoende oplegging en bevestiging van dezen draagbalk; e. den voor- en achtergevel door middel van stempels en kruizen te verstijven; een en ander volgens nadere aanwijzin gen van den dienst van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht". Dit alles moest gebeuren uiterlijk (let wet: uiterlijk!) binnen vier dagen na dagteekening van het schrijven. Het schrij ven was gedagteekend Zaterdag 7 Dec.; dus morgenavond moet het hierboven genoem de gereed zijn. Er is dan, vanzelfsprekend, niets van gereed! Maar: de advocaten van „partijen" zijn dan aan het correspondee- ren! Men kan zich moeilijk indenken, dat een particulier zulk een ultimatum zou stellen aan een anderen particulier, zonder eerst 'ns te praten en te overleg gen. En de Overheid, die de natuurlijke beschermster is van hare onderdanen, de natuurlijke „advocate" voor de rechten harer onderdanen, treedt aldus op. Dit alles is heel erg bevreemdend! NED. REISVEREENIGING VOOR KATHOLIEKEN. De af deeling Leiden van de Ned. Reisver- eeniging voor Katholieken heeft gisteren avond in den Burcht een laat doch niette min geslaagd St. Nicolaasfeest gehouden. De goede Sint had zijn reis naar het zon nige Spanje nog even uitgesteld om per soonlijk op dezen avond aanwezig te zijn. Alvorens de glorieuze intocht plaats vond riep de voorzitter van de Leidsche afdee- ling, de heer C. Schinck, allen een hartelijk welkom toe. Een bijzonder welkomstwoord had spreker voor de leden van de Haagsche afdeeling, die dezen avond aanwezig wa ren. Verder sprak hij den wensch uit, dat deze avond er een zou worden van knusse en ouderwetsche gezelligheid. Na dit korte woordje was het woord aan de leden voor de vertooning van een zelf in elkaar gezette revue. AGENDA Maandag, Hanze-vergadering. Drs. Hub. Jansen over Bedrijfsordening, Zo- merzorg, 8.30 uur. Woensdag, Voorlichtingsvergadering voor de leden van den Bestuursraad, 's avonds 8 uur, Bondsgebouw. Spreker de heer A. Angenent, uit Haarlem. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van M a a n d a g 9 tot en met Zondag 15 Dec. as. waargenomen door de apotheken: J. C. Pelle, Kort Ra penburg 12, tel. 594, J. E. M. ten Dijk, Ha ven 18, telef. 85, en C. van Zijp, Wilhel- minapark 8, Oegstgeest, tel. 274. De geestelijke vader van deze serie koste lijke nonsens was de heer v. Zijlen. Het ge heel weid vlot afgehandeld, waarbij het publiek zich danig vermaakt heeft. Aan al len, die aan deze revue medegewerkt heb ben komt een woord van hulde toe voor het vertoonde. Na afloop van de revue, die niet zoo lang was, werd het feest op intieme wijze voort gezet met een gezellig dansje, dat, zooals vanzelf spreekt er inging alskoek, daarvoor was het toch St. Nicolaasfees! De afdeeling Leiden kan met voldoening terugzien op St. Nicolaasfeest 1935. BIJ EEN 25-JARIG BIOSCOOP JUBILEUM. Zooals wij reeds eerder hebben medege deeld, hopen de heer en mevr. Uges mor gen hun zilveren jubileum in de bioscoop te vieren. De heer R Uges, die vroeger in Gronin gen een foto-atelier bezat, begon zijn filmi sche loopbaan toen hij daar in de Noorde lijke hoofdstad voor 25 jaar een bioscoop overnam. Daarna ging hij naar Den Haag en toen hij dit theater weer overgedaan had, vestigde hij zich te Rotterdam, waar het Scala en het Ooster Theater onder zijn leiding kwamen. Voor ongeveer twaalf jaar nam hij ook het Luxor Theater hier ter stede over. Het zilveren jubileum van den heer Uges, waarin zijn echtgenoote, die op voortvarende wijze het Luxor Theater di rigeert, natuurlijk mede-jubilaresse is, zal Donderdagavond herdacht worden met een gale-avond voor genoodigden. Op dezen avond zal de film „De kleine kolonel" vertoond worden met Shirley Temple in de hoofdrol en de groote Lional Barrymore. „De Kleine Kolonel" is ongetwijfeld een der machtigste gegevens voor de talent volle kleine Fox-ontdekking, Shirley Temple. Het gegeven speelt zich af in het oude romantische Kentucky, ten tijde van de burgeroorlogen en beschrijft de weder waardigheden van de dochter van een trotsch kolonel uit de Zuidelijke legers, die tegen den wil van haar vader met een Yankee-officier trouwt. Het jonge paar vertrekt naar het Noorden en later naar een vooruitgeschoven post van het leger bij een Indianen-reservaat, waar hun doch tertje eere-kolonel van haar vader's regi ment wordt. De vader gaat dan naar de bergen met een oneerlijk mijnbouwkun- dige, op zoek naar goud, terwijl zijn vrouw en dochtertje naar Kentucky terugkeeren en hun intrek nemen in een klein villa- tje, gelegen op het landgoed van haar ver toornden vader. In weerwil van de hard nekkigheid van den ouden kolonel, ten op zichte van zijn dochter, ziet kleine Shirley kans, hem stormenderhand voor zich te winnen. Wanneer de jonge officier ten slotte, uitgeput naar lichaam en ziel, bovendien berooid van zijn laatste spaar penningen, terugkomt, helpt de kleine ko lonel haar grootvader, om den mijnbouw- kundige, die haar vader valsche voorspie gelingen deed, te arresteeren en brengt zij een verzoening tot stand tusschen haar ouders en den koppigen ouden heer. „De Kleine Kolonel" is vervaardigd on der regie van David Butler. F. DE ROOY. t In den ouderdom van 66 jaar is gister morgen hier ter stede overleden de heer F. de Rooy, in leven directeur van de N.V. Broodfabriek „De Zeeuw?', Mare 2224. De heer F. de Rooy werd in 1919, na een verblijf in Amerika, benoemd tot directeur dezer omstreeks 1870 door den heer Hus gestichte broodfabriek. Eerste directeur was geweest de heer Z. J. de Rooy, die werd opgevolgd door den heer Bos, waarna v. Dijke volgde en ten slotte de thans over ledene, die met enkele zoons in het bedrijf werkte. De thans ontslapene was in bakkerskrin gen geen onbekende. Hij was jarenlang be stuurslid en secretaris van de Bakkerspa- troonsvereeniging „Ons Belang", alsmede secretaris van de Saneeringscommissie voor het Bakkersbedrijf. Ook buiten zijn dagelijksche werkkring wist de heer de Rooy zijn krachten te ge ven. Hij was ouderling van de Gerefor meerde Kerk, sedert een tiental jaren pen ningmeester en lid van de Commissie van Beheer dier kerk. De teraardebestelling van het stoffelijk overschot zal plaats hebben Donderdag middag a.s. te half drie uur. Geslaagd voor Engelsche Handelscorres pondentie Mej. Joh. de Winter, leerlinge der Eerw. Zusters Pelikaanstraat alhier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 2