LICHT m DUIlTfDHIJ VRIJDAG 6 DECEMBER 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 VDAGEH OVEQ OT1J GELOOF c XX Vraag 87. Is de bereiding van de „Char treuse" likeur door de Karthuizer monni ken niet zeer bevreemdend; dat is toch geen werk voor kloosterlingen? Antw. Allereerst mogen wij U opmer ken, dat het maken van likeur toch geen slecht werk is! Wij laten nog daar, dat de bekende „Cnartreuse-likeur" als medicijn bij sommige ziekten goede resultaten kan hebben. (Misschien dat wij nu morgen brieven krijger; met informatie, welke die ziekten zijn!) Maar ook het bereiden van een middel, dat, matig gebruikt, den mensch wat genot kan verschaffen, is op zich genomen natuurlijk niets verkeerds. Dat door sommigen van zoo'n genotmid del wel misbruik wordt gemaakt, verandert hieraan niets; anders zou men bijv. ook het vervaardigen van zakmessen wel iets slechts kunnen noemen, omdat er met zak messen wel eens moorden worden ge pleegd, of het vervaardigen van sigaren, omdat sommigen zich een nicotine-vergif tiging rooken! Toch kan de vervaardiging van de be vende monniken als de Karthuizers zeker kende likeur door zoo strenge en heilig-le- eenigszins verwondering wekken, als men niet weet, hoe die kloosterlingen daartoe gekomen zijn. Vooreerst moet men ook weten, dat de eigenlijke Karthuizer- priestermonmken zich er niet mee bezig houden: de productie staat onder toezicht van Karthuizei-leekebroeders en wordt grootendeels uitgevoerd door leeken-per- soneel. Oorspronkelijk stookten de Karthuizers het vocht uit kruiden, als een geneesmiddel, zooals zij alle medicijnen voor de zieken van hun kloosters zelf uit kruiden bereiden. Omstreeks 't jaar 1800 werd het oude recept van die elixer door een overste vanuit den Elzas meegebracht naar het groote Karthuizerklooster te Gre noble. Daar slaagde men eerst in 1850, na tallooze proefnemingen er in, de likeur te bereiden. De bezoekers van het klooster verbreidden de faam van het vocht over de wereld, zoodat het klooster van alle kanten aanvragen kreeg en de productie speciaal ter hand ging nemen. Men deed dit om de volslagen verarmde Karthuizer- Orde weer aan inkomsten te helpen. On noemelijk is het goed, dat de Karthuizers met deze in somsten tot stand wisten te brengen. Ieder, die wat méér van de Kart huizers en hun uiterst sobere leefwijze af weet, weet ook, dat de Karthuizers die in komsten heusch niet voor zich zelf per soonlijk besteden en tevens, dat zij zelf nooit de likeur drinken. Zij gebruiken het geld om hun kloosters en kerken te onder houden, nieuwe te stichten, voor allerlei liefdadige werken o,a. tot ondersteuning van de Missie. Toen in 1903 de kloosterlin gen uit hun hoofdklooster de „Grande Chartreuse" bij Grenoble werden verdre ven, werd de likeurbereiding voortgezet in Spanje, in Tarragona. Sinds eenige jaren wojrdt weer in de oude stokerij der grande Chartreuse n.l. te Fouvorie, de „Chartreuse" geproduceerd. Het is deze stokerij, die, zooals U in de krant las, door een aardverschuiving gedeeltelijk is ver nield. Vraag 88. Wat beteekent het, dat men den mensch een beeld van God noemt; God is toch een Geest en heeft geen lichaam: hoe kan dan de lichamelijke mensch op God gelijken? Antw. In de H. Schrift (Gen. 1, 26; 5, 13) wordt inderdaad gezegd, dat de mensch is geschapen volgens Gods beeld. Dit wordt niet gezegd van de planten of dieren, maar alléén van den mensch. Wat is dus de gelijkenis van den mensch met God? Die gelijkenis kan niet liggen in het lichaam van den mensch, want God heeft geen lichaam, maar is enkel Geest. De gelijkenis ligt dan ook in het geeste lijk deel van den mensch n.l. in zijn ziel en de hoedanigheden van die ziel: ver stand en vrije wil. Van alle aardsche schep selen heeft alleen de mensch een ver stand, zooals God een oneindig ver stand heeft; alleen de mensch heeft een vrijen wil (hem door God ge schonken), zooals God een vrijen wil heeft. En zooals de mensch door zijn verstand en vrijen wil verheven is boven de dieren, planten en levenlooze dingen, en daarover heerscht op aarde, zoo is God de Heer over al hetgeen Hij schiep. Maar vooral, door dat God den mensch bovenna tuur- 1 ij k verheven heeft, is de mensch nog meer het beeld Gods geworden. Door de genade toch krijgt de mensch een bijzon dere gelijkenis met Gods natuur en door de boven-natuurlijke openbaring leert hij God kennen en liefhebben zooals, in on eindige mate, de Vader, de Zoon en de H. Geest Elkaar kennen en liefhebben. Vraag 89. Is het waar, dat er vroeger menschen waren, die een heilig leven leid den op een zuil? Is dit niet een erg vreem de „heiligheid"? Antw. Het is waar, dat vooral omstreeks de vijfde eeuw, in het Oosten er een aan tal heilige menschen zijn geweest, die, som mige vele jaren lang, boven op een pilaar of zuil leefden. Een bekend „styliet" was bijv. Simeon de Egyptenaar, die zeven-en- dertig jaren niet van zijn zuil afkwam. Over deze stylieten is zeer veel geschreven. Zeker, den menschen van tegenwoordig doet zulk een levenswijze vreemd aan, maar men kan en mag zich van dit vreemd verschijnsel toch niet af maken met een spottend lachen en een schouderophalen. Er zou veel over deze heiligen te schrijven zijn, doch wij kunnen hier niet méér doen, dan U eenige gedachten dienaangaande medegeven. Het doel van die menschen was, een leven van groote versterving te leiden, af gezonderd van de wereld en toch door pre diking de menschen te stichten. Denk U eens aan welk een leven van versterving en boete: hoog op een zuil, dag en nacht jevend op een oppervlakte van 11/2 vierkante meter; overdag blootgesteld aan de brandende stralen der Oostersche zon, 's nachts aan de felle koude der Egypti sche nachten. Van heinde en verre kwa men de menschen om de prediking der stylieten te htoren, hun raad te vragen, hen te nemen tot vrede-stichters bij twis ten enz. Hun leven was een voor ieder duidelijk toonbeeld van gebed, boete en zielenijver. Rondom hun zuilen werden soms kloosters gesticht, waar velen, ge wekt door het voorbeeld dier boetelingen, een zeer heilig leven leidden. Langzamer hand heeft dt Kerk, om practische rede nen, deze vorm van ascetisch leven ont raden en tenslotte verboden, wat geens zins een afkeuring inhoudt van de levens wijze der eerste stylieten. In West-Europa is er slechts één geweest, in 't jaar 485, Wulfaicus van Trier; zijn bisschop gebood hem echter dezen vorm van boetvaardig heid te staken, omdat ons Westersch kli maat zich er niet toeleent en ook omdat velen, de Oostersche wijzen van boete doening niet kennend, zich erover erger den of er de spot mee dreven. Vraag 90. Welke woorden spreekt de priester bij het uitdeelen der H. Commu nie? Antw. Op het oogenblik van het geven der H. Hostie zegt de priester '(tegen eiken communicant afzonderlijk): „Corpus Do- mini nostri enz.", dat is: „Het Lichaam van onzen Heer Jezus Christus beware Uwe ziel ten eeuwige leven. Amen". Bij het uitreiken der H. Communie on der de H. Mis zegt de Priester, eerst vanaf het altaar zich tot het volk wendend: „Misereatur vestri enz." dat is: „Moge de Almachtige God zich over U ontfermen en U, na kwijtschelding van Uwe zonden, U ten eeuwigen leven geleiden". Daarna zegt hy zegenend: „Indulgentiam enz.", dat is: „Kwijtschelding, vrijspraak en vergiffe nis van Uwe zonden geve U de almachtige en barmhartige Heer". Een H. Hustie boven de ciborie heffend, zegt de priester vervolgens: „Ecce Agnus Dei enz." dat is „Zie hier het Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld". Daarna zegt hij driemaal: „Heer ik ben niet waardig, dat Gij onder mijn dak komt, maar zeg slechts één woord en mijn ziel zal genezen zijn". Reikt de priester de H. Communie niet onder zijn H. Mis uit, dan zegt hij boven- di e n, als hij de ciborie weer op de altaar tafel heeft gezet en geknield heeft: „O heilig gastmaal, waarbij Christus wordt genuttigd, de ziel met genade vervuld, en ons het onderpand der toekomstige ver heerlijking wordt gegeven". Daarna: „Het Brood der engelen hebt gij hun gegeven", waarop de misdienaar antwoordt: „Dat alle geneugten in Zich heeft". Dan de Priester en misdienaar om de beurt: „Heer ver hoor mijn gebed". „En mijn geroep kome tot U". „De Heer zij met U". „En met Uwen geest". „Laten wij bidden. God, die ons in Uw wonderbaar Sacrament de ge dachtenis van Uw lijden hebt nagelaten: geef, bidden wij U, dat wij de heilige gehei men van Uw Lichaam en Bloed zóó mogen vereeren, dat wij de vrucht van Uw verlos sing voortdurend in ons mogen gewaar worden". In den Paaschtijd zegt hij, in plaats van dit gebed het volgende: „Stort, Heer in ons den geest van Uw liefde opdat Gij ons, die Gij met Uw Paaschgeheimen (Sacra ment) hebt verzadigd, door Uw goedheid eensgezind van hart moget maken". Daar na geeft hij allen den zegen. Plet ware zeer te wenschen, dat de communiceerende geloovigen deze over- schoone gebecen in stilte meebaden! Eenige vragen moesten tot de volgende keer blijven liggen. Gaarne willen wij er nog eens de aandacht op vestigen, dat men niet behoeft te aarzelen, vragen ter beant woording in te zenden! Men kan vragen ter beantwoording in deze rubriek inzenden bij: Mr. A. Diepen- brock pr. Seminarie Hageveld, Heem stede. ELECTRISCHE TABAK- EN SIGARENFABRIEK „DE LANDMAN" ROOKTABAK, KRULSNEDE 35 cent per V2 pond Fa. Wed. C. J. VISTER - HAVEN 20 - LEIDEN Onderhandelingen tot bij legging van het Abessijnsche conflict. WEINIG NIEUWS VAN HET FRONT. VERZOENINGSPOGINGEN. Vorderingen te Parijs. De permanente onder-minister van bui- tenlandsche zaken, sir Robert Vansittart, zal sir Samuel Hoare naar Parijs verge zellen en deelnemen aan de bijeenkomst Zaterdag tusschen Laval en Hoare. Vernomen wordt, dat Vansittart eenige dagen in Parijs zal blijven na het vertrek van Hoare naar Zwitserland. Er zijn bij de besprekingen te Parijs tus schen Peterson en Saint Quentin belang rijke vorderingen gemaakt in de richting van overeenstemming inzake hetgeen aan nemelijk zou zijn voor de betrokken par tijen n.l. de Volkenbond, Italië en Abes- sinië als grondslag voor vredesonderhan delingen. Echter moet er nog een accoord worden bereikt over bepaalde punten, die bij de besprekingen te berde zijn gebracht. Het vooruitzicht dat er vredesonderhan delingen zullen beginnen vóór de bijeen komst van de commissie van 18 te Genève op 12 December wordt te Londen als twij felachtig beschouwd. Geen ontmoeting Hoare-Mussolini. Te Londen wordt officieel gedementeerd het gerucht, volgens hetwelk Hoare gedu rende zijn reis naar het buitenland een onderhoud met Mussolini zou hebben. AMERIKA EN HET PETROLEUM- EMBARGO. President Roosevelt en zijn adviseurs hebben besloten het Congres te verzoeken den president de bevoegheid te verleenen een petroleum—embargo voor de oorlog voerende landen uit te vaardigen. DE BONO TE ROME. Gisteren te 20.40 is maarschalk De Bono, komende uit Napels, te Rome gearriveerd in gezelschap van den staatssecretaris van het ministerie van koloniën, Lessona, die hem tot Napels tegemoet was gereisd. Mussolini was op het station aanwezig; hij begroette den maarschalk hartelijk en omhelsde hem. Verder waren ter begroe ting aanwezig de leiders der fascistische partij, alle staatssecretarissen, de presi denten van kamer èn senaat en de prefect van politie. Een duizendkoppige menigte juichte op het stationsplein De Bono toe. VAN HET OORLOGSFRONT. Italiaansch legerbericht no. 63. Legerbericht no. 63 luidt als volgt: „Maarschalk Badoglio telegrafeert: Het Erytreesche legercorps zet de actie in Tem- bien voort en bereikte Katsjamo. Aan het front van het eerste legercorps zetten ver- kennings-patrouilles de actie bezuiden de lijn DoloMakalé voort. Nabij Debar, ten Zuidwesten van Makalé zijn de Abessi- niërs op de vlucht geslagen. Eenige onderaanvoerders en gewapen- den van het leger van Dedjas Kassa Sebat hebben den commandant van de Danakil- colonne hun onderwerping aangeboden te Azbi. Aan het front van het tweede leger corps zijn vijandelijke afdeelingen over de Takazze teruggeslagen in het gebied Addi Rassi." Aan onze zijde zijn vier Italiaan- sche soldaten gedood. De luchtvaart heeft op beide fronten de verkenningstochten vermeerderd". De militaire besprekingen te Dessie. Naar te Addis Abeba verluidt worden de militaire besprekingen te Dessie voort gezet. De keizer zou voornemens zijn, bin nenkort den opperbevelhebber der Abes sijnsche troepen aan het Noordelijk front te bezoeken. Het is mogelijk, dat in zijn gezelschap eenige journalisten zich naar het front zullen begeven. Volgens Abessijnsche berichten duren de verbitterde gevechten op de hoogvlakte van Tembien en in het Gheralta-gebied voort. Volgens onbevestigde geruchten zou aan de Takazze een groote slag gaande zijn. Gevechten aan het Noordelijk front. De oorlogscorrespondent van het Duit- sche Nieuwsbureau te Asmara meldt, dat troepen onder bevel van Ras Seyoem in den nacht van Woensdag op Donderdag een Italiaansche post te Tabaka, ten Oos ten van Amba Augher, hebben aangeval len. Deze aanval zou echter met zware verliezen voor de Abessijnen zijn afgesla gen. De aanvallers zouden naar de nabij gelegen dorpen zijn gevlucht en boven dien door de den Italianen goed gezind zijnde bevolking zijn achtervolgd. Er werd een. Italiaansche strafexpeditie gezonden naar de opstandige dorpen, die dezen aan val mogelijk hebben gemaakt. Bij deze ge vechten werden aan Italiaansche zijde As kari's gewond. Ten Noorden van dit gebied hebben As kari's een gevecht geleverd, waarbij vol gens opgaven van Italiaansche zijde de verliezen van den vijand zeer groot zou den zijn geweest, terwijl aan Italiaansche zijde zelf één Italiaan en één Askari wer den gedood en twee Askari's gewond. Honden waarschuwen bij naderend luchtgevaar. De vele honden in Abessynië zijn van groot nut, omdat zij tezamen met de hye na's en gieren zorgen voor het opruimen BUITENLAND DUITSCHLAND. HET VERBOD VAN INVOER VAN RIJKSMARKBILJETTEN. Vele Nederlanders in Duitschland ernstig gedupeerd. Het verbod van invoer van Ryksmarkbil- jetten en gemunt geld, dat te twaalf uur in den afgeloopen nacht in werking is getre den, beteekent een ernstige benadeeling der belangen van vele Nederlanders in Duitschland. De Nederlanders, die in Duitschland werken en uit Nederland een salaris ontvangen, zien dit salaris met on geveer 35 pet. verminderd. Dit nadeel is te ernstiger daar steeds meer werkgevers de salarissen op den lagen koers van den Mark hadden gebaseerd. Nog moeilijker is de situatie voor de Ne derlanders in Duitschland, wier inkomsten geheel of gedeeltelijk bestaan uit Neder- landsch of Indisch pensioen. Het zwaarst' getroffen zijn tenslotte zij, die wegens werkloosheid, invaliditeit of ouderdom ge heel of gedeeltelijk zijn aangewezen op particulieren of Rijkssteun uit Nederland. Hoe groot het aantal landgenooten is, dat door deze maatregelen getroffen wordt is niet met zekerheid vast te stellen. Van be voegde zijde wordt ons echter verzekerd, dat dit aantal vrij groot is. Men wees er ons op, dat alleen voor Nederlandsche werkloozen, invaliden en ouden van dagen, die in Duitschland gevestigd zijn, door onze regeering jaarlijks een steunbedrag van 2 millioen gulden wordt uitbetaald. In dit verband moet men er rekening mee hou den, dat in het algemeen werklooze Ne derlanders in Duitschland geen steun van de Nederlandsche regeering ontvangen, doch van de Duitsche. Er zijn echter ge vallen, dat personen van Nederlandsche nationaliteit zoozeer verduitsch zijn, dat zij niet onder de betreffende Nederlandsch- Duitsche overeenkomst vallen. Deze men schen ontvangen steun uit Nederland. Intusschen ziet men ook in Nederland sche kringen zeer goed in, dat het verbod naast de ernstige nadeelen, ook voordee- len voor de Nederlandsche economie.heeft. In de eerste plaats zal het gebruik van Rijksmarken belangrijk toenemen, hetgeen aan de clearing ten goede komt. In de tweede plaats is het thans zoo goed als uit gesloten, dat Nederlanders zich voor kor ten tijd naar Duitschland begeven om daar inkoopen te doen, waardoor zij den Neder- landschen handel benadeelen. En tenslotte ziet men in den maatregelen een bewijs, dat de Duitsche regeering vastbesloten is, den Mark, die met een circulatie van 6 milliard en een gouddekking van honderd millioen uiterst moeilijk op peil te hou den is, toch tot het uiterste te handhaven. DE ACTIE TEGEN DE BELIJDENISKERK Verzet tegen Kerrl Is hoogverraad. Twee leiders der oppositioneele kerk, Ja- cobi, president van de belijdende kerk te Berlijn en Scharf, president van de pro vinciale synode van Brandenburg, hebben van de geheime politie de waarschuwing ontvangen, dat zij, indien zij hun verzet te gen de decreten van minister Kerrl voort zetten, gestraft kunnen worden wegens hoogverraad. Naar de correspondent van Reuter ver neemt, hebben zij geantwoord: „Ook Jezus is beschuldigd van hoogverraad en op grond van die beschuldiging ter dood gebracht. Wij zijn er zeker van, dat wij Zijn voet stappen drukken, als wij weigeren minis ter Kerrl te gehoorzamen". De leiders der belijdende kerk verwach ten nu elk oogenblik massa- SAHM TERUG IN DE NAZI-PARTIJ. Dank zij persoonlijke interventie van Hitier. Naar de „Times" verneemt, zou dr. Sahm, de eerste burgemeester van Berlijn, die, zooals gemeld, verleden week uit de natio- naal-socialistische partij werd gezet, door toedoen van Hitier weer in de partij zijn opgenomen. Vermoedelijk houdt deze rehabilitatie, evenals de blijkbaar voorgenomen wijziging van de politieke richting van Herr Strèi- cher's anti-Joodsche „Stuermer", verband met den wensch van het Duitsche regime, om alles te vermijden, wat een slechten in druk zou kunnen maken op de vreemdelin gen, die volgend jaar de Olympische Spelen in Berlijn zullen bijwonen. van het vuil. Thans bewijzen zij opnieuw hun nut in den oorlog, aangezien hun scherp gehoor hen in staat stelt eerder dan de mensch naderende vliegtuigen waar te nemen en zy de inlanders waarschuwen wanneer deze dekking moeten zoeken. Het volgende geval wordt medegedeeld door een Arr erikaanschen dokter te Dag- gaboer, dat door de Italianen werd gebom bardeerd. Bij den eersten aanval werd een vijftigtal honden door bommen gedood, bij den tweeden aanval hoorden de overige honden het geronk van de motoren, wer den ongerust en zochten instinctief dek king in kuilen en struikgewas en ontkwa men zoo aan een slachting. Den derden keer hadden de dieren zich verborgen lang voor de Italiaansche vliegtuigen de plaats bereikten. De bewoners trekken thans hun res hieruit en zoeken dekking, zoodra de hunden zich ongerust toonen. FRANKRIJK. LAVAL VOOR DE KAMER. Rumoerige tooneelen. Gistermorgen is de Fransche Kamer op nieuw bijeengekomen ter voortzetting van de debatten over de strijdhonden. Het was herhaaldelijk zeer onrustig in de zaal. Bardon, centrum-afgevaardigde van Li moges, oefende felle critiek op het beleid van het socialistische gemeentebestuur van die stad. Men wordt er slechts beschermd, aldus zeide hij, indiep men links-georiën teerd is. De links-onafhankelijke afgevaardigde Haye, zeide, dat het republikeinsche recht van vergadering onder meer te Limoges is geschonden. Hij vroeg, welke maatregelen de regeering denkt te nemen ter bescher ming der republikeinsche vrijheden. Later werd de zitting verdaagd tot des middags vier uur. In de middagzitting verdedigde de recht- sche afgevaardigde Taittfnger, de president der „Jeunesse Patriotique", de zaak der ligues. Hij deed heftige aanvallen op de communisten, die hij de handlangers van Moskou noemde. Hij las verschillende do cumenten voor, op grond waarvan hij con cludeerde, dat er gewapende communisti sche organiasties bestaan. Vallat sprak als lid van de „Croix de Feu". Hij zeide, dat de leden dezer organi satie de laatste jaren voortdurend hebben blootgestaan aan aanvallen en overvallen door de linksche groepen. Te Limoges heb ben zij zich voor het eerst energiek te weer gesteld. Het is absurd om in ieder optreden der „Croix de Feu" een provocatie te zien. Herhaaldelijk werd Vallat door commu nisten geïnterrumpeerd. Er werd geroepen: „Moordenaar! Fascist! Askari! en van de andere zijde: „Mond houden!" ENSELAND. SIR SAMUEL HOAROVER DE BUITENLANDSCHE POLITIEK. „Wij willen geen vernederd Italië...." De drie belangrijkste onderwerpen, waar mede de Britsche minister van buitenland- sche zaken, Sir Samuel Hoare zich heeft beziggehouden in de rede, die hij gister avond in het Lagerhuis heeft uitgesproken, waren het Abessijnsche conflict, de situa tie in het Verre Oosten en het Egyptische vraagstuk. Het Abessijnsche conflict. Met betrekking tot de Abessijnsche kwes tie, zeide Hoare, dat Engeland zijn rol in het Volkenbondsoptreden volledig heeft gespeeld en steeds heeft gestreefd naar een vreedzame regeling van het conflict. De leden van den Volkenbond hebben bijna eenstemmig de economische sanctiemaat regelen toegepast, zelfs, wanneer dat ver lies voor hen medebracht. De Volkenbondsmachinerie functionneert goed bij de toepassing der economische sancties. De situatie wordt voortdurend gade geslagen door de commissie van ex perts en indien het blijkt, dat er nog leem ten zijn, zal alles in het werk worden ge steld om het gemeenschappelijke front te versterken. Wat betreft een embargo op petroleum: Ik behoef slechts te zeggen, dat wij ook op dit gebied bereid zijn ons aandeel in een gemeenschappelijk optreden bij te dragen. In beginsel heeft de Volkenbond zich reeds met een dergelijk embargo accoord ver klaard en ik wensch te verklaren, dat geen enkele regeering voor deze gemeenschap pelijke beslissing of voor eenig ander sanctievoorstel meer verantwoordelijkheid draagt dan de andere regeeringen. Indien de gedelegeerden bijeenkomen om te be raadslagen over het in praktijk brengen van dezen sanctievorm, dan zullen wij be reid zijn mede te werken. Het uitstellen van de beraadslagingen over een petro- leumembargo, beteekent niet, dat de hou ding der staten is verslapt. Men heeft door dit uitstel meer gelegenheid gekregen voor het streven naar een moeilijke schikking van het conflict. Wellicht is het onmoge lijk om te bemiddelen tusschen de uiteen- loopende standpunten van den Volken bond, Italië en Abessynië, maar Frankrijk en Engeland hebben getracht, de vredes pogingen gedurende den korten tijd, die nog beschikbaar was, met des te meer ener gie door te zetten. „Wij wenschen Italië noch te vernede ren, noch te verzwakken. Integendeel wenschen wij niets liever dan een zoo sterk mogelijk Italië te zien, dat zoowel moreel als politiek sociaal een zoo sterk mogelijke positie in de wereld inneemt en in staat is bij te dragen tot den vooruit gang van de wereld. Ik doe nogmaals een beroep op Mussolini en zijn landgenooten om uit hun geest elke verdenking te laten varen, dat er verdachte motieven achter onzen steun aan den Volkenbond staan. Wij hebben niet het geringste verlangen om in te grijpen in de interne aangelegen heden van Italië en wij wenschen slechts een sterk Italië, geleid door een sterke re geering in den vorm die het Italiaansche volk wenscht. Zoolang collectieve actie noodig is, heeft zoowel de Volkenbond als wijzelf slechts de verplichting het pact na te komen, en is er geen enkele kans dat de Volkenbond zwakker zal worden of de le den zullen falen in het doen van hun plicht. Doch allen wenschen slechts, dat er een einde zal komen aan de oorzaken, die het collectieve optreden noodig ma ken". DE UITVAART VAN PRINSES VICTORIA. De koning van Noorwegen is gisteren uit Oslo vertrokken om de uitvaart van prinses Victoria, welke Zaterdag zal plaats hebben, bij te wonen. De koningin van Noorwegen, die een zuster van prinses Victoria is, bevindt zich reeds in Enge land. Ook de koning van Denemarken zal de bijzetting bijwonen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 6