DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
DE FRANSCHE POLITIEK EN DE
NEDERLANDSCHE GULDEN
27ste Jaargang
VRIJbAC 29 NOVEMBER 1935
No. oZ80
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Toonutbetafing:
Voor Leiden 19 cent per week S 2.50 pei kwartaal
By onze Agenten 20 cent per week S 2.60 per kwartaal
Franco per post 1 2-95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, by
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: f 0-50
V Wat niet meer gebeuren mag
Er loopen geruchten over een nieuwe af
slachting van vee.
Geruchten, üie zijn tegengesproken en
weer opduiken.
Nu kan men een betoog houden, dat
zulk een vernietiging oeconomisch nuttig
en zelfs noodzakelijk is.
Dat betoog kan ons worden voorgezet
door knappe, zeer knappe oeconomen.
Dat alles kan.
Maar wij zouden een dergelijke vernie
tiging van de gaven der natuur toch als
schandelijk veroordeelen.
Daartoe mag niet worden besloten.
Vernietiging van voedsel is erg. Maar
vernietiging van producenten van koste
lijk voedsel is nog erger!
Gezien vanaf het standpunt der volks
gezondheid is er een tekort, een ernstig
tekort aan melkgebruik. In gemeenten in
het westen van ons land bedraagt het melk
gebruik gemiddeld een 150 liter per jaar
en per hoofd, dus gemiddeld nog geen
halve liter pei dag. Vele menschen wil
len wel meer melk drinken, moeten óók
wel meer melk drinken voor hun gezond
heid, maar 't ligt niet onder hun bereik
dat te doen.... En dan zou men koelen,
die ons de melk leveren, gaan afslachten!
't Zijn nog maar geruchten en er is mis
schien niets van waar. Doch er is al zoo
veel gebeurd van gelijken aard, wat erger
nis heeft gewekt, en wat verbittering heeft
gedrongen in de harten van velen, die da
gelijks verlangen naar meer of beter voed
sel.
Neen vernietiging van voedsel mag
niet meer gebeuren, en vernietiging van
economisch kapitaal, vernietiging van
vee, zouden wij niet meer mogen dulden.
REGEERING EN STEUNVERLEENING.
De Minister van Sociale Zaken deelde
hedenmiddag in de Tweede Kamer mede,
dat hij met zyn ambtgenoot van Economi
sche Zaken overweegt, ook kleine zelf
standigen in de steunregeling van rijkswe
ge te betrekken, ojn. door het tewerkstel
len van kleine land- en tuinbouwers in
eigen bedrijf.
De Regeering is, aldus de Minister, niet
voornemens, in het voorjaar de steunnor-
men te verlagen; wel wenscht zij de
steunverleening in natura uit
te breiden.
DIRECTEUR LUCHTVAARTDIENST.
Naar wij vernemen heeft de directeur
van den Luchtvaartdienst, de heer E. Th.
de Veer, ontslag aangevraagd.
DE MAATREGELEN DER JAPANSCHE
TROEPEN IN NOORD-CHINA.
Protest der Chineesche regeering.
NANKING, 29 November. (A.N.P.) De
Chineesche regeering heeft bij den Japan-
schen ambassadeur krachtig geprotesteerd
tegen de organisatie en den steun der auto
nomistische beweging in Noord-China door
Japansche militaire gezaghebbers, zoomede
tegen de bezetting van spoorwegstations en
het verhinderen van het spoorwegverkeer
in de provincies van Noord-China door Ja
pansche troepen.
TOKIO, 29 November. (A.N.P.) Hét mi
nisterie van oorlog spreekt categorisch het
bericht tegen, dat Japansche troepen Fen-
tat, het knooppunt der spoorwegen van Pe
king naar Hankau en Peking naar Sjankai
Sjan, hebben bezet, doch heet toegegeven,
dat Japansche militaire autoriteiten in
Noord-China een waarschuwing hebben ge
richt tot de Chineesche spoorwegautoritei
ten wegens het gemelde onttrekken van
rollend materiaal uit de noordelijke provin
ciën, waarbij zij er den Chineesche autori
teiten aan herinneren, dat de Japansche
troepen de spoorwegen in Noord-China be
schermen, in overeenstemming met het pro
tocol van Boer, waarbij zij zich daartoe
hebben verplicht.
Verband tusschen devaluatie en goudvoorraad
GEVAAR VOOR DEN FRANC IS GEVAAR VOOR DEN GULDEN
Frankrijk doorleeft weer eens critieke
dagen; het kabinet-Laval we'et niet, of het
de volgende week nog op het kussen zal
zitten en de Fransche franc gevoelt zich op
zijn goudbasis evenmin veilig.
De wispelturige Fransche Kamer van Af
gevaardigden, welke gisteren na eenige
maanden rust wederom is bijeengeroepen,
heeft thans het lot van het ministerie in
handen. De Kamer zal zich op de eerste
plaats hebben uit te spreken over de decre
ten, welke Laval krachtens de machtigings
wet van Juni heeft uitgevaardigd en die
ten doel hebben de Fransche financiën te
saneeren en het peil van den franc te be
houden en te verstevigen o.a. door het in
voeren van diverse bezuinigingen.
Voorts zal het parlement zijn goed- of
afkeuring hebben uit te spreken over de
houding der regeering tegenover de min of
meer extremistische bonden, zoowel aan
den linker als aan den rechterkant, wier
activiteit onrust in den lande verwekt, zoo
als wij onlangs gezien hebben te Limoges. En
ten slotte is het de buitenlandsche politiek
van de kool en de geit sparen, het laveeren
tusschen Engeland en Italië, tusschen de
oude Fransche Volkenbondspolitiek en de
handhaving van de pas bezegelde Italiaan-
sche vriendschap, waaromtrent de Kamer
een oordeel zal hebben te vellen.
Oppositie is er spoedig in Frankrijk,
vooral in een tyd als deze, en bij de be
ruchte Fransche partijpolitiek kan deze op
positie onverwacht tot een meerderheid
aangroeien.
Laval heeft een goede kans; zijn tegen
standers vormen geen homogeniteit. Som
migen vallen hem hard, omdat hij de sa
larissen wil aantasten als een onderdeel
van zijn bezuinigingsplan, anderen zijn
overtuigde devaluïsten en keeren zich
daarom tegen zyn deflatie-politiek, weer
anderen zijn voor of tegen de sanctiemaat
regelen of wenschen krachtiger ingrijpen
tegen de extremisten.
Het is niet te voorspellen hoe deze strijd
om het bestaan voor Lavals regeering zal
uitvallen. Maar komt het huidige ministe
rie ten val dan is de kans groot, dat de
franc mede zal vallen. Het opschroeven van
het disconto der Banque de France is
een symptoom voor de vrees omtrent het
lot van het Fransche betaalmiddel.
In ons land wordt de ontwikkeling van
den toestand te Parijs met bezorgdheid
gadegeslagen, want wij zyn er nauwer bij
betrokken, dan menigeen vermoedt.
Wordt n.l. de franc van zijn goudbasis
afgedrongen door het politieke kegelspelle
tje in de Fransche Kamer, dan wordt bet
voor onze regeering vry'wel onmogelijk
om de goudswaarde van den gulden op haar
tegenwoordig peil te houden.
Wij zullen dan weldra gedwongen wor
den, om óf een lagere goudbasis op te zoe
ken (zooals België deed) óf den gulden
over te laten zij het dan onder een ze
kere controle door middel van een soort
egaliseerings-fonds aan het spel van
vraag en aanbod op de binnen- en buiten
landsche geldmarkten. Het laatste systeem
wordt, zooals men weet, in Engeland met
het pond sterling toegepast.
Wanneer wij nu de al of niet wenschelijk-
heid van devaluatie in het midden laten,
maar ons op het standpunt stellen, dat de
valuatie vroeg of laat niet te vermijden
zal zijn, dan moeten wij daarbij wel beden
ken, dat het volstrekt niet onverschillig is,
op welk tijdstip dat gebeurt. En nu lijkt ons
het oogenblik van thans minder ge wenscht,
zoodat een eventueele val van den Fran-
schen franc in deze dagen ons niet bepaald
welkom zou zijn.
De grootte van de goudvoorraad der Ne-
derlandsche bank speelt n.l. een groote rol.
Vermindert de waarde van den gulden,
dan stijgt naar evenredigheid de waarde
van het goud. Een devaluatie van ongeveer
30 pet. men neemt aan, dat het Neder-
landsche levenspeil ongeveer 30 pet. te duur
is, vergeleken met het peil van de niet-
goudlanden zou de waarde van ons
goud dus naar evenredigheid, d.i. ook met
30 pet., doen stijgen. Hoe grooter derhalve
onze goudvoorraad is, des te grooter is het
voordeel, dat uit de devaluatie van den gul
den getrokken kan wordein.
In dit verband is het interessant de fluc
tuaties van de goudvoorraad der Ned. Bank
«edurende de laatste jaren en speciaal ge
durende het nu bijna afgeloopen jaar na te
gaan. Wy vinden dan de volgende cijfers:
goud in gouddekking
millioenen gldns. king.
14 Nov. 1932 1.032 82.1
27 Febr. 1933 1.020 82.2
18 April 1933 956 81.3
15 Mei 1933 838 77.1
10 Juli 1933 737 74
2 Jan. 1934 923 81.1
26 Febr. 1934 792 78.6
17 Dec. 1934 842 80
1 April 1935 779 78.1
15 April 1935 662 71
24 Sept. 1935 542
25 Nov. 1935 628 72.89
De verschillende data zijn genomen na
periodes, waarin belangrijke mutaties in de
goudvoorraad plaats vonden.
Uit dit staatje blijkt, dat, als wy op 14
Nov. 1932 waren overgegaan tot een de
preciatie van onze munt van 30 pet., de
winst op onze goudvoorraad 309.600.000
zou hebben bedragen.
Worden wij thans (eind November 1935)
daartoe gedwongen, dan bedraagt de winst
slechts 30 pet. van ƒ628 millioen is:
188.400.000. Dat beteekent derhalve een
winstderving van ongevéer 120 millioen, in
ronde cijfers.
Waar zijn die millioenen gebleven?
Voor een deel naar het buitenland, maar
voor een groot deel ook in de zakken van
de vaderlanders, die zich alvast gedekt heb
ben en fondsen, in buitenlandsche valuta
luidend, gekocht hebben, of goud of buiten
landsche wissels en banknoten, ofwel „ge
vlucht" zyn in de goederen en grootere
voorraden grondstoffen hebben aangekocht
dan de voor normaal gebruik noodzakelijke.
Zuiver „verlies" is het dus niet, maar uit
een en ander blijkt toch wel, dat als er ge
devalueerd wordt, dit liefst geschieden moet-
op een tijdstip, dat het voor ons het voor-
deeligst is.
Laval zeide overigens in zijn jongste ra
dio-rede over dit goud-voordeelt je: „De
hulpbronnen, welke de devaluatie voor den
staat zou ontsluiten, zouden spoedig zijn
uitgeput en dezelfde financieele moeilijk
heden zouden opnieuw overwonnen moeten
worden. En wat zou men dan anders doen
dan terugkeeren tot een nog scherper en
pijnlijker politiek van schrappingen en be
perkingen?"
Inderdaad, van eenige luttele millioenen
meer is niet alle heil te verwachten, maar
het Hollandsche speekwoord zegt: Alle
beetjes helpen.
Mr. H. F. A. GEISE.
TWEEDE KAMER
Inschakelen van
aannemers bij
werkverschaffing
De belangen van boeren
en tuinders
De Tweede Kamer heeft gisteren de be-
handeling van de begrooting van Sociale
Zaken, hoofdstuk Werkverschaffing en
Steunverleening voortgezet.
De heer K r ij g e r (C.H.) acht het een
ernstig tekort in het beleid van dezen mi
nister dat hij bij de werkverschaffing de
aannemers heeft uitgeschakeld. De aan
nemers en bouwvakarbeiders wachten op
de daad, het verlossende woord van de
Regeering. Als geen concreet antwoord
volgt, zal spr. een uitspraak van de Kamer
uitlokken.
De heer Bakker (C.H.) zegt, dat er
wel wat meer vrije armslag voor de parti
culiere steunverleening is, doch de voor
schriften worden hier en daar wel zeer
eng uitgevoerd. Een toegeeflijker regeling
met betrekking tot den aftrek van gezins
inkomsten is voorts gewenscht.
De heer S^einmetz (R.K.) betuigt
ziju groote waardeering voor de activiteit
der regeering inzake tewerkstelling van
jeugdige werkloozen. Doch het is niet ge
noeg. Men opene den jongen werkloozen
eenig perspectief, in het productiepro
ces te worden opgenomen.
Spr. vindt den steun te laag, armoede
en ellende heerscht in de gezinnen van vele
ondersteunden. Men moet het steunbedrag
niet verminderen, zooals bij de transport
arbeiders het geval is.
Van den vrijen armslag is weinig terecht
gekomen. Spr. waarschuwt tegen te sterke
centralisatie bij de steunverleening, te
strengen aftrek van gezinsinkomsten.
De heer Groen (R.K.) bepleit de be
langen van de kleine boeren en tuinders,
die niet geholpen worden en die, met steun
in hun bedrijf gehandhaafd zouden kun
nen worden. Hun positie is in vele geval
len slechter dan die der steuntrekkers.
Sociale voorzieningen worden voor hen
niet getroffen. Zij kunnen alleen bij de
werkverschaffing geplaatst worden. Voor
de allerkleinste boeren brengt dat eenig
soulaas, maar niet voor hen die geen dag
in hun bedrijf gemist kunnen worden.
Men beoordeele geval na geval.
De heer Van Houten (Chr. Dem.)
bepleit een uitkeering ineens van maximaal
2030 gulden aan meer dan 3 maanden
werklooze hoofden van gezinnen en zij die
in werkverschaffing arbeiden. Men heeft
in die gezinnen gebrek aan schoeisel, dek
king en onderkleeding. De uitkeering
worde vóór Kerstmis gedaan. Spr. dient
een motie daartoe in.
De heer L o u w e s (Lib.) bepleit even
eens tewerkstelling van kleine boeren in
het eigen bedrijf.
De heer S m e e n k (C.-H.) bestrijdt de
motie-Van Houten. Er is een tekort op de
begrooting. Het geld is er niet. Bovendien
zijn er veel meer menschen, buiten de ge
noemde categorieën, die eveneens recht
op zoo'n uitkeering zouden hebben.
De heer S t u m p e 1 (R.K.) vraagt aan
dacht voor steun voor kleine middenstan
ders; zij moeten eerst 13 weken in loon
dienst zyn geweest, vóór zij steun kunnen
genieten. Waar zij dien loondienst niet
kunnen vinden, zijn zij op Armenzorg
aangewezen. Met een toeslag van slechts
enkele guldens per week zouden velen ge
holpen zijn. Ook bepleit spr. de belangen
van werknemende middenstanders, die
een belangrijke positie op kantoren e. d.
hebben gehad, en nu moeten gaan stem
pelen.
Spr. drong tenslotte aan op inschakeling
van aannemers bij de werkverschaffing.
De heer Droes en (R.K.) vroeg aan
dacht voor de eigenaars van 60.000 kleine
boerenbedrijfjes in ons land.
De heer Kupers (Soc. Dem.) uit be
zwaren tegen dé uitvoering van steeds
meer gewone bouwwerken in werkver
schaffing.
De heer Vos (Lib.) vraagt aandacht
voor de werkloosheid onder de intellec-
tueelen en onder ie jeugd. De heer Arts
(R.K.D.P.) behandelde hetzelfde onder
werp.
De Minister van Sociale Zaken zal he
den de sprekers beantwoorden. De verga
dering wordt geschorst tot 's avonds half
negen.
AVOND VERGADFRING.
Landbouw en Visscherij.
In de avondvergadering begon de Twee
de Kamer aan de behandeling van de Be
grooting van Landbouw en Visschery. Ver
schillende leden spraken hun vertrouwen
uit in den nieuwen Minister.
De heer Lovi'nk (C.H.) verzet zich te
gen uitbreiding van het personeel van het
departement en dient een amendement in
ter schrapping van den desbetreffenden
post van 50.000.
De Minister v. Landbouw, de
heer Deckers, dankt voor het ver
trouwen. De post van 50.000 is voor
eventueele uitbreiding met een aantal
ambtenaren. De beschikbare ambtenaren
heeft spr. tot dusver met zijn ambtgenoo-
ten gedeeld, doch spr. kan worden genood
zaakt nieuwe ambtenaren aan te stellen.
Natuurlijk kan hij dan een suppletoire be
grooting indienen, doch het lijkt spr. een
voudiger het te doen zooals is voorgesteld.
Spr. verheugt zich over de grootere
waardeering van den boerenstand. Geluk
kig is de toestand hier nog zoo, dat groe
pen van de bevolking nog tot den minis
ter kunnen doordringen om hun bezwaren
te zyner kennis te brengen. Bij een dicta
toriaal bewind zou dat anders zijn.
Het amendement-Lovink komt heden in
stemming.
Bij de afdeeling Landbouw zegt de heer
v. d. We ij den (R.K.), dat men in Bel
gië met minder maatregelen meer resul
taten bereikt heeft. Het groot aantal con
trole-ambtenaren hier te lande versterkt
het vertrouwen in de Regeering niet. Spr.
bepleit verlaging van vaste lasten, hooge
invoerrechten en exportpremies; voorts
beperking van de margarine-industrie.
De heer Groen (R. K.) wenscht mede-
zegging van de organisaties in bestuur van
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER
BLADEN.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Britsch-Fransche samenwerking verste
vigd in het optreden tegen Italië. Worden
de troepen uit Lybië weer daarheen terug
gezonden? Maarschalk Badogiio aangeko
men. (2e blad).
Laval heeft bij de eerste stemming over
de wijze van behandeling der interpellaties
de kwestie van vertrouwen gesteld en een
meerderheid verkregen. (2e blad).
De Grieksche koning wil amnestie door
drijven. (2e blad).
Opstand in Brazilië mislukt. (2e blad)
Geen seinen van Ellsworth gehoord.
(Luchtv. 2e blad).
BINNENLAND.
Het Bezuinigingsontwerp aangenomen
door de Eerste Kamer. (1ste blad).
De Tweede Kamer heeft gistermiddag
de afdeeling werkverschaffing en steunver
leening van sociale zaken behandeld; in de
avondvergadering kwam de begrooting van
landbouw en visscherij aan de orde. (1ste
blad).
Verschenen ïs de begrooting van het
Landbouwcrisisfonds. (2de blad).
Prijsregeling rogge en gerst voor 1936,
1937 en 1938. (2de blad).
Voor den kantonrechter te Leeuwarden
is gisteren een zaak wegens overtreding
van de wet op de uitverkoopen behan
deld. (Rechtzaken, 4de blad).
Voor het kappersbedrijf wordt een be
drijf sraad ingesteld. (2de blad).
De Sierteelt-centrale heeft de beschik
king gekregen over 267.500 voor aankoop
van boomkweekerij-producten. (2de blad).
Timmerfabriek te Huizum afgebrand.
(lste blad).
Groote branden te Amsterdam. (Gem.
Ber., 4de blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De 24ste partij EuweAljechin in remi
se geëindigd. (4de blad).
Wat de wintersportfeesten te Garmisch-
Partenkirchen zullen brengen. (4de blad).
crisisorganen en uitvoering van crisis
maatregelen. Bindendverklaring van ar
beidscontracten in den landbouw lijkt spr.
noodig. Hij heeft vertrouwen in hetgeen
de minister voor den tuinbouw wil doen.
Deze wachte niet lang met het uitbetalen
van den steun. Inzake beschikbaarstelling
van blikvleeschgroente, margarine en ha
ring, zij mén niet te enghartig. Ook kleine
zelfstandigen komen daarvoor in aanmer
king.
Landbouwonderwijs en voorlichtings
dienst mogen niet worden ingeperkt.
De heer Louwes (Lib.) acht het be
drag van 200 millioen voor steun aan den
landbouw volkomen verantwoord; het is
geheel iets anders dan belasting.
Een becijfering en uiteenzetting van
boter- en margarineproducties acht spr.
noodig voor de rust van een deel van ons
volk. Bacon-export naar Engeland is thans
weer loonend, hetgeen een gelukkig ver-
schijnsel is ook voor onze havens.
De heer van den Heuvel A.R.) be
toogt, dat van een beperking van marga
rine-productie geen hoogeren melkprijs
verwacht kan worden.
Den heer Vervoorn (Pl.b.) lykt het
beter, als instandhouding van den export
met zoo hooge lasten gepaard moet gaan,
de binnenlandsche markt voor onze land
bouwproducten te reserveeren.
De Minister zal heden de sprekers be
antwoorden.