MAANDAG 18 NOVEMBER 1935 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. I? GEMEENTERAAD VAN ALKEMADE GEMEENTERAAD VAN BOSKOOP (Vervolg) Bij volgnummer 115 „Schrijfloonen" stelt de heer Rietbroek voor de post te bren gen op ƒ600. Naar de meening van spre ker is het woord volontair hier niet meer op zijn plaats, want beide personen zijn naar zijn meening in den waren zin des woords volslagen ambtenaren. Van verdere secretarie-studie is weinig meer te be speuren, omdat elk dezer volontairs met een bepaalde taak is belast. De voorz. kan met het gesprokene van den heer Rietbroek niet meegaan. B. en W. hebben uitvoerig bij de behandeling van de begrooting deze zaak besproken. Het begrip volontair laat zijns inziens niet toe. dit zoover uit te strekken, dat door te hooge bezoldigng men hiervan ambtena ren maakt. Spr. geeft toe, dat door de volontairs nuttig werk wordt verricht, doch indien de reeds met 100 pet. voorgestelde verhooging nog meer verhoogd zou moe ten worden, dan zou spr. er voor zijn bij den Raad met een voorstel te komen tot aanstelling van een vierde ambtenaar. In dit verband brengt de voorz. ter sprake, dat van de zijde van het publiek door hem eenige malen de opmerking is vernomen, dat de secretaris onder kantoor tijd in het dorp wordt gezien, waardoor de vraag is gerezen of de omvang van de werkzaamheden op de secretarie inderdaad van dien aard zijn, dat de 2 volontairs on mogelijk kunnen worden gemist. Naar aanleiding van deze opmerking wijst de voorz. er op, dat wanneer de secretaris somtijds afwezig is dit verband houdt met zijn administrateurschap van de water leiding. Uit het feit, dat de voorz. van de Stichting nu eenmaal niet in de gemeente Alkemade woont, volgt, dat voor raken van de waterleiding naar den administra teur wordt gegaan. De heer Penning de Vries wil tegen de opmerking van den voorz. over de afwe zigheid van den secretaris toch even naar j voren brengen, dat door hem meermalen is geconstateerd, dat de secretaris des avonds ter secretarie is opgemerkt. Hij ziet bovendien nimmer tegen veel werk op, zoodat de oogenblikken, dat hij wordt weggeroepen rijkelijk hierdoor worden ingehaald. De heer Pennings wijst er op, dat de volontairs hier komen om te leeren, zoo dat de vergoeding slechts bijzaak is. Er zijn nog voldoende volontairs te krijgen. De heer van den Broek maakt de op-» merking, dat in elk geval twee personen meer werk kunnen doen dan één. Spr. vindt het dan ook niet meer dan billijk, dat de volontairs een vergoeding ontvan gen als tegemoetkoming in hun reis- en studiekosten. De heer de Koning, wethouder, is wat de werkzaamheden betreft, volkomen eens dat een belooning van 300 nog aan den lagen kant is. Hij kan zich echter volko men vereenigen met het standpunt van den voorz. dat het standpunt ook is van het college. Het voorstel van den heer Rietbroek on dersteund door de heeren van den Broek en vna 't Hart wordt hierna in stemming gebracht en verworpen met 7 tegen 5 stemmen. Tegen de heeren Los, Verwey, Heemskerk, de Koning, Penning de Vries, Hogenboom en Pennings. Vóór de heeren Rietbroek, van den Broek, van 't Hart, v. Emmerik en van Ruiten. Volgnummer 159 „Reisgeld voor pas santen en overige uitgaven voor de poli tie". De heer Penning de Vries wijst op de verhooging van dezen post met ƒ40. Spr. stelt voor schrapping van dezen post door de politieboot te doen vervallen. Hij meent zeker te weten, dat hij namens een groot percentage van gemeentenaren spreekt, indien zijn voorstel werd aangenomen. De voorz. heeft ten voirgen jare reeds be pleit de noodzakelijkheid van de aanwe zigheid van een politieboot. Met het oog op de kampeervergunningen en de aan wezigheid van zomerhuisjes. De heer van Emmerik gelooft, dat het houden van toezicht op de kampeerders beter per rij wiel dan per boot kan geschieden. Voor zitter is wel bereid in geheime zitting zijn standpunt hierover uiteen te zetten. De Raad gaat hierna in geheime zitting. Na heropening wordt het voorstel van B. en W, tot handhaving van den post in stemming gebracht en aangenomen met 8 tegen 4 stemmen. Tegen de heeren Pen ning de Vries, Pennings, Van Emmerik en Van Ruiten. Bij volgnummer 160 „Belooning en pre- miën aan brandmeester en brandweerlie den" wijst de heer van Ruiten op het ver schil in uurloon der leden voor de bedie ning der motorspuit en handspuit. Hij stelt voor de belooning voor de manschap pen van de handspuit eveneens op ƒ1 te brengen. De voorz. merkt op, dat voor de bediening van de motorspuit over het al gemeen deskundige personen worden aan gesteld, terwijl de manschappen aan de motor brandspuit vrijwilligers zijn, terwijl de leden ter bediening van de handspuit krachtens de politie-verordening worden aangewezen. Volgnummer 169a „Kosten van de Bur gerwacht". De heer van 't Hart is niet voor deze subsidie, omdat hij niet de ze kerheid heeft, dat de personen, die lid van de Burgerwacht zijn, voor de volle 100 pet. Oranje-mannen zijn. De voorz. merkt op, dat juist van Over heidswege weer op het actief maken van de Burgerwacht is aangedrongen. De sub sidie is zoo laag mogelijk gehouden. Volgnummer 189: „Kosten van bad1- en zweminrichtingen". De heer van Emmerik maakt de opmerking, dat het opbergen van de glijbanen, springplanken, enz. nog steeds door werkloozen geschiedt. Voorz. wijst er op, dat voor het volgend jaar dit niet meer an plaats vinden, omdat het object thans is gereed gekomen. De post is derhalve niet voor verlaging vatbaar. De heer Penning de Vries vraagt of de post niet te laag is geraamd en wie moet voor het onderhoud van het zorg dragen. De voorz. antwoordt, dat het onderhoud van het plantsoen berust bij den exploitant. Bij volgnummer 190 „Subsidie aan de Vereenigingen voor Ziekenverpleging", wijst de heer Van Ruiten er op, dat het den laatsten tijd meermalen voorkomt, dat personen met een verzoekschritf om een bewijs van onvermogen voor gratis ver loskundige behandeling worden afgewe zen met verwijzing naar den betrokken geneesheer of het Wit-Gele Kruis voor het treffen van een regeling. Spr. acht zulks niet in het belang van de betrokke nen zelf. De heer Penning de Vries bespreekt de ziekenverpleging in het algemeen. Voor 1922 had het Groene Kruis nog geen ver pleegster en was slechts belast met de af gifte van verplegers-artikelen. Het Wit- Gele Kruis strekte zijn werkzaamheid uit over de dorpen Oudewetering, Roelof- arendsveen, Nieuwe wetering en Rijpwete- ring. Na 1922 stelde het Groene Kruis een verpleegster aan en werd het territoir van het Wit-Gele Kruis door ontslag van een wijkzuster belangrijk ingekrompen. Spr. acht dan ook de verdeeling der subsidies niet meer billijk. Het Groene Kruis tracht zijn tekort te dekken door vrijwillige bij dragen en het houden van bazars. Het Wit-Gele Kruis daarentegen werkt altijd met een tekort, dat door de gemeente moet worden aangevuld. De voorz. antwoordt, dat dit in de al lereerste plaats is een kwestie van be stuursbeleid. Verhooging van subsidie voor het Groene Kruis is niet mogelijk, omdat het bestuur steeds langs anderen weg tracht het tekort te dekken. Het Wit-Gele Kruis werkt onder geheel andere omstan- dighedne. Het houden van bazars is door de tijdsomstandigheden niet meer moge lijk. De heer de De Koning merkt naar aanleiding van het gesprokene door den heer Penning de Vries nog op, dat voor enkele jaren bazars en tentoonstellingen zijn gehouden, welke een bate afwierpen van ƒ2000 en ƒ2400. Deze baten kwamen niet tne goede aan de vereeniging zelf, doch aan de t.b.c.-bestrijding. De subsidie die eerst 1000 bedroeg is door inkrim ping van het territoir op ƒ750 terugge bracht. De heer Heemskerk vraagt of de t.b.c.- bestrijding zich ook uitstrekt over de dor pen Rijp wetering en Oud-Ade. De heer de Koning antwoordt, dat door Rijk en Pro vincie voor deze dorpen geen subsidie wordt verleend. Wel is de vereeniging meermalen in deze dorpen opgetreden. Volgnummer 209, „Jaarwedde gemeente opzichter". De heer van Emmerik acht de vergoeding voor den tijd, dat de gemeente opzichter tot dienstvervulling geroepen wordt buiten zijn voorgeschreven dienst, te gering. De vergoeding komt neer op ƒ0.25 per uur. De voorz. merkt op, dat zich thans met het vele werk een buitengewone omstan digheid voordoet. De opzichter is over zijn salaris tevreden en heeft den vnorzitter medegedeeld, dat hij op salaris-verhooging niet heeft aangedrongen. Zoo gauw de wintertijd intreedt zal de heer Strijk het veel gemakkelijker hebben. Volgnummer 211. „Onderhoud wegen en voetpaden". De heer Rietbroek komt nog maals terug op zijn betoog ten vorigen jare gehouden, wat betreft het salaris van wegwerker l'Ami. Hij acht een loon van ƒ20, waarvan nog 10 pet. afgaat wegens pensioens-verhaal te gering. Spr. gelooft niet, dat er in den omtrek nog gemeenten te vinden zijn, waar het loon van de weg werkers zoo laag is als hier. De heer van Emmerik wijst op de gemeente Bodegra ven, waar een loon wordt gegeven van ƒ25 per week. De voorz. wijst er op, dat salarisverhooging onder de huidige om standigheden niet wordt goedgekeurd, zoo dat hij ten sterkste moet ontraden hierop nader in te gaan. De heer Pennings acht een loon van ƒ20 geenszins te laag. Vele boeren en tuinders verdienen zulk een loon niet. De heer van den Broek is eveneens voor verhooging van de wedde. Het voorstel van den heer Rietbroek om het loon van den wegwerker l'Ami te brengen op 21 wordt verworpen met 7 tegen 5 stemmen. Vóór de heeren Rietbroek, van 't Hart, van Emmerik, van Ruiten en van den Broek. Volgnummer 270 „Subsidie Burgerlijke Armbesturen". De heer van Emmerik acht de ondersteuningen, die gegeven worden te laag. De voorz. merkt op, dat de arm besturen autonome lichamen zijn, die elk geval individueel beoordeelen. De overige ppsten worden hierna behandeld en geven geen aanleiding tot opmerkingen. Ook de ontvangstposten worden z.h.st. vastgesteld, waarna de begrooting in zijn geheel met algemeene stemmen wordt aangenomen, sluitende in ontvangst en uitgaaf met een bedrag van 285.766.26. Rondvraag. De heer Los wijst op de plaats gehad hebbende afzetting van een gedeelte van den weg te Oudewetering, waardoor het auto-verkeer verplicht was met levensge vaar te berijden het verbreede gedeelte van den weg aldaar. Dat tijdens deze af zetting geen ongelukken zijn gebeurd mag wel een wonder worden genoemd. Hij geeft B. en W in overweging den gemeente opzichter over deze ondeskundige daad te onderhouden. De voorz. merkt op, dat het noodzakelijk werd geacht, dat ook over de verbreeding werd gereden, doch niet ver der dan met het oog op het verkeer noo- dig was. De opzichter zal de weg dan ver der uitgezet hebben dan strikt noodzake lijk was. Toen echter bleek, dat de onder grond nog te slap was, zijn de obstakels weggehaald. De heer Heemskerk vraagt of de voorz. den opzichter hiertoe opdracht heeft ge- Vrijdagavond kwam de Raad dezer ge meente in openbare vergadering bijeen on der voorzitterschap van den burgemeester Mr. E. P. Verkerk. De voorzitter opende de vergadering. De notulen der vergadering van 28 October 1935 werden onveranderd vastgesteld. Kindervoeding. Onder de ingekomen stukken bevond zich o.m. een verzoek d.d. 6 November 1935 van het R. K. Comité voor kindervoe ding te Boskoop, om subsidie uit de ge meentekas voor het koopen van vel en spek. B. en W. stellen voor het verzoek voor kennisgeving aan te nemen en wenschen geen voorstel tot subsidieering van de kin- dervoedingcomité's te doen, daar het col lege er niet voor was om de kindervoeding, die zoo loffelijk door het particulier initia tief wordt verzorgd, te betrekken in de sfeer van de gemeentelijke bemoeiingen. Het andere in de gemeente werkzame comité, dat geen subsidie-aanvrage gedaan heeft, zou financieel op gelijke voet moe ten worden behandeld. De heer v. d. Staak spijt het dat het ad vies van B. en W. zoo uitgevallen is. De kindervoeding is alleen voor die kinderen, die aan ondervoeding leiden en spr. acht de subsidie maar een bagatel, Door het andere comité is geen aanvrage voor subsidie gedaan, maar toch zou dit ook heel graag subsidie ontvangen. Er zijn vele werkloozen, waarbij ontevredenen, maar ook anderen die meer in stilte ar moede lijden en hun kinderen niet kun nen voeden, hetgeen nu door kindervoeding zoo schitterend verholpen kon worden. Spr. vraagt niet alleen voor het R. K. comité subsidie, maar zou het graag voor beide comité's zien. Spr. stelde vervolgens voor 300.uit te trekken voor beide comité's, dit is nog geen gulden per kind. De heer Noest betreurt het. dat er twee verschillende comité's zijn en is van mee ning dat dit beter een comité kan worden een z.g. neutraal comité. Door het college is indertijd gezegd, dat het niet ongenegen is steun te verleenen, maar dat particulier initiatief voor moet gaan. Nu is gebleken, althans bij een der comité's, dat het parti culier initiatief tekort schiet, zoodat het nu aan B. en W. is, verder te handelen. Als B. en W. echter steun geven, moet het aan beide comité's gegeven worden en niet alleen aan het Roomsch Katholieke. Spr. geeft dan ook in overweging met beide comité's overleg te plegen. De voorzitter vindt het vreemd, dat er uit den Raad een tip naar voren komt „vraag maar subsidie aan". Door den heer Noest is gezegd, dat de organisaties geen geld meer hebben en dat nu de gemeen schap moet helpen, hetgeen meebrengt, dat dan de gemeente in alle noodgevallen moet bijspringen. Als de Raad derhalve in principe zou besluiten te helpen, zou dit ons geld blijven kosten. geven, waarop de voorz. bevestigend ant woordt. De heer van den Broek bespreekt de wenschelijkheid, dat .bij het aanstellen van nieuw politie-personeel door den voorz. wordt verboden het ophalen van huishuur en het verkoopen van loten, Ver der vraagt hij een betere verkeersrege ling, vooral voor en na de kerktijden. Verder bespreekt de heer van den Broek nog de hondenbelasting. Hij zou gaarne zien, dat een hond welke gehouden wordt om ratten te vangen en tot bewaking van erven en gebouwen niet in de eerste klas werd aangeslagen. Voorzitter antwoordt, dat aan de gemeente-politie geen vergun ning meer wordt verleend nevenfuncties te vervullen. Omtrent het verkeer zal de voorz. nadere maatregelen treffen, zoodra het politie-corps weer volledig is. Wat be treft de heffing van hondenbelasting geeft spr. als zijn meening te kennen, dat B. en W. gehouden zijn aan de verordening. De heer Rietbroek bespreekt de inge houden steun van de halftuinders en vraagt of het gemeente-bestuur hierin moet berusten. Voorz. antwoordt, dat te gen de intrekking van dezen steun niets is te doen. De ministerieele voorschriften verzetten zich tegen het verleenen van steun. De heer Hoogenboom meent te we ten, dat voor 't houden van zwemwedstrij den een beker van gemeentewege is be schikbaar gesteld. Spr. vraagt of deze be ker uit de begrooting is betaald. Voorz. antwoordt, dat de aanschaffing van een beker niet uit de gemeentekas is vergoed. De heer Pennings vraagt wanneer de re clames straatbelasting worden behandeld. Voorzitter antwoordt, dat de commissie de volgende week vergaderd. Hierna sluiting. In tweede instantie zei de heer v. Kleef, dat het vorig jaar een neutraal comité voor kindervoeding was opgericht en dat bij een oproep om steun zooveel geld door parti- culiren was aangeboden, dat er meer dan genoeg was. Spr. meent dat wanneer er nu weer werk van gemaakt wordt, het benoo- digde geld er spoedig zal zijn. Spr. kan zich niet voorstellen, dat nu ineens niet meer gegeven zal worden. By de katholie ken zyn er misschien waarvan de draag kracht veel minder is en die dus niet veel kunnen missen, maar dan moeten zy by elkaar in een neutraal comité. Spr. wenscht dan ook niet de overheid hierin te betrek ken. De heer Brand meent, dat ieder comité recht van bestaan heeft. Het is wel zeker, dat bij de katholieken de draagkracht veel minder is, maar dit comité bestaat reeds veel langer. De nood is hoog, verschillen de gezinnen zijn er waar de kinderen droog brood eten en waar slechts eenmaal per week een warme maaltijd wordt gegeten. Spr. meent dan ook, dat het in geen geval een dwaze daad kan zijn hier bij te sprin gen. Spr. wil B. en W. adviseeren niet af wijzend op dit verzoek te beschikken en de zaak nader te onderzoeken. De heer Haring kan zich ten volle ver eenigen met het advies van B. en W. en meent deze zaak te moeten overlaten aan het particulier initiatief. De heer Noest vindt de pleidooien van de heeren v. Kleef en Haring heel mooi, maar gelooft toch wel, dat deze keer het particu lier initiatief te kort zal schieten en ver zoekt, evenals de heer heer, deze zaak na der te onderzoeken. De heer v. d. Slaak heeft met verbazing naar de verschillende heeren geluisterd, maar blijkbaar hebben allen over het hoofd gezien dat de levensbehoeften zooveel duurder zijn geworden. Met de hooge prij- zijn voor spek en vet is het ondoenlijk vol te houden, ook voor het neutrale comité. Voor groenten is er toezegging en ook de bereiding kost geen cent, maar toch ver minderen de inkomsten, terwijl ook de draagkracht der katholieken veel minder is. Spr. verzoekt dan ook niet afwijzend hierover te beschikken. De voorzitter zegt, dat het begint met subsidie en dat het tenslotte een overheids bemoeiing wordt. Het klinkt misschien hard, maar aLs het college dit zegt, is dit even ernstig gemeend als de pleidooien der heeren. Spr. heeft de begrooting over het jaar 1936 bekeken, waaruit bleek dat vol gend jaar, ondanks dat de werkloosheid misschien grooter zal zijn, geen hoogere subsidie kan uitgetrokken worden. Spr. meent daarom ernstig deze subsidie-aan vrage te moeten afraden. Hierna werd in stemming gebracht het principe-voorstel van den heer v. d. Staak ondersteund door den heer Brand om een subsidie van 300.uit te trekken voor beide comité's. Dit voorstel werd met 8 tegen .4 stemmen verworpen, waarna het advies van B. en W. werd aangenomen. De heeren Brand, v. d. Staak, Noest en 't Hart stemden tegen dit advies. Hierna had de aanbieding plaats van de ontwerp-begrootingen van gemeente, ge meente-bedrijven en burgerlijk armbestuur voor den dienst van 1936, terwijl werd goedgekeurd de rekening van inkomsten en uitgaven van het burgerlijk armbestuur over het dienstjaar 1934. Een voorstel tot onderhandsche verhuring van de woningen Emmakade nos. 32, 35, 38, 39 en 40 en Reyerskoop no. 353, de ver huring van het perceel Burgemeester Co- lij nst ra at no. 43 alsmede een voorstel tot onderhandsche verhuring van een peiceel grasland gelegen op het gemeentelijk bouwterrein werd z.h.st. aangenomen. Tevens werd besloten tot tijdelijke be legging van overtollige kasgelden aan pu bliekrechtelijke lichamen in Nederland, telkens voor een tijdvak van ten hoogste vier maanden. Bij de rondvraag vroeg de heer v. Kleef, in verband met de werkzaamheden in het dorp, het doorgaande verkeer om te leg gen over Waddinxveen door bij de Boe zemlaan een bord te plaatsen. De heer v. d. Staak vroeg of er in over leg was getreden met de bewoners bij de noodbrug daar de toestand daar zeer ge vaarlijk kan worden, door het langskomend verkeer en of er bij de hoek Bootstraat Kerkstraat niet een verkeersagent ge plaatst kon worden. Tevens vroeg hij of met Kerstmis dit jaar de werkloozen weer een extra toelage zouden ontvangen. De voorzitter antwoordde dat nog niet besloten was tot een extra toelage, maar dat dit aan B. en W. kon worden overgela ten. Hierna sloot de voorzitter de vergade ring. HILLEGOM. Bouwen. Door den architect W. Kui- tems is voor rekening van den heer C. den Hollander aanbesteed het verbouwen van een huis tot twee woningen en het verbou wen en vergrooten van een Bloembollen- schuur aan de Wilhelminalaan. Laagste in schrijver de heer Th. van der Hoorn, aan wien het werk is opgedragen. Werkloozen. Aan de Gemeentelijke Arbeidsbeurs staan thans 347 personen in geschreven; de vorige opgave meldde 321 personen. Fiets gestolen. Van een bezoeker van café „Zomerzorg" aan de Meerstraat is een rijwiel ontvreemd. De politie stelt een on derzoek in. Belastingplaatjes! Gisteren werd weer eens controle gehouden op de rijwielbelas- tingplaatjes. Er waren niet minder dan 30 slachtoffers, waarvan velen het plaatje ir den zak hadden, wat niet geoorloofd is. KATWIJK. Gevestigd: Wed. de Jong geb. de Gort, Zeeweg 27 M. Geerts. Louwestraat 45 J. Jansen en gezin, van Wassenaars kade 56 M. Ridderhof, Kon, Emmastraat 2 L. J. van Rijn, Voorstraat 63 (Zee) M. Marijnis, Valkenburg er weg 12. Vertrokken: J. P. den Heijden en gezin naar Leiden E. Hoogerbrugge naar Rotterdam J. van Elburg naar Weert M. Close naar Maastricht A. van Delft en gezin naar Rijnsburg. Geboren: Cornelis, z. van M. Souve- rein en G. van der Niet Katharina, d. van W. van der Booin en J. J. van der Wiel. Getrouwd: J. C. Ouwehand en J. van Duyn J. van 't Woud en A. Vooys. Overleden: M. J. S. Coster 35 j., echt- genoote van H. J. van Tol. ROELOFARENDSVEEN. DUIZEND GULDEN GESTOLEN. Uit een schuurtje. Door een ingezetene dezer gemeente werd bij de politie aangifte gedaan van diefstal van ruim 1000.Deze verduiste ring wierp een eigenaardig licht over de wijze, waarop de gedupeerde zijn spaarcen ten bewaarde. Hij had deze n.l. verstopt op zijn land in een open schuur. De ge meente-politie in samenwerking met den rijksveldwachter-brigadier toog op onder zoek uit, en een drietal verdachten werd gearresteerd. Na een langdurig verhoor vielen zij eindelijk door de mand en be kenden den diefstal te hebben gepleegd. Zij vertelden, hoe zij, na gevischt te hebben, een bezoek hadden gebracht aan deze schuur en daar het geld in een mand hadden ge vonden. Nadat zy eerst een gedeelte had den meegenomen, keerden later twee van de drie terug om alsnog het restant buit te maken. Voor den gedupeerde zal een en an der een goede les zijn, om zijn spaarduiten beter te bewaren, terwijl het drietal zijn gerechte straf niet zal ontloopen. Drankbestrijding. Vorige week was er door den Mariabond em het Kruisver- bond een propagandavergadering belegd in de St. Pancratiuszaal, waar als spre ker optrad de heer J. Lammertse Lz., te Amsterdam. De heer Zwartelé opende de vergadering. Na het Sobriëtaslied was het woord aan den heer Lammertse. Spreker legde eerst den nadruk op onze taak ten opzichte van de katholieke cultuur. Twee voorname cultuurschatten zijn tot onze groote schade verloren gegaan, n.l. de ma tigheid en de soberheid. Mariabonders en Kruisverbonders moeten streven naar het ideaal van een matige samenleving. Zij moeten niet alleen „drinken afleeren" en matiging aanleeren, maar zij moeten de gezindheid bevorderen, die matigheid en soberheid vanzelfsprekend vindt. Het gaat dus niet meer om het glaasje als zoodanig, maar tegen, het alcoholisme als maat schappelijke kwaal met al de ellendige ge volgen ervan. Wij strijden niet meer tegen dronkenschap, maar wij willen positief bouwen aan den opbouw der katholieke cultuur, door het herstel van de deugd der matigheid met behulp der bovennatuurlij ke middelen en door onszelf in een uit zonderingspositie te plaatsen van onthou ding bij wijze van opoffering. Daarbij be houden we angstvallig ons in het midden en waken voor extremisme en fanatisme. Spr. besloot met een opwekking aan de jongeren hun taak in den opbouw der ka tholieke cultuur te begrijpen en getrouw te zijn in het volbrengen dier taak. De vergadering werd opgeluisterd met enkele voordrachten en muziek, waarvoor de voorz. bij het slotwoord een woord van dank bracht. DE GEBROEDERS „GOCHEM" 21. Deze middag was het weer 't oude liedje. Waciit maar, lieftallige Amalia, knorde Pat verheugd, nou zullen we het beleven dat jij vanmiddag door iedereen wordt uit gelachen inplaats van wij door jou. Hij hield zich schuil achter het varkenskot en wachtte kalm tot zijn slachtoffer in de buurt zou komen. 22. Sst, daar kwam ze aan; ze liep een jong varkentje op te jagen. Het beestje rende schichtig van de eene kant naar de andere en piepte angstig. Pat had veel lust om op Keetje toe te vliegen, maar bedacht zich toch; als hij haar een pak slaag gaf, zou er heel wat voor hem opzitten en dat had hy er niet voor over. Maar krijgen doe ik je toch wel, kat, siste hij, nogal heldhaftig om zoo'n diertje te sassen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9