MAANDAG 18 NOVEMBER 1935
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. I?
GEMEENTERAAD VAN ALKEMADE
GEMEENTERAAD VAN BOSKOOP
(Vervolg)
Bij volgnummer 115 „Schrijfloonen" stelt
de heer Rietbroek voor de post te bren
gen op ƒ600. Naar de meening van spre
ker is het woord volontair hier niet meer
op zijn plaats, want beide personen zijn
naar zijn meening in den waren zin des
woords volslagen ambtenaren. Van verdere
secretarie-studie is weinig meer te be
speuren, omdat elk dezer volontairs met
een bepaalde taak is belast.
De voorz. kan met het gesprokene van
den heer Rietbroek niet meegaan. B. en W.
hebben uitvoerig bij de behandeling van
de begrooting deze zaak besproken. Het
begrip volontair laat zijns inziens niet toe.
dit zoover uit te strekken, dat door te
hooge bezoldigng men hiervan ambtena
ren maakt. Spr. geeft toe, dat door de
volontairs nuttig werk wordt verricht, doch
indien de reeds met 100 pet. voorgestelde
verhooging nog meer verhoogd zou moe
ten worden, dan zou spr. er voor zijn bij
den Raad met een voorstel te komen tot
aanstelling van een vierde ambtenaar.
In dit verband brengt de voorz. ter
sprake, dat van de zijde van het publiek
door hem eenige malen de opmerking is
vernomen, dat de secretaris onder kantoor
tijd in het dorp wordt gezien, waardoor
de vraag is gerezen of de omvang van de
werkzaamheden op de secretarie inderdaad
van dien aard zijn, dat de 2 volontairs on
mogelijk kunnen worden gemist. Naar
aanleiding van deze opmerking wijst de
voorz. er op, dat wanneer de secretaris
somtijds afwezig is dit verband houdt met
zijn administrateurschap van de water
leiding. Uit het feit, dat de voorz. van de
Stichting nu eenmaal niet in de gemeente
Alkemade woont, volgt, dat voor raken
van de waterleiding naar den administra
teur wordt gegaan.
De heer Penning de Vries wil tegen de
opmerking van den voorz. over de afwe
zigheid van den secretaris toch even naar j
voren brengen, dat door hem meermalen
is geconstateerd, dat de secretaris des
avonds ter secretarie is opgemerkt. Hij
ziet bovendien nimmer tegen veel werk
op, zoodat de oogenblikken, dat hij wordt
weggeroepen rijkelijk hierdoor worden
ingehaald.
De heer Pennings wijst er op, dat de
volontairs hier komen om te leeren, zoo
dat de vergoeding slechts bijzaak is. Er
zijn nog voldoende volontairs te krijgen.
De heer van den Broek maakt de op-»
merking, dat in elk geval twee personen
meer werk kunnen doen dan één. Spr.
vindt het dan ook niet meer dan billijk,
dat de volontairs een vergoeding ontvan
gen als tegemoetkoming in hun reis- en
studiekosten.
De heer de Koning, wethouder, is wat
de werkzaamheden betreft, volkomen eens
dat een belooning van 300 nog aan den
lagen kant is. Hij kan zich echter volko
men vereenigen met het standpunt van
den voorz. dat het standpunt ook is van
het college.
Het voorstel van den heer Rietbroek on
dersteund door de heeren van den Broek
en vna 't Hart wordt hierna in stemming
gebracht en verworpen met 7 tegen 5
stemmen. Tegen de heeren Los, Verwey,
Heemskerk, de Koning, Penning de Vries,
Hogenboom en Pennings. Vóór de heeren
Rietbroek, van den Broek, van 't Hart, v.
Emmerik en van Ruiten.
Volgnummer 159 „Reisgeld voor pas
santen en overige uitgaven voor de poli
tie". De heer Penning de Vries wijst op de
verhooging van dezen post met ƒ40. Spr.
stelt voor schrapping van dezen post door
de politieboot te doen vervallen. Hij meent
zeker te weten, dat hij namens een groot
percentage van gemeentenaren spreekt,
indien zijn voorstel werd aangenomen.
De voorz. heeft ten voirgen jare reeds be
pleit de noodzakelijkheid van de aanwe
zigheid van een politieboot. Met het oog
op de kampeervergunningen en de aan
wezigheid van zomerhuisjes. De heer van
Emmerik gelooft, dat het houden van
toezicht op de kampeerders beter per rij
wiel dan per boot kan geschieden. Voor
zitter is wel bereid in geheime zitting zijn
standpunt hierover uiteen te zetten.
De Raad gaat hierna in geheime zitting.
Na heropening wordt het voorstel van
B. en W, tot handhaving van den post in
stemming gebracht en aangenomen met 8
tegen 4 stemmen. Tegen de heeren Pen
ning de Vries, Pennings, Van Emmerik en
Van Ruiten.
Bij volgnummer 160 „Belooning en pre-
miën aan brandmeester en brandweerlie
den" wijst de heer van Ruiten op het ver
schil in uurloon der leden voor de bedie
ning der motorspuit en handspuit. Hij
stelt voor de belooning voor de manschap
pen van de handspuit eveneens op ƒ1 te
brengen. De voorz. merkt op, dat voor de
bediening van de motorspuit over het al
gemeen deskundige personen worden aan
gesteld, terwijl de manschappen aan de
motor brandspuit vrijwilligers zijn, terwijl
de leden ter bediening van de handspuit
krachtens de politie-verordening worden
aangewezen.
Volgnummer 169a „Kosten van de Bur
gerwacht". De heer van 't Hart is niet
voor deze subsidie, omdat hij niet de ze
kerheid heeft, dat de personen, die lid
van de Burgerwacht zijn, voor de volle
100 pet. Oranje-mannen zijn.
De voorz. merkt op, dat juist van Over
heidswege weer op het actief maken van
de Burgerwacht is aangedrongen. De sub
sidie is zoo laag mogelijk gehouden.
Volgnummer 189: „Kosten van bad1- en
zweminrichtingen". De heer van Emmerik
maakt de opmerking, dat het opbergen van
de glijbanen, springplanken, enz. nog
steeds door werkloozen geschiedt. Voorz.
wijst er op, dat voor het volgend jaar dit
niet meer an plaats vinden, omdat het
object thans is gereed gekomen. De post
is derhalve niet voor verlaging vatbaar.
De heer Penning de Vries vraagt of de
post niet te laag is geraamd en wie moet
voor het onderhoud van het
zorg dragen. De voorz. antwoordt, dat het
onderhoud van het plantsoen berust bij
den exploitant.
Bij volgnummer 190 „Subsidie aan de
Vereenigingen voor Ziekenverpleging",
wijst de heer Van Ruiten er op, dat het
den laatsten tijd meermalen voorkomt, dat
personen met een verzoekschritf om een
bewijs van onvermogen voor gratis ver
loskundige behandeling worden afgewe
zen met verwijzing naar den betrokken
geneesheer of het Wit-Gele Kruis voor
het treffen van een regeling. Spr. acht
zulks niet in het belang van de betrokke
nen zelf.
De heer Penning de Vries bespreekt de
ziekenverpleging in het algemeen. Voor
1922 had het Groene Kruis nog geen ver
pleegster en was slechts belast met de af
gifte van verplegers-artikelen. Het Wit-
Gele Kruis strekte zijn werkzaamheid uit
over de dorpen Oudewetering, Roelof-
arendsveen, Nieuwe wetering en Rijpwete-
ring. Na 1922 stelde het Groene Kruis een
verpleegster aan en werd het territoir van
het Wit-Gele Kruis door ontslag van een
wijkzuster belangrijk ingekrompen. Spr.
acht dan ook de verdeeling der subsidies
niet meer billijk. Het Groene Kruis tracht
zijn tekort te dekken door vrijwillige bij
dragen en het houden van bazars. Het
Wit-Gele Kruis daarentegen werkt altijd
met een tekort, dat door de gemeente moet
worden aangevuld.
De voorz. antwoordt, dat dit in de al
lereerste plaats is een kwestie van be
stuursbeleid. Verhooging van subsidie voor
het Groene Kruis is niet mogelijk, omdat
het bestuur steeds langs anderen weg
tracht het tekort te dekken. Het Wit-Gele
Kruis werkt onder geheel andere omstan-
dighedne. Het houden van bazars is door
de tijdsomstandigheden niet meer moge
lijk. De heer de De Koning merkt naar
aanleiding van het gesprokene door den
heer Penning de Vries nog op, dat voor
enkele jaren bazars en tentoonstellingen
zijn gehouden, welke een bate afwierpen
van ƒ2000 en ƒ2400. Deze baten kwamen
niet tne goede aan de vereeniging zelf,
doch aan de t.b.c.-bestrijding. De subsidie
die eerst 1000 bedroeg is door inkrim
ping van het territoir op ƒ750 terugge
bracht.
De heer Heemskerk vraagt of de t.b.c.-
bestrijding zich ook uitstrekt over de dor
pen Rijp wetering en Oud-Ade. De heer de
Koning antwoordt, dat door Rijk en Pro
vincie voor deze dorpen geen subsidie
wordt verleend. Wel is de vereeniging
meermalen in deze dorpen opgetreden.
Volgnummer 209, „Jaarwedde gemeente
opzichter". De heer van Emmerik acht de
vergoeding voor den tijd, dat de gemeente
opzichter tot dienstvervulling geroepen
wordt buiten zijn voorgeschreven dienst,
te gering. De vergoeding komt neer op
ƒ0.25 per uur.
De voorz. merkt op, dat zich thans met
het vele werk een buitengewone omstan
digheid voordoet. De opzichter is over zijn
salaris tevreden en heeft den vnorzitter
medegedeeld, dat hij op salaris-verhooging
niet heeft aangedrongen. Zoo gauw de
wintertijd intreedt zal de heer Strijk het
veel gemakkelijker hebben.
Volgnummer 211. „Onderhoud wegen en
voetpaden". De heer Rietbroek komt nog
maals terug op zijn betoog ten vorigen
jare gehouden, wat betreft het salaris van
wegwerker l'Ami. Hij acht een loon van
ƒ20, waarvan nog 10 pet. afgaat wegens
pensioens-verhaal te gering. Spr. gelooft
niet, dat er in den omtrek nog gemeenten
te vinden zijn, waar het loon van de weg
werkers zoo laag is als hier. De heer van
Emmerik wijst op de gemeente Bodegra
ven, waar een loon wordt gegeven van
ƒ25 per week. De voorz. wijst er op, dat
salarisverhooging onder de huidige om
standigheden niet wordt goedgekeurd, zoo
dat hij ten sterkste moet ontraden hierop
nader in te gaan. De heer Pennings acht
een loon van ƒ20 geenszins te laag. Vele
boeren en tuinders verdienen zulk een
loon niet.
De heer van den Broek is eveneens voor
verhooging van de wedde. Het voorstel
van den heer Rietbroek om het loon van
den wegwerker l'Ami te brengen op 21
wordt verworpen met 7 tegen 5 stemmen.
Vóór de heeren Rietbroek, van 't Hart,
van Emmerik, van Ruiten en van den
Broek.
Volgnummer 270 „Subsidie Burgerlijke
Armbesturen". De heer van Emmerik acht
de ondersteuningen, die gegeven worden
te laag. De voorz. merkt op, dat de arm
besturen autonome lichamen zijn, die elk
geval individueel beoordeelen. De overige
ppsten worden hierna behandeld en geven
geen aanleiding tot opmerkingen. Ook de
ontvangstposten worden z.h.st. vastgesteld,
waarna de begrooting in zijn geheel met
algemeene stemmen wordt aangenomen,
sluitende in ontvangst en uitgaaf met een
bedrag van 285.766.26.
Rondvraag.
De heer Los wijst op de plaats gehad
hebbende afzetting van een gedeelte van
den weg te Oudewetering, waardoor het
auto-verkeer verplicht was met levensge
vaar te berijden het verbreede gedeelte
van den weg aldaar. Dat tijdens deze af
zetting geen ongelukken zijn gebeurd mag
wel een wonder worden genoemd. Hij
geeft B. en W in overweging den gemeente
opzichter over deze ondeskundige daad te
onderhouden. De voorz. merkt op, dat het
noodzakelijk werd geacht, dat ook over de
verbreeding werd gereden, doch niet ver
der dan met het oog op het verkeer noo-
dig was. De opzichter zal de weg dan ver
der uitgezet hebben dan strikt noodzake
lijk was. Toen echter bleek, dat de onder
grond nog te slap was, zijn de obstakels
weggehaald.
De heer Heemskerk vraagt of de voorz.
den opzichter hiertoe opdracht heeft ge-
Vrijdagavond kwam de Raad dezer ge
meente in openbare vergadering bijeen on
der voorzitterschap van den burgemeester
Mr. E. P. Verkerk.
De voorzitter opende de vergadering. De
notulen der vergadering van 28 October
1935 werden onveranderd vastgesteld.
Kindervoeding.
Onder de ingekomen stukken bevond
zich o.m. een verzoek d.d. 6 November
1935 van het R. K. Comité voor kindervoe
ding te Boskoop, om subsidie uit de ge
meentekas voor het koopen van vel en
spek.
B. en W. stellen voor het verzoek voor
kennisgeving aan te nemen en wenschen
geen voorstel tot subsidieering van de kin-
dervoedingcomité's te doen, daar het col
lege er niet voor was om de kindervoeding,
die zoo loffelijk door het particulier initia
tief wordt verzorgd, te betrekken in de
sfeer van de gemeentelijke bemoeiingen.
Het andere in de gemeente werkzame
comité, dat geen subsidie-aanvrage gedaan
heeft, zou financieel op gelijke voet moe
ten worden behandeld.
De heer v. d. Staak spijt het dat het ad
vies van B. en W. zoo uitgevallen is. De
kindervoeding is alleen voor die kinderen,
die aan ondervoeding leiden en spr. acht de
subsidie maar een bagatel,
Door het andere comité is geen aanvrage
voor subsidie gedaan, maar toch zou dit
ook heel graag subsidie ontvangen. Er zijn
vele werkloozen, waarbij ontevredenen,
maar ook anderen die meer in stilte ar
moede lijden en hun kinderen niet kun
nen voeden, hetgeen nu door kindervoeding
zoo schitterend verholpen kon worden.
Spr. vraagt niet alleen voor het R. K.
comité subsidie, maar zou het graag voor
beide comité's zien. Spr. stelde vervolgens
voor 300.uit te trekken voor beide
comité's, dit is nog geen gulden per kind.
De heer Noest betreurt het. dat er twee
verschillende comité's zijn en is van mee
ning dat dit beter een comité kan worden
een z.g. neutraal comité. Door het college
is indertijd gezegd, dat het niet ongenegen
is steun te verleenen, maar dat particulier
initiatief voor moet gaan. Nu is gebleken,
althans bij een der comité's, dat het parti
culier initiatief tekort schiet, zoodat het nu
aan B. en W. is, verder te handelen.
Als B. en W. echter steun geven, moet
het aan beide comité's gegeven worden en
niet alleen aan het Roomsch Katholieke.
Spr. geeft dan ook in overweging met
beide comité's overleg te plegen.
De voorzitter vindt het vreemd, dat er
uit den Raad een tip naar voren komt
„vraag maar subsidie aan". Door den heer
Noest is gezegd, dat de organisaties geen
geld meer hebben en dat nu de gemeen
schap moet helpen, hetgeen meebrengt,
dat dan de gemeente in alle noodgevallen
moet bijspringen. Als de Raad derhalve in
principe zou besluiten te helpen, zou dit
ons geld blijven kosten.
geven, waarop de voorz. bevestigend ant
woordt.
De heer van den Broek bespreekt de
wenschelijkheid, dat .bij het aanstellen
van nieuw politie-personeel door den
voorz. wordt verboden het ophalen van
huishuur en het verkoopen van loten, Ver
der vraagt hij een betere verkeersrege
ling, vooral voor en na de kerktijden.
Verder bespreekt de heer van den Broek
nog de hondenbelasting. Hij zou gaarne
zien, dat een hond welke gehouden wordt
om ratten te vangen en tot bewaking van
erven en gebouwen niet in de eerste klas
werd aangeslagen. Voorzitter antwoordt,
dat aan de gemeente-politie geen vergun
ning meer wordt verleend nevenfuncties
te vervullen. Omtrent het verkeer zal de
voorz. nadere maatregelen treffen, zoodra
het politie-corps weer volledig is. Wat be
treft de heffing van hondenbelasting geeft
spr. als zijn meening te kennen, dat B. en
W. gehouden zijn aan de verordening.
De heer Rietbroek bespreekt de inge
houden steun van de halftuinders en
vraagt of het gemeente-bestuur hierin
moet berusten. Voorz. antwoordt, dat te
gen de intrekking van dezen steun niets
is te doen. De ministerieele voorschriften
verzetten zich tegen het verleenen van
steun. De heer Hoogenboom meent te we
ten, dat voor 't houden van zwemwedstrij
den een beker van gemeentewege is be
schikbaar gesteld. Spr. vraagt of deze be
ker uit de begrooting is betaald. Voorz.
antwoordt, dat de aanschaffing van een
beker niet uit de gemeentekas is vergoed.
De heer Pennings vraagt wanneer de re
clames straatbelasting worden behandeld.
Voorzitter antwoordt, dat de commissie
de volgende week vergaderd.
Hierna sluiting.
In tweede instantie zei de heer v. Kleef,
dat het vorig jaar een neutraal comité voor
kindervoeding was opgericht en dat bij een
oproep om steun zooveel geld door parti-
culiren was aangeboden, dat er meer dan
genoeg was. Spr. meent dat wanneer er nu
weer werk van gemaakt wordt, het benoo-
digde geld er spoedig zal zijn. Spr. kan
zich niet voorstellen, dat nu ineens niet
meer gegeven zal worden. By de katholie
ken zyn er misschien waarvan de draag
kracht veel minder is en die dus niet veel
kunnen missen, maar dan moeten zy by
elkaar in een neutraal comité. Spr. wenscht
dan ook niet de overheid hierin te betrek
ken.
De heer Brand meent, dat ieder comité
recht van bestaan heeft. Het is wel zeker,
dat bij de katholieken de draagkracht veel
minder is, maar dit comité bestaat reeds
veel langer. De nood is hoog, verschillen
de gezinnen zijn er waar de kinderen droog
brood eten en waar slechts eenmaal per
week een warme maaltijd wordt gegeten.
Spr. meent dan ook, dat het in geen geval
een dwaze daad kan zijn hier bij te sprin
gen. Spr. wil B. en W. adviseeren niet af
wijzend op dit verzoek te beschikken en de
zaak nader te onderzoeken.
De heer Haring kan zich ten volle ver
eenigen met het advies van B. en W. en
meent deze zaak te moeten overlaten aan
het particulier initiatief.
De heer Noest vindt de pleidooien van de
heeren v. Kleef en Haring heel mooi, maar
gelooft toch wel, dat deze keer het particu
lier initiatief te kort zal schieten en ver
zoekt, evenals de heer heer, deze zaak na
der te onderzoeken.
De heer v. d. Slaak heeft met verbazing
naar de verschillende heeren geluisterd,
maar blijkbaar hebben allen over het hoofd
gezien dat de levensbehoeften zooveel
duurder zijn geworden. Met de hooge prij-
zijn voor spek en vet is het ondoenlijk vol
te houden, ook voor het neutrale comité.
Voor groenten is er toezegging en ook de
bereiding kost geen cent, maar toch ver
minderen de inkomsten, terwijl ook de
draagkracht der katholieken veel minder
is. Spr. verzoekt dan ook niet afwijzend
hierover te beschikken.
De voorzitter zegt, dat het begint met
subsidie en dat het tenslotte een overheids
bemoeiing wordt. Het klinkt misschien
hard, maar aLs het college dit zegt, is dit
even ernstig gemeend als de pleidooien der
heeren. Spr. heeft de begrooting over het
jaar 1936 bekeken, waaruit bleek dat vol
gend jaar, ondanks dat de werkloosheid
misschien grooter zal zijn, geen hoogere
subsidie kan uitgetrokken worden. Spr.
meent daarom ernstig deze subsidie-aan
vrage te moeten afraden.
Hierna werd in stemming gebracht het
principe-voorstel van den heer v. d. Staak
ondersteund door den heer Brand om een
subsidie van 300.uit te trekken voor
beide comité's. Dit voorstel werd met 8
tegen .4 stemmen verworpen, waarna het
advies van B. en W. werd aangenomen. De
heeren Brand, v. d. Staak, Noest en 't Hart
stemden tegen dit advies.
Hierna had de aanbieding plaats van de
ontwerp-begrootingen van gemeente, ge
meente-bedrijven en burgerlijk armbestuur
voor den dienst van 1936, terwijl werd
goedgekeurd de rekening van inkomsten en
uitgaven van het burgerlijk armbestuur
over het dienstjaar 1934.
Een voorstel tot onderhandsche verhuring
van de woningen Emmakade nos. 32, 35,
38, 39 en 40 en Reyerskoop no. 353, de ver
huring van het perceel Burgemeester Co-
lij nst ra at no. 43 alsmede een voorstel tot
onderhandsche verhuring van een peiceel
grasland gelegen op het gemeentelijk
bouwterrein werd z.h.st. aangenomen.
Tevens werd besloten tot tijdelijke be
legging van overtollige kasgelden aan pu
bliekrechtelijke lichamen in Nederland,
telkens voor een tijdvak van ten hoogste
vier maanden.
Bij de rondvraag vroeg de heer v. Kleef,
in verband met de werkzaamheden in het
dorp, het doorgaande verkeer om te leg
gen over Waddinxveen door bij de Boe
zemlaan een bord te plaatsen.
De heer v. d. Staak vroeg of er in over
leg was getreden met de bewoners bij de
noodbrug daar de toestand daar zeer ge
vaarlijk kan worden, door het langskomend
verkeer en of er bij de hoek Bootstraat
Kerkstraat niet een verkeersagent ge
plaatst kon worden. Tevens vroeg hij of
met Kerstmis dit jaar de werkloozen weer
een extra toelage zouden ontvangen.
De voorzitter antwoordde dat nog niet
besloten was tot een extra toelage, maar
dat dit aan B. en W. kon worden overgela
ten.
Hierna sloot de voorzitter de vergade
ring.
HILLEGOM.
Bouwen. Door den architect W. Kui-
tems is voor rekening van den heer C. den
Hollander aanbesteed het verbouwen van
een huis tot twee woningen en het verbou
wen en vergrooten van een Bloembollen-
schuur aan de Wilhelminalaan. Laagste in
schrijver de heer Th. van der Hoorn, aan
wien het werk is opgedragen.
Werkloozen. Aan de Gemeentelijke
Arbeidsbeurs staan thans 347 personen in
geschreven; de vorige opgave meldde 321
personen.
Fiets gestolen. Van een bezoeker van
café „Zomerzorg" aan de Meerstraat is een
rijwiel ontvreemd. De politie stelt een on
derzoek in.
Belastingplaatjes! Gisteren werd weer
eens controle gehouden op de rijwielbelas-
tingplaatjes. Er waren niet minder dan 30
slachtoffers, waarvan velen het plaatje ir
den zak hadden, wat niet geoorloofd is.
KATWIJK.
Gevestigd: Wed. de Jong geb. de
Gort, Zeeweg 27 M. Geerts. Louwestraat
45 J. Jansen en gezin, van Wassenaars
kade 56 M. Ridderhof, Kon, Emmastraat
2 L. J. van Rijn, Voorstraat 63 (Zee)
M. Marijnis, Valkenburg er weg 12.
Vertrokken: J. P. den Heijden en
gezin naar Leiden E. Hoogerbrugge naar
Rotterdam J. van Elburg naar Weert
M. Close naar Maastricht A. van Delft
en gezin naar Rijnsburg.
Geboren: Cornelis, z. van M. Souve-
rein en G. van der Niet Katharina, d. van
W. van der Booin en J. J. van der Wiel.
Getrouwd: J. C. Ouwehand en J. van
Duyn J. van 't Woud en A. Vooys.
Overleden: M. J. S. Coster 35 j., echt-
genoote van H. J. van Tol.
ROELOFARENDSVEEN.
DUIZEND GULDEN GESTOLEN.
Uit een schuurtje.
Door een ingezetene dezer gemeente
werd bij de politie aangifte gedaan van
diefstal van ruim 1000.Deze verduiste
ring wierp een eigenaardig licht over de
wijze, waarop de gedupeerde zijn spaarcen
ten bewaarde. Hij had deze n.l. verstopt
op zijn land in een open schuur. De ge
meente-politie in samenwerking met den
rijksveldwachter-brigadier toog op onder
zoek uit, en een drietal verdachten werd
gearresteerd. Na een langdurig verhoor
vielen zij eindelijk door de mand en be
kenden den diefstal te hebben gepleegd. Zij
vertelden, hoe zij, na gevischt te hebben, een
bezoek hadden gebracht aan deze schuur
en daar het geld in een mand hadden ge
vonden. Nadat zy eerst een gedeelte had
den meegenomen, keerden later twee van
de drie terug om alsnog het restant buit te
maken. Voor den gedupeerde zal een en an
der een goede les zijn, om zijn spaarduiten
beter te bewaren, terwijl het drietal zijn
gerechte straf niet zal ontloopen.
Drankbestrijding. Vorige week was
er door den Mariabond em het Kruisver-
bond een propagandavergadering belegd
in de St. Pancratiuszaal, waar als spre
ker optrad de heer J. Lammertse Lz., te
Amsterdam. De heer Zwartelé opende de
vergadering. Na het Sobriëtaslied was het
woord aan den heer Lammertse. Spreker
legde eerst den nadruk op onze taak ten
opzichte van de katholieke cultuur. Twee
voorname cultuurschatten zijn tot onze
groote schade verloren gegaan, n.l. de ma
tigheid en de soberheid. Mariabonders en
Kruisverbonders moeten streven naar het
ideaal van een matige samenleving. Zij
moeten niet alleen „drinken afleeren" en
matiging aanleeren, maar zij moeten de
gezindheid bevorderen, die matigheid en
soberheid vanzelfsprekend vindt. Het gaat
dus niet meer om het glaasje als zoodanig,
maar tegen, het alcoholisme als maat
schappelijke kwaal met al de ellendige ge
volgen ervan. Wij strijden niet meer tegen
dronkenschap, maar wij willen positief
bouwen aan den opbouw der katholieke
cultuur, door het herstel van de deugd der
matigheid met behulp der bovennatuurlij
ke middelen en door onszelf in een uit
zonderingspositie te plaatsen van onthou
ding bij wijze van opoffering. Daarbij be
houden we angstvallig ons in het midden
en waken voor extremisme en fanatisme.
Spr. besloot met een opwekking aan de
jongeren hun taak in den opbouw der ka
tholieke cultuur te begrijpen en getrouw
te zijn in het volbrengen dier taak.
De vergadering werd opgeluisterd met
enkele voordrachten en muziek, waarvoor
de voorz. bij het slotwoord een woord van
dank bracht.
DE GEBROEDERS „GOCHEM"
21. Deze middag was het weer 't oude liedje. Waciit
maar, lieftallige Amalia, knorde Pat verheugd, nou zullen
we het beleven dat jij vanmiddag door iedereen wordt uit
gelachen inplaats van wij door jou. Hij hield zich schuil
achter het varkenskot en wachtte kalm tot zijn slachtoffer
in de buurt zou komen.
22. Sst, daar kwam ze aan; ze liep een jong varkentje op
te jagen. Het beestje rende schichtig van de eene kant naar
de andere en piepte angstig. Pat had veel lust om op Keetje
toe te vliegen, maar bedacht zich toch; als hij haar een pak
slaag gaf, zou er heel wat voor hem opzitten en dat had hy
er niet voor over. Maar krijgen doe ik je toch wel, kat,
siste hij, nogal heldhaftig om zoo'n diertje te sassen.