Bij de a.s. opening van de nieuwe Leidsche Veemarkt. VRIJDAG 13 SEPTEMBER 1935 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 LUCHTVAART Schiphol wachtte vergeefs op Rickett. DE GEHEIMZINNIGE MAN. Hij vlucht voor de journalisten. Uit de maalstroom der wereldgebeurte nissen, die naar het schijnt vaak buiten ons rustige landje omgaan, verschijnt soms plotseling een der hoofdpersonen, op het oogenblik dat de belangstelling der ge- heele wereld op hem is gericht, in ons midden. Meestal is dat slechts voor een oogenblik en louter een kwestie van toe vallig gekozen reisroute, en het groote pu bliek weet nauwelijks, dat een stukje we reldgeschiedenis over ons heenvaagt, tenzij men de aankondiging ervan in de pers heeft kunnen lezen of de kranten achteraf er mededeeling van doen. Zoo had zich ook gistermiddag weer 'n ge zelschap journalisten en pers-fotografen op Schiphol verzameld, in afwachting van het Indië-vliegtuig de „Nachtegaal", waarmee de geheimzinnige man van de petroleum- concessies in Abessinië, F. W. Rickett uit Cairo moest aankomen, op doorreis naar Londen. Wie en wat is Rickett, sedert eenige we ken in de geheele wereldpers „de Geheim zinnige" genoemd, de man, die temidden van oorlogsdreiging en diplomatieke span ning plotseling de groote sensatie van de Abessijnsche petroleum concessies de wereld inslingerde, die het Staatsdepartement te Washington en het Foreign Office te Lon den in beweging bracht en de woedende verontwaardiging van regeering en pers van Italië op zijn hals haalde? Niet alleen de kwestie der concessies zelf was geheim zinnig, doch vooral ook alles, wat men om deze kwestie heen en om den man, die er de hoofdpersoon van was, kon fantaseeren. Men voelde iets in zijn optreden van de ge heimzinnige machten van geld en petro leum, die volgens sommigen achter de schermen beschikken over oorlog en vrede, het wel en wee der volkeren. En deze man zou op Schiphol aankomen, en er eenige uren moeten doorbrengen al vorens zijn reis naar Londen te kunnen vervolgen. Was het niet aanlokkelijk, te trachten hem ertoe te beweggen, althans iets te onthullen van de wereld-beroeren de geheimen, die hij met zich droeg, zijn meening te vragen omtrent-de jongste ont wikkeling der gebeurtenissen sedert de on dernemingen, in wier naam hij heette te handelen, reeds vijf dagen na de totstand koming der concessie-overeenkomst, de contracten weer opzegden onder druk der Engelsche en vooral Amerikaansche re geering? Rickett heeft echter zijn roep van ge heimzinnigheid gister op ondubbelzinnige wijze bevestigt. Reeds voor de aankomst van de „Nachtegaal" werd bekend, dat hij het vliegtuig te Boedapest zou hebben ver laten. Was dit een schijnbeweging? De pers, wantrouwig als altijd, bleef. En toen te kwart over vijf de Douglas-maohine op Schiphol daalde, keek men met spanning naar de passagiers, die uit het toestel stap ten. Inderdaad, Rickett was er niet bij. Gezagvoerder Duim el aar, ondanks zijn 5 y, dag Indië-reis bereidwillig als altijd, bevestigde ons, dat de geruchtmakende pas sagier te Boedapest het toestel had verla ten, naar hij zeide om morgenochtend per vliegtuig van de Imperial Airways zijn reis naar Londen voort te zetten. Maar er waren verschillende redenen om aan de juistheid hiervan te twijfelen. Was ook de landing te Boedapest niet op geheimzinni ge wijze tot stand gekomen? Te Cairo had Rickett, die door niemand vergezeld werd, passage genomen tot Amsterdam. De K. L. M.-agent was er toen echter vertrouwe lijk van op de hoogte gesteld, dat Rickett voornemens was, te Bratislava het toestel te verlaten. Gistermorgen echter, na het vertrek uit Athene, toen waarschijnlijk talrijke journalisten reeds op het vliegveld van Bratislava verzameld waren, verzocht Rickett Duimelaar dringend, hem te Boe dapest te willen afzetten. Hetgeen ge schiedde. De heer Rickett wenscht blijk baar alle opzien en vooral alle journalis ten te vermijden. Want gisteravond be reikte ons het bericht, dat hij nog gister middag met een speciaal gecharterd extra vliegtuig zijn reis naar Londen zou hebben voortgezet om onopgemerkt op een der vele vliegvelden nabij de Engelsche hoofdstad te kunnen landen. Of het waar is konden we niet meer controleeren. De wereld blijft gevangen in angstige afwachting van oor log of vrede. En Rickett, de geheimzinnige vliegt over Europa. De luchtvaart in Rusland. HET LUCHTVERKEER OP EEN NA HET GROOTSTE TER WERELD. Een versterkte propaganda. In het huidige Sovjet-Rusland wordt in de laatste jaren een sterke propaganda ge voerd om de vliegerij in alle kringen der bevolking populair te maken. Hierbij zij nog niet eens genoemd de nieuwste „sport" het parachute-springen, welke „sport", vooral in Rusland, reeds zoovele slachtof fers heeft geëischt. Dat het doel van die door de Russische overheid gepropageerde „volkssport" een zuiver militairistisohen ondergrond heeft, is begrijpelijk. Voor eenige dagen startten op het Mos- kouer vliegveld 31 lichte school- en sport- vliegtuigen voor het maken van een groote rondvlucht over het groote, uitgestrekte Rusland. De machines, welke bij deze rond vlucht worden gebruikt, mogen geen mo toren hebben, welke meer dan 250 P.K. sterk zijn. De gansche afstand der vlucht bedraagt 5500 km. en zal zeven dagen eischen; men rekent op een gemiddelde snelheid van 150 km. per uur. Het doel van deze rondvlucht is alle gebieden in Rusland te bezoeken, opdat de bevolking uit alle deelen van het land met de Russische lucht macht kennis kan maken. Ook de Sovjetpers heeft zich in den laat- sten tijd opvallend in den dienst der lucht- vaart-propaganda gesteld. Het doel, de mi- litairistisohe achtergrond, wordt in de pers wel niet openlijk vermeld, doch is voor ieder weldenkend lezer tusschen de regels door te lezen. Het gebrek aan geroutineer de piloten en geschoold technisch personeel doet zich in Rusland nog steeds gevoelen; ook het machine-materiaal laat nog te wen- schen over. Toch is het luchtverkeer van Sovjet-Rus land in de laatste jaren bijzonder uitge breid. De oorzaak van deze uitbreiding ligt hoofdzakelijk in de ver waar loozing van het Russische scpoorwegwezen, hetwelk mo menteel veel fïnancieele zorgen baart. An derzijds spelen hier natuurlijk ook groote militaire interessen mede. In geval van oorloguitbreking moet Sovjet-Rusland als de op één na sterkste luohtmacht worden aangezien. Dan zal het ook meer profijt van zijn luchtmacht hebben als van het trein- wezen. Volgens een onlangs verschenen ambte lijke statistiek bedraagt het net der in het gedeeltelijk afgeloopen jaar van het Russi sche luchtverkeer 73.000 km. Drie en ze ventig duizend kilometer werd reeds in 1935 afgevlogen! Ruim 10 jaar geleden be droeg het aantal afgevlogen kilometers nog niet eens 4000! In het voorafgaand jaar werden vol gens bovengenoemde statistiek ruim 68.000 passagiers vervoerd; in dit jaar (tot September) bedroeg dit aantal 100.000! Sovjet-Rusland werd alzoo, na Amerika, het land, waar men het meeste gebruik maakt van het vliegtuig. De Sovjet-Russische luchtvaart is een macht, welke van jaar tot jaar toeneemt. Hier rijpt een gevaar, hetwelk door alle Europeesche landen zeer beduidend is. Want in de luchtvaart zit de toekomst, zit de overmacht, zit de grootste sterkte, welke een modern land kan bezitten. WATERVLIEGTUIGEN VOOR DE K. L. M.? Marine-commissie met Plesman naar Amerika. Een Marine-commissie onder leiding van kapitein ter zee H. Ferwerda, laatstelijk commandant van Hr. Ms. vliegkamp De Kooy, en verder bestaande uit den officier M. S. D. Ie klasse J. N. Kramer en den officier-vlieger 2e klasse P. Vroon, zal zich per s.s. „Statendam" op 14 September a.s. voor een verblijf van pl.m. 4 weken naar de V. S. van Noord-Ameri'ka begeven ter uitvoering van een haar verstrekte Regee- ringsopdracht. Genoemde commissie reist samen met den directeur der K. L. M., den heer Ples man, en zal o.m. van advies moeten dienen bij de eventueele aanschaffing van zee- vliegtuigmateriaal voor die luchtvaart maatschappij. Verder zal een bezoek worden gebracht aan den Amerikaansöhen Marine-Lucht vaartdienst die evenals in Nederland en Japan, geheel gescheiden is van den vlieg- dienst van het leger. DE DRAGON RAPIDL-VLIEGTUIGEN TE ATHENE. De drie De Havilland Dragon-Rapide- vliegtuigen PH-AKU, PH-AKV en PH- AKW van de K. N. I. L. M., welke op weg zijn naar Indië en gebruikt zullen worden bij de karteering van een gedeelte van Nieuw-Guinea, zijn gisteren vlot te Athene geland. Aan boord is alles well RECHTZAKEN HAAGSCHE RECHTBANK Koopen en niet betalen De kapper H. G., uit Leiden, die voor heen te Koudekerke een zaak dreef, was voor de rechtbank gedagvaard ter zake van mishandeling en wegens het koopen vanverschillende goederen zonder volle dige betaling te laten volgen. Op 25 Februari j.l. werd hij tot betaling van een oude schuld gemaand door zeke ren H., doch volgens diens verklaringen kreeg hij wel slaag maar geen geld. G. beweerde, dat H. hem onder vloeken zou hebben bedreigd, hetgeen de getuige ontkende. Vervolgens kwam een groot aantal getuigen voor het hekje, die ach tereenvolgens verklaarden, dat zij op ver schillende tijdstippen goederen aan G. hadden geleverd, zooals kleeren, hout, kruidenierswaren, vleeschwaren, brood, flesschen pap, brandstoffen, timmermans materialen, drukwerk, rookartikelen, elec- trische ornamenten, gloeilampen en gelei dingen, enz. Eenigen van de getuigen hadden gedeel telijke betaling hunner leveranties beko men, anderen hadden in het geheel niets ontvangen. Enkelen verklaarden, dat G. de schuld gedeeltelijk had aangezuiverd, door hen te knippen en te scheren. Ook heeft G. sedert hij gedagvaard werd, en kele crediteuren nog geheel of gedeeltelijk afbetaald, in enkele gevallen met sigaren. Verdachte had op bijna elke verklaring eenige aanmerking omtrent de hoe-groot heid van het alsnog verschuldigd bedrag. Een exploitant van z.g. trek-puzzles uit Rotterdam is een bedrag van ƒ25 aan G. tekort gekomen. Deze getuige ontving tot tweemaal toe een poStchèque, welke even wel niet gedekt was. Inmiddels is deze vordering voldaan. Verdachte beweerde, dat hij van plan was alle crediteuren af te betalen. Hij kon evenwel moeilijk uit de zaak, waar hij al leen werkte, wegloopen. Volgens G. zouden de burgemeester en de politie van Koudekerke de crediteuren hebben opgestookt om hun vorderingen niet te gaan incasseeren. Het O.M., waargenomen door jhr. mr. van Asch van Wijck, wees op de verschil lende manupulaties van G., die zich van den domme houdt en die heel goed wist, dat hij niet kon betalen, toen de diverse be stellingen door hem werden gedaan. De mishandeling en de verduistering achtte spr. bewezen en ook de flesschentrekkerij. Tenslotte eischte de officier tegen G. 6 maanden gevangenisstraf voor de drie feiten. De rechtbank zal 26 Sept. uitspraak doen INBRAAK TE OEGSTGEEST C. K., 28 jaar, behanger, thans ged., stond terecht wegens een door hem op 10 Juni j.l. te Oegstgeest gepleegden diefstal ten huize van den heer Kamsteeg alwaar hij zich door verbreking van een ruit in de keukendeur aan de achterzijde van het huis toegang had weten te ver schaffen. Een aantal lepels, vorken, messen en tafelgerei werd medegenomen, nadat voor af alle kasten waren opengebroken en de inhoud daarvan over den vloer was uitge spreid. Volgens de verklaringen van den chef- veldwachter IC. te Oegstgeest, is door den dader in het huis een witte zakdoek ach tergelaten. Get. heeft dezen zakdoek aan verd. laten zien, die aanvankelijk toegaf, dat deze zakdoek hem toebehoorde en dat hij dezen te Rotterdam in de Hema had gekocht. Bij onderzoek bleek, dat dergelijke zak doeken inderdaad aldaar werden verkocht Later beweerde K. dat de zakdoek hem niet toebehoorde, en dat de getuige hem daarmede getracht had te vangen. Deswege ondervraagd, zeide K. dat hij het een „ge- meene streek" vond om hem op die wijze te vangen. Een hoofdagent van politie te Rotterdam verklaarde, dat hij in den nacht van 10 Juni in de Westerstraat voor het perceel no. 2 een man aantrof met een koffertje in de hand. Blijkbaar werd niet opengedaan. Getuige die het perceel kende en de zaak niet vertrouwde hield den man (de ver dachte) aan, en bracht hem over naar het politiebureau, alwaar de koffer een aantal sieraden en tafelzilver bleek te bevatten. Verdachte beweerde toen, dat de koffer met inhoud aan een ander toegehoorde. Hij weigert evenwel den naam van den eigenaar te noemen. Een dienstbode, die tijdens de, afwezig heid van de bewoners toezicht op het huis hield, verklaarde, dat zij in den ochtend van 11 Juni ontdekte dat er ingebroken was en dat daarbij alles overhoop was ge haald. Zij vond in een der kamers een wtiten zakdoek dien zij aan de politie over handigde, De heer K. (de bestolene), herkende de ter zitting aanwezige goederen als zijn eigendom. Verdachte stelde getuige de vraag of het waar was, dat deze hem 150 heeft aange boden indien hij wilde bekennen. Getuige antwoordde, dat K. met hem een gesprek voerde, waarbij deze te kennen gaf, dat hij met een bedrag van 150 ge holpen zou zijn om in de maatschappij te rug te komen. Hij zou dan eenig gereed schap kunnen koopen. Verdachte ontkende zich aan dezen dief- staf schuldig gemaakt te hebben; hij heeft den koffer met inhoud overgenomen van iemand, met wien hij op de autobus had kennis gemaakt, en met wien hij afge sproken had dat deze i 50 voor den nhoud moest hebben. Het meerdere zou voor hem zelf zijn. K. kon den naam niet opgeven. Wel wist hij, dat de man een rij- en we- genbewijs had. Jhr. mr. van Asch van Wijck, het O.M. waarnemend, zeide, dat verdachten, die in het bezit van gestolen goederen worden aangetroffen, een speciale voorliefde heb ben om ter zake van heling of liever nog schuldheling veroordeeld te worden. Spr. ontzenuwde de verhalen van ver dachte, die reeds herhaaldelijk wegens diefstal is veroordeeld. K. is er met den zakdoek leelijk ingeloopen. Spr. eischte VA jaar gevangenisstraf. De rechtbank zal 26 Sept. uitspraak doen. Ongelukken bij het rijden „onder toezicht" Op 22 April ji. was de 18-jarige E. Ver sloot uit Zegwaart met eenige kamera den in gesprek op de stoep voor den. win kel van'den heer Moers aldaar, toen plot seling een auto op dezelfde plaats de stoep opreed. De jongens stoven uit elkander, doch een hunner, genoemde V., werd door de auto gegrepen, die hem door de winkel ruit heen duwde, waarbij hij behalve eeni ge verwondingen, een ernstige verwonding aan het linkerbeen opliep. V. werd naar St. Anthoniushove te Voorburg vervoerd en is tengevolge van deze aanrijding 118 da gen verpleegd. De auto, welke deze aanrijding veroor zaakte, werd bestuurd door den 21-jarigen J. van der S., die evenwel niet rijden kon en onder toezicht van den tuinder W. V., uit Berkel en Rodenrijs, de auto bestuur de. Deze laatste stond wegens^ overtreding van art. 308 W. v. Str. terecht. Van der S. verklaarde, voor de recht bank, als getuige, dat hij bij het omslaan van een hoek een wielrijder zal aankomen, die links reed. Verdachte schrok zoodanig, dat hij vergat te remmen. Ook de naast hem zittende V. schrok zoodanig, dat hij niet bij machte was in te grijpen. De verhuurder van de auto verklaarde, dat de remmen daarvan volkomen in orde waren. Verdachtd zeide, dat hij eerst op het laatste oogenblik den wielrijder heeft op gemerkt. Alles verliep zoo snel, dat hij niet bij machte was om in te grijpen. De officier van justitie zeide, dat hij de keuze van vervolging had tusschen den eigenlijken bestuurder en den verdachte. Spr. heeft gemeend laatstgenoemde te moeten vervolgen. Van der S. wist niets van autobesturen af. Toch liet V. hem maar in de kom van een gemeente rijden, daar mede het risico op zich nemend voor de gevolgen daarvan. Hij heeft niet verhin derd dat v. d. S. de stoep opreed en aan zijn schuld is het te wijten dat V. zoo ern stig is getroffen. Verdachte geeft zijn verzuim toe en zal hiervoor moeten boeten. Spr. eischte een geldboete van 100 subs. 50 dagen hechte nis. Uitspraak 26 September a.s. INBRAAK TE HILLEGOM In den nacht van 4 op 5 Augustus werd ingebroken te Hillegom, waarbij een bedrag van 14 aan zilvergeld en een bankbiljet van 10 werd gestolen. Als ver dacht van diefstal stond gisteren voor de Haarlemsche rechtbank een 30-jarige Haar lemmer terecht, die bekende in de omge ving van het huis te zijn geweest doch in gebroken had hij niet. Den dader had hij wel gemaskerd gezien en daarom was hij een kijkje bij het huis gaan nemen. Hier bij had hij een sponning aangeraakt, aldus zijn verklaring. In zijn requisitoir merkte de officier op dat verd. aanvankelijk ontkende. Toen hem foto's van vingerafdrukken getoond wer den, heeft hij een verhaal verzonnen. Verd. is reeds 3 maal veroordeeld. Een flinke straf is hier op haar plaats. Daarom eisch te spr. een gevangenisstraf van 2 jaar en 6 maanden. Uitspraak 26 dezer. DE PALEIS VOOR VOLKSVLIJTZAAK. Behandeling op 10 October. Naar wij vernemen zal de rechtbank op 10 Ootober a.s. een aanvang maken met de openbare behandeling van de strafzaak tegen den directeur van het Paleis voor Volksvlijt, J. M. en een der commissarissen, de instructeur voor lichamelijke opvoeding J. P. Zij zullen zich te verantwoorden hebben in verband met vermeende onregelmatig heden in de Paleisadministratie. De verdachten zijn op 16 Januari gear resteerd en bevinden zich vanaf dien datum in voorloopige hechtenis. Als verdedigers van den directeur en den commissaris treden resp. op mr. Th. Muller Massis en mr. dr. Benno J. Stokvis. De aanstaande week zal voor Leiden een gedenkwaardige week worden. Dan toch zalde reeds lang aangekondigde groote vee- en zuiveltentoonstelling gehouden worden, waartoe de organisatoren maar niet zonder meer besloten, doch welke haar oorsprong vindt in de officieele opening van het nieu we veemarktterrein achter den molen „de Valk". Dit nieuwe terrein is reeds eenige weken in gebruik, doch de entourage, de metamorphose van de oude veemarkt aan de BeestenmarktSteenstraat tot parkeer terrein, het verwijderen van de hekken op de Nieuwe Beestenmarkt enz. vroegen meer tijd, zoodat de officieele opening werd uit gesteld tot volgende week. Nu Leiden dus weer z'n nieuwe veemarkt heeft het groote plan deze markt te ver plaatsen op 'n terrein nabij den Haarlem merweg is wel voor goed van de baan willen we onzen lezers, die uit den school tijd nog wel weten, dat Leiden vanouds o.m. 'n bekende veemarkt bezit, een en an der uit de geschiedenis van dezen voorna men tak van handel voor de Sleutelstad memoreeren. In zijn „Geschiedenis eener Hollandsche Stad" schreef de Leidsche hoogleeraar wij- Hoe de markten in de Sleutel stad ontstonden en groeiden. len prof. dr. P. J. Blok: „Van oudsher was Leiden het middelpunt eener bloeiende landbouwstreek geweest, door zijn ligging aan een kruispunt van wateren, als daar voor aangewezen en zeker in verband met die ligging als zoodanig meer en meer tot ontwikkeling gekomen. Reeds het "toevoeg sel op het oude stadsprivilege van 1266 spreekt van de markten, die hier gehouden werden". DE VRIJE MARKTEN. Er bestonden oudtijds twee soorten van markten, namelijk zoogenaamde vrije markten en weekmarkten. Het recht om een vrije markt te mogen houden was in handen van den Graaf en later, wat onze stad betrof, in handen van de Staten van Holland en West-Friesland. De Graaf of de Staten gaven de stad een privilege waarvoor moest worden betaald, hetgeen een niet te versmaden bron van inkomsten was, te meer omdat telkens, wanneer een Graaf was overleden, het recht verviel, hetwelk opnieuw moest worden gekocht. Een vrije markt was een markt, die ieder vrij kon bezoeken zonder kans te loopen te worden gevat en gevangen gezet, wat hij ook overigens op z'n kerfstok mocht heb ben. Uitgezonderd hiervan waren de ge vangenen of verbannenen uit de stad, die een vrije markt hield, zelve. De oudste en eerste vrije markt te Lei den is die ter herdenking van de inwijding der Pieterskerk op Hemelvaartsdag. Ten teeken, dat de vrije jaarmarkt was aange vangen, werd 's middags te 12 uur de klok geluid en werd er een kruis opgericht; als gevolg hiervan werd deze dag ook wel „kruisdag" genoemd. Was de vrije markt afgeloopen, dan werd het kruis neergehaald en het was van dat oogenblik af met de vrijheid gedaan. De tweede vrije markt kreeg de atad van graaf Jan de Tweede op 4 Juli 1303; dit recht werd vernieuwd door Hertog Philips van Oostenrijk in December 1497. Eenige dagen vóór en na deze vrije markten was het verboden zaken te doen; de vrijheid van deze tweede markt viel tusschen 12 en 20 Juli. Behalve deze vrije markten voor aller- hand artikelen, werden ook privileges ge geven tot het houden van vrije markten voor speciale producten. De vrije kaasmarkt werd gehouden op den 2den Dinsdag van Juli, waarbij onder meer bepaald werd, dat er vier dagen vóór en vier dagen na dezen dag geen zaken in kaas mochten worden gedaan, of zooals de verordening officieel luidde: gedurende deze dagen mocht niemand worden lastig gevallen. De laatste vrije markten, die de stad kreeg, werden gegeven door de Staten van Holland en West-Friesland op den 23en Maart 1624 en wel „om allerlei magere bees ten. 't zij ossen, koeien, varkens als andere, geene uitgezonderd, in de lente op den 27en April en in den herfst op den 21 en Novem ber te venten en te verkoopen". Ook hier bij gold het verbod van zaken doen gedu rende de vier dagen, die aan de markten voorafgingen, terwijl, indien de vastgestel de dag op een Zondag viel, de jaarmark ten een dag werden verschoven. Voor de jaarmarkten waren vele bepalingen ge maakt om den marktvrede te verzekeren en vechtpartijen te voorkomen. DE WEEKMARKTEN. De wekelijksceh algemeene markt werd van ouds op den Zaterdag gehouden en wel langs de beide oevers van den Rijn. Het middelpunt der Zaterdagsche markt was de Bruggestraat, de tegenwoordige Maars- manssteeg. Vensters, luifels of vensterban ken mochten niet verder dan 3/h el van de huizen in de straat uitsteken. Allerhand waren werden op de algemeene weekmarkt verkocht, ook boter en kaas. De markt be gon te tien uur na het luiden der klok. Boter in tonnen werd in het Waaggebouw verkocht, maar stukken boter, ook wel ge kopte boter genaamd, op den Nieuwe Rijn tusschen de Mosterd- en Karnemelksbrug, waar ook de kaas- en eiermarkt werd ge houden. De stukken boter moesten een be paald gewicht hebben, terwijl de stukken niet eerst in de tonnen mochten gelegen hebben. Hij, die puistige of biestige boter ter markt bracht, moest een bosje stroo op het hoofd hebben; in lateren tijd ver huisde het stroo van het hoofd van den boer naar de boter zelf. In tegenstelling met de botermarkt, is de kaasmarkt, waar kaas in het groot wordt verkocht, betrekkelijk nog zeer jong; ze dateert eerst van het jaar 1800. Vóór dien tijd werd de kaas voor een groot gedeelte op de boerderij verkocht of op de markten te Bodegraven en werd vooral naar Gouda vervoerd. Voor het grootste deel werd hier in den omtrek echter Leidsche komeine kaas gemaakt, die de boeren, nadat zij ze eerst in de stallen hadden laten rijpen, van de boerderij af verkochten, meest aan vaste afnemers. Het vee werd van ouds her des Vrijdags op verschillende plaatsen der stad verkocht, terwijl in den slachttijd bovendien Woens dags veemarkt gehouden werd. Ossen en koeien werden verkocht aan de Noordzijde van de Marendorpsche Ach tergracht (thans Van der Werfstraat) op den grond van het voormalige klooster Scha gen, deels op het Marendorp (thans Haarlemmerstraat) tusschen de toenmalige Rijnsburger- en Zijle poorten; kalveren en schapen werd verkocht op de Marebrug. Varkens blijken in den ouden tijd erg on rustig te zijn geweest. Bij keur thans spreken we van verordening van 21 Oc tober 1453 werd bepaald, dat de varken markt moest gehouden worden op de Hoo- gewoerdsbrug. In 1475 werd deze markt overgebracht naar het Zand, dat ontstaan was door demping van een zijtak der Groenhazengracht, die zich in noordelijke richting uitstrekte tot het Noordeinde; de benaming Zand veranderde daarna in Var kenmarkt; thans nog heet deze straat Oude Varkenmarkt; trouwens tal van namen van straten herinneren heden ten dage nog aan deze veemarkten uit de 16e eeuw (Noord en Zuid-Rundersteeg, Koestraat, Schapen- steeg enz.). Van de Oude Varkenmarkt ver ft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9