Bij de a.s. opening van de
nieuwe Leidsche Veemarkt.
VRIJDAG 13 SEPTEMBER 1935
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
LUCHTVAART
Schiphol wachtte vergeefs
op Rickett.
DE GEHEIMZINNIGE MAN.
Hij vlucht voor de journalisten.
Uit de maalstroom der wereldgebeurte
nissen, die naar het schijnt vaak buiten ons
rustige landje omgaan, verschijnt soms
plotseling een der hoofdpersonen, op het
oogenblik dat de belangstelling der ge-
heele wereld op hem is gericht, in ons
midden. Meestal is dat slechts voor een
oogenblik en louter een kwestie van toe
vallig gekozen reisroute, en het groote pu
bliek weet nauwelijks, dat een stukje we
reldgeschiedenis over ons heenvaagt, tenzij
men de aankondiging ervan in de pers
heeft kunnen lezen of de kranten achteraf
er mededeeling van doen.
Zoo had zich ook gistermiddag weer 'n ge
zelschap journalisten en pers-fotografen op
Schiphol verzameld, in afwachting van het
Indië-vliegtuig de „Nachtegaal", waarmee
de geheimzinnige man van de petroleum-
concessies in Abessinië, F. W. Rickett uit
Cairo moest aankomen, op doorreis naar
Londen.
Wie en wat is Rickett, sedert eenige we
ken in de geheele wereldpers „de Geheim
zinnige" genoemd, de man, die temidden
van oorlogsdreiging en diplomatieke span
ning plotseling de groote sensatie van de
Abessijnsche petroleum concessies de wereld
inslingerde, die het Staatsdepartement te
Washington en het Foreign Office te Lon
den in beweging bracht en de woedende
verontwaardiging van regeering en pers
van Italië op zijn hals haalde? Niet alleen
de kwestie der concessies zelf was geheim
zinnig, doch vooral ook alles, wat men om
deze kwestie heen en om den man, die er
de hoofdpersoon van was, kon fantaseeren.
Men voelde iets in zijn optreden van de ge
heimzinnige machten van geld en petro
leum, die volgens sommigen achter de
schermen beschikken over oorlog en vrede,
het wel en wee der volkeren.
En deze man zou op Schiphol aankomen,
en er eenige uren moeten doorbrengen al
vorens zijn reis naar Londen te kunnen
vervolgen. Was het niet aanlokkelijk, te
trachten hem ertoe te beweggen, althans
iets te onthullen van de wereld-beroeren
de geheimen, die hij met zich droeg, zijn
meening te vragen omtrent-de jongste ont
wikkeling der gebeurtenissen sedert de on
dernemingen, in wier naam hij heette te
handelen, reeds vijf dagen na de totstand
koming der concessie-overeenkomst, de
contracten weer opzegden onder druk der
Engelsche en vooral Amerikaansche re
geering?
Rickett heeft echter zijn roep van ge
heimzinnigheid gister op ondubbelzinnige
wijze bevestigt. Reeds voor de aankomst
van de „Nachtegaal" werd bekend, dat hij
het vliegtuig te Boedapest zou hebben ver
laten. Was dit een schijnbeweging? De pers,
wantrouwig als altijd, bleef. En toen te
kwart over vijf de Douglas-maohine op
Schiphol daalde, keek men met spanning
naar de passagiers, die uit het toestel stap
ten. Inderdaad, Rickett was er niet bij.
Gezagvoerder Duim el aar, ondanks zijn
5 y, dag Indië-reis bereidwillig als altijd,
bevestigde ons, dat de geruchtmakende pas
sagier te Boedapest het toestel had verla
ten, naar hij zeide om morgenochtend per
vliegtuig van de Imperial Airways zijn
reis naar Londen voort te zetten. Maar er
waren verschillende redenen om aan de
juistheid hiervan te twijfelen. Was ook de
landing te Boedapest niet op geheimzinni
ge wijze tot stand gekomen? Te Cairo had
Rickett, die door niemand vergezeld werd,
passage genomen tot Amsterdam. De K.
L. M.-agent was er toen echter vertrouwe
lijk van op de hoogte gesteld, dat Rickett
voornemens was, te Bratislava het toestel
te verlaten. Gistermorgen echter, na het
vertrek uit Athene, toen waarschijnlijk
talrijke journalisten reeds op het vliegveld
van Bratislava verzameld waren, verzocht
Rickett Duimelaar dringend, hem te Boe
dapest te willen afzetten. Hetgeen ge
schiedde. De heer Rickett wenscht blijk
baar alle opzien en vooral alle journalis
ten te vermijden. Want gisteravond be
reikte ons het bericht, dat hij nog gister
middag met een speciaal gecharterd extra
vliegtuig zijn reis naar Londen zou hebben
voortgezet om onopgemerkt op een der vele
vliegvelden nabij de Engelsche hoofdstad
te kunnen landen. Of het waar is konden
we niet meer controleeren. De wereld blijft
gevangen in angstige afwachting van oor
log of vrede. En Rickett, de geheimzinnige
vliegt over Europa.
De luchtvaart in Rusland.
HET LUCHTVERKEER OP EEN NA HET
GROOTSTE TER WERELD.
Een versterkte propaganda.
In het huidige Sovjet-Rusland wordt in
de laatste jaren een sterke propaganda ge
voerd om de vliegerij in alle kringen der
bevolking populair te maken. Hierbij zij
nog niet eens genoemd de nieuwste „sport"
het parachute-springen, welke „sport",
vooral in Rusland, reeds zoovele slachtof
fers heeft geëischt.
Dat het doel van die door de Russische
overheid gepropageerde „volkssport" een
zuiver militairistisohen ondergrond heeft,
is begrijpelijk.
Voor eenige dagen startten op het Mos-
kouer vliegveld 31 lichte school- en sport-
vliegtuigen voor het maken van een groote
rondvlucht over het groote, uitgestrekte
Rusland. De machines, welke bij deze rond
vlucht worden gebruikt, mogen geen mo
toren hebben, welke meer dan 250 P.K.
sterk zijn. De gansche afstand der vlucht
bedraagt 5500 km. en zal zeven dagen
eischen; men rekent op een gemiddelde
snelheid van 150 km. per uur. Het doel van
deze rondvlucht is alle gebieden in Rusland
te bezoeken, opdat de bevolking uit alle
deelen van het land met de Russische lucht
macht kennis kan maken.
Ook de Sovjetpers heeft zich in den laat-
sten tijd opvallend in den dienst der lucht-
vaart-propaganda gesteld. Het doel, de mi-
litairistisohe achtergrond, wordt in de pers
wel niet openlijk vermeld, doch is voor
ieder weldenkend lezer tusschen de regels
door te lezen. Het gebrek aan geroutineer
de piloten en geschoold technisch personeel
doet zich in Rusland nog steeds gevoelen;
ook het machine-materiaal laat nog te wen-
schen over.
Toch is het luchtverkeer van Sovjet-Rus
land in de laatste jaren bijzonder uitge
breid. De oorzaak van deze uitbreiding ligt
hoofdzakelijk in de ver waar loozing van het
Russische scpoorwegwezen, hetwelk mo
menteel veel fïnancieele zorgen baart. An
derzijds spelen hier natuurlijk ook groote
militaire interessen mede. In geval van
oorloguitbreking moet Sovjet-Rusland als
de op één na sterkste luohtmacht worden
aangezien. Dan zal het ook meer profijt van
zijn luchtmacht hebben als van het trein-
wezen.
Volgens een onlangs verschenen ambte
lijke statistiek bedraagt het net der in het
gedeeltelijk afgeloopen jaar van het Russi
sche luchtverkeer 73.000 km. Drie en ze
ventig duizend kilometer werd reeds in
1935 afgevlogen! Ruim 10 jaar geleden be
droeg het aantal afgevlogen kilometers nog
niet eens 4000!
In het voorafgaand jaar werden vol
gens bovengenoemde statistiek ruim
68.000 passagiers vervoerd; in dit jaar (tot
September) bedroeg dit aantal 100.000!
Sovjet-Rusland werd alzoo, na Amerika,
het land, waar men het meeste gebruik
maakt van het vliegtuig.
De Sovjet-Russische luchtvaart is een
macht, welke van jaar tot jaar toeneemt.
Hier rijpt een gevaar, hetwelk door alle
Europeesche landen zeer beduidend is.
Want in de luchtvaart zit de toekomst,
zit de overmacht, zit de grootste sterkte,
welke een modern land kan bezitten.
WATERVLIEGTUIGEN VOOR DE
K. L. M.?
Marine-commissie met Plesman
naar Amerika.
Een Marine-commissie onder leiding van
kapitein ter zee H. Ferwerda, laatstelijk
commandant van Hr. Ms. vliegkamp De
Kooy, en verder bestaande uit den officier
M. S. D. Ie klasse J. N. Kramer en den
officier-vlieger 2e klasse P. Vroon, zal zich
per s.s. „Statendam" op 14 September a.s.
voor een verblijf van pl.m. 4 weken naar
de V. S. van Noord-Ameri'ka begeven ter
uitvoering van een haar verstrekte Regee-
ringsopdracht.
Genoemde commissie reist samen met
den directeur der K. L. M., den heer Ples
man, en zal o.m. van advies moeten dienen
bij de eventueele aanschaffing van zee-
vliegtuigmateriaal voor die luchtvaart
maatschappij.
Verder zal een bezoek worden gebracht
aan den Amerikaansöhen Marine-Lucht
vaartdienst die evenals in Nederland en
Japan, geheel gescheiden is van den vlieg-
dienst van het leger.
DE DRAGON RAPIDL-VLIEGTUIGEN
TE ATHENE.
De drie De Havilland Dragon-Rapide-
vliegtuigen PH-AKU, PH-AKV en PH-
AKW van de K. N. I. L. M., welke op weg
zijn naar Indië en gebruikt zullen worden
bij de karteering van een gedeelte van
Nieuw-Guinea, zijn gisteren vlot te Athene
geland. Aan boord is alles well
RECHTZAKEN
HAAGSCHE RECHTBANK
Koopen en niet betalen
De kapper H. G., uit Leiden, die voor
heen te Koudekerke een zaak dreef, was
voor de rechtbank gedagvaard ter zake
van mishandeling en wegens het koopen
vanverschillende goederen zonder volle
dige betaling te laten volgen.
Op 25 Februari j.l. werd hij tot betaling
van een oude schuld gemaand door zeke
ren H., doch volgens diens verklaringen
kreeg hij wel slaag maar geen geld.
G. beweerde, dat H. hem onder vloeken
zou hebben bedreigd, hetgeen de getuige
ontkende. Vervolgens kwam een groot
aantal getuigen voor het hekje, die ach
tereenvolgens verklaarden, dat zij op ver
schillende tijdstippen goederen aan G.
hadden geleverd, zooals kleeren, hout,
kruidenierswaren, vleeschwaren, brood,
flesschen pap, brandstoffen, timmermans
materialen, drukwerk, rookartikelen, elec-
trische ornamenten, gloeilampen en gelei
dingen, enz.
Eenigen van de getuigen hadden gedeel
telijke betaling hunner leveranties beko
men, anderen hadden in het geheel niets
ontvangen. Enkelen verklaarden, dat G.
de schuld gedeeltelijk had aangezuiverd,
door hen te knippen en te scheren. Ook
heeft G. sedert hij gedagvaard werd, en
kele crediteuren nog geheel of gedeeltelijk
afbetaald, in enkele gevallen met sigaren.
Verdachte had op bijna elke verklaring
eenige aanmerking omtrent de hoe-groot
heid van het alsnog verschuldigd bedrag.
Een exploitant van z.g. trek-puzzles uit
Rotterdam is een bedrag van ƒ25 aan G.
tekort gekomen. Deze getuige ontving tot
tweemaal toe een poStchèque, welke even
wel niet gedekt was. Inmiddels is deze
vordering voldaan.
Verdachte beweerde, dat hij van plan
was alle crediteuren af te betalen. Hij kon
evenwel moeilijk uit de zaak, waar hij al
leen werkte, wegloopen.
Volgens G. zouden de burgemeester en
de politie van Koudekerke de crediteuren
hebben opgestookt om hun vorderingen
niet te gaan incasseeren.
Het O.M., waargenomen door jhr. mr.
van Asch van Wijck, wees op de verschil
lende manupulaties van G., die zich van
den domme houdt en die heel goed wist,
dat hij niet kon betalen, toen de diverse be
stellingen door hem werden gedaan. De
mishandeling en de verduistering achtte
spr. bewezen en ook de flesschentrekkerij.
Tenslotte eischte de officier tegen G. 6
maanden gevangenisstraf voor de drie
feiten.
De rechtbank zal 26 Sept. uitspraak doen
INBRAAK TE OEGSTGEEST
C. K., 28 jaar, behanger, thans ged.,
stond terecht wegens een door hem op 10
Juni j.l. te Oegstgeest gepleegden
diefstal ten huize van den heer Kamsteeg
alwaar hij zich door verbreking van een
ruit in de keukendeur aan de achterzijde
van het huis toegang had weten te ver
schaffen.
Een aantal lepels, vorken, messen en
tafelgerei werd medegenomen, nadat voor
af alle kasten waren opengebroken en de
inhoud daarvan over den vloer was uitge
spreid.
Volgens de verklaringen van den chef-
veldwachter IC. te Oegstgeest, is door den
dader in het huis een witte zakdoek ach
tergelaten. Get. heeft dezen zakdoek aan
verd. laten zien, die aanvankelijk toegaf,
dat deze zakdoek hem toebehoorde en dat
hij dezen te Rotterdam in de Hema had
gekocht.
Bij onderzoek bleek, dat dergelijke zak
doeken inderdaad aldaar werden verkocht
Later beweerde K. dat de zakdoek hem
niet toebehoorde, en dat de getuige hem
daarmede getracht had te vangen. Deswege
ondervraagd, zeide K. dat hij het een „ge-
meene streek" vond om hem op die wijze
te vangen.
Een hoofdagent van politie te Rotterdam
verklaarde, dat hij in den nacht van 10
Juni in de Westerstraat voor het perceel
no. 2 een man aantrof met een koffertje in
de hand. Blijkbaar werd niet opengedaan.
Getuige die het perceel kende en de zaak
niet vertrouwde hield den man (de ver
dachte) aan, en bracht hem over naar het
politiebureau, alwaar de koffer een aantal
sieraden en tafelzilver bleek te bevatten.
Verdachte beweerde toen, dat de koffer
met inhoud aan een ander toegehoorde.
Hij weigert evenwel den naam van den
eigenaar te noemen.
Een dienstbode, die tijdens de, afwezig
heid van de bewoners toezicht op het huis
hield, verklaarde, dat zij in den ochtend
van 11 Juni ontdekte dat er ingebroken
was en dat daarbij alles overhoop was ge
haald. Zij vond in een der kamers een
wtiten zakdoek dien zij aan de politie over
handigde,
De heer K. (de bestolene), herkende de
ter zitting aanwezige goederen als zijn
eigendom.
Verdachte stelde getuige de vraag of het
waar was, dat deze hem 150 heeft aange
boden indien hij wilde bekennen.
Getuige antwoordde, dat K. met hem een
gesprek voerde, waarbij deze te kennen
gaf, dat hij met een bedrag van 150 ge
holpen zou zijn om in de maatschappij te
rug te komen. Hij zou dan eenig gereed
schap kunnen koopen.
Verdachte ontkende zich aan dezen dief-
staf schuldig gemaakt te hebben; hij heeft
den koffer met inhoud overgenomen van
iemand, met wien hij op de autobus had
kennis gemaakt, en met wien hij afge
sproken had dat deze i 50 voor den nhoud
moest hebben. Het meerdere zou voor hem
zelf zijn. K. kon den naam niet opgeven.
Wel wist hij, dat de man een rij- en we-
genbewijs had.
Jhr. mr. van Asch van Wijck, het O.M.
waarnemend, zeide, dat verdachten, die in
het bezit van gestolen goederen worden
aangetroffen, een speciale voorliefde heb
ben om ter zake van heling of liever nog
schuldheling veroordeeld te worden.
Spr. ontzenuwde de verhalen van ver
dachte, die reeds herhaaldelijk wegens
diefstal is veroordeeld. K. is er met den
zakdoek leelijk ingeloopen.
Spr. eischte VA jaar gevangenisstraf. De
rechtbank zal 26 Sept. uitspraak doen.
Ongelukken bij het rijden „onder toezicht"
Op 22 April ji. was de 18-jarige E. Ver
sloot uit Zegwaart met eenige kamera
den in gesprek op de stoep voor den. win
kel van'den heer Moers aldaar, toen plot
seling een auto op dezelfde plaats de stoep
opreed. De jongens stoven uit elkander,
doch een hunner, genoemde V., werd door
de auto gegrepen, die hem door de winkel
ruit heen duwde, waarbij hij behalve eeni
ge verwondingen, een ernstige verwonding
aan het linkerbeen opliep. V. werd naar St.
Anthoniushove te Voorburg vervoerd en
is tengevolge van deze aanrijding 118 da
gen verpleegd.
De auto, welke deze aanrijding veroor
zaakte, werd bestuurd door den 21-jarigen
J. van der S., die evenwel niet rijden kon
en onder toezicht van den tuinder W. V.,
uit Berkel en Rodenrijs, de auto bestuur
de. Deze laatste stond wegens^ overtreding
van art. 308 W. v. Str. terecht.
Van der S. verklaarde, voor de recht
bank, als getuige, dat hij bij het omslaan
van een hoek een wielrijder zal aankomen,
die links reed. Verdachte schrok zoodanig,
dat hij vergat te remmen. Ook de naast
hem zittende V. schrok zoodanig, dat hij
niet bij machte was in te grijpen.
De verhuurder van de auto verklaarde,
dat de remmen daarvan volkomen in orde
waren.
Verdachtd zeide, dat hij eerst op het
laatste oogenblik den wielrijder heeft op
gemerkt. Alles verliep zoo snel, dat hij
niet bij machte was om in te grijpen.
De officier van justitie zeide, dat hij de
keuze van vervolging had tusschen den
eigenlijken bestuurder en den verdachte.
Spr. heeft gemeend laatstgenoemde te
moeten vervolgen. Van der S. wist niets
van autobesturen af. Toch liet V. hem maar
in de kom van een gemeente rijden, daar
mede het risico op zich nemend voor de
gevolgen daarvan. Hij heeft niet verhin
derd dat v. d. S. de stoep opreed en aan
zijn schuld is het te wijten dat V. zoo ern
stig is getroffen.
Verdachte geeft zijn verzuim toe en zal
hiervoor moeten boeten. Spr. eischte een
geldboete van 100 subs. 50 dagen hechte
nis.
Uitspraak 26 September a.s.
INBRAAK TE HILLEGOM
In den nacht van 4 op 5 Augustus werd
ingebroken te Hillegom, waarbij een
bedrag van 14 aan zilvergeld en een
bankbiljet van 10 werd gestolen. Als ver
dacht van diefstal stond gisteren voor de
Haarlemsche rechtbank een 30-jarige Haar
lemmer terecht, die bekende in de omge
ving van het huis te zijn geweest doch in
gebroken had hij niet. Den dader had hij
wel gemaskerd gezien en daarom was hij
een kijkje bij het huis gaan nemen. Hier
bij had hij een sponning aangeraakt, aldus
zijn verklaring.
In zijn requisitoir merkte de officier op
dat verd. aanvankelijk ontkende. Toen hem
foto's van vingerafdrukken getoond wer
den, heeft hij een verhaal verzonnen. Verd.
is reeds 3 maal veroordeeld. Een flinke
straf is hier op haar plaats. Daarom eisch
te spr. een gevangenisstraf van 2 jaar en 6
maanden.
Uitspraak 26 dezer.
DE PALEIS VOOR VOLKSVLIJTZAAK.
Behandeling op 10 October.
Naar wij vernemen zal de rechtbank op
10 Ootober a.s. een aanvang maken met de
openbare behandeling van de strafzaak
tegen den directeur van het Paleis voor
Volksvlijt, J. M. en een der commissarissen,
de instructeur voor lichamelijke opvoeding
J. P.
Zij zullen zich te verantwoorden hebben
in verband met vermeende onregelmatig
heden in de Paleisadministratie.
De verdachten zijn op 16 Januari gear
resteerd en bevinden zich vanaf dien datum
in voorloopige hechtenis.
Als verdedigers van den directeur en den
commissaris treden resp. op mr. Th. Muller
Massis en mr. dr. Benno J. Stokvis.
De aanstaande week zal voor Leiden een
gedenkwaardige week worden. Dan toch
zalde reeds lang aangekondigde groote vee-
en zuiveltentoonstelling gehouden worden,
waartoe de organisatoren maar niet zonder
meer besloten, doch welke haar oorsprong
vindt in de officieele opening van het nieu
we veemarktterrein achter den molen „de
Valk". Dit nieuwe terrein is reeds eenige
weken in gebruik, doch de entourage, de
metamorphose van de oude veemarkt aan
de BeestenmarktSteenstraat tot parkeer
terrein, het verwijderen van de hekken op
de Nieuwe Beestenmarkt enz. vroegen meer
tijd, zoodat de officieele opening werd uit
gesteld tot volgende week.
Nu Leiden dus weer z'n nieuwe veemarkt
heeft het groote plan deze markt te ver
plaatsen op 'n terrein nabij den Haarlem
merweg is wel voor goed van de baan
willen we onzen lezers, die uit den school
tijd nog wel weten, dat Leiden vanouds
o.m. 'n bekende veemarkt bezit, een en an
der uit de geschiedenis van dezen voorna
men tak van handel voor de Sleutelstad
memoreeren.
In zijn „Geschiedenis eener Hollandsche
Stad" schreef de Leidsche hoogleeraar wij-
Hoe de markten in de Sleutel
stad ontstonden en groeiden.
len prof. dr. P. J. Blok: „Van oudsher was
Leiden het middelpunt eener bloeiende
landbouwstreek geweest, door zijn ligging
aan een kruispunt van wateren, als daar
voor aangewezen en zeker in verband met
die ligging als zoodanig meer en meer tot
ontwikkeling gekomen. Reeds het "toevoeg
sel op het oude stadsprivilege van 1266
spreekt van de markten, die hier gehouden
werden".
DE VRIJE MARKTEN.
Er bestonden oudtijds twee soorten van
markten, namelijk zoogenaamde vrije
markten en weekmarkten. Het recht om
een vrije markt te mogen houden was in
handen van den Graaf en later, wat onze
stad betrof, in handen van de Staten van
Holland en West-Friesland. De Graaf of
de Staten gaven de stad een privilege
waarvoor moest worden betaald, hetgeen
een niet te versmaden bron van inkomsten
was, te meer omdat telkens, wanneer een
Graaf was overleden, het recht verviel,
hetwelk opnieuw moest worden gekocht.
Een vrije markt was een markt, die ieder
vrij kon bezoeken zonder kans te loopen
te worden gevat en gevangen gezet, wat hij
ook overigens op z'n kerfstok mocht heb
ben. Uitgezonderd hiervan waren de ge
vangenen of verbannenen uit de stad, die
een vrije markt hield, zelve.
De oudste en eerste vrije markt te Lei
den is die ter herdenking van de inwijding
der Pieterskerk op Hemelvaartsdag. Ten
teeken, dat de vrije jaarmarkt was aange
vangen, werd 's middags te 12 uur de klok
geluid en werd er een kruis opgericht; als
gevolg hiervan werd deze dag ook wel
„kruisdag" genoemd. Was de vrije markt
afgeloopen, dan werd het kruis neergehaald
en het was van dat oogenblik af met de
vrijheid gedaan.
De tweede vrije markt kreeg de atad van
graaf Jan de Tweede op 4 Juli 1303; dit
recht werd vernieuwd door Hertog Philips
van Oostenrijk in December 1497. Eenige
dagen vóór en na deze vrije markten was
het verboden zaken te doen; de vrijheid
van deze tweede markt viel tusschen 12 en
20 Juli.
Behalve deze vrije markten voor aller-
hand artikelen, werden ook privileges ge
geven tot het houden van vrije markten
voor speciale producten. De vrije kaasmarkt
werd gehouden op den 2den Dinsdag van
Juli, waarbij onder meer bepaald werd,
dat er vier dagen vóór en vier dagen na
dezen dag geen zaken in kaas mochten
worden gedaan, of zooals de verordening
officieel luidde: gedurende deze dagen
mocht niemand worden lastig gevallen.
De laatste vrije markten, die de stad
kreeg, werden gegeven door de Staten van
Holland en West-Friesland op den 23en
Maart 1624 en wel „om allerlei magere bees
ten. 't zij ossen, koeien, varkens als andere,
geene uitgezonderd, in de lente op den 27en
April en in den herfst op den 21 en Novem
ber te venten en te verkoopen". Ook hier
bij gold het verbod van zaken doen gedu
rende de vier dagen, die aan de markten
voorafgingen, terwijl, indien de vastgestel
de dag op een Zondag viel, de jaarmark
ten een dag werden verschoven. Voor de
jaarmarkten waren vele bepalingen ge
maakt om den marktvrede te verzekeren
en vechtpartijen te voorkomen.
DE WEEKMARKTEN.
De wekelijksceh algemeene markt werd
van ouds op den Zaterdag gehouden en wel
langs de beide oevers van den Rijn. Het
middelpunt der Zaterdagsche markt was de
Bruggestraat, de tegenwoordige Maars-
manssteeg. Vensters, luifels of vensterban
ken mochten niet verder dan 3/h el van de
huizen in de straat uitsteken. Allerhand
waren werden op de algemeene weekmarkt
verkocht, ook boter en kaas. De markt be
gon te tien uur na het luiden der klok.
Boter in tonnen werd in het Waaggebouw
verkocht, maar stukken boter, ook wel ge
kopte boter genaamd, op den Nieuwe Rijn
tusschen de Mosterd- en Karnemelksbrug,
waar ook de kaas- en eiermarkt werd ge
houden. De stukken boter moesten een be
paald gewicht hebben, terwijl de stukken
niet eerst in de tonnen mochten gelegen
hebben. Hij, die puistige of biestige boter
ter markt bracht, moest een bosje stroo
op het hoofd hebben; in lateren tijd ver
huisde het stroo van het hoofd van den boer
naar de boter zelf.
In tegenstelling met de botermarkt, is de
kaasmarkt, waar kaas in het groot wordt
verkocht, betrekkelijk nog zeer jong; ze
dateert eerst van het jaar 1800. Vóór dien
tijd werd de kaas voor een groot gedeelte
op de boerderij verkocht of op de markten
te Bodegraven en werd vooral naar Gouda
vervoerd. Voor het grootste deel werd hier
in den omtrek echter Leidsche komeine
kaas gemaakt, die de boeren, nadat zij ze
eerst in de stallen hadden laten rijpen, van
de boerderij af verkochten, meest aan vaste
afnemers.
Het vee werd van ouds her des Vrijdags
op verschillende plaatsen der stad verkocht,
terwijl in den slachttijd bovendien Woens
dags veemarkt gehouden werd.
Ossen en koeien werden verkocht aan
de Noordzijde van de Marendorpsche Ach
tergracht (thans Van der Werfstraat) op
den grond van het voormalige klooster
Scha gen, deels op het Marendorp (thans
Haarlemmerstraat) tusschen de toenmalige
Rijnsburger- en Zijle poorten; kalveren en
schapen werd verkocht op de Marebrug.
Varkens blijken in den ouden tijd erg on
rustig te zijn geweest. Bij keur thans
spreken we van verordening van 21 Oc
tober 1453 werd bepaald, dat de varken
markt moest gehouden worden op de Hoo-
gewoerdsbrug. In 1475 werd deze markt
overgebracht naar het Zand, dat ontstaan
was door demping van een zijtak der
Groenhazengracht, die zich in noordelijke
richting uitstrekte tot het Noordeinde; de
benaming Zand veranderde daarna in Var
kenmarkt; thans nog heet deze straat Oude
Varkenmarkt; trouwens tal van namen van
straten herinneren heden ten dage nog aan
deze veemarkten uit de 16e eeuw (Noord
en Zuid-Rundersteeg, Koestraat, Schapen-
steeg enz.). Van de Oude Varkenmarkt ver
ft