DE WERELDTENTOONSTELLING
DER KATHOLIEKE PERS.
ZATERDAG 17 AUGUSTUS 1935
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG. 5
INTERVIEW MET MGR. GIUSEPPE
MONTI, ALGEM. SECRTARIS
VAN HET ALGEMEEN
HOOFDBESTUUR.
Waarom het Vaticaansche Comité zooveel
belang sjtelt in de Nederlandsche
Katholieke Pers.
„Het is mijn oprechte overtuiging
niet alleen van mij, maar van
alle leden van het Comité dat
uw pers een eminente plaats in de
wereld inneemt".
▼eigens een op het eerste gezicht be
vreemdende maar daarom niet minder
juiste definitie is een interview eigenlijk
niets anders dan de journalistieke onbe
scheidenheid ten toppunt gedreven. Over
het algemeen immers is het zóó, dat de
persman tijdens een interview zijn slacht
offer niet alleen pijnigt met allerlei indis
crete vragen, maar dat hij bovendien nog"
alle mogelijke listige middelen die zijn
„booze geest" hem inblaast, benut om din
gen te weten te komen, waarvan hij van
tevoren weet, dat zijn victime ze niet zal
zeggen.
En toch hadden we een geheel ander „in
terview", toen we dezer dagen het voor
recht hadden mgr. Giuseppe Monti, alge
meen secretaris van het comité, dat belast
is met de organisatie van de Wereldtentoon
stelling der Katholieke Pers te intervie
wen. Door het feit toch, dat mgr. Monti
belast is met de voorbereiding van een we
reld-perstentoonstelling, staat hij zelf mid
den in de journalistiek en wij hadden dus
bij voorbaat reeds de geruststellende zeker
heid, dat hij om zoo te zeggen de klappen
van de zweep reeds kende.
Bovendien is mgr. Monti, ondanks zijn
hooge waardigheid, een uitermate eenvou
dige persoonlijkheid. Hij accompagneert
zijn Italiaansche woordenmelodie met ge
moedelijke gebaren en met een gullen
glimlach, die ons toestraalt door den don
keren hoornen bril.
Na de gebruikelijk kennismaking vielen
we, zooals dat in rondborsttig Hollandsch
heet, maar onmiddellijk met de deur in huis
en brachten het gesprek terstond op de ex
positie, die, zooals men weet, van 1 April
tot 31 October 1936 in de Vaticaansche
Stad zal worden gehouden.
Uit het schrijven, dat de Heilige Va
der indertijd aan graaf Dalla Torre, den
voorzitter van uw comité, gericht heeft, is
ons gebleken, Monseigneur, dat Zijne Hei
ligheid een meer dan gewone belangstel
ling voor de perstentoonstelling koestert.
Mgr. Monti schonk ons den tijd niet de
vraag, die we hier in petto hadden, te stel
len; hij had onze gedachten reeds geraden
en wilde onze nieuwsgierigheid in dezen
zoo spoedig mogelijk bevredigen.
Zegt u vooral, dat Zijne Heiligheid het
voorbereidingswerk van zeer nabij volgt
en dat Hij zich verwaardigd heeft ook ai-
gemeene directieven voor het expositie
program te geven.
Nu u toch vermoedelijk, zoo ging mgr.
Monti voort, tevens iets wenschte te vra
gen over het preciese doel, dat het alge-
meene comité met deze tentoonstelling na
streeft, zal ik u maar terstond ook hierop
antwoord geven.
In de eerste plaats wil het comité deze
expositie als een huldeblijk aanbieden aan
den Heiligen Vader, den Leermeester van
die beginselen waaraan het apostolaat der
pers zich inspireert, en in de tweede plaats
wenscht het comité, dat de Wereldexpositi'e
der Katholieke Pers de eerste die gehou
den zal worden zijn zal „una scuola, un
insegnamento", een school niet alleen voor
journalisten en schrijvers, maar ook voor
de groote massa.
De mannen van het vak zullen er leeren,
hoever in andere landen de technische ont
wikkeling der pers reeds -is voortgeschre
den en de massa de niet-vakmenschen
dus zal zich daar een idee kunnen vor
men van de ontzaglijke offers, die juist van
de Katholieke Pers worden gevraagd.
Meer wellicht nog dan zijn enthousiaste
uiteenzetting van deze gedachte: „De Vati
caansche Expositie moet voor alles een le
vend voorbeeld zijn", deed ons de expres
sie van mgr. Monti's gelaat begrijpen, welk
een groote beteekenis de Heilige Vader
juist hieraan hecht. De stille glimlach was
een oogenblik verdwenen en alle trekken
van mgr. Monti's markanten kop schenen
plotseling te convergeeren naar het breede
voorhoofd, als zocht hij het pakkende slag
woord, dat geheel deze wereldomvattende
expositie zou kunnen karakteriseeren.
De bedoeling van uw comité, inter
rumpeerden wij, is dus allerminst van deze
tentoonstelling een museum te maken?
Het woord „museum" was er nog niet
uit, of mgr. Monti had onze interruptie
reeds beantwoord met een drievoudig „No".
Geen museum, zei hij, ook geen kranten
kiosk, de expositie zal voor alles geïnspi
reerd worden door een dynamische concep
tie. Er moet leven in zitten. Daarom juist
ben ik zoo blij, dat er ook een persfilm
komt. Want een film is louter dynamiek.
We veronderstellen, Monseigneur, dat
gezien het wereldomvattend karakter van
de tentoonstelling, vooral de corresponden
tie met verre landen, met name met die
landen, welke aan de uithoeken der wereld
zijn gelegen, allerlei karakteristieke moei
lijkheden met zich meebrengt?
We hadden deze zaak blijkbaar wat al
te donker ingezien, want mgr. Monti's zon
nige lach kwam weer door den hoornen
bril heenstralen, om ons gerust te stellen.
Inderdaad brengt dat moeilijkheden
mee, zei hij, maar deze zijn toch niet zóó
ernstig als u denkt. We beschikken over de
noodzakelijke middelen om de expositie een
waar succes te doen worden.
Verder moet u niet vergeten, dat we de
niet te onderschatten medewerking hebben
van de Romeinsche Curie, die ons heel wat
moeilijk werk uit de hand neemt, o.a. van
de H. Congregatie tot - Voortplanting des
Geloofs voor de pers der Missielanden, van
de H. Congregatie voor de Oostersche Kerk,
die zorgt voor de deelneming der geünieer
de Katholieken, van de H. Congregatie van
de Seminaries en Universiteiten enz. enz.
Ook dus de organen van het centrale be
stuur der Kerk verleenen hun volle mede
werking voor het welslagen van ons werk.
Dit neemt niet weg, dat er ook voor ons
nog heel wat te doen overblijft. Ruim hon
derd landen immers zullen aan de exposi
tie deelnemen. Van deze verdienen om de
bewonderenswaardige activiteit welke hun
nationale comité's ontwikkelen, een zeer
bizondere vermelding: de Angelsaksische
landen (Vereenigde Staten van Amerika,
Canada, Groot-Brittannië) verder België,
Frankrijk, Oostenrijk, Duitschland, Spanje,
Argentinië, Brazilië, Polen en Tsjecho-Slo-
wakije. Een geheel bizondere beteekenis
echter hecht het comité aan de deelneming
uit Nederland.
Stelt het Vaticaansche Comité werke
lijk veel belang in de Nederlandsche Ka
tholieke Pers? waagden wij te inter
rumpeer en.
Bij het stellen van deze vraag ontwaar
den we plotseling een stralende sympathie
in mgr. Monti's oogen. Met de gerimpelde
hand maakte hij een specifiek Italiaansch
gebaar, hij legde haar op de linker borst-
helft en zeide: „Het is mijn oprechte over
tuiging niet alleen van mij maar van
alle ledenvan het Vaticaansche Comité,
dat uw pers een eminente plaats in de we
reld inneemt, om haar oprecht Katholieken
geest, haar groote aanhankelijkheid aan
Rome en ook wegens haar numerieke sterk
te. Twee en dertig dagbladen voor onge
veer drie millioen Katholieken bieden u de
mogelijkheid, in het allernauwste contact
te treden met het volk en dat alles is het
juist wat het comité zoo bizonder in de Ne
derlandsche Katholieke Pers waardeert.
Ik ben dan ook naar Nederland geko
men, omdat uw Katholieke Pers op de Va
ticaansche tentoonstelling een speciale at
tentie verdient. Het eerste paviljoen, dat
de bezoekers bij het betreden van de zalen
der nationale secties te aanschouwen zul
len krijgen, zal daarom het paviljoen van
Nederland zijn. „Dara una ottima impres-
sione!", dat zal een uitstekenden indruk
maken.
Mgr. Monti onderstreepte deze laatste
woorden met een warmen handdruk, dien
wij namens al onze Katholieke collega's
beantwoordden met het uitspreken van
den wensch, dat de Eerste Wereldtentoon
stelling der Katholieke Pers in alle opzich
ten overeenkomstig den wensch van den
Heiligen Vader moge slagen.
KERKNIEUWS
DE TOESTAND VAN Z. H. EXC.
DEN AARTSBISSCHOP.
De toestand van Z. H. Exc. den Aarts
bisschop is minder gunstig.
Z. H. Exc. heeft veel last van benauwd
heden.
PATER HONORATUS CAMINADA.
Voorzien van de laatste H.H. Sacramenten.
Naar wij vernemen, is in den toestand
van den hoogeerw. pater Honoratus Ca-
minada O.F.M., Provinciaal der Francisca
nen, die sinds eenigen tijd in het St. Fran-
ciscusgasthuis te Rotterdam wordt ver
pleegd, gisterenmiddag een verergering ge
komen, zoodat het noodig werd geoordeeld
den patiënt van de laatste H. Sacramenten
te voorzien.
Des avonds trad eenige verbetering in,
doch de toestand bleef zorgwekkend.
„Msbd."
Benoeming eere-kanunnik in het
Aartsbisdom.
Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht
heeft benoemd tot Eere-Kanunnik van het
Metropolitaan Kapittel van Utrecht, den
Hoogeerw. Héér H. A. P. C. van der Waar
den, Pastoor-Deken te Almelo, alsmede den
Hoogeerw. Heer W. L. S. Knuif, pastoor te
Denekamp.
K. J. C. IN HET BISDOM HAARLEM.
Het nieuwe bestuur.
Dezer dagen kwam het nieuw samenge
stelde bestuur van de Kath. Jongens-Cen
trale in het bisdom Haarlem voor het eerst
in vergadering bijeen om te werken op de
basis van de onlangs vastgestelde statuten.
Dit bestuur is thans samengesteld als
volgt: voorzitter de directeur der K. J. C.
rector H. van Spanje; leden: pater Went
S.C.J. en de heeren H. van Os (beiden St.
Franciscus Liefdewerk); van der Zoo de
Jong en A. Sweers (beiden Juvenaat); dr.
L. Berger en J. van Winkel (beiden Kath.
DE BEDEVAART VAN PRIESTER
STUDENTEN NAAR HEILOO.
't Is een jaarijks terugkeerende gebeur
tenis vain groote beteekenis, dat honder
den priesterstudenten zich één dag van
hun vacantie verzamelen te Heiloo, bij O.
L. Vrouw ter Nood, om daar in gezamen
lijk gebed en offer te bidden voor de vol
harding in hun hooge roeping tot 't pries
terschap.
Dit feit van ieder jaar dient wel grootere
bekendheid te verwerven bib, het Katho
lieke volk, de ouders der studenten, en op
de eerste plaats bij de studenten zelf, waar
onder er altijd velen nog onkundig zijn van
doel en beteekenis dezer bedevaart.
Vooraf in 't kort de geschiedenis. De
bedevaart bestaat thans vijftien jaar, d.w.z.
georganiseerd, als ze nu is. Zij groeide uit
het initiatief van enkele studenten uit Lis-
se en omstreken. In 't begin slechts een
vijftal langzamerhand groeiend tot 'n vijf
tig die afspraken op een bepaalden dag
van Augustus naar Heiloo te pelgrimee
ren.
Toen werd door eenigen het plan opge
worpen deze actie uit te strekken tot alle
studenten uit het Noorden. Een circulaire
werd gezonder aan alle seminaries, colle
ges, gymnasia en missiehuizen, waar pries
ter-opleiding werd genoten. Dit initiatief
ging uit van drie studenten van het mis
siehuis te Kaatsheuvel. Vandaar dat ook
de leiding overging in de handen van den
zeereerw. pater J. Groen, destijds overste
van het missiehuis aldaar. Deze eminente
leider met z'n vurig enthousiasme heeft ne
gen jaar lang met telkens groeiend succes
ae bedevaart geleid, totdat in 1929 de mis
sie van Borneo hem aan dit werk onttrok.
Hem komt groote hulde toe om z'n toege
wijd ijveren voor dit schoone werk onder
de priesterstudenten-op-vacantie.
Opvolger van pater Groen werd onderge-
teekende.
Ieder jaar bracht rijker groei naar bui
ten en naar binnen. Was 't aantal deelne
mers in den beginnen 'n goede vijftig, de
laatste jaren komen er zes a zevenhonderd
studenten van alle studiehuizen, in Heiloo
bijeen. Een uitgebreid programma wordt
thans gedrukt, de beste predikanten van
ons land werken mede om dezen dag suc
cesrijk te maken.
Het doel van deze bedevaart?
Wij zouden zeggen: dit is het gewone
doel van ,en bedevaart; maar het feit,
I dat de pelgrims allen priesterstudenten zijn
i geeft aan deze bedevaart een speciaal
j cachet. En het feit nog, dat het priester
studenten van allerlei bijzondere richtin
gen zijn brengt nog een eigenaardig doel
naar voren.
Het algemeene doel is dus de „bidvaart":
I de gang naar een genadeoord om te bidden
i tot Maria, maar priesterstudenten gaan ter
j bedevaart met het groote verlangen van
j hun hart. Zij, die door Christus tot de
hoogste eeretaak werden geroepen, en nog
door jarenlangen strijd tot dien top moeten
klimmen, zij gaan om bij de Virgo-Sacer-
dos te smeeken om volharding in him
ideaal streven. Hun gebed is op de eerste
plaats een bidden om het priesterschap, om
een heilig priesterschap.
Vandaar het speciale doel van deze bede
vaart: gezamenlijk te bidden voor volhar
ding in de priesterroeping, om volharding
gedurende den toch wel gevaarvollen va-
cantietijd.
Vervolgens demonstreert deze samen
komst van priesterstudenten van veertig of
vijftig verschillende richtingen de ideale
eenheid in 'tzelfde hoogheilig ideaal: een
eenheid, die aldus een keer gezien en mee
gemaakt wordt. En waar in dezen tijd een
heid in Christelijke en katholieke overtui
ging zoo sterk geëischt wordt, is toch ze
ker te verwachten, dat de opgroeiende
priesterschaar zich één weet en zich als
één betoont.
Aldus gezien begrijpt iedere student, dat
deze bedevaart naar de priestermoeder bij
uitnemendheid een gebeurtenis is in de va
cantie waar hij niet mag ontbreken; be
grijpt iedere ouder, die 'n priester jongen
onder zijn kinderen heeft, dat hun kind
daar bij moet zijn; zullen ook de Eerwaar
de Heeren Pastoors begrijpen, dat de stu
denten uit hun parochie aan deze voor hen
zoo geëigende actie moeten deelnemen.
Ook de oversten der seminaries en klooster
scholen zullen deze beweging met hun
aansporingen bevorderen; want aan deze
bedevaart ligt geen enkele persoonlijke of
collectieve ijdelheid ten grondslag, maar
alleen het groote verlangen den studenten
in de vacantie een gelegenheid te geven
weer in de hun eigen sfeer te komen.
Wij verwachten dan ook voor de volgen
de jaren nóg actiever medewerking van
deze verschillende zijden.
De bedevaart heeft dit jaar plaats op
Maandag 19 Augustus.
Wij laten het programma hier volgen.
's Morgens half elf: Plechtige Hoogmis
door een Neomist, waaronder preek door
den zeereerw. heer Sijstermans S.M. on
derwerp: „Maria en de priesterstudent".
Na de Hoogmis begroeting bij het beeld van
St. Willibrordus door den leider der bede
vaart.
's Middags twee uur: Plechtig Lof met
Sacramentsprocessie in den tuin, waaron
der preek door den weleerw. heer H. Drost,
kapelaan te Rotterdam, onderwerp: „Stu
dent en Eucharistie".
BUITENLAND
Drie mogendheden-
conferentie
VOORUITZICHTEN NIET SLECHT?
Wellicht duren de besprekingen tot
September.
Over de besprekingen, welke Vrijdag te
Parijs gevoerd zijn tusschen Engeland,
Frankrijk en Italië, valt tot nu toe nog
weinig mee te deelen.
Na afloop van de drievoudige bespre
kingen van gistermorgen verklaarde Laval
slechts: „Wij hebben geen mededeelingen
te doen. Wij zullen vanmiddag verder ar
beiden". De aanwezige journalisten moes
ten zich overigens tevreden stellen met de
opmerking uit de kringen der conferentie,
„dat het er geenszins zoo slecht voor stond".
De „Paris Soir" neemt aan, dat de bespre
kingen tot begin September zullen voort
duren.
De arbitrage-commissie, die vandaag we
der bijeen had moeten komen, heeft tot nu
toe nog niet vergaderd.
EEN AANBOD VAN ABESSYNIë.
Van de zijde van Abessynië is medege
deeld, dat de regeering van Addis Abeba
tot de volgende concessies bereid is:
lo. Waarborgen voor de veiligheid der
Italiaansche koloniën in Somaliland en
Eritrea, alsmede voor de in Abessynië ge
vestigde Italianen.
2o. Economische faciliteiten voor de ex
ploitatie van mijnen en den aanleg van we
gen en spoorwegen, welke ook tot den
landbouw uitgebreid kunnen worden.
De negus heeft echter niet doen weten,
tot welke maxima hij bij zijn concessies wil
gaan, daar hij eerst wil weten, welke de
Italiaansche eischen zijn. Deze mogen ech
ter, zooals bekend, de onafhankelijkheid en
souvereiniteit van zijn land niet aantasten.
De deelnemers aan de driemogendheden-
conferentie achten het dan ook onwaar
schijnlijk, dat de negus een militaire be
zetting van zijn land zou kunnen aanvaar
den, zooals in sommige bladen werd te
berde gebracht.
„Onze troepenzendingen zijn geen
mise-en-scènc".
Een hooggeplaatste Italiaansche persoon
lijkheid heeft aan de „Information" de vol
gende verklaring afgelegd:
„Wat wij in Afrika doen is voor ons van
cardinale beteekenis. Wij hebben de con
sequenties van onze actie goed overwogen
en zij schrikken ons niet af. Bovenal moe
ten wij het bestaan van ons volk door een
gewettigde expansie verzekeren.
Men moet zich niet verbeelden, dat wij
200.00 man naar' de Afrikaansche kust heb
ben gezonden en ontzaglijke uitgaven heb
ben gedaan voor een kinderlijke „mise-en-
scène". Het oogenblik is voor Italië geko
men om als groote mogendheid op te tre
den. Onze jeugd heeft zin voor avontuur.
'Wij achten ons gelukkig, dat wij de vriend
schap van Frankrijk hebben gevonden en
er zou geen gunstiger oogenblik kunnen
zijn, om de ware Latijnsche broederschap
inniger te gevoelen. In Januari j.l. hebben
wij een huwelijkscontract te Rome onder
teekend. Vandaag is het de huwelijksdag en
ik vertrouw, dat Italië niet teleurgesteld
zal worden".
DUITSCHLAND.
VERRADEN DOOR ZIJN
SCHRIJFMACHINE.
Wij hebben dezer dagen gemeld, dat een
Berlijnsche journalist ter dood is veroor
deeld, omdat hij een geheime instructie
aan de Duitsche pers aan een buitenland-
schen collega had laten zien.
De wijze waarop dit „verraad" en de
pleger ervan zijn ontdekt doet denken aan
een overigens niet al te goeden, detective
roman.
Vorige Duitsche regeeringen hadden
reeds het stelsel der pers-conferenties,
waar officieele commentaar werd gegeven
op belangrijke gebeurtenissen, of, zooals
in den oorlog, inlichtingen en communi-
qué's werden verstrekt. Dr. Göbbels heeft
dit stelsel van pers-conferenties hervormd
in nationaal-socialistischen geest: de bin-
nenlandsche pers krijgt nu instructies over
de wijze waarop het nieuws moet worden
behandeld. Na zulk een conferentie, waar
omstreeks 200 journalisten bijeen waren,
zou dr. Schwerdtfeger, zoo vertelt het
„Journal des Débats", aan een vertegen
woordiger van een vreemde mogendheid
bepaalde vertrouwelijke instructies van de
Duitsche regeering hebben overhandigd.
Het zou naief zijn te meenen, dat zulke
In de kapel: een machtig Te Deum en
slotwoord.
Alle gezangen worden gezamenlijk ge
zongen; een pracht manifestatie van ge
meenschappelijk offeren en bidden volgens
de heilige Liturgie der Kerk.
Mogen dit jaar allen weer over voldaan
en gesterkt, Maria's genadeoord verlaten.
En moge geen enkele student\ aan dit
groot appèl ontbreken.
Op 19 Augustus is zijn plaats in de rijen
en rangen der honderden priesterstudenten
te Heiloo.
De leider der bedevaart,
L. A. v. d. IJSSEL, M.S.F.
Kaatsheuvel.
Zij, die de reis per autobus willen ma
ken, kunnen zich hedenavond nog opgeven
by W. v. Velzen, Oegstgeest, tel. 1627.
instructies, die nu eens mondeling, dan
weer schriftelijk via het officieele nieuws
bureau worden gegeven, geheim kunnen
blijven; elk buitenlandsch journalist acht
het aan zijn beroeps-nieuwsgierigheid ver
plicht mf en dan te weten te komen, hoe
die geheime instructies luiden, al maakt hij
er dan ook niet altijd gebruik van. Volgens
het genoemde „Journal des Débats" is dr.
Schwerdtfeger echter niet aangebracht
door een zijner collega's maar door een
buitenlandsch functionaris, die, al oefent
hij geen diplomatieke functie uit, toch op
de ambassade van een land, waarmede
Duitschland hartelijke betrekkingen onder
houdt, delicate werkzaamheden heeft te
verrichten.
De betrokkene meende zich te beklagen
te hebben over de houding, welke een deel
der Berlijnsche pers had ingenomen by
een recent conflict tusschen beide landen;
bij het bespreken van zijn klacht deed hy
tegenover een medewerker van dr. Göb
bels uitkomen, dat aan zijn vriendschappe
lijke gevoelens niet getwijfeld behoefde te
worden, al had de Berlijnsche pers zijn
land dan niet vriendelijk behandeld; im
mers hij bezat documenten, die comprom-
miteerend waren voor Duitschland, maar
onthield zich er van die door de buiten-
landsche pers te laten publiceeren.
Natuurlijk werd hem toen terstond ge
vraagd: welke documenten hebt u dan?
Daarop overhandigde hij den op de schrijf
machine getikten tekst van de jongste in
structies van minister Göbbels.
De geheime staatspolitie toog nu aan
den arbeid, ten einde den verraderlijken
typist op te sporen. Zij liet alle schrijf
machines in beslag nemen van de journa
listen, die de betrokken conferentie had
den bijgewoond. Deskundigen onderzoch
ten zorgvuldig de letters, gingen na welke
het meest geleken op die van het geheime
document en ontdekten, dat het op dr.
Schwerdtfegers' schrijfmachine was getikt.
Hij werd zonder verwijl gearresteerd en
over het lot, dat hem wacht, of dat hy
heeft ondergaan, verkeert men volkomen
in het onzekere.
OOSTENRIJK.
STARHEMBERG VERBIEDT SPORT-
RELATIES MET DUITSCHLAND.
Wegens houding van de „Völk.
Beobachter".
In zijn kwaliteit van oppersten sportlei
der heeft vice-kanseüer prins Starhemberg
alle sportwedstrijden, welke gisteravond
tusschen Oostenrijkers en Duitschers zou
den worden gehouden, evenals alle rela
ties op sportgebied met Berlijn, verboden.
Als reden wordt opgegeven, dat de „Völ-
kische Beobachter" de laatste dagen de
Oosten rij ksche regeering in haar kolom
men heeft aangevallen. (TeL)
ITALIË.
DE RAMP VAN OVADA.
Het dorp wordt weer opgebouwd.
Nog steeds is het niet mogelijk, betrouw
bare gegevens te verkrijgen omtrent bet
aantal slachtoffers van de ramp nabij
Ovada. Volgens de laatste berichten zou
den ongeveer 170 huizen zijn ingestort en
275 gezinnen dakloos zijn geworden.
Niet alleen kleine, doch ook groote hui
zen zijn door het water verwoest. Te Boggo
zijn b.v. 7 woonhuizen, welke door totaal
58 gezinnen werden bewoond, ingestort.
Men schijnt niet voornemens te zijn de in
gestorte huizen weer op dezelfde plaats op
te bouwen, doch in eenigszins hooger gele
gen gemeenten nieuwe woongelegenheid te
scheppen.
Soldaten en zwarthemden gaan nog steecte
met het reddingswerk voort. Overal wor
den vrijwillige reddingsbrigades gevormd.
Tegelijkertijd met het opruimingswerk
wordt weer met den opbouw een aanvang
gemaakt. Op vier plaatsen, waar de brug
gen zijn weggeslagen, heeft men voorioopig
de verbinding met noodbruggen hersteld.
Daar het zooals gemeld buitengewoon
moeilijk is, het aantal dooden en vermisten
vast te stellen, hebben de plaatselijke pre
fecten een beroep op de bevolking gedaan
om aan het onderzoek zooveel mogelijk
mede te werken. Zoo moeten de overleven
den precies mededeelen met wie zij te za-
men gevlucht zijn, en wie, voor zoover zij
kunnen nagaan, zijn omgekomen.
Het blijkt thans, met hoeveel opoffering
en gevaar voor eigen leven velen, die zelf
bij de ramp waren betrokken, aan de red
ding hunner medemenschen hebben deel
genomen. Een monteur b.v. heeft niet min
der dan twintig personen van een wissen
dood gered door hen één voor één in veilig
heid te brengen, daar zij zich niet meer in
het wassende water staande konden hou
den.
De Duce schenkt 50.000 lires tot leniging
van den nood.
De secretaris van de fascistische partij
van Ovada, Starace, bezocht Donderdag in
het hospitaal de slachtoffers van de over
stroom ingsramp.
Daarna bracht hy een bezoek aan de ge
troffen families en'overhandigde tenslotte
de provinciale fascistische federatie een be
drag van 50.000 lire, uit naam van den Duce
en een van twintigduizend lire uit naam
van de directie der partij. Ook bracht hij
eerbetoon aan de lijken der 42 reeds ge-
identificeerde slachtoffers.
De burgemeester van Ovada schatte in
zijn rapport het aantal verwoeste huizen
op 96 en het aantal door den dood getrof
fen families op 132.
Naar bevestigd wordt zou het aantal
slachtoffers te Novi de honderd niet te
boven gaan.
De minister van arbeid benoemde een
commissie teneinde een onderzoek naar de
oorzaak van de ramp in te stellen.