DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN 26ste Jaargang DINSDAG 9 JULI 1935 No. 8160 Q&£eidóche(2owïaMt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 1 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 VERLAGING VASTE LASTEN Door de indiening van het wetsontwerp tot verlaging van sommige vaste lasten en van huren is een aanvulling gegeven van de crisismaatregelen, die tot nu toe alleen hebben gegolden voor den landbouw, In de landbouwcrisis-hypotheekwet werd als motief voor verlaging der rente en aflos sing aangevoerd, dat de landbouwers steun ontvangen om hun bedrijven in stand te houden, maar dat deze steun niet bedoeld was voor houders van hypotheken. Zooals het officieel heet mag de landbouw steun „zijn. doel niet voorbijschieten". Bij het nieuwe wetsontwerp, dat de hy potheekrente tot 4 en in sommige geval len tot 4.75 pet. terugbrengt, terwijl te vens woninghuren en erfpachtcanon be nevens verschillende belastingen worden verlaagd, staat zonder meer de noodzake lijkheid van verlaging der vaste lasten voorop. De adressen van den Spaardersbond en van hypotheekbanken, die omtrent de Crisishypotheekwet voor den Landbouw bij de Tweede Kamer zijn ingediend, doen verwachten, dat er ook tegen het nieuwe wetsvoorstel tot verlaging der vaste lasten oppositie zal worden gevoerd. Wij kunnen de formuleering der ingediende bezwaren niet gelukkig achten, en meenen te mogen voorspellen, dat de indieners daarmede niet veel succes zullen hebben. In de memorie van toelichting wordt im mers nadrukkelijk vooropgesteld, dat de eigenaars en houders van hypotheken ze kere nadeelen van deze regeling zullen on dervinden. Terecht stelt de regeering zich echter op het standpunt, dat ook de bezit ters van staatsobligaties in de laatste ja ren die nadeelen hebben ondervonden, toen verschillende overheidsleeningen tot een leening met lager rente type zijn geconver teerd. De eigenaars van hypothecaire vor deringen zijn dus feitelijk voortdurend be voordeeld geweest, omdat zij niet van renteverlaging hadden te lijden, zooals voor vele andere effectenbezitters het ge val is geweest. Wanneer dan ook in de requesten tegen de ingediende wetsontwerpen er op wordt gewezen, dat groepen der bevolking na deel hiervan zullen ondervinden, kan de regeering terecht antwoorden: Maar daar om is het ontwerp juist ingediend! Wij willen de bevoordeelde positie van ver schillende groepen bezitters aantasten. De voorgestelde verlaging van rente op alle hypotheken, van erfpachtscanon en van huren zal echter, naast de nadeelen voor een betrekkelijk kleine groep van rentetrekkers, zeer groote voordeelen met zich brengen voor groote groepen der ar beidende bevolking. Het budget-onderzoek van arbeidersgezinnen in verschillende gemeenten van ons land heeft aan het licht gebracht, dat de huren een steeds grooter deel der uitgaven voor zich op- eischten, omdat het inkomen .vermindert terwijl de huren niet daalden. Bij werk- looze gezinnen in Den Haag is aan het licht gekomen, dat zij in vele gevallen een der de of een vierde van den genoten steun aan huur moeten uitgeven. Dit zijn natuurlijk uitersten, maar in meer normale gevallen zal een huurverla- ging van 20 pet. toch beteekenen, dat 3 of 4 pet. van het inkomen vrij komt voor an dere uitgaven. De eenige vraag, die hierbij naar voren komt, is of werkelijk het verkrijgen van hypotheek na afkondiging van deze wet ten moeilijker zal zijn, gelijk van de zijde der hypotheekbanken wordt beweerd. Want in dit geval zou de bouw van verdere nieuwe woningen op bezwaren stuiten, en dit zou een reusachtige werkloosheid in de bouwvakken veroorzaken, zooals die ook in 1932 heeft bestaan, toen er even eens moeilijkheden met hypotheken be stonden. Mochten deze moeilijkheden met het verkrijgen van hypotheken inderdaad aan het licht komen, dan zal de regee ring dienen in te grijpen in de toekomst en er voor moeten zorgen, dat deze hypo theken desnoods van staatswege worden verstrekt. Niet ieder mag, op grond van het voor gestelde wetsontwerp, op een zoo belang rijke huurverlaging rekenen. De huur zal worden teruggebracht, indien hiervoor aanleiding bestaat en dat wordt ge meente voor gemeente bepaald tot vier vijfden van de huur in 1931. Wanneer dus de huurprijs na 1931 reeds is verlaagd, dan zal men thans niet meer op de volle ver laging aanspraak kunnen maken. Een moeilijkheid vormen de woningen, die in 1931 nog niet gereed waren. Daarbij zal van overheidswege worden vastge steld, op aanvraag van verhuurder of huurder, wat de huur in 1931 geweest zou zijn wanneer die woningen wel hadden be staan, en wat dus de huurprijs thans maxi maal zal mogen bedragen. V Merkwaardige tegenstelling Aan het jongste wetsontwerp der regee ring, ten doel hebbende, den vaste-lasten- druk te verlichten, hebben enkele bladen gisteren reeds een korte beschouwing ge wijd. Hoe de pers er tegenover staat? Een merkwaardige tegenstelling kan men constateeren tusschen verschillende beoor- deeüngen. Wij zullen er twee onder elkaar zetten. De „Volkskrant" is van oordeel, dat de regeering met de indiening -van dit wets ontwerp „minder dan half werk" doet; die per moet er worden ingegrepen. Niet al leen de rente van een geleend bedrag moet worden verlaagd, ook de hoofdsom zelf moet men aantasten. Wat de regeering tot verlaging der vaste lasten wil doen, weten we nu. Wie daarmee tevreden zijn, wie moch ten meenen, dat daarmee voldaan is aan hetgeen gevraagd mag en moet worden, kunnen de brug der toenade ring geslagen adhten. Niet zij, die ook de hoofdsommen der schuldvorderingen wensohen te zien aangepakt. Waar is, dat in het voorloo- pig verslag over het bezuinigingsont- werp van katholieke zijde gezegd is, dat „zoo noodig" ook de hoofdsommen der schuldvorderingen zullen moeten worden aangetast, maar in onze krin gen acht men een aantasting van vaste lasten, welke de hoofdsommen onge moeid laat, ontoereikend en onbevredi gend. "Minder dan half werk is geen te sterk woord voor hetgeen de regee ring hier levert. En nu de „Telegraaf" een blad, dat in de laatste jaren heel wat zwenkingen, dan 'ns naar links en dan 'ns naar rechts, heeft gemaakt. Dit wetsontwerp gaat veel te ver volgens het blad. „E e n z ij d i g" legt het „aan de bezittende klasse" offers op! Wij antieenen aan een beschouwing van ge noemd orgaan: Wij bewonderen dit wetsontwerp al lerminst. Geheel in overeenstemming met den geest van den tijd legt men eenzijdig aan de bezittende klasse offers op. Men decreteert tegen welk percentage zij geld moet uitLeenen en belemmert haar in de vrije beschikking over haar bezit. Wij achten dit verderfelijk, want het is een illusie, dat men aldus be tere economische verhoudingen kan scheppen. Het eenige werkelijke voor deel dat kapitaal aan zijn bezitters biedt is vrijheid en beperkt men deze vrijheid, dan zal men het kapitaal zien verdwijnen. Gezien de machtsverhoudingen, die in het parlement bestaan, is het te ver wachten, dat dit ontwerp ten slotte wet zal worden. Wordt het tot wet verhe ven, dan kan het misschien de stoot zijn tot een algemeene verlaging van het, inderdaad, te hooge prijsniveau in ons land. Mocht dit nevenverschijnsel zich voordoen, dan zou dat van meer nut zijn dan alle bepalingen, die het ontwerp overigens bevat. Tusschen deze twee oordeelvellingen is wel een merkwaardige tegenstelling. Wij zijn van oordeel, dat de „TeL" de magogie pleegt, volksmisleiding mis leiding dan speciaal van het bezittende deel van het volk als het blad de voorstel ling wekt, dat de offers van dezen tijd „e e n z ij d i g" door de „bezittende klasse" moeten worden gebracht. Feit is echter, dat dit wetsontwerp in grijpt in de rechten van de bezitters door verlaging van rente en huren, om daardoor den vaste-lasten-druk te verlichten. Of er bij ongewijzigde aanneming van het wets voorstel in bepaalde gevallen niet te diep of te pijnlijk zal worden ingegrepen, kun nen wij hier nog niet beoordeelen; doch voor ons staat wèl vast, dat de lasten-verlaging voor velen, bij de aanneming van het on derhavige wetsontwerp, inderdaad van be- teekenis zal zijn. Dat het wetsontwerp „minder dan half werk" is, is oi. een dis kwalificatie, die het niet verdient. Men kan met den inhoud niet voldaan en niet tevre den zijn; maar de voorstelling, alsof deze zóó weinig zou beteekenen, is o.i. niet ge rechtvaardigd, niet overeenkomstig de wer kelijkheid. HET BEZUINIGÏNGS- ONTWERP y ONDERWIJS ER UITGELICHT. BUITENWERKINGSTELLING WAREN WET EVENEENS TERUGGENOMEN. In het eindverslag van de commissie van voorbereiding over het bezuinigingsont- werp, weergevende de resultaten van het nader schriftelijk en mondeling overleg, dat de commissie met de regeering heeft gepleegd, vinden wij het bericht bevestigd, dat de regeering zich op verzoek der com missie bereid heeft verklaard de afdeeling Onderwijs uit het ontwerp terug te nemen. Het ligt in de bedoeling van de regeering de maatregelen op onderwijsgebied, waar toe zij zonder medewerking van den wetge ver kan overgaan, zoo spoedig mogelijk te treffen. De overige maatregelen zullen in een afzonderlijk wetsontwerp worden ver vat. De regeering vertrouwt, dat dit ont werp nog in den aanvang van het volgende zittingsjaar zal kunnen worden afgedaan. Op aandrang van de commissie, die ver klaarde tegen de gevraagde machtiging tot buiten werkingstelling van de Warenwet overwegende bezwaren te hebben, heeft de regeering ook dit deel van het ontwerp te ruggenomen. De regeering wenschte haar voornemens op dit gebied echter niet prijs te geven. Zij zal ook voor dit onderdeel een afzonderlijk wetsontwerp met de meeste spoed gereed maken. Zij vertrouwt, dat de Staten-Generaal zullen bevorderen, dat dit ontwerp voor 1 Januari 1936 wet zal wor den. Wij ontleenen aan het eindverslag der commissie voor het overige nog het vol gende: Kan de regeering zoo vroeg de com missie een globaal overzicht geven van de burgerlijke betrekkingen, welke voor capitulanten beschikbaar zullen zijn? Het ligt in het aanvankelijk voornemen der regeering aldus het antwoord om, behalve een candidatenlijst voor politie personeel, waarop uiteraard in de eerste plaats zullen worden ingeschreven daar voor in aanmerking komende marechaussee en korporaals der politietroepen, de capi tulanten te splitsen naar de aard der be trekkingen. De voor hen beschikbaar gestelde func ties zouden dan als volgt kunnen worden gerubriceerd: a. betrekkingen, welke moeten worden vervuld door personen met een schoolont wikkeling, uitgaande boven die der gewone lagere school en welke personen moeten hebben gediend in de rang van onderoffi- vier, willen zij die betrekkingen naar de eisch kunnen vervullen; b. betrekkingen, welke moeten worden vervuld door personen met een schoolont wikkeling, uitgaande boven die der ge wone lagere school, doch voor welke func ties niet wordt vereischt, dat den beklee- der in den rang van onderofficier heeft ge diend; c. betrekkingen, welke moeten worden vervuld door personen, die geen hoogere schoolontwikkeling hebben dan die der ge wone lagere school, doch die ter goede vervulling der functie in den rang van onderofficier moeten hebben gediend, en d. betrekkingen, welke moeten worden vervuld door personen, die geen hoogere schoolontwikkeling hebben dan de gewone lagere school en voor welke functies het niet noodig is, dat de bekleeders in den rang van onderofficier hebben gediend. Voor elke rubriek geeft de regeering een voorbeeld: a. commies der belastingen; b. schrijver of bureelambtenaar; c. conducteur der spoorwegen, assitent der posterijen; d. brie venbesteller, bode, sluiswachter, gemeente werkman zonder bepaalde vakkennis enz. BINNENLAND De rassen-haat HOOGER ONDERWIJS IN DUITSCHLAND. Slechts voor Arische studenten. De Duitsche minister van Onderwijs, dr. B. Rust, heeft een verordening op het Hoo- ger Onderwijs uitgevaardigd, waardoor de eisch van „Arische" afstamming voor alle studenten nog eens scherp wordt gesteld. De voorwaarden, die de nat.-soc. partij voor het lidmaatschap van haar organisa ties in dit opzicht stelt, zijn thans hiermede voor het eerót in gelijken vorm op een j rijksinstelling toegepast, gelijk het „Deutsch i Nachriöhten Büro" in een telegram daar- I omtrent meldt. Dit nummer bestaat uit drie bladen. Hierbij is gevoegd een extra-nummer van vier bladen. REGELING VAN UTTVERKOOPEN Amendement-Kortenhorst inzake „Nachschieben" van artikelen Het Tweede Kamerlid, dr. Kortenhorst (R.K.), heeft een amendement ingediend op het wetsontwerp tot regeling van het uitverkoopen en opruimen in het winkel bedrijf. waarbij wordt voorgesteld, het der de lid van artikel 13 te doen vervallen. Dit lid verbiedt in een seizoenopruiming goederen te betrekken, die bij den aanvang van het daartoe aangewezen tijdvak niet tot den handelsvoorraad van de betreffen de nering behoorden. In zijn toelichting op dit amendement betoogt de heer Kortenhorst, dat dit ver bod niet alleen voor den winkelier, doch ook voor den fabrikant van mode-artike len zeer belemmerend werkt, terwijl ook de aspirant-kooper er eveneens door wordt gedupeerd. Het z.g. „Nachschieben" van artikelen in de gewone seizoenopruiming biedt voor den fabrikant een bijzondere gelegenheid goederen te doen opruimen, welke anders uit de mode zullen raken. Deze handelwijze harmonieert, aldus de heer Kortenhorst, volkomen met het ka rakter van een seizoenopruiming, welke als zuiveringsproces moet worden aange merkt. Ook de winkelier kan te voren niet weten, welke artikelen in de seizoenop ruiming bijzonder en meer dan verwacht mocht worden, in den smaak vallen van het publiek. Blijft dit verbod gehandhaafd, ook voor de gewone seizoenopruiming, dan zullen de winkelzaken haar handelsvoorraden gedurende twee maanden per jaar niet kunnen aanvullen, aangezien de seizoen opruimingen alle artikelen in de winkels plegen te omvatten. Deze stilstand zou dan tevens aanzienlijke terugslag hebben op de productie van de artikelen. Tenslotte wordt door dit verbod ook het koopend publiek benadeeld, doordat het niet in vol doende mate van de goedkoope aanbiedin gen kan profiteeren. PRODUCTIEBEPERKING VAN MAGERE KAAS Regeering zal 25 millioen k.g. magere melkpoeder koopen Onlangs heeft de regeering besloten, om een invoerrecht te leggen op dier- en visch- meel ten bedrage van 1 per 10 kg. De opbrengst hiervan wordt besteed, om 5 millioen kg. magere melkpoeder voor ge middeld 7 cents per kg. uit de markt te nemen en na denaturatie met beende ren- of lijnmeel te verkoopen als vee voeder voor een prijs van 5.70 a 5.85 cent per kg. Het „Hbld." vernam thans, dat de re geering van plan is, om deze hoeveelheid op te voeren tot 25 millioen kg. per jaar, teneinde op deze wijze de productie van magere kaas (bereid uit ondermelk) te beperken. DE HAAGSCHE „CHANTAGE"-ZAAK Op de schriftelijke vragen van het Twee de Kamerlid De Visser, in de zaak van den gewezen hoofdcommissaris van politie te 's Gravenhage, Van Sant, heeft de mi nister van justitie geantwoord, dat het strafrechterlijk onderzoek, ook na de ar bitrale uitspraak, wordt voortgezet. Tegenover den gewezen hoofdcommis saris, zal, indien op grond van het onder zoek, door den rechter-commissaris in te stellen, een gegronde verdenking van schuld aan eenig strafbaar feit moet wor den aangenomen, evenzeer worden opge treden als tegen andere verdachten. Voor toepassing van preventieve hech tenis gaven de beschikbare gegevens stel lig geen aanleiding. De regeering betreurt, dat eenzijdige pu blicaties over deze aangelegenheid heb ben plaats gehad. Het strafrechterlijk onderzoek laat intus- schen niet toe, om hetgeen in die publi caties onjuist of eenzijdig is, in het open baar te weerleggen of in het algemeen na dere mededeelingen te doen, STATISTIEK DER HYPOTHEKEN. •In de zesde aflevering van het Maand schrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn eenige gegevens opgenomen betreffende de ingeschreven en doorge haalde hypotheken in Nederland over 1934. In totaal werden in 1934 ingeschreven 63,777 hypotheken (in 1933 64.458) tot een totaal bedrag van 509.191.000 (in 1933 541.666.000) terwijl 54.723 hypotheken (in 1933 52.331) werden doorgehaald tot een bedrag van 520.707.000 (in 1933 464.537.000). In tegenstelling met vroe- VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De Katholieke Jeugdvereenigingen in Duitschland. (2de blad). BINNENLAND. De verkiezing van leden der .Eerste Kamer. (2de blad). De productiebeperking van magere kaas, (lste blad). Bekentenis van „Toon de Soep" in Os- sche misdadigersaffaire. (Gem. Bex., 3de blad). Deviezensmokkelaars uit Weert gear resteerd. (Gem. Ber., 3de blad). Effectendiefstal te Den Haag opgehel derd en electriciteits-diefstal te Rotterdam. (Gem. Ber., 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De intern, kampioenschappen te Noord- wijk aangevangen. (3de blad). gere jaren is dus over 1934 een grooter be drag doorgehaald dan ingeschreven. Van het totaal in 1934 nieuw ingeschre ven bedrag werd 66.340.000 genomen op landelijke eigendommen (in '33 63.482.000) en 431.709.000 op gebouwen (in 1933 466.313.000). De teruggang van het be drag der op landelijke eigendommen geno men hypotheken is reeds van 1928 af merk baar. Bij de verdeeling van het aantal nieuwe, hypotheken naar de hoegrootheid der schuld, blijkt, dat 54 pCt. (34.717) der hypotheken in de groep van 1000 tot f 5000 valt. Vergelijkt men de cijfers over 1934 be treffende de verdeeling der nieuw inge schreven hypotheken naar den rentevoet met die over vroegere jaren, dan vallen on middellijk de belangrijke verschuivingen op. Voor de jaren 1924 tot en met 1934 worden deze verschuivingen hieronder voor een viertal renteklassen aangegeven. Bedrag der nieuwe inschrijvingen tegen een rentevoet van: 4,5_5 5—5,5 5,5—6 6—7 in v. h. tot. aant. nieuwe inschrijv. 1924 2.65 13.55 18.03 32.71 1925 3.22 26.49 26.33 15.78 1926 11.21 47.77 9.17 6.59 1927 13.96 49.35 6.18 6.12 1928 13.22 51.26 6.06 5.76 1929 1135 41.00 17.41 5.31 1930 123 3 46.68 9.02 5.11 1931 29.04 29.19 3.87 4.27 1932 103 7 39.27 15.56 5.59 1933 25.38 36.59 335 4.38 1934 31.88 27.25 2.92 4.29 Voor meer uitvoerige bijzonderheden zij over de jaren 1918 tot en met 1927 verwe zen naar de in October 1928 verschenen Statistiek van het Gromdkrediet en over de latere jaren naar bovenvermeld Maand schrift. ARBEIDERSWONINGEN MET OVERHEIDSSTEUN. Nieuwe plannen voor 440 woningen uitgevoerd. Reeds eerder werd bericht, dat de Minis ter van Sociale Zaken aan de Inspecteurs van de Volkshuisvesting opdracht had ge geven met bekwamen spoed voorstellen in te dienen voor den bouw van arbeiders woningen met lage huur. Deze nieuw te bouwen woningen zouden ten deele met een bijdrage, ten deele zon der steun van overheidswege worden ge ëxploiteerd. Naar wij vernemen is thans andermaal tot de uitvoering van verschillende bouw plannen nu in totaal omvattende rond 440 woningen, besloten. Deze bouw zal aan rijksvoorschotten een bedrag van rond 1.000.000.eisohen. In deze lijst komen o.a. voor de gemeen ten Deventer, met 140 woningen, Helmond met 134 woningen en Maastricht met 130 woningen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1