DINSDAG 2 JULI 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD. - PAG. 6 BINNENLAND DE EGMONDER BENEDICTIJNEN- PRIORÏ 1 Schijnt, dat velen in de meening ver- keeren, dat, nu de Priory der Benedictij nen te Egmond-binnen is ingewijd, de ge legenheid tot bezichtiging van het zeer be zienswaardige gebouw is afgesloten. Die meening is evenwel onjuist, De Prio ry is in ieder geval nog gedurende Juli op de Zaterdagmiddagen en de Zondagen voor alle belangstellenden te bezichtigen. Niet tot de bezienswaardigheden, maar wel tot de belangrijkenheden behoort een busje, waarin plaats is voor giften, be scheiden en groote giften, voor den verde ren bouw. De Priory is nog maar het begin Er moet een grootsche en glorieuze Abdij komen. En het verlangen van heel Katho liek Nederland om de inwijding van die Abdij nog te mogen beleven, zal alleen in vervulling kunnen gaan als men bedenken wil, dat de eerbiedwekkend groote mas sa steenen, die voor den bouw noodig zul len zijn, alleen door eensgezinden en alge- meenen offerzin zal kunnen worden op gestapeld. INDEELING DIENSTPLICHTIGEN LICHTING 1936 Wenschen betreffende inlijving De ingeschrevenen voor den dienstplicht voor de lichting 1936, die hun wenschen met betrekking tot de inliijving niet reeds bij de keuring hebben opgegeven, of die iets anders zouden wenschen dan zij toen hebben medegedeeld, hebben tot 15 Juli 1935 gelegenheid, hun voorkeur op te ge ven aan den commandant van het indee- lingsdistrict (Zij, die in de gemeente 'sGravenhage voor den dienstplicht zijn ingeschreven, moeten hun voorkeur opge ven aan den commandant van het Indee- lingsdistrict ,,'s Gravenhage", Raamweg lb te 'sGravenhage. Het verdient in het al gemeen aanbeveling dit schriftelijk te doen), of ter secretarie van de gemeente waar zij voor den dienstplicht zijn inge schreven (in de gemeente 's Gravenhage aan de Afdeeling Militaire Zaken, Kerk plein no. 3). Deze voorkeur kan betreffen zoowel de indeeling bij de zeemacht of bij een be paald korps, als het garnizoen, den tijd van opkomst en de opleiding tot officier of onderofficier. Voor sommige gevallen zijn bij de keu ring bijzondere aanwijzingen verstrekt om trent de wijze van aanmelding. Voor deze gevallen moeten die bijzondere aanwijzin gen stipt worden opgevolgd, ook al wijken zij af van hetgeen hierboven is te kennen gegeven. De hier bedoelde bijzondere aan wijzingen hebben voornamelijk betrekking op vervoegde inlijving, indeeling bij den motordienst en opleiding tot reserve-offi cier-vlieger of reserve-officier-waarnemer bij de luchtvaartafdeeling. Belanghebbenden behooren er rekening mede te houden, dat niet aan ieders wen schen kan worden voldaan. HET NEDERLANDS CHE ROODE KRUIS. Heden werd door H. K. H. Prinses Ju liana in 't gebouw van het Hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis aan den afgetreden Kringcommissaris in Noord- Holland Noord, mr. A. M. Ledeboer, de hem bij Koninklijk Besluit van 3 Juni j.l. toe gekende medaille van het Roode Kruis uit gereikt. Deze uitreiking geschiedde ten overstaan van het Dagelijksch Bestuur van het Nederlandsche Roode Kruis, van den nieuwen Kringcommissaris in Noord-Hol land Noord, jhr. mr. F. H. van Kinschot, burgemeester van Alkmaar en van mr. L. V. Ledeboer, zoon van den afgetreden functionaris. De Prinses herdacht daarbij met waar- deerende woorden de belangrijke diensten door den heer Ledeboer gedurende een reeks van jaren aan het Nederlandsche Roode Kruis bewezen. KON. NEDERLANDSCHE MIDDEN STANDSBOND. De Koninklijke Nederlandsche Midden standsbond geniet thans gastvrijheid te Apeldoorn voor het houden van zijn alge- meene Bondsvergadering op heden en zijn 32e Nationaal Middenstandscongres, welk congres morgen wordt gehouden en geheel gewijd zal zijn aan het onderwerp: „Mo derne bedrijfsvoering voor den midden stand". HYPOTHEEKRENTE GELIMITEERD. Naar „De Standaard" verneemt, is een wetsontwerp in voorbereiding en reeds den Raad van State gepasseerd, waarbij de rente van pandbrieven zal worden be perkt tot 4 pet. en de rente van vorderin gen onder hypothecair verband tot 4% Bij informatie te officieeier plaatse deel de men ons mede aldus het „Hbld." dat een dergelijk ontwerp zich in verge vorderden staat van voorbereiding be vindt. Over de hoogte der eventueele ren tepercentages wilde men zich niet uitla ten. VERSCH SPEK. De Nederlandsche Veehouderijcentrale maakt bekend, dat gedurende de week van 1 tót en met 6 Juli, de inneming van versch spek zal geschieden tegen dezelfde voor waarden en prijzen als die, welke gegol den hebben in de week van 24 tot en met G9 .Ti mi i_L HAAGSCHE „CHANTAGE"-ZAAK. Met de uitspraak van de arbitrage-com missie in de zaak van den Haagschen ex- hoofdcommissaris v. 't S., is de kwestie nog niet geheel ten einde gekomen. Civiel rechtelijk is zij tusschen de familie Vreden- burch en den heer S. bij overeenkomst be slecht strafrechtelijk echter behoeft zij daarmee nog niet afgeloopen te zijn. Het is thans aan den minister van Jus titie om te beslissen, of deze zaak nog strafrechtelijk zal behandeld worden. Volgens de „Telegraaf' heeft de heer Van Sasse van Ysselt, die zonder genade de fei ten heeft onderzocht, een rechterlijke in structie grondig voorbereid. Daarbij kwani, dat de procureur-generaal mr. Brandts en de advocaat-generaal mr. De Visser in de gelegenheid waren de verhooren bij te wo nen. Hun dossiers zijn aan den minister van Justitie ter hand gesteld, die thans overweegt, wat hem te doen staat. Het is te verwachten dat diens beslising nu in den kortst mogelijken tijd zal worden ge nomen. De verdediging van den heer S. komt volgens het blad hierop neer: Waar het om gaat is de vraag of ooit een vrouw met zulke beweringen bij den heer v. 't S. is gekomen. De verdediger van den heer v. 't S., jhr. mr. De Brauw, meent dat uit de omstan digheden voldoende blijkt, dat het verhaal van den H. C. niet geheel verzonnen kon zijn. In elk geval zou men, om aan te too- nen dat het verhaal verzonnen was, met deugdelijker argumenten moeten komen dan het feit, dat thans geen vrouw, die Elisabeth le Roi heet, meer te ontdekken valt, dat zij niet te Berlijn is getrouwd en dat zij niet per Hamburg-Amerikalijn is vertrokken. Verder beriep de verdediger er zich op, dat men vijf jaar na het gebeurde zich niet alles meer in bijzonderheden kan herinne ren en dat daarom de voorstelling van den heer Van 't S. op onbelangrijke punten moest afwijken van die van anderen. Voor den H. C. was met de uitbetaling de kwes tie afgeloopen. Verder wees de verdediger op de reputatie en bekendheid van den heer van 't S. Indien jhr. van Vredenburch het verhaal van den heer v. 't S. in twijfel had willen trekken, dan had hij dat voor de uitbetaling moeten doen. Toen waren alle bewijzen aanwezig. De heer v. 't S. was noch in dienst van jhr. Van Vredenburch noch was hij door hem met eenig beheer belast. Hij handelde belangeloos en wilde uitsluitend de familie Van Vredenburch van dienst zijn. Hij heeft alle bescheiden vernietigd, omdat hij van meening was, dat men hem vertrouwde. Daarom heeft hij ook geen kwitanties overgelegd. Rekening en ver antwoording kon van hem niet worden ge vorderd. Nadat aan de vrouw in kwestie alle bedragen waren uitbetaald, vergoedde jhr. van Vredenburch den H. C. zijn ge maakte kosten. Uit deze handelwijze blijkt, dat de familie Van Vredenburch met de gevolgde gedragslijn accoord ging en zij kan daarom in billijkheid niet na 5 jaar een verantwoording verlangen. Men meldt ons uit 's-Gravenhage: In aansluiting op het reeds gepubliceerde bericht betreffende de uitspraak van de ar bitrage-commissie in het geschil tusschen de familie van Vredenburch en den gewe zen hoofdcommissaris van politie, den heer F. van 't Sant, kunnen wij nog het volgen de mededeelen: De familie van Vredenburch had hare primaire vordering ingesteld op den grond slag, dat de heer van 't Sant door een sa menweefsel van verdichtsels Jhr. J. van Vredenburch heeft bewogen om hem, van 't Sant, onverschuldigd te verstrekken be dragen van tezamen ƒ47.585.daarnaast was subsidiair gevorderd veroordeel ing tot rekening en verantwoording van voormel de bedragen, in dier voege, dat hij ten ge noegen van scheidslieden zal hebben aan te toonen, dat die bedragen zijn uitgekeerd aan de vrouw met wie jhr. C. van Vreden burch een verhouding heeft gehad en dat uit die verhouding een kind is geboren; ge heel subsidiair veroordeeling tot schade vergoeding wegens het niet behoorlijk vol voeren en hét plegen van verzuimen bij den opgedragen en aangenomen last. Ten aanzien van de primaire vordering hebben scheidslieden o.m. overwogen, dat noch uit de verklaringen der ten dezen ge hoorde getuigen, noch uit de ten processe geproduceerde bewijsstukken is gebleken, dat de beweringen van partij van 't Sant, waardoor genoemde jhr. J. van Vreden burch bewogen werd, zooals tusschen par tijen in confesse is, om voormelde bedra gen in het bezit van partij van 't Sant te stellen, door dezen opzettelijk in strijd met de waarheid waren gedaan; dat toch hier van uit die bewijsmiddelen niets is geble ken ten ware men met de twee schrift kundigen van Ledden Hulsebosch en Schrijver zou moeten aannemen, dat de be doelde handteekening (dat is de handtee- kening E. le Roi voorkomen onder een door partij van 't Sant opgemaakt proces verbaal, waarin de daarin genoemde vrouw verklaart over haar verhouding tot jhr. C. van Vredenburch en over de ontvangst door haar van partij van 't Sant van een geldsom onder afstand van alle verdere aanspraken) „is een nagemaakte en wel eens gezet door partij van 't Sant; dat echter tegenover dat deskundig rapport staat in de eerste plaats het door den schriftkundige dr. Duif er uitgebracht des kundig rapport en verder dat, hetwelk door den schriftkundige van Wageningh daar over is uitgebracht, vermits deze beide des kundigen tot eene geheel tegenoverge stelde conclusie zijn gekomen en wel tot deze, dat meer gezegde handteekening niet is een nagemaakte en dat zij ook niet is gezet door pairtij van 't Sant; dat scheidslie den vermeenen, dat in een geval als het on- derwerpelijke het wetenschappelijk oordeel van een der categorieën van deskundigen" (en wel dat van de eerstgenoemde) „zal hebben te wijken voor de van elders ge bleken feiten, dat immens door drie getui genverklaringen (te weten de te voren ver melde verklaringen van drie onder eede gehoorde getuigen) „in haar onderling ver band en samenhang beschouwd het is aan nemelijk gemaakt, dat kort voor en kort na den dood van den gezant een blonde dame heeft bestaan tot welke die gezant in eeni- ge verhouding stond en met wie partij van 't Sant financieele relatie had, zooals door dezen wordt beweerd, dat wij daarom met de deskundigen Dulfer en van Wageningh van oordeel zijn, dat het zoogenaamd ambtseedig proces-verbaal van partij van 't Sant is mede onderteekend door een per soon, die zich uitgaf voor E. le Roi en die beweerde een brief te hebben van wijlen den gezant van Vredenburch, waaruit zoude blijken, dat deze de vader was van haar kind H,; dat door die beslissing wegvalt het eenig bewijsmiddel waardoor de ge grondheid van de primaire vordering van den eischer zoude kunnen zijn bewezen en daarom hem diens primaire vordering als ongegrond behoort te worden ontzegd". Ten aanzien van de subsidiaire vordering hebben scheidslieden om. overwogen, „dat die reken plicht van partij van t Sant zich echter niet zoover uitstrekt, dat hij, zoo als de eischer ook nog beweert, te zijner ontlasting niet alleen zoude hebben aan te toonen, dat hij de voormelde bedragen heeft afgedragen aan een vrouw, die zich E. le Roi noemde en zeide in een intieme relatie tot genoemden gezant te hebben ge staan met het gevolg, dat daaruit een kind was geboren, maar bovendien, dat die re latie werkelijk had bestaan en daaruit werkelijk dat kind was geboren; dat toch van dezen be wijsplicht des verweerders ten processe niets is gebleken, zijnde toch enkel en alleen gebleken, dat partij van 't Sant financieel had te bevredigen te Brussel een vrouw, die zich E. le Roi noem de en beweerde de maitresse van genoemde gezant te zijn geweest en vaoi dezen een kind H. te hebben; dat al was uit het con tract van lastgeving voor partij van 't Sant de verplichting ontstaan aan partij van Vredenburch rekening en verantwoording te doen, daaruit dan nog niet zou gevolgd zijn de verplichting om die rekening en verantwoording, als hij ze reeds buiten, rechte naar behooren zou hebben gedaan, nog eens te onzen overstaan te doen; dat wij dan van oordeel zijn, dat partij van 't Sant reeds naar behooren aan dien reken- plicht heeft voldaan voor dat deze zaak voor ons werd aanhangig gemaakt, dat in het onderwerpel ij ke geval te meer met de onderhandsche rekening en verantwoording van partij van 't Sant genoegen dient te worden genomen, omdat jhr. J. vain Vre denburch door hem die ,585 gulden per slot van rekening uit te betalen dezen in den waan heeft gebracht, dat daardoor deze zaak was uit de wereld en daardoor deze toen er toe is gekomen alle daarop betrek king hebben de bescheiden, die hij «bezat, te vernietigen, zooals ons ook nog een ge tuige onder eede heeft verklaard, zoodat hij thans niet meer in staat is deze reke- nig en verantwoording met bewijsstukken te staven". De geheel subsidiaire vordering berustte op beweerde tekortkomingen van partij van 't Sant, hierop neerkomende, dat hij in gebreke is gebleven, aan te toonen, waar de z,g. E. le Roi, verblijf hield en dat dien tengevolge haar identiteit niet is komen vast te staan en dat van andere omtrent haar en haar zoontje medegedeelde feiten niets is kunnen blijken. Te dien aanzien overwogen scheidslieden, dat hoewel de juistheid van deze beweringen van partij van 't Sant door de daarnaar door partij van Vredenburch gedane nasporingen niet is kunnen worden bevestigd en partij van 't Sant zijnerzijds die ook niet heeft kun nen aantoonen, waardoor het wantrouwen van partij van Vredenburch jegens hem begrijpelijkerwijs is opgewekt geworden en deze daarin aanleiding heeft gevonden tot dit proces, daar nog niet uit volgt dat bedoelde van een hoofdcommissaris van politie allerminst goed te keuren behande ling van zaken ook in aangelegenheden, die niet in den eigenlijken zin van 't woord behooren tot zijn ambtelijke taak, ople vert opzet of verzuim bij de uitvoering van den hem opgedragen last, daar toch in elk geval niet is aangetoond, dat hij aan de zich E. le Roi noemende vrouw niet heeft afgedragen het geld, dat hij haar ingevol ge dien last had af te dragen en daaren tegen vast staat, dat deze heeft nagelaten te maken het schandaal, dat men van haar vreesde, hebbende daarentegen jhr. J. van Vredenburch het ook aan zichzelve te wij ten, dat bedoelde beweringen zonder aan voering van behoorlijke gronden door partij van 't Sant zijn kunnen gedaan wor den door bij het dóen van betalingen aan hem niet de overlegging van bewijsstukken of hèt verstrekken van nadere uitleggin gen te vragen. Het dictum luidt: Ontzeggen aan den eischer zijn primai re en geheel subsidiaire vordering als on gegrond en verklaren hem in zijn subsi diaire vordering niet ontvankelijk Ver- oordeelen hem in de kosten van het ge ding. Ned. R. K. Bond van Sehoenwinkeliers- en Patroons. In de Graanbeurs te Breda is de jaar vergadering van den Nederlandschen R. K. Bond van Schoenwinkeliers en Patroons geopenid met een rede van den voorzitter, den heer J. A. Schlaghoecke uit Arnhem. Daarna sprak de heer H. H. Bergers uit Utrecht, die zeide, dat 14.000 gezinnen de grootste armoede nabij zijn, doordat steun van regeering en regeeringscontact-commis- saris is uitgebleven. De enorme concurren tie van warenhuizen en groote winkelbe? drijven, het stellen van eigen winkels van schoenfabrikanten, de invoer van slechte buitenlandsche productie en niet minder de fabricage van slechte goederen in het eigen land, dit alles aldus spr. heeft ertoe bijgedragen, dat de artikelen, welke de winkelier verkoopt, centen-artikelen zijn geworden. Er zijn Rijks- en Gemeente-ambtenaren, die naast hun vaste betrekking nog een schoenmakerij hebben. Men draagt veel rubber schoenen en zoo zijn er tal van om standigheden, die een noodtoestand in het leven hebben gegroepen. De Bond vraagt daarom een bindende regeling van concur rent ievorim en, vestigingseischen, verbod van het uitoefenen van het bedrijf door Rijks- en Gemeente-ambtenaren en door fabrieksarbeiders na den gestelden arbeids tijd. Vervolgens werd medegedeeld, dat Ven- ray en Voorburg tot den Bond zijn toege treden. Na langdurige besprekingen werd de begrooting voor 1935 aangenomen. Na de pauze werden de voorstellen der afdeelingen behandeld. Zoo kwam aan de orde een voorstel-Alkmaar om te geraken tot het laten fabriceeren van prima crou- pons en ze beschikbaar te stellen via den leerhandel, uitsluitend aan de leden van de drie bonden. Deze kwestie werd naar een commissie verwezen. De afdeeling Amster dam kwam met een voorstel, volgens het welk het hoofdbestuur zelf regelingen ten aanzien van minimumprijzen en vestigings eischen bij den Minister van Economische Zaken ter bindendverklaring zou voorleg gen, indien de Centrale H.L.S. niets voor de schoenmakers doet. Besloten werd bij de Centrale nogmaals met klem op ingrij pen aan te dringen. Helmond verzocht het hoofdbestuur, zijn invloed aan te wenden bij de R. K. Staatspartij, met het doel, wij ziging van de houding der regeering ten opzichte van de Centrale H.L.S. te berei ken. Het Hoofdbestuur deelde mede, dat reeds in 1934 stappen zijn gedaan en niet zonder succes, dank zij de bemiddeling van de Hanze. Na bespreking van tal van zaken van in ternen aard werd de vergadering verdaagd. Een bezoek aan de Vaktentoonstelling en e>en gemeenschappelijke maaltijd besloot den dag. Fruit naar DuitschlancL Voor de Nederlandsche Groenten en Fruitcentrale werd bepaald dat: Kersen tot volle 100 pet. mogen worden geëxporteerd naar Duitschland tegen een ten hoogste te factureeren bedrag van 24 of R.M. 40 per 100 K.G. Van aardbeien mag tot nader orde 50 pet. naar dat land geëxporteerd worden, maxi male vergoeding hiervoor is 24 of R.M. 40 per 100 K.G. Voor beide fruitsoorten bestaat het recht van betaling over de clearing. BENOEMINGEN. In het bisdom Haarlem. Z.H.Exc. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd: tot kapelaan teHillegom (H. Martinus) den weleerw. heer J. Voortwist; tot kapelaan te Uitgeest den weléerw. heer A. N. Duinisveld; tot kapelaan te Nootdorp den weleerw. heer B. J. Drost; tot kapelaan te Roelofarendsveen den weleerw. heer J. H. D. Hofstede; tot kape laan te Boskoop den weleerw. heer S. Stroek; tot kapelaan te Hoorn den wel eerw. heer H. Bakker; tot kapelaan te Goes den weleerw. heer B. D. Koopman; tot kapelaan te Achthuizen den weleerw. heer S. J. M. Broersen, thans kapelaan te Bleis- wijk. SINT WILLIBRORDUS-KERK TE HULST BASILIEK. In den laten middag van gisteren heeft Z. H. Exc. Mr. P. Hopmans, Bisschop van Breda, die te Hulst vertoeft in verband met de wijding van een kapel, welke morgen zal geschieden, bekend gemaakt, dat het Paus Pius XI behaagd heeft de Sint Wil- librorduskerk te Hulst tot basiliek te ver heffen. Dit is de vijfde katholieke kerk in ons land, welke deze hooge onderscheiding ten deel valt. De vier andere kerkep, welke tot basi liek zijn verheven, zijn de Sint Jan te Den Bosch, de Sint Pieter te Oudenbosch, de Onze Lieve Vrouwekerk te Maastricht en de Onze Lieve Vrouwe van het Heilig Hart te Sittard. De St. Willibrorduskerk is vele eeuwen oud en is korten tijd geleden gerestaureerd. Verder heeft de Bisschop mededeeling gedaan, dat de Hoogeerwaarde Heer De ken P. Rops, is benoemd tot eere-kanunnik in het Kapittel van Breda, en voorts, dat de heer Richard Wilkins, lid van het R. K. Kerkbestuur is begiftigd met de Sint Gre- gorius-orde. De parochiekerk van den H. Willibrordus te Hulst is een zeer interessant gothisch bouwwerk van ouden datum. De kerk werd reeds in 1270 genoemd, doch vier maal brandde zij af: in 1468, in 1562, in 1663, en in 1876, zoodat van den oorspron- kelijken dertiende eeuwschen bouw thans slechts het transept en de voet van den daarop staanden toren is overgebleven. Het nieuwe koor dateert van 1462, toen door meester Everaert met Reinier van Ympeghem gebouwd. De torenspits is een bouwwerk van Ber- nardus Maas uit Aelst en werd gebouwd in 1668. Na den laatsten brand in 1876 werd door bemiddeling van de Rijksadviseur voor Monumenten een Rijkssubsidie toege staan, waarmede volgens de plannen van Dr. Cuypers de toren, naar 't geraamte van 1666 in 187678 werd gerestaureerd. De toren is nu 86 meter hoog. Volgens gissing van Jan Kalf in „De Katholieke Kerken van Nederland" zijn als bouwmeesters te beschouwen Herman en Dominicus de Waghemakere, die samen een groot aan deel hebben gehad in den bouw van de beroemde kathedraal van Antwerpen, ter wijl Herman Voorts o.a. de St. Jacobs- kerk en het Vleeschhuis daar ontwierp. De kerk van Hulst vertegenwoordigt een der hoogtepunten der Nederlandsche bouw kunst. Zij behoort volgens kenners tot de meest grootsch aangelegde van ons land. De kerk is Ngeheel opgetrokken van berg steen en met steenen gewelven overkluisd, behalve in de middenbeuk van het schip, waar de gewelven nimmer zijn gereed ge komen en die daarom nog steeds met een vlakke houten zoldering gedekt is. Tot voor kort was dit vorstelijk gebouw tevens een merkwaardigheid in den lande, omdat zij als simultaan-kerk half in ge bruik was voor den Katholieken, half voor den Hervormden Eeredienst. Het schip be hoorde aan de Nederduitsch Hervormde Kerk. Transept en koor dienden tot Katho liek kerkgebouw. Wel is de kerk in haar geheel in 1645, toen de stad aan de Staten overging, aan de Katholieken ontnomen voor den Hervormden Eeredienst, maar in 1806 stemden de Hervormden op „beleefd verzoek" van Napoleon erin toe hét Oos telijk deel aan de Katholieken af te staan. Op 25 October 1929 is ten overstaan van .i en ln tegenwoordigheid v&n Deken Rops, dominé Hermanides, bur gemeester Truffino, Ernest Wilking, Jan Hoogerhuis en een tweetal getuigen ten stadhuize een acte gepasseerd, waarbij het schip der St. Willibrorduskerk door de Ne- derlandsch Hervormde Gemeente voor een bedrag van 120.000 gulden werd overge dragen aan het Kerkbestuur der Parochie Sint Willibrordus. Pater Meth. Mulder. De Zeereerwaarde Pater Methodius Mul der O.F.M., vroeger kapelaan in de Har- tebrugskerk, is van het klooster Alverna (Gld.) verplaatst naar het klooster te Nieuwe Niedorp (N.-H.). Ik heb je gister voor rhinoceros uitgeschol den, dat neem ik terug, want ik heb gehoord dat zoo'n beest kost baar is. (11 Travaso) 91. Drein Drentel en Piet Prikkel liepen overal als wil demannen rond. Ze zagen geen kans om van die twee pot ten af te komen, die over hun hoofden knelden. En er was ook niemand die hen kon helpen. Iedereen die de beide schrikwekkende gedaanten zag aankomen, ging haastig op de vlucht. 92, Eindelijk was het de kok van het eethuis, die zich over Plet ên Drein ontfermde. Hij haalde een stevlgen hakbijl voor den dag en ging naar buiten. „Kom hier!", beval hij tegen de twee ongelukkigen. Drein en Piet kwamen naderbij en nu hakte de kok de beide potten met de bijl in stukken. Zoo konden ze gélukkig weer vrij rondloopen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 6