MAANDAG 17 JUNI 1935 No. 8142 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN VOORNAAMSTE NIEUWS 26ste Jaargang DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 l GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: f 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. De clearing Nederland- DuitschJand. n. Critici van de clearing-overeenkomst cijferen te veel de andere posten van de clearing weg. Natuurlijk is stimuleering van den nieuwen export primair; maar het bin nenkomen van de oude vorderingen in zake vroeger geleverde waren, kan toch zijn gunstigen invloed op het bedrijfsleven niet missen. Het zijn gelden, die aan expor teurs toebehooren; exporteurs zijn over het algemeen menschen, die telkens weer naar nieuwe kansen en nieuwe mogelijkheden zoeken, zoodat, indien zij de beschikking krijgen over bevroren geld, him activiteit wordt vergroot. Maar ook de ontvangers van rente en andere vorderingen op Duitschland blijven dit geld niet vasthouden. Het is echter bij deze categorie moeilijker om de bestem ming van deze gelden te formuleeren. Som migen bergen het op in de safe, anderen koopen er nieuwe papieren voor, weer an deren storten het op de spaarbank of op de giro. Natuurlijk zullen er verschillende on misbare dingen voor worden gekocht, wat aan den middenstand ten goede *komt. De verrekening van Indische exporten naar Duitschland heeft eveneens een weer omstuit op ons economisch leven. Wij kunnen Tropisch-Nederland niet uitsluiten, daar het een deel vormt van ons land. Het streven van verschillende belanghebbenden om Indië buiten de clearing te stellen, moet ten sterkste worden afgekeurd. Doch afge zien daarvan beteekent een betere econo mische conjunctuur in Indië meerdere be drijvigheid in ons land. Verlofgangers gaan meer verteren; de stroom van verlofgan gers stijgt bovendien. Aandeelen van cul tuur-ondernomingen stijgen en een betere beurs is van groote psychologische waarde. Vracht- en assurantiepenningen worden in toenemende mate verdiend; er zou zelfs weer een opleving in de scheepsbouw kun nen ontstaan met zijn sterk werkverrui- mende gevolgen. Bovendien heeft een op levende energie vraag naar kapitaalsgoe deren tengevolge, en kapitaalgoederen zul len hoofdzakelijk uit het Westen worden betrokken, niet uit Japan. De verhouding met Duitschland moet beter worden. Het moet maar eens geëin digd zijn met al dat onbillijke „Gehetz", waardoor de regeeringsonderhandelingen onnoodig bemoeilijkt worden. Zeker, Duitschland komt zijn volle schuldver plichtingen niet na, maar het land betaalt toch altijd nog! Het zou beter kunnen zijn, maar wij moeten een open oog hebben voor de realiteit. Onze Oostelijke buur heeft met reusachtige moeilijkheden te kampen en binnen die moeilijkheden doet het zijn best, om zijn plaats in het con cert der naties in te nemén, zoo goed als het kan, de vredeslijn te houden, zijn economi sche leven voor ondergang te behoeden, en daarbij ook ten deele aan -zyn verplichtin gen te voldoen. Er moet een weg te vinden zijn, om tot een samenwerking te komen. Wij hebben te veel toekomstbelangen gemeen. Wij zijn economisch te afhankelijk van elkan der en een definitieve verwijdering kan voor geen der partijen voordeelig zijn. De tijdelijke moeilijkheden mogen de perma nente samenwerking niet onmogelijk ma ken. Wij hebben een gezamenlijke taak in het Verre Oosten te vervullen. Duitschland heeft nét als wij een bevolkingssurplus, dat emigreeren moet. Beide landen heb ben belang bij afzet-verruiming; in vele opzichten vullen wij elkander economisch aan, al lijkt dit momenteel anders. Wanneer Duitschland zich weer industrieel kan gaan richten, zal het land dankbaar zijn, om in onze dreven een agrarisch centrum te vinden, dat het land van het noodige zal kunnen voorzien. Verschillende industriee- -le producten kunnen het best te onzent worden geproduceerd, andere daarentegen door Duitschland. Wij vormen de monding- gebieden van belangrijke Europeesche stroomen, die voor het grootste gedeelte op Duitsch territoir him middenloop hebben. Er komt een groeiend besef, dat de me thode van werken, teneinde een oplossing te krijgen der bestaande incidenteele moei lijkheden, niet deugt. Gezocht wordt naar een andere methode, welke beter zal kun nen bevredigen. IN EEN KRANT, DIE WORDT GE LEZEN, DIE THUIS VAN HAND TOT HAND GAAT, HEEFT UW ADVERTEN TIE WAARDE. Tegen Cumulatie Zooals reeds medegedeeld, is ingediend een wetsontwerp inzake vereenvoudiging en uitbreiding der maatregelen tegen cu mulatie van inkomens en pensioenen. In de memorie van toelichting zegt de regeering, dat er in de laatste jaren een stijgende ontstemming valt waar te nemen tegen het gelijtijdig genot van inkomsten uit verschillende overheidskassen door één persoon of door meer leden van één gezin. Hoewel die ontstemming in verband met de heerschende werkloosheid is te begrijpen, is de critiek op de cumulatie van inkom sten niet altijd gerechtvaardigd. De arti kelen 67 en 69 der Pensioenwet 1922 de Pensioenwetten- voor de Zee- en Land macht en voor de Spoorwegambtenaren bevatten overeenkomstige bepalingen grijpen ten deze reeds zeer sterk in. Het wetsontwerp bevat een wijziging en aanvulling van de pensioenwet 1922, van de wet van 28 Mei 1925, van de gemeentewet, van de Provinciale Wet, van de wet van 30 Juni 1923 en van de wet van 17 Juli 1923. Wethouders en leden van Ged. Staten. Ingrijpend is de wijziging ten aanzien van de uitkeering aan wethouders en leden van Gedeputeerde Staten na hun aftreden. Tot dusver liet de wet vrijheid aan een wethouder of Gedeputeerde bij zijn aftre den pensioen toe te kennen, zoodat b.v. een 35-jarige wethouder, na jaren zijn functie bekleed te hebben, voor de rest van zijn leven pensioen kon genieten. Dit wordt thans anders. Aan een wethouder of Gedeputeerde zal na de inwerkingtreding van deze wet (als datum denkt de regeering zich 1 October 1935), als hij den leeftijd van 65 jaar nog niet heeft bereikt bij zijn aftreden, geen pensioen meer kunnen worden toegekend, doch slechts een afloopend wachtgeld ge durende ten hoogste drie jaren. Het eerste jaar zal dit wachtgeld maximaal 75 pro cent van de wedde, het tweede jaar 50 en het derde jaar 25 procent kunnen zijn. Het wachtgeld zal vervallen zoodra de gewezen wethouder of Gedeputeerde in de termen valt om ouderdomspensioen te krijgen, m.a. w. zoodra hij 65 jaar wordt. Het. pensioen mag hoogstens 50 pet. der gewone wedde bedragen. (Deze bepalingen komen ongeveer over een met die, welke sedert de laatste jaren in Leiden gelden). Beperkende bepalingen zijn voorts voor gesteld om cumulatie van wethouders- of gedeputeerdenpensioen met ander pen sioen of van wachtgeld als wethouder of gedelegeerde met andere inkomsten uit openbare betrekkingen tegen te gaan. Voorts bevat het ontwerp bepalingen, die de reeds bestaande cumulatie-beperkingen verscherpen. Een gepensionneerd ambtenaar (ambte naar in den ruimen zin van de Pensioen wet gerekend), die na zijn pensionneering een openbaar af politiek ambt gaat beklee- den, kan als dit ontwerp wet wordt, uit zijn pensioen en zijn nieuwe wedde in to taal niet meer vergoeding trekken dan zijn laatstgenoten wedde bedroeg. Onder poli tiek ambt moet in dit verband verstaan worden de functie van gedeputeerde of wethouder. Ook de cumulatie van pensioenen we gens het bekleed hebben van politieke functies (ministerspensioenen b.v.) met an dere pensioenen wordt door het nieuwe ontwerp verder beperkt. Kamerleden. Voorts is de regeering van meening, dat de uitzonderingspositie, die thans bestaat voor de non-activiteitswedden van hen, die lid zijn van een der Kamers van de Staten Generaal, in verband met de tegenwoor dige tijdsomstandigheden niet langer te handhaven is. De Regeering stelt daarom voor om de werking van deze uitzonde ringsbepalingen te beperken tot den duur der loopende zittingsperiode. De uitzonderingsbepaling kwam hierop neer, dat art. 4 der wet van 17 Juli 1923 (staatsblad no. 364) buiten werking gesteld werd voor hen, die bij het in werking tre den dier wet in het genot waren van een verloftraktement of non-activiteitswedde, hun toegekend voor den duur van het Ka merlidmaatschap, hooger damde ingevolge die wet hun toekomende non-activiteits wedde. Overgangsbepalingen. Het wetsontwerp bevat voorts nog een aantal overgangsbepalingen. Zoo wordt bepaald, dat de nieuw voorge stelde redactie van de pensioenwet niet zal gelden ten aanzien van de vóór 1 October 1935 gepensiomneerden, die voor dien datum het wethouderschap of het lidmaatschap van Ged. Staten hebben aanvaard. Protest vergadering van katholieke onderwijzers In de groote zaal van den Dierentuin te 's-Gravenlhage is gisteren een drukbezocht congres gehouden, dat georganiseerd was door het Katholieke Onderwijzers Verbond naar aanleiding van de voorstellen der Re geering tot bezuiniging op het onderwijs. De voorzitter, de heer W. Wiltschut, uit Arnhem, opende het congres met woorden van welkom en zeide, dat de alarmklok wordt geluid voor het gevaar, dat voor de onderwijzers dreigt. Nog nooit aldus spr. is over eenig wetsontwerp een voor- loopig verslag verschenen, dat zoozeer onze wenschen en verlangens tot uiting brengt als het v.v. inzake het beziuinigingsontwerp. Dit congres toone den onverzettelijken wil om niet de caricatuur van den „kweekeling met akte" te aanvaarden. (Applaus). De vice-voorzitter, de heer van den Berg, zeide, dat de opkomst zóó groot was ge bleken, dat maatregelen moesten worden genomen om in de nevenzalen de hoorders door middel van luidsprekers op de hoog te te houden. Spr. heette in het bijzonder welkom de aanwezige Kamerleden, inspecteurs, leden van het schooltoezicht en vertegenwoor digers van M.O., N.O., en M.U.L.O., het Kath. Onderwijzersverbond in Indië, den Bond voor Groote Gezinnen e.a. De heer Wiltschut, daarna weder het woord verkrijgend om een inleiding te houden over de bezuinigingsvoorstellen, noemde dit wetsontwerp zóó diep ingrij pend voor het komende onderwijs en zóó beslissend voor de toekomstpositie der on derwijzers, dat het noodzakelijk is, dat dit congres van de Nederlandsohe R. K. onder wijzers daartegen stelling neemt. Wij hebben begrepen, dat de crisis offers eischt, doch dit ontwerp gaat te vèr. De aanpassingspolitiek van onze Regeering, welke geleid heeft tot dit 78-millioen-be- zuinigingsplan, brengt ons in cirkelgang tot steeds grootere ellende, tot een afglij den naar steeds lager niveau. Door salaris- korting, pensioenkorting en opheffing van betrekkingen wordt 28 miilioen bezuini ging voorgesteld, terwijl er een even groot bedrag camouflagebezuiniging in is opge nomen (overbrenging van kapitaaldienst, gewijzigde financiering enz.), zoodat bijna 60% van de effectieve bezuiniging van 50 milloen zou moeten worden gevonden op de salarissen en pensioenen der ambtena ren, onderwijzers, spoormannen e.d., de ge- pensionneerden en de toekomstige, nu nog wenklooze onderwijzers. Spr. zette verder uiteen, dat kweekscho len, wier voortbestaan ongewenscht wordt geachit, zonder vorm van proces zullen wor den opgeheven en hij bepleitte o.a. de be vordering van de corporatieve gedachte bij het R. K. onderwijs. Nooit zullen wij ech ter dulden, aldus spr., doelend op de kwee- kelingen met akte, dat gelijkibevoegden, verschillend geclasseerd in salaris, zullen moeten werken naast ons. Indien na bezui niging op vaste lasten nog blijkt dat ver dere bezuinigingen op onderwijs gebiedend noodzakelijk is, dan zijn wij, katholieke onderwijzers, bereid een salarisverminde ring over de geheele linie te aanvaarden, onder uitdrukkelijk beding, dat de werk loosheid voor de jonge collega's daardoor zij opgeruimd. De „kweekeling met akte", aldus spr., is voor ons onaanvaardbaar. Vervolgens sprak de heer W. R. de Jong uit Hilversum, algemeen inspecteur van het R. K. bijzonder onderwijs in het Aarts bisdom Utrecht. Spr. bracht gaarne hulde aan hen, die in deze moeilijke tijden de lasten van het Staatsbestuur op de schouders durven nemen. Men kan uitgaan van de eenvoudige ver onderstelling, dat onze Regeering staat voor het dilemma: bezuiniging of devalua tie. Welnu, devaluatie kan voordeel heb ben voor speculanten, voor exportihandel en industrie, maar voor den amibtenaar kan zij nooit een voordeel beteekenen. Willen we geen devaluatie, dan zullen we dus de bezuinigingsplannen der Regee ring moeten steunen, zoo noodig ook door het brengen van persoonlijke offers. Maar wel eischen we voor ons het recht op, om eerlijk en onomwonden onze meening te zeggen over de wijze, waarop bij de thans voorgestelde bezuinigingen het onderwijs en de onderwijzersstand worden aange pakt. Spr. ging hiertoe het ontwerp na in verband met den tegenwoordigen onderwij zer, met den toekomstigen onderwijzer en met het katholieke bijzonder onderwijs. Erkennend, dat van den tegenwoordigen onderwijzer hier bijna geen offers worden gevraagd, toch zijn er een aantal, van wie het wel een zware offer gaat vragen en dat zijn de vaders van de groote gezinnen. Er wordt n.l. voorgesteld de verplichte voor- loopige pensionneering op 60-jarigen leef tijd. Men kan daarvan voorstander zijn wanneer men zijn huwelijk met weinig 1 kinderen ziet gezegend, maar wij zijn van Mr. Steenberghe's aftreden De „Maasbode" heeft een interview ge had met den afgetreden minister van Eco nomische Zaken, De mededeelingen, door mr. Steenber- ghe hierin gedaan, komen neer op het vol- De monetaire politiek. Mr. Steenberghe heeft voor de aanvaar ding van zijn ambt duidelijk zijn voorbe houd inzake de monetaire politiek mede gedeeld. In een brief aan Minister Colijn schreef hij: Inzake de monetaire politiek acht ik het noodzakelijk, dat, indien zich op het gebied van het geldwezen nova van beteekenis mochten voordoen (b.v. het verlaten van het goud door een der goudlanden, het ineenstorten van de Mark, verdere val van Dollar of Pond, of internationale stabilisatie), onze mo netaire politiek een onderwerp van dis cussie in den ministerraad zal uitma ken. Aanpassing over de heele lijn of devaluatie. Mr. Steenberghe achtte in de gegeven omstandigheden een aanpasing over de heele lijn op korten termijn niet mogelijk, waarom hij devaluatie als noodzakelijk be schouwde. Voor mij stond nJ. de zaak van den aanvang af theoretisch aldus: of aan passen over de heele lijn en op kor ten termijn, met inbegrip van aantas ting der hoofdsommen, óf devaluatie. Maar practisch geloofde ik niet aan de eerste mogelijkheid. Waarom niet? Brüning geloofde er to oh wel in? Naar mijn meening zou zulk een aanpassing het Burgerlijk Recht zoo hebben aangegrepen en omgewoeld, dat men alle rechtszekerheid op losse schroeven zou zetten en het crediet ge weldig zou schokken. Daarnaast kwam er bij mij een tweede bezwaar? Zulk een aanpassing zou te lang duren voor alles aangepakt is. Men moet dan van den eenen maatregel naar den ande ren. Maar men krijgt dan nooit aan passing over de heele lijn. En bij el- ken maatregel ontmoet men grooten weerstand en practische moeilijkheden. Daardoor komt men nooit tot volledige aanpassing. U gevoelt: dit laatste be zwaar was onoverkomelijk. Juist nu was volledige toepassing noodza kelijk. Ik kon niet in de practische mo gelijkheid van deze wijze van afdoen de aanpassing gelooven. En tijd voor m.i. hopelooze experimenten was er niet meer. Bezuinigen blijft ook bij devaluatie noodzakelijk. Over den bezuinigingsarbeid der Regee ring zeide mr. Steenberghe nog het vol gende: Ik ben en blijf van meening, dat ook na devaluatie de bezuinigingsar beid zal moeten worden voortgezet, zij het uiteraard met verandering van sommige onderdeelen. Meer behoef ik daarvan niet te zeggen. De handelspolitiek. Hebt u geen andere moeilijkheden gehad? Men beweert, dat men u gedwarsboomd heeft op handelspolitiek terrein, vroeg de „Msbd."-redacteur en mr. Steenberghe antwoordde: Dat is dan een volstrekt onjuiste be wering. Er is daarover nimmer een con flict in het kabinet geweest. Integen deel, u herinnert zich, dat ik bij de be grooting in de Eerste Kamer toezeg gingen deed op handelspolitiek terrein? Welnu, op mijn voorstel gingen minis ter Colijn en minister Oud accoord I met de voorbereiding van verschillen de tariefsverhoogingen in verband met de behoefte van bepaalde bedrijfs takken. Kan het duidelijker? f BUITENLAND. een dergelijke verplichte pensionneering principieele tegenstanders, wanneer wij denken aan de huisvaders van groote ge zinnen, die op 60-jarigen leeftijd hun volle salaris vaak nog zoo bitter hard noodig hebben voor de opvoeding van de kinderen. Er zijn er, die bij verplichte pensionneering op 60-jarigen leeftijd hun inkomen met 3049% zouden zien verminderd. Welis waar laat het ontwerp de mogelijkheid open voor dispensatie, maar volgens de memorie van toelichting zou daarvan een zeer spaar zaam gebruik dienen te worden gemaakt. Wil men de ongehuwden op 60-jarigen leeftijd verplichten heen te gaan, goed, en wil men allen de vrijheid geven om reeds Een beginsel-conventie aanvaard door de Int. Arbeidsconferentie inzake de 40-urige werkweek. (4de blad). De opmarsch der Japanners in Noord- China. (4de blad). Spoorwegramp bij Londen. 14 dood en. (lste blad). BINNENLAND. Benoeming in het Bisdom Haarlem. (Kerkn., 4de blad). Ingediend is een wetsontwerp inzake de cumulatie, (lste blad). Protestvergadering van de Katholieke onderwijzers tegen de voorgestelde bezui niging op het onderwijs, (lste blad). De uitvoer van komkommers en andere tuinbouwproducten, (lste blad). Te Wildervank is een oude man ver moord en gebonden te water geworpen. (Gem. Ber. 3de vlad). Ernstige auto-ongelukken maken ver schillende slachtoffers. (Gem. Ber. 3de blad). Explosie aan boord van een motorsleep boot. (lste blad). LEIDEN. De Maskerade-optocht tijdens de a„s. Lustrumfeesten, (lste blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. ROEIEN: De Hollandia-roeiwedstrijden brengen op den tweeden dag zeven nieuwe baanrecords. (2de blad). ZEILEN: De wedstrijden van Hollandia onder minder gunstig weer verloopen. (2de blad). ATHLETIEK: De nationale wedstrijden van A.S.C. te Zoeterwoude. De wedstrij den om den Prinses Julianabeker te Am- iterdara. (2de blad). VOETBAL: Volendam speelt gelijk met Kolping. P.S.V. kampioen van den K.N. V.B. (2de blad). PAARDENSPORT: Duitschland wint den landenwedstrijd op het Concours Hippique te A'dam. (2de blad). op 55-jarigen leeftijd op pensioen te gaan, ook goed; wij juichen deze werkverrui ming toe, maar met kracht komen wij op tegen verplichtige voorloopige pension neering van de huisvaders van de groote gezinnen. En dan is er nog een pracht van een com pensatie: laat uit de school verdwijnen de gehuwde onderwijzeres-niet-kostwinster! (Landurig applaus). Wat nu het verband van het ontwerp met den toekomstigen onderwijzer betreft, spr. zette uiteen, dat het nog wel 3 a 4 ja ren zal duren eer wachtgelders zijn her plaatst, die 3 a 4 jaren kunnen de leer krachten dus niet colliciteeren. Van de in de periode '34'37 af te leveren 4000 jonge katholieke onderwijzers zal iin 1938 nog niemand zijn geplaatst. Ruim 1/3 der Nederlandsohe onderwij zers zal moeten zijn vervangen door kwee- kelingen alvorens dezen zullen mogen sol liciteer en naar de betrekking van onder wijzer; een proces, waarmee naar schat ting zeker een jaar of zes zal zijn gemoeid. De kweekelingen zullen dus voorloopig meerendeels wordt gedwongen tot mets doen. En dan kunnen zij een betrekking bekomen voor 500.per jaar, om eerst op 30-jarigen leeftijd naar eeen van f 1000 te kunnen solliciteer en. F inancieele zullen dezen niet voor hun 35ste a 40ste levens jaar in staat zijn om huwelijksplannen te verwezenlijken. Het kweekelingendrama, aldus spr., is voor ons onaannemelijk. Wat het verband met het katholieike on derwijs betreft wees spr. vooral op de voor genomen opheffing van scholen. Er zouden 537 bijzondere scholen, waaronder 169 ka tholieke, moeten verdwijnen, terwijl 622 openbare scholen, welke in dezelfde condi-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1