DONDERDAG 13 JUNI 1935
DE LEÏDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG.
BUITENLAND
VOLKENBOND.
ARBEIDSCONFERENTIE BLIJFT
VERDEELD.
Ondanks alle moeite, welke de voorzitter
der arbeidsconferentie Creswell zich gege
ven heeft, om de bezwaren te overwinnen
welke de werkgeversgroep er tegen had om
mede te werken aan het opstellen van con
venties ter invoering van de 40-urige werk
week in vijf industrieën, is hij hierin niet
geslaagd.
Slechts de afgevaardigden der werk
gevers uit Italië en de Vereenigde Staten
waren hiertoe bereid. Door de houding van
de overige gedelegeerden der werkgevers
kon er geen commissie ter behandeling van
dit vraagstuk worden ingesteld. De confe
rentie besloot derhalve de aangelegenheid
m de plenaire zitting te behandelen. Men
kon echter niet tot overeenstemming komen
over de te volgen procedure en na een
breedvoerig debat, dat tot niets leidde, werd
besloten de beslissing hieromtrent tot van
daag uit te stellen.
Op voorstel van de arbeidersgroep werd
met 5749 stemmen een resolutie aange
nomen, waarin verklaard wordt, dat de
conferentie van oordeel is, dat een alge-
meene conventie op basis van de 40-urige
werkweek behoort te worden aangenomen
en dat naar deze conventie de verschillende
industrieën zich zullen moeten richten.
Voor de aanneming van dit besluit was een
geringe meerderheid voldoende, doch voor
de aanneming van de conventie zelf is een
meerderheid van 2/3 vereisoht. „Tel."
DUITSCHLAND.
DE TOESTAND IN HET SAARGEBIED.
Naar K.W.P. mededeelt, heeft men op
een mijnschacht in het Saargebied dezer
dagen de volgende spreuk geschreven:
„Deutsch war die Saar und Deutsch ist die
Saar, aber schlimmer ist es jetzt wie es
früher war".
Voor en na de volksstemming is door
Bürckel gezegd dat de Katholieken niet in
hun godsdienstige gevoelens zouden wor
den gekwetst. Op de jongste vergadering
van den Bond van Onderwijzers en Onder
wijzeressen, die in Saarburg gehouden
werd, heeft de Districtsleider Eiber de
deelnemers aan de bedevaart naar Eber-
hardsklausen (waar de Bisschop van Trier
gepreekt heeft) uitgescholden voor lands
verraders, schoften en communisten. Er
zouden wel maatregelen genomen worden
om dit zwart verzet te breken.
De Inspecteur van het onderwijs deelde
aan de vergadering mede:
1. dat voortaan de godsdienstoefening die
tweemaal in de week voor heel de school
gehouden werd, niet meer zou plaats vin
den;
2. dat het onderwijzend personeel zich
heeft te onthouden van alle medewerking
om toezicht uit te oefenen over kinderen
tijdens godsdienstoefeningen;
3. dat godsdienstige tijdschriften niet
meer in de scholen mogen worden uitge
deeld en dat daarvoor ook geen propaganda
meer mag worden gemaakt.
4. dat kinderen beneden 10 jaar geen lid
meer kunnen zijn van de Kindsheid;
5. dat kinderen boven 10 jaar bewerkt
moeten worden om lid te worden van de
Hitier Jugend.
ENGELAND.
VLOOTACCOORD LONDEN—BERLIJN
BEREIKT.
Duitschland mag bouwen tot 35% der
Britsche sterkte.
Nog voordat de Duitsche vlootdelegatie
uit Londen is vertrokken, is volgens Reu
ter een Britsch-Duitsch accoord tot stand
gekomen, welks aanvaarding afhankelijk is
gesteld van de voorwaarde, dat de andere
onderteekenaren van het verdrag van Ver
sailles er geen bezwaar tegen maken.
Overeenkomstig den Duitschen wensch
wordt de verhouding tussohen de Britsche
en de Duitsche vloot vastgesteld op 35 pro
cent. Die verhouding zou gelden voor elke
categorie oorlogssohepen afzonderlijk en
zou constant blijven. Hiermede bedoelt men,
dat de uitbreiding der vloot van een an
dere mogendheid dan Groot-Brittannië niet
zal leiden tot een uitbreiding van de Duit
sche vloot.
Van den stand der Britsch-Duitsehe on
derhandelingen is, naar van particuliere
zijde aan Reuter wordt gemeld, de Fransche
regeering op de hoogte gesteld. Engeland
zou, volgens in Parijs ontvangen inlichtin
gen, op de hoogte worden gesteld van het
Duitsche vlootbouwprogram.
Men is namelijk in Frankrijk en Enigeland
bezorgd over het tempo, waarin de nieuwe
Duitsche vloot wordt gebouwd en de ge
volgen van het Britsch-Duitsche accoord
voor de aanstaande vlootconferentie, welke
moet worden gehouden wegens het afloo-
pen van het verdrag van Washington, voor
al voor het geval de onderteekenaren hun
vrijheid van handelen hernemen, indien de
conferentie mislukt.
GRIEKENLAND.
HERSTEL DER MONARCHIE?
Brief namens den ex-koning.
Grieksche bladen publiceeren een brief,
welken de secretaris van ex-koning George,
Levudis, gezonden heeft aan een afgevaar
digde te Athene en waarin wordt gezegd:
„De koning volgt met diepe emotie de ma
nifestatie van het Grieksche volk. Hij is be
reid naar Griekenland terug te keeren, niet
als leider van een overwinnende partij, doch
als onpartijdig scheidsman tusschen alle
partijen".
CHINA.
NIEUWE SPANNING MET JAPAN.
Tokio stelt nog meer eischen.
De verhouding tusschen Japan en China
is plotseling verscherpt, doordat Japan
nieuwe eischen heeft gesteld en de inmid
dels afgetreden Chineesohe minister van
Oorlog Ho Jing-tsjin weigert, schriftelijk
antwoord te geven op de Japansche eischen.
De Japanners verlangen, dat alle regee-
ringsamibtenaren in Noord-China en masse
ontslagen worden en vervangen worden
door anderen, die Japan vriendschappelijker
gezind zijn. Voorts verneemt Reuter van
betrouwbare zijde, dat het aftreden van
den gouverneur van Tsjahar, Soeng Tsje-
joean, en het terugtrekken van zijn troe
pen uit de provincie wordt geëischt. Ook
neemt men aan, dat de Japansche ambas
sadeur Arijosji, die Vrijdag zijn geloofs
brieven aan de Nanking-regeering zal over
handigen, zal aandringen op consolidatie
der leeningen. Het gaat hier speciaal om
de leening 1917, welke de Chineezen steeds
weigerden te erkennen. Deze consolidatie
zou het voorstel zijn van een economische
en financieele samenwerking tusschen
China en Japan.
Voor het schriftelijke antwoord op de
oude, reeds ingewilligde, eisohen hebben de
Japansche militairen een limiet tot gister
avond twaalf uur gesteld. Generaal Ho
Jing-tsjin, die als tusschenpersoon was op
getreden, blijft echter, zooals gezegd, wei
geren dit antwoord te geven en men vreest,
dat in Noord-China direct tot vijandelijk
heden zal worden overgegaan, indien de
Japansche militairen voortgaan een schrif
telijk antwoord te verlangen.
Men beschouwt de nieuwe eischen in Chi-
neesche kringen als sensationeel en veront
rustend en de centrale politieke raad is di
rect te Nanking bijeengekomen, om de si
tuatie te bespreken.
Worden de nieuwe Japansche eischen in
gewilligd, dan zou dit, naar men in Peking
meent, er toe leiden, dat het grootste ge
deelte van Noord-China een Japansche pro
vincie wordt. Talrijke Ghineesche ambte
naren verklaarden verder, dat het verlang
de aftreden van den gouverneur van Kwan-
toeng de eerste stap zou zijn naar een an
nexatie van de Mongoolsche provincie
Tsjahar door het „strooman-regime" van
Mandsjoekwo.
BUITENLANDSCHE BERICHTEN.
TWEE MENSCHEN DOOR DEN
BLIKSEM GEDOOD.
Tijdens een hevig onweer te Auerbach
(Duitschland) zijn een 62-jarige en een
65-jarige man door den bliksem gedood.
IN EEN RIOOL BEDOLVEN.
In een riool te Basel waarin drie arbei
ders werkzaam waren, heeft een instorting
plaats gehad, tengevolge waarvan de drie
mannen werden opgesloten.
Een reddingsploeg slaagde er in, na den
geheelen nacht in koortsachtige haast te
hebben gewerkt, een der werklieden nog
levend te bergen. De beide anderen bleken
reeds te zijn overleden.
WATERSNOOD IN TIROL.
Buitenwijken van Innsbruck staan blank.
De rivieren in Tirol hebben als gevolg
van het sneeuwsmeltwater sedert eenige
dagen een hoogen waterstand bereikt,
waarvan reeds vijf personen het slachtof
fer zijn geworden.
In de omgeving van Innsbruck zijn drie
jongens van 12 tot 18 jaar bij het baden
in de Inn verdronken. In Oost- Tirol zijn
bij Linz een slotenmaker en zijn leerling
met hun motorfiets in de Isel gereden. Zij
verdwenen onmiddellijk in de diepte en
konden niet meer worden gevonden.
Een deel van de buitenwijken van Inns
bruck staat onder water. In het stadsge
deelte St. Nikolaus drong het water in de
kelders en de laaggelegen woningen.
DORPSBRAND IN HONGARIJE.
In het Hongaarsche plaatsje Tapolca is
gistermiddag door onbekende oorzaak een
gr00te brand uitgebroken, waaraan wel
dra dertig huizen ten offer waren gevallen.
Door den orkaanachtigen wind werd het
werk der brandweer zeer bemoeilijkt.
HET VERWOESTE QUETTA.
Een klooster in stand gebleven.
Uit het aardbevingsgebied in 't Noord-
Westen van Britsch-Indië, waar tiendui
zenden den dood hebben gevonden, wordt
gemeld, dat temidden van de verwoeste
stad Quetta het klooster van de Zusters van
Cork behouden is gebleven.
In een in 1922 gestichte klooster, het eer
ste in Belóedsjistan, ontvangen 200 Euro-
peesche, Anglo-Indische en Indische kinde
ren onderricht. De Overste is onlangs nog
onderscheiden.
Quetta, dat gelegen is in het diocees
Bombay, telde 1500 katholieken.
LETTEREN EN KUNST
HET KONINGIN EMMA-GEDENK-
TEEKEN.
Men schrijft ons:
Wel zeldzaam is de proef, welke thans
gaat genomen worden.
Men kent de voorgeschiedenis.
Het Haagsche Comité voor de oprichting
van een monument ter eere van wijlen dc
Koningin-Moeder had een prijsvraag uit
geschreven, waarvan de inzendingen een
vijftigtal in de Ridderzaal werden ge-
exrposeerd. Een deskundige jury koos de
3 h.L beste ontwerpen uit de beeldhou
wer Zijl, te Bussum, kreeg den eersten prijs
maar het comité belastte een anderen
inzender, Toon Dupuis, met de uitvoering
van zijn ontwerp. Het Comité vond dit beter
en beriep rich daarbij op de puiblieke opi
nie.
„Wacht", dacht het* Amsterdamsche Co
mité, dat ook Koningin Emma met een ge-
denkteeken wil eeren, „nu kunnen wij ons
de kosten en moeiten voor een prijsvraag
besparen". En het droeg den gepasseerden
heer Zijl de uitvoering van diens bekroond
ontwerp voor de hoofdstad op.
Een zeldzame wedstrijd krijgen we zoo
doende.
Wie zal de palm der eindoverwinning be
halen: Dupuis of Zijl?
Het Haagsche Comité vond, dat Duipuis
het allerbeste de „geliefde trekken en be
kende gestalte", der Koningin-Moeder weer
gaf, juist zooals het volk zulks gaarne
zag. Er was wel geen referendum ge
weest, om dit uit te maken, maar het comité
had het toch gehoord.
Nu wil het geval dat Zyl de „geliefde
trekken en bekende gestalte" geenszins ver
waarloosde. De beeltenis van Koningin
Emma troont bij hem op een hoog voet
stuk. Hij had alleen het gevraagde model
van het beeld wat minder minutieus uit
gewerkt dan Dupuis, die een tot in details
welverzorgd beeld klaar had.
Maar waarom zou Zyl het definitieve mo
nument niet even welverzorgd kunnen af
werken? Stellig zal hij daar ernstig naar
streven, in de gegeven omstandigheden al
licht meer dan ooit. En als hij slaagt, het
geen gezien zijn ontwerp best te ver
wachten is, krijgt het publiek bovendien
een met symbolieke figuren versierd voet
stuk, dat aan een mooie gedachte gestalte
geeft.
Van dit laatste beloofde Dupuis niets en
kwalijk kan hij deze armoede in zijn ge-
dachtengang alsnog gaan camoufleeren. Hij
blijft aangewezen op de „geliefde trekken
en bekende gestalte" zonder meer.
Een metterdaad zeldzame wedstrijd.
Als eenmaal beide monumenten klaar
zijn, zullen de foto's wel naast elkaar wor
den gepubliceerd, bij welke gelegenheid
pas voorgoed zal blijken, wie gelijk had:
het Haagsche Comité of de door dit comité
in het ongelijk gestelde jury.
Het geval is stellig leerzaam en op zich
zelf een monument in de roerige prijsvraag
wereld.
DE C. W. v. d. HOOGT-PRIJS.
Zooals gisteren medegedeeld heeft het
bestuur van de Maatschappij der Neder-
landsche Letterkunde den C. W. v. d.
Hoogt-prijs niet toegekend, hoewel de
Commissie voor Schoone Letteren had ge
adviseerd deze toe te kennen aan een
dichtbundel van H. Marsman.
Motief was, dat de schrijver zich in een
door hem geschreven artikel minder gun
stig over de Mij. der Ned. Letterkunde
had uitgelaten.
Naar aanleiding hiervan schrijft de
„Tijd" o.m.:
„Van het grootste belang mag de eisch
geacht worden, dat men ter bevoegder
plaatse tot een zuiver inzicht kome aan
gaande de beteekenis van de toekenning
dezer jaarlijksche bekroning. Indien het
Hoofdbestuur een commissie, die het heeft
belast met de aanwijzing van een candi-
daat, op deze wijze openlijk meent te
moeten desavoueeren, waarom heeft het
deze commissie dan eigenlijk ingesteld?"
DR. N. JAPIKSE.
De nieuw-ingestelde tweej aarlij ksche
prijs voor Biographie en Cultuurgeschiede
nis is dit jaar toegekend aan dr. Japikse,
Directeur van het Koninklijk Huis-archief
en van het bureau van 's Rijks Geschied
kundige Publicatiën.
Dr. Japikse, die te Joure (Fr.) geboren
werd in 1872, studeerde te Leiden Ned.
letteren en behaalde in 1900 de doctorale
waardigheid. Van zijn hand verschenen
verscheidene werken en studies, waarvan
vooral bekend zijn „Verwikkelingen tus
schen Engeland en de Republiek 1660
1665", het werk waarop hij disserteerde,
zijn „Handboek tot de Staatk. Gesch. van
Nederland" (in samenwerking met Prof.
Gosses), dat in 1919 verscheen, alsmede
enkele beschrijvingen van staatslieden en
correspondentie uit het verleden, van wel
ke werken verschillende ook in vertaling
werden uitgegeven. De prijs werd hem
toegekend voor zijn nieuwste werk: Prins
Willem III, waarin hij het leven en de
verrichtingen van den Koning Stadhou
der beschrijft. ,.Tijd".
RECHTZAKEN
DE DOODSLAG TE HOOFDDORP.
Behandeling in hooger beroep.
Het Gerechtshof te Amsterdam heeft, zoo
als gemeld, gistermiddag, zooals het bij in
terlocutoir vonnis had beslist, nog een aan
tal getuigen gehoord in de zaak tegen den
24-jarigen electro-technicus W. K., die zich
te verantwoorden heeft gehad wegens
doodslag op zijn 43-jarigen pleegvader Van
B., welk feit in den nacht van 5 op 6 Sep
tember van het vorige jaar is gepleegd.
Des ochtends had het Hof een bezoek
aan Hoofddorp gebracht om de situatie ter
plaatse nauwkeurig op te nemen.
Als eerste der getuigen werd gehooid de
inspecteur^, van politie te Hoofddorp, Jels-
ma, die nogmaals verklaarde, dat in het in
wendige van heit schuurtje door een der
daarin aanwezige raampjes een met bloéd
bevlekt karton duidelijk zichtbaar was.
Pres.: Verdachte, toen u wegreed met uw
fiets, was heit licht.
Verdachte: Het begon licht te worden.
Pres.: U hebt de voordeur achter u dicht
getrokken?
Verdachte: Jawel en daarna ben ik, met
mijn fiets aan de hand, over het grintpad
naar buiten geloopen.
Pres.: Er was in het huis van Van B.
geld uit den muntmeter gestolen. Had Van
B. u daar wel eens over gesproken?
Verdachte: Hij heeft er tegen mij nooit
iets van gezegd.
Getuige J.: Van B. heeft wel eens tegen
me gezegd: Zeg in 's hemelsnaam nooit dat
ik gezegd heb dat K. het wel gedaan zal
hebben. Er is ook een ander mij mij thuis
geweest, die de schuldige kan zijn.
Op vragen van den president deelt ver
dachte verder mede, dat hij dien morgen
op zijn fiets naar Haarlem was gereden;
hfj is daar op den trein naar Amsterdam
gestapt en verder naar Bilthoven gereisd.
Het moet ruim negen uur geweest zijn, toen
hij daar aankwam.
Een chauffeur uit Vijfhuizen, die te
Haarlem werkzaam is, verklaart dat hij
verdachte, dien hij wel kende, begin Sep
tember eens heeft gereden en hem toen
•had medegedeeld dat zijn zuster ernstig
ziek was. Hij wist dit omdat hij verdachte's
moeder en zuster, die te Vijfhuizen woont,
uit het ziekenhuis had gehaald, waar zij
in observatie was geweest.
Pres.: „En schrok verdachte toen erg?"
Getuige: „Dat weet ik niet, dat kun je
niet zien als iemand naast je zit".
De arts N., nogmaals naar voren geroe
pen, verklaart dat het ziekenhuisbezoek
werkelijk is geschied.
Getuige Veneman, de buurman van den
verslagene legt vervolgens verklaringen af
omtrent zijn bevindingen in den nacht van
5 op 6 September en op den vroegen mor
gen, toen hij niet had kunnen slapen. Om
streeks 5 uur heeft hij een bonzend geluid
geshoord in de woning van Van B. Geruimen
tijd later werd de deur dichtgeslagen en
weer eenigen tijd later volgde het geluid
van een wegrijdenden fietser. Hoe men van
de voordeur gekomen is bij de gereed ge
zette fiets, weet getuige niet. Het geluid
van voetstappen in het grint is niet tot hem
doorgedrongen. Getuige heeft vaak in de
werkplaats het geluid gehoord van slaan op
een aaihbeeld en van zagen. Het eigen
aardige geluid dat hij den bewusten och
tend hoorde, was van geheel anderen aard.
Pres.: „Merkte u iets van de verhouding
tusschen K. en van Brussel?"
Getuige: „Neen".
Pres. (tot verdachte): „U weet toch dat
van B. vermoord is?"
Verdachte: „Ja, dat wel".
Pres.: „U is dien nacht met hem in huis
geweest en de daad moet 's morgens ge
pleegd zijn. Heeft u een verklaring voor
den moord? U is te zes uur weggegaan,
toen het licht was. Daarna moet er dus
iemand in huis gekomen zijn, die van B.
even vermoord heeft en daarna is wegge
gaan".
Verdachte: „'t Kan ook dat de dader al
in huis is geweest. In elk geval ben ik over
het grint met mijn fiets weggeloopen en
ben ik niet weggereden".
Dan wordt naar voren geroepen de mon
teur Van Weelde, een belangrijke getuige
in deze zaak, die de vorige maal langdurig
is gehoord.
Pres.: „Tracht u nu eens duidelijk te ma
ken wat u op den ochtend van 6 Septem
ber heeft gedaan. Toen men u niet open
deed, hebt u gewacht, niet?"
Getuige: Ja zeker, meer dan een uur!"
Pres.: „En u bent niet eens even om het
huis geloopen of hebt door het breede raam
gekeken?"
Getuige: „Ja, ik wou dat ik dat maar ge
daan had. Ik heb geen oogenblik gedacht
dat er iets ergs gebeurd kon zijn".
Pres.: „U hebt zoo'n tijd gewacht; dacht
u dat van B. wel komen zou?"
Getuige: „Ja, dat weet ik niet precies".
Mr. Eekens (een der verdedigers): „Hebt
u dien Donderdag door het achterraampje
ook de fiets van van B. gezien?"
Getuige: „Ja".
Mr. ten Bokkel (de tweede verdediger):
„Wist u niet, dat er in het schuurtje een
groot voorraam was?"
Getuige: „Neen".
Mr. ten Bokkel: „En toen ik voor het
eerst over de zaak sprak, hebt u gezegd,
dat u dat raam zelf had gemaakt.
Getuige weet zich dat niet meer te her
inneren.
Getuige Den Boef, landbouwer, verklaart
van B. gekend te hebben. Op een keer had
hij getuige opgezocht en tegen hem ge
zegd: „O, ik ben toch zoo bang, wil je
niet voor me bidden?"
Pres.: „Voor wien was hij bang?"
Getuige: „Voor K."
Pres.: „Woonde K. toen bij hem?"
Getuige: „Jawel".
Pres. (tot verdachte): „Kimt u die.Vïng-
heid van van B. tegenover u verklaren?"
Verdachte: „Neen, dat kan ik niet".
Het woord is dan aan den procureur-ge
neraal mr. D. Reilingh Dzn., die verwijst
naar zijn uiteenzetting in zijn requisitoir,
waarin hij als zijn oordeel had te kennen
gegeven, dat alleen verdachte het feit kan
hebben gepleegd.
Na nog op enkéle belangrijke feiten in
deze zaak o.a. de verklaringen van ge
tuige Den Boef te rijn ingegaan, zei de
spr., dat wel zeer duidelijk naar voren is
gekomen de groote angst, dien de versla-
gene voor verdachte, uit hoofde van mis
handelingen en bedreigingen, voor verdach
te heeft gehad.
Gebleken is, dat getuige Van Weelde het
lijk niet door het tuimelraampje van de
werkplaats heeft kunnen zien, hij is slechts
nalatig geweest, toen hij, geen gehoor krij
gende, geen onderzoek heeft ingesteld. Als
deze getuige aan het misdrijf debet zou
zijn geweest, zouden zijn antwoorden geheel
anders geweest zijn.
De schuld van verdachte staat, naar
spr.'s oordeel, vast: hij heeft nog getracht
een vreemde tusschen de zaak te schuiven,
die dan de schuldige zou zijn geweest, maar
het is hem- niet gelukt, dit aannemelijk te
maken, daar vaststaat, dat na 7 uur 10 de
voordeur niet meer heeft bewogen. De tijd,
gelegen tusschen zijn vertrek en dit laatste
moment, waarop de krant door de bus ach
ter de deur is gevallen, is te gering om het
mogelijk te doen zijn, dat het misdrijf toen
door een ander gepleegd zou kunnen zijn.
Spr. persisteerde dan ook bij zijn eisoh
van tien jaren gevangenisstraf.
De verdedigers, mrs. Th. Eskens en P.
C. ten Bokkel de laatste heeft vend, voor
de Rechtbank te Haarlem bijgestaan
concludeerden, evenals in hun vorig plei
dooi voor het Hof, tot vrijspraak. Volgens
hun oordeel is geen enkel doorslaand be
wijs voor de schuld van K. geleverd. Mr.
ten Bokkel deed voorts nog uitkomen, dat
verd. zich in deze zaak op geen enkel punt
heeft tegengesproken.
Na re- en dupliek werd het arrest bepaald
op 25 Juni.
UIT DE OMGEVING
KATWIJK.
Vertrokken: A. v. d. Plas naar
Rijnsburg D. Zuyderduin naar Noord-
wijkerhout G. J. P. Peppink naar Rot
terdam J. C. Dubbeldam naar Amster
dam P. Kouprie naar Oegstgeest G.
de Mooy naar Noordwijk J. van Dijk
naar Leiden H. C. Waterreus naar Den
Haag C. J. Brand en echtg. naar Alphen
a. d. Rijn T. Boon en gezin naar Leiden.
Gevestigd: M. P. Odijk van Alphen
a. d. Rijn E. G. Drenth van Voorburg
J. Dubbelaar van Den Haag C. E.
Jacobs van Amsterdam J. v. Tiebhoven
van Oegstgeest A. Siderius van Pijn-
acker H. J. Londs van Kampen C.
Heenk van Alphen a. d. Rijn H. H. J.
Carmiggelt van Leerdam C. P. Ouwe
hand van Vlissingen C. Ripping en gezin
van Den Haag Wed. M. H. Raken
Teldbrugge en kinderen van Den Haag.
SASSENHEIM.
Geboren: Johannes z. van W. van
der Nolen en H. P. Scholtens Alida Pe-
tronella Maria d. van J. van der Hulst en
M. P. van der Lans.
Ondertrouwd: T. Verbree 23 j. en
J. Verbeek 24 j.
Getrouwd: W. J. J. Beijk 22 j. en M.
C. Goddijn 22 j. M. J. van der Burgh
26 j. en J. Hoogewoning 25 j.
Vertrokken: J. Hoogewoning naar
Arnhem H. Oudshoorn naar Ned. Indië
J. Colijn naar Voorhout G. W. Noort
naar Bloemendaal.
VOORSCHOTEN.
Aanrijding. Een luxe auto van den
heer R. uit den Haag en een bestelauto
van van der S. uit Leiden, die met vrij
groote snelheid een groentenwagen wilde
passeeren zonder voorrang te geven aan
den heer R., botsten tegen elkander. De
luxe auto werd totaal vernield en was on
berijdbaar. Door een kraanwagen uit den
Haag werd de luxe auto weggesleept. Ook
werd nog een driewielige bakfiets aange
reden. Procesverbaal is opgemaakt. De
aanrijding geschiedde langs den Leidsche-
weg.
WARMOND.
Moedig. Toen het 8-jarig zoontje van
den heer van Staveren in den hooiberg van
den heer van Rijn aan 't spelen was, be
merkte hij dat het 3-jarig zoontje van den
heer v. d. Bent bewusteloos in het water
dreef. Terstond nam hij een aan den kant
liggend roeibootje en haalde met moeite
zijn speelkameraadje binnen boord. De
pogingen om de levensgeesten van het
kindje op te wekken, werden met gunstig
resultaat beloond en het is zeer zeker aan
het kordaat optreden van het moedige
ventje te danken, dat het drenkelingetje
behouden werd.
Watersport. De vereeniging ter be
vordering van de watersport onder de
jongeren houdt dezen zomer alhier een
groot waterkamp en wel voor de meisjes
van 24 Juli tot 2 Augustus en voor de
jongens van 3 Augustus tot 12 Augustus.
Deze meisjes en jongens zijn in Warmond
graag geziene gasten.