DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
26ste Jaargang
ZATERDAG 1 JUNI 1935
No. 8130
3)e£cicbefi£(2oii/fcci/nt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2-50 per kwartaal
Bjj onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Vóór Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: 0.50
PACHTRENTEN GAAN NAAR BENEDEN.
De landbouwer-schuldenaar, die niet in staat is zijn
verplichtingen na te komen, zal zich tot
den rechter kunnen wenden.
VERDERE WETSONTWERPEN
TE WACHTEN.
Ingediend is een wetsontwerp, houdende
-bijzondere maatregelen ten aanzien van
loopende landbouwhypotheek- en pacht
overeenkomsten. Ter toelichting zegt de re-
igeering o-m.:
Bij Kon. besluit van 12 Maart 1935 tot
wijziging van het Crisisorganisatiebesluit
1933 is den minister van oeconomische za
ken de bevoegdheid gegeven om ingeval
een landbouwer, wiens goed met hypotheek
is bezwaard, met executie wordt bedreigd,
te 'beschikken, dat degeen, die het landelijk
eigendom op de executie koopt en de vol
gende gebruikers, niet zullen worden toe
gelaten tot een crisis-organisatie, hetgeen
tot gevolg heeft, dat zij geen producten
meer mogen telen, geen vee mogen houden
en geen landbouwsteun zullen ontvangen.
Het spreekt vanzelf, dat onder deze om
standigheden het aangeboden goed niet
spoedig een kooper zal vinden. De ministe-
xieele beslissing werkt dus practisch als- een
executdeverbod, zij het ook niet in abso-
luten zin.
Het werk van dc hypotheek
commissie.
De crediteur kan voorkomen, dat zoo
danige ministrieele beschikking wordt ge
geven, wanneer hij bereid is onder de
auspiciën van de z.g Hypotheekcommissie
een regeling te treffen met den landbou
wer, welke regeling kan bestaan in een ver
leen en van uitstel of wel in een regeling
van verdergaande, saneerende strekking.
Als gevolg van de Kon. besluiten zijn ver
schillende zaken bij de Hypotheekcommis
sie aangebracht en door haar onderzocht.
Doch dit is niet het eenige voordeel, het
welk de instelling dier commissie, wier
werkzaamheid de regeering op bij zonderen
prijs stelt, heeft aangebracht. Ongetwijfeld
heeft het enkele feit van haar bestaan pre
ventief gewerkt.
Intusschen heeft steeds bij de regeering
de bedoeling voorgezeten om de bij Kon.
'besluit tot stand gekomen regeling zoo
spoedig mogelijk te vervangen door een
wettelijke regeling. Immers op verschillen
de punten kan slechts de wet op afdoende
wijze deze materie regelen. In de eerste
plaats kan de wet alleen rechtstreeks de
crediteuren dwingen met minder genoegen
•te nemen, dan waarop zij recht hebben vol
gens contract; voorts kan de wet alleen
voorschrijven, dat en in hoever de positie
van borgen en andere derden wordt geïn
fluenceerd door de gewijzigde positie van
den schuldenaar; vervolgens kan niet lan
ger een schuldeischer voor een klein con
current bedrag door weigering van "zijn
medewerking het tot stand komen van een
gewenschte regeling bemoeilijken. En zoo
zouden er meer punten zijn op te noemen.
Zoolang niet het onderhavige wetsont
werp tot wet is verheven, kunnen de met
de uitvoering van bovengenoemde beslui
ten belaste organen nog nuttig werk doen;
immers zouden de crediteuren vóór de tot
standkoming van de wet executies willen
•forceeren, dan zal zulks thans kunnen wor
den voorkomen door inroeping van de tus-
schenkomst der Hypotheek-commissie.
De regeering zal niet ontkennen, dat
door de onderhavige wetsvoordracht wordt
ingegrepen in burgerrechtelijke verhoudin
gen. Zulks is echter in de tegenwoordige
tijdsomstandigheden onvermijdelijk. De
contracten, waarom het in dit wetsvoorstel
gaat, zijn contracten met een meer duur
zame bestemming. Bij het sluiten heeft de
zich verbindende schuldenaar onmogelijk
alle omstandigheden, die van invloed zijn
op de mate, waarin hij tot nakoming van
de aanvaarde verplichtingen in staaf zou
zijn, 'kunnen voorzien. Bovendien moet,
voor wat de onderhavige materie betreft,
in het oog worden gehouden dat de waarde
en de opbrengst van landelijke eigendom
men geheel afhankelijk is van den geno
ten landbouwsteun. Het ligt om deze rede
nen voor de hand, dat worde voorkomen,
dat een schuldeischer, die zij het ook op
indirecte wijze zijn debiteur, die alles in
bet werk heeft gesteld om aan zijn ver
plichtingen te voldoen, van huis en hof ver
jaagt. Het is redelijk, dat de crediteur,
wiens onderpand zijn waarde grootendeels
ontleent aan den landibouiwsteun, zijner
zijds een offer brengt, door bij de uitoefe
ning van zijn recht niet het volle pond te
eischen.
Verlaging van geldelijke ver
plichtingen.
Het wetsontwerp beoogt dit doel te be
reiken door te bepalen, dat, indien de
schuldenaar door de tijdsomstandigheden
niet in staat is zijn rente- en aflossingsver
plichtingen uit hoofde van geldleeningen te
voldoen, hij zich tot den rechter kan wen
den om verlaging van die geldelijke ver
plichtingen te krijgen. In die gevallen,
waarin de wet wordt toegepast, heeft zij
derhalve een saneerende werking en als
zoodanig een vaste-lasten-verlagende ten-
denz. Een en ander echter slechts voor zoo
ver de schuldeischer niet aantoont dat zijn
belangen zwaarder wegen dan die van den
schuldenaar.
De verlaging van de rente aan de wijzi
ging in de aflossingsverplichtingen zou den
schuldeischers uit geldleeningen aanleiding
•kunnen geven de al dan niet onder hypo
thecair verband gesloten leeningen op te
zeggen. Teneinde een ongebreidelde op
zegging te voorkomen opzegging, welke
ook met zou zijn in het eigenbelang der
crediteuren plaatsen de artikelen 10 e. v.
haar onder rechterlijke controle.
Ten slotte wordt door de onderhavige wet
aan pachters de bevoegdheid gegeven zich
te beroepen op de Crisispachtwet 1932, voor
zoover zij niet in staat zijn de verplichtin
gen na te komen, voortvloeiende uit pacht-
contracten, gesloten tusschen 1 Januari
1932 en 1 Juni 1935, zulks in afwachting
van de totstandkoming van het door de re
geering onlangs ingediende wetsvoorstel tot
nieuwe regeling van de pacht.
Hoewel het onderhavige ontwerp zich
bepaalt tot maatregelen op het terrein van
den landbouw, mag daaruit niet worden
afgeleid dat hiermede het laatste woord
inzake de verdere aanpassing door verla
ging van vaste lasten gesproken is. Ook el
ders wordt die behoefte gevoeld. Intusschen
ligt de zaak daar geheel anders dan bij den
landbouw. Al dadelijk ontbreekt hier het
verband met den van overheidswege ver
lenden steun en ten andere zijn de toestan
den er van veel ingewikkelder aard.
In verband hiermede is het niet mogelijk
op dit oogenblik met verder gaande ont
werpen te komen. Een beslissing van de
regeering ten deze is echter binnenkort te
verwachten.
De kern van de voorgestelde
regeling.
De artikelen 3 en 6 bevatten de kern der
voorgestelde regeling. Art. 3 geeft den
grondgebruikers, die voor hun eigen schul
den hypotheek hebben genomen, de be
voegdheid om, wanneer ontzetting uit hun
landelijk eigendom waaronder krachtens
art. la mede is begrepen vee en gereed
schappen en geoogste vruchten of exe
cutie van hun huisraad, in den zin van art.
571 K.W., dreigt door gerechtelijken ver
koop of door verkoop krachtens art. 1223
lid 2 B.W., wegens niet nakoming van de
verplichting tot rentebetaling 'of tot tus-
schentijdsche aflossing uit hoofde van geld-
leening, een verzoek in te dienen om ver
laging van rentelasten (achterstand of
eerstvervallende rentetenmijn) en wijziging
van de verplichting tot tusschentijdsche af
lossing (achterstand of eerstvervallenden
aflossingstermij n
De indiening van een verzoekschrift in
gevolge artikel 3 schort de bevoegdheid van
den schuldeischer op om door gerechtelijke
of buitengerechtelijke dwangmaatregelen
tegen schuldenaar of derden-verbondene
zich voldoening te verschaffen.
Artikel 6 legt den rechter met zooveel
woorden de verplichting op, bij zijn be
slissingen mede te letten op de bedrijfsuit-
komsten van vroegere jaren. Dit voorschrift
heeft tot gevolg, dat voor de schatting van
de bedrijfsinkomsten en de beoordeeling
van de voldoendheid daarvan tot dekking
van de uit geldleening voortspruitende ver
plichtingen, niet alleen maatstaf is wat een
dergelijk bedrijf in doorsnee opbrengt,
doch dat de rechter rekening houdt met wat
het bedrijf in concrete in de afgeloopen
jaren heeft opgeleverd.
De toepasselijkheid der wet is beperkt
tot contracten aangegaan vóór 1 Juni 1935.
Aardbevingsramp in Beloetsjistan.
Duizenden slachtoffers.
Heele politie-macht van Quetta omgekomen.
GEBOUWEN STORTTEN ALS KAARTEN
HUIZEN INEEN
Een aardbeving van ongekende hevig
heid heeft een groot deel van Britsch-
Indië geteisterd. Gevreesd wordt, dat dui
zenden menschen het leven hebben verlo
ren. Volgens nog niet bevestigde berichten
zouden niet minder dan 30.000 menschen
door de ramp om het leven zijn gekomen.
De aardbeving heeft plaats gehad in het
district Beloetsjistan, dat dichtbewoond is.
De hoofdstad van Beloetsjistand, Quetta,
en talrijke ander plaatsen, zijn op ontzet
tende wijze getroffen. Hoewel bijzonderhe
den nog ontbreken, staat nu reeds vast,
dat behalve de duizenden inlanders, een
officier en 43 leden van. de Royal Air For
ce, twee Britsche ambtenaren en hun ge
zinnen, practisch de geheele politiemacht
van Quetta en talrijke lagere civiele amb
tenaren en spoorwegbeambten zijn gedood
De telegraafverbindingen zijn verbroken,
doch volgens de draadlooze berichten is
Quetta, welke stad een bevolking had van
34.000 zielen en de zetel was van het pro
vinciaal bestuur alsmede een belangrijk
militair centrum, als een kaartenhuis in
gestort. De huizen der inboorlingen wer
den onder de puinhoopen begraven.
De aardbeving heeft vooral de gebieden
langs de groote spoorweg getroffen en
dientengevolge zijn vele spoorwegarbei
ders gedood. De militaire centra hebben
minder geleden en voorzoover bekend, zijn
er weinig militairen onder de slachtof
fers. Den geheelen dag hebben manschap
pen van de Britsche en Indische regimen
ten koortsachtig gewerkt om hulp te ver-
leenen en eenige orde te scheppen in de
verwoeste steden. In allerhaast werden
kampen opgericht voor de vele dakloozen,
die ook van voedsel en geneesmiddelen
werden voorzien.
Viervijfde der bevolking omgekomen?
Volgens de nadere berichten zou in het
centrum van het aardbevingsgebied tus-
scheen Kalat en Quetta viervijfde van de
bevolking om het leven zijn gekomen, ter
wijl alle gebouwen in dit gebied zijn ver
woest In vele woningen werden de kinde
ren uit hun wiegen naar buiten geslingerd.
Vele ambtenaren kropen slechts door het
oog van de naald, o.a. Sir Norman Cator,
assistent van den gouverneur-generaal. De
stad Mastung, veertig mijl ten zuiden van
Quetta gelegen, is eveneens geheel ver
woest en viervijfde van de bevolking is
gedood. Hetzelfde lot onderging de bevol
king in verschillende naburige plaatsen.
Over de schade is nog weinig bekend.
De gouverneur-generaal heeft radiogra
fisch dringend om medische hulpmiddelen
gevraagd en door de regeering van Pun
jab zijn geneesheeren en zusters in aller
ijl naar de geteisterde gebieden gezonden.
Reuterberichten, in den loop van den
nacht ontvangen, bevestigen, dat de aard
bevingsramp in Britsch-Indië een groote
omvang heeft aangenomen. In Quetta
schatte men het aantal dooden op duizend,
doch daar bijna de geheele stad verwoest
is, neemt men aan, dat nog talrijke doo
den onder de puinhoopen begraven lig
gen. Kalat is eveneens één groote ruine.
De verliezen in het garnizoen van Quet
ta zijn nog niet bekend, maar waarschijn
lijk zijn zij gering. Viervijfde van de be
volking van Mastung en in de nabijgele
gen dorpen is gedood. Men vreest, dat het
aantal slachtoffers onder het Britsche
deel van de bevolking van Quetta zeer
groot is, want de stad herbergde vele amb
tenaren, studenten en kooplieden, die tij
dens de warmteperiode in de bergstreken
woonden.. Vijftig Europeanen en meer dan
150 Indiërs zijn reeds uit de puinhoopen te
Quetta te voorschijn gehaald door de mili
taire hulpbrigades. Er worden nog vele
Britten vermist.
De stad Quetta ligt ongeveer 1800 meter
boven de zeespiegel. De stad is een be
langrijk handelscentrum en gold als steun
punt in de Bolapas.
De Franciscaansche Missie
Het gebied, waar thans de aardbeving
heeft gewoed, is hetzelfde gebied, waar
van op Zaterdag 11 Mei een beschrijving
in ons blad heeft gestaan in verband met
de vestiging aldaar van een Missiepost der
Nederlandsche Franciscanen. Daarin werd
o.a. gemeld, dat een Nederlandsch missio
naris zich reeds in Quetta had gevestigd.
Wij vragen ons thans met bezorgdheid af,
wat het lot van dezen missionaris is ge
weest.
Het R.K. Werkliedenverbond en het wetsontwerp
ter verlaging van de openbare uitgaven.
Het R.-K. Werkliedenverbond vergader
de gisteren te Utrecht ter bepaling van zijn
standpunt ten opzichte van bovengenoemd
wetsontwerp.
Na inleiding van Pater Mr. Dr. D. Beau
fort O.F.M. en Mr. J. H. v. Maarseveen en
daarop gevolgde discussies werd de volgen
de resolutie aangenomen:
Het R.-K. Werkliedenverbond in Neder
land, in buitengewone en besloten verga
dering bijeen op Vrijdag 31 Mei 1935 in het
Jaarbeursgebouw te Utrecht,
Gehoord de inleidingen en besprekingen
over het „Wetsontwerp ter verlaging van
de openbare uitgaven",
spreekt als zijn meening uit:
dat, hoewel de arbeid door de Regeering
verricht om de gevolgen van de wereld
crisis voor land en volk zooveel doenlijk
te verzachten en het evenwicht in de rijks-
begrooting te herstellen, erkenning en
waardeering verdient, de resultaten echter
van dien arbeid beneden 'n redelijk mini
mum blijven en met name de economische
positie van ons land, gezien onder meer
het beangstigend cijfer der werkloosheid
en het voortdurend verder terugloopen der
publieke inkomsten, steeds ongunstiger
wordt;
dat mitsdien ernstig moet worden ge
twijfeld aan de juistheid der door de Re
geering gehuldigde economische inzichten
en haar daarop gebaseerde economische po
litiek een politiek, die getypeerd wordt
door steeds scherper bezuinigingen en ver
soberen, met slechts incidentieel steunver-
leenen, waar dit onvermijdelijk is, en ver
der lijdelijk afwachten tot hopelijk betere
tijden aanbreken ep de vraag klemt of
deze inzichten nog verder tot richtsnoer
mogen strekken en deze politiek nog ver
der mag worden gehandhaafd;
dat binnen dit algemeen kader der Re-
geeringspolitiek het „Wetsontwerp tot ver
laging der openbare uitgaven" moet be
zien en beoordeeld worden;
dat dan moet worden erkend, dat het
wetsontwerp in dit kader, zij het te wei
nig consequent, ongetwijfeld past;
dat daarin echter juist de groote teleur
stelling Egt, wijl thans na jaren van steeds
diepere teruggang, redelijkerwijze mocht
gerekend worden op een algemeen plan
van actieve en constructieve welvaartspo-
Etiek, voor alles gericht op vermindering
der deprimeerende werkloosheid, van welk
plan de onmisbare vermindering der open
bare uitgaven dan een redelijk en te dra
gen onderdeel zou hebben gevormd;
dat mitsdien het indienen van een bezui-
ningingsontwerp zonder verder aan ons zoo
zwaar getroffen volk eenig prectctief te bie
den voor 'n zij 't bescheiden opgang van ons
economisch leven, als een ernstige psycho
logische fout moet worden aangemerkt;
dat verder het ontwerp, gezien in het
bijzonder de nooden van ons bedrijfsleven,
teleur stelt in en inconsequent is, wijl 1 de
vaste lasten niet aantast en blijkens de M.
v. T., slechts een zwakke en daardoor on
genoegzame aanpassing in dit opzicht doof
de Regeering wordt voorbereid;
dat ook overigens te eenzijdig naar het
directe belang der staatshuishouding wordt
gezien en het verband met het veel groo-
ter belang der volkshuishouding uit het
oog wordt verloren;
dat ook het zeer beperkte, overigens in
zich juiste, doel van budgets-evenwicht op
deze wijze nimmer zal worden bereikt, wijl
door de directe en indirecte vermeerde
ring der werkloosheid de lasten zuUen wor
den verzwaard en door het afsnijden van
de toppen der inkomens bij ambtenaren
DIT NUMMER BESTAAT UIT
VIJF BLADEN WAARONDER GE
ÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Groote aardbevingsramp In Britsch-In
dië, Beloetsjistan zwaar geteisterd. (1ste
blad).
De Fransche regeeringscrisis opgelost.
(2de blad)
Roosevelt schijnt de Amerikaansche
grondwet te willen doen wijzigen. (2de
blad).
BINNENLAND.
Verlaging van vaste lasten; bijzondere
maatregelen ten aanzien van loopende
landbouwhypotheek- en pachtovereenkom
sten. (1ste blad).
Het standpunt van het Katholiek Werk
liedenverbond inzake de bezuinigingspoli-
tiek en de geheele oeconomische politiek
der regeering. (1ste blad).
Beschikbaarstelling van boomkweekers-
prodncten. (2de blad).
Wat de Ossenaar C. op zijn kerfstok
heeft. (Gem. Ber. 3de blad).
en gepensiormeerden en daardoor indi
rect bij tallooze particulieren, gezien ook
het progressief karakter der inkomstenbe
lasting, de openbai inkomsten opnieuw
zeer aanzienlijk zullen terugloopen, nog
daargelaten het feit, dat bij de becijfering
van het tekort voor 1936 in de M. v. T.
met het normale accres der uitgaven geen
rekening is gehouden;
dat voorts het ontwerp in de gevraagde,
op bepaalde punten met de Grondwet strij
dige, machtigingen een deels verboden en
in ieder geval voor Nederlandsche ver
houdingen onnoodige weg betreedt;
dat de aangekondigde vermindering van
de reeds sterk gedaalde salarissen en van
de pensioenen van het overheidspersoneel
in het algemeen aUeen te verdedigen zou
zijn, indien tevens de kosten van levens
onderhoud evenredig verlaagd werden;
dat, daargelaten het doel, waartoe de na
te noemen maatregel moet dienen, het mo
reel afkeurenswaardig is, werkloozen te
straffen door onthouding van steun op de
enkele grond, dat de loonen in de bedrij
ven, waarin zij werkzaam waren, naar het
oordeel der Regeering te hoog zijn;
dat de, overigens in het kader van dit
wetsontwerp niet passende, verlaging van
de uitkeeringen van werknemers, die door
ziekte of ongeval getroffen zijn, wel de
nood in hun gezinnen zal kunnen doen stij
gen, doch voor de betreffende ondernemin
gen practisch van weinig of geen betee-
kenis zijn;
dat, tengevolge van de voorgenomen wij
ziging in de financiering van Invaliditeits-
en Ouderdomswet, de Staat niet alleen aan
eens door hem aanvaarde verpEchtingen
verzaakt, doch bovendien de krachtens de
Invaliditeitswet verder op te brengen pre
mies voor andere doeleinden laat aanwen
den, dan waarvoor ze gestort worden;
dat de in het vooruitzicht gestelde kor
ting op nog te verleenen invaEditeitsren-
ten een inbreuk vormt op verbintenissen,
waarvan de Staat zelf bij de wet de nako
ming gewaarborgd heeft;
dat van de voorgenomen buiten werking
stelling der Warenwet sociaal-hygiënische
ST. CLEMENSRETRAITENHUIS
TE NOORDWIJKERHOUr
36 Juni Meisjes boven 17 jaar 6.50
811 Juni Mannen en Jongelingen 6.50
1114 Juni Mannen 6.50
1922 Juni Politiebond 6.50
2225 Juni Mannen 6.50
25—28 Juni Geh. Dames Middenst. 10.
29 Juni2 Juli Mannen 6.50
25 Juli Meisjes boven 17 jaar 6.50
69 Juli Jonge Mannen 6.50
912 Juli Gehuwde Vrouwen 6.50
1316 Juli Jonge Middenstanders 8.