ODEN EN SATYREN WORDEN OPEERUIMD VRIJDAG 15 MAART 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD'. - PAG. 7 -De laatste exemplaren van den tweeden bundel „ODEN en SATYREN" door TROUBADOUR Vanaf heden zijn de laatste exemplaren van dezen bundel verkrijgbaar aan het bureau van „DE LEIDSCHE COURANT", voor den prijs van 50 cent Het it een kloek boek ven ongeveer 100 pagina1! met de aardigste verzen van TROUBADOUR. Thans kan men dit mooie boek bezitten voor 50 cent. De voorraad is beperkt BINNENLAND HET JUBILEUM VAN „BLOEMBOLLEN CULTUUR". Bijeenkomt in het Krelagehuis te Haarlem De Algemeene Vereeniging voor Bloem bollencultuur heeft, zooals gisteren is ge meld, haar 75-jarig bestaan gevierd. Een zeer groot aantal genoodigden was des middags in de beurszaal van het Kre- lagehuis bijeen. Daar waren o.a. ir. Alph. Roebroek, directeur-generaal van den landbouw, namens den Minister van Econ. Zaken, - de commissaris der Koningin in N.-Holland, jhr. mr. dr. A. Röell, de bur gemeester van Haarlem, de heer C. Maar schalk van Egmond en Rinnegom, burge meesters van omliggende gemeenten, wet houders en raadsleden van Haarlem, voorzitter en secretaris van de Kamer van Koophandel te Haarlem, de heer Mensing, voorzitter van de Tuinbouwraad, jhr. Van Tets, voorzitter van de Kon. Ned. Mij. voor Tuinbouw en Plantkunde, G. W. Leak, voorzitter van de Royal Horticultural So ciety, te Londen, vertegenwoordigers van verschillende vereen igingen in binnenland en buitenland en anderen. Voordat de voorzitter van „Bloembollen cultuur" het woord nam, zong het mannen koor „Die Spaerne Sanghers", vereenigd met het Haarlemsch Vrouwenkoor onder leiding van Lieven Duvosel een couplet van het „Wilhelmus". Daarna werd gezon gen, met medewerking van mej. Gree Bek- ker, sopraan, uit Zaandam, „O Meimaand", van Lieven Duvosel. Rede van den heer K rel age. De voorzitter van „Bloembollencultuur", de heer E. Krelage, nam nu het woord, in de eerste plaats ter verwelkoming van de aanwezigen. Spr. s lelde voor, een telegram van hulde en trouw te zenden aan de Koningin. De aanwezigen gaven door applaus van hun instemming blijk. De heer Krelage gaf hierna een uitvoerig overzicht van net werk der vereeniging en wees ten slotte op de moeilijkheden van dezen tijd. Maar het bloemboilenvak, dat herhaaldelijk aan zware beproevingen bloot stond, twijfelt ook thans niet aan zijn toe komst. De tentoonstelling te Heemstede bewijst dit. Spr. bracht in he bijzonder hulde aan den heer H. J. Voors, den tegenwoordigen secretaris-penningmeester. Eereleden. Ten slotte maakte spr. melding van het door de laatstgehouden algemeene vergade ring der vereeniging genomen besluit om tot eereleden der vereeniging te benoe men: Z. E. mr. M. P. L." Steenberghe, mi nister van Economische Zaken, Z. E. de minister van Staat, jhr. mr. dr. H. A. van Karneoeek, commissaris der Koningin in Zuid-HolaLnd, jhr. mr. H. M. van Haersma te With, H. M. buitengewoon gezant en ge volmachtigd minister te Washington en W. L. F. C. Ridder van Rappard, H. M. buiten gewoon gezant en gevolmachtigd minister te Kopenhagen, beide laatsten meer in het bijzonder ter waardeering vanhun krach- tigen steun ter beperking van de invoer- moeilijkheden in Tsjechoslowakije en De nemarken aan het bloembollenbedrijf ver leend. Vervolgens nam ir. Alph. Roebroek, di recteur-generaal van den landbouw, het woord, namens den minister van Economi sche Zaken. Van de rede van den heer Roebroek heb ben wij gisteren uitvoerig melding ge maakt. Onderscheiding. Spr. deelde mede, dat bij Kon. BesL van 13 Maart benoemd is tot ridder in de Orde van Oranje Nassau de heer J. Valkering, ondervoorzitter der Algemeene Vereeni ging. De burgemeester van Haarlem, de heer C. Maarschalk van Egmond en Rinnegom, liet hierop in het bijzonder uitkomen, dat een sterke band Haarlem aan „Bloembol lencultuur" bindt. Een groet uit het buitenland. De heer G. W. Leak, member of the council Royal Horticultural Society, bracht namens zijn 50.000 leden tellende organi satie gelukwenschen over aan de jubilee- rende vereeniging. Hij herinnerde aan de tentoonstelling van 1925 en uitte zij be wondering over hetgeen nu in eén nog grootere en schoonere expoistie is tot stand gebracht. Laatste spreker was de heer J. C. M. Mensing, voorzitter van den Nederland- sohen Tuinbouwraad. Tot besluit hield het hoofdbestuur der Algem. Vereeniging re ceptie. Zeer velen kwamen hun gelukwen- sahen aanbieden. BEZUINIGINGS-ONTWERP. Naar den Raad van State verzonden. Het aanpassings-ontwerp, het groote plan der regeering dat een bezuiniging van 50 millioen beoogt, is thans naar den Raad van State verzonden. Bcternoteering 37 cent. De commissienoteering voor de Neder- landsche boter is vastgesteld op 37 ct. Afdracht consumptiemelk. De afdracht voor „andere" in consumptie gebracht melk is voor de volgende week bepaald op 2)4 cent per liter. De regeeringssteun aan de scheepvaart, Dat er steun aan onze scheepvaart van regeeringszijde zal worden gegeven, is geen "-aagstuk meer, waarover gediscussieerd behoeft te worden. Iedereen erkent de treurige, maar onvermijdelijke noodzake lijkheid er van. Waren er voor kort mis schien nog twijfelaars van meening, dat ten slotte de best uitgeruste scheepvaart maatschappijen het maar uit moesten zin gen en de anderen dienden te verdwijnen, na de jongste daling van het Pond Ster ling, waaraan een scherpe daling der vrach ten reeds vooraf was gegaan, is het duide lijk, dat het tegenwoordige vrachtniveau reddelooze ondergang voor ieder scheep vaartbedrijf in ons land beteekent. Daarte gen zijn ook de grootste reserves niet op gewassen; ook deze zullen in korten tijd uitgeput raken bij de enorme verliezen, die de opnieuw gedaalde vrachten opleveren. Het is dan ook zeer te bettwijfelen, of de internationale scheepvaartconferentie, die men van plan was te houden, door zal gaan en of het eenigen zin heeft die te la ten doorgaan. Objectief gesproken is de toestand zoo, dat in de geheele wereld bijna 12 pet. van alle koopvaardijschepen zijn opgelegd. Dat i3 nagenoeg het dubbele van hetgeen vóór de crisis aan reserve aanwezig was. Men heeft bovendien vanaf 1932 in versterkte mate allerwegen oude schepen opgeruimd vooral in de landen me+ de meest ontwik kelde scheepvaart, gelijk Nederland, En geland en Duitschland. Daarnaast zijn nieuwe schepen gebouwd, betere en snel lere schepen, en deze worden nog steeds aangebouwd. Ofschoon de scheepsbouw over de geheele wereld stagneert, wordt er toch weer bijna een derde deel gebouwd van hetgeen voor de crisis normaal op sta pel stond. In 1932 en 1933 heeft men zeer veel gesloopt, maar dat is in 1934 reeds flink verminderd, en het laat zich aan zien, dat zulks in het loopende jaar nog verder zal afnemen. Wat op stapel staat wordt echter afgebouwd en te water ge laten, en er staat thans in de heele wereld ongeveer 1.2 millioen scheepsruim te op stapel, 2 1/2 maal zooveel als in het slecht ste jaar 1933. Het laat zich dus aanzien, dat de ver mindering van de wereldkoopvaardijvloot, die in 1933 en 1934 plaats vond, tot stil stand zal komen, en dat er in 1935 weer ongeveer evenveel zal worden bijgebouwd als opgeruimd, dat wil zeggen, dat de te genwoordige situatie met haar surplus aan beschikbare scheepsruimte, haar te groot percentage aan opgelegde schepen en haar BETEUGELING VAN UITVERKOOPEN. doodelijke concurrentieen verlaging der vrachten beneden elk loonbrengend peil voorshands zal blijven bestaan. Dit is de basis, waarop tot subsidieverlee- ning aan de scheepvaart in ons land, op welke wijze dan ook, zal moeten komen. De uitvoering zal hierbij zeer vele moeilijkhe den opleveren, evenals zulks in den land bouw het geval is geweest. Want al lijkt het, dat de scheepvaartbelangen alle de zelfde zijn, dit is in werkelijkheid even min het geval als bij de landbouwbelangen. Men heeft afwijkende belangen en zelfs zeer scherpe belangentegenstellingen. Men denke slechts aan de concurrentie tusschen verschillende havens, tusschen Amsterdam en Rotterdam, Rotterdam en Dordrecht. Deze concurrentie tusschen Am sterdam en Rotterdam Is onlangs nog scherp naar voren gekomen bij de kwestie van de passagiersvaart van de Kon. Holl. Lloyd op' Zuid-Amerika. De regeering heeft toen beslist, dat voor die passagiers vaart geen subsidie meer zal worden ver leend, of geen credieten zullen worden ver strekt, omdat een Rotterdamsche lyn dit verkeer kon handhaven zonder bijdrage. Voorts heeft men de afwijkende belangen van vaste lijndiensten en de maatschap pijen, die schepen in de wilde vaart heb ben, die tusschen de lijnen voor de Oceaan diensten en de kustvaart, enz. enz. Het zal bij steunverleening op algemeene schaal noodzakelijk blijken, evenals zulks in den landbouw is geschied en ook in overeen stemming met de regeling in de binnen scheepvaart, om de bijdrage te verbinden aan een zekere inkrimping van de bedrij vigheid van ieder der betrokken maatschap pijen. Het zou daarom van groot belang zijn, wanneer de op het programma staande in ternationale scheepvaartconferentie door gang zou vinden, omdat men daar tot een internationale bedrijfsinkrimping dacht te komen, waarbij voor leder land zou wor den vastgesteld, hoeveel schepen er in de vaart mochten blijven en welke opgelegd dienen te worden. Natuurlijk zou het voor onze regeering een veel gemakkelijker ba sis zijn om de binnenlandsche verdeeling ter hand te nemen, wanneer tevoren was vastgesteld, hoe groot het contingent van ieder land in de wereldscheepvaart zou zijn. Blijft dit laatste achterwege, dan staat men voor het groote gevaar, dat be perking van de scheepvaart van een land eenvoudig tot uibreiding van die van een ander land voert, zonder dat het op het totale aanbod van scheepsruimte eenigen invloed heeft. Aan het vraagstuk van den scheepvaartsteun zijn dus vele zijden, die ernstig onderzocht moeten worden alvo rens men tot een practisch bruikbare op lossing kan komen. STUDENTEN-RETRAITE. RECHTZAKEN KANTONGERECHT TE ALPHEN AAN DEN RIJN. Ter strafzitting van het kantongerecht te AI p h e n, had zich te verantwoorden J. D. wegens het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunde. Verdachte had in de maand September 1934 op de alsdan te Alphen jaarlijks gehouden wordende paarden markt bonnen aan het publiek uitgereikt, vermeldende het adres van verdachte, waarop hij zich uitgaf als geneeskundige en was te consulteeren voor alle ziekten. Ze kere K. te Alphen, had verdachte ontbo den. Verdachte had aan deze uitnoodiging gevolg gegeven en was inderdaad ten hui ze van K. verschenen, door betasting en het zien in de oogen had hij zijn diagnose vastgesteld en de ziekte waaraan K. leed medegedeeld. De kosten van behandeling zouden 25.bedragen. K. kreeg hiervoor wat.kruiden, moest direct ƒ10.betalen, terwijl het restant moest worden voldaan bij de verdere behandeling. K., die op een en ander inging, betaalde ean verdachte 10.maar had nadien verdachte begrij pelijk nimmer meer gezien. Verdachte die momenteel gedetineerd zat in het Huis van Bewaring te Rotterdam, liet verstek gaan. De bewuste patiënt, zoomede diens echt- genoote werden als getuige gehoord en be vestigden de feiten als in het proces-ver baal vermeld. Goede raad is duur en ook thans deed dit spreekwoord opgeld, daar getuige er dusdanig was ingevlogen, ergo zijn kwaal had behouden en bovendien zijn geld was kwijt geraakt. Overeenkomstig den eisch, kerd verdachte veroordeeld tot een geldboete van 75.subs. 2 maanden hechtenis. Op jacht met den burgemeester. P. lyr. uit Ter Aar die was verschenen was ten laste gelegd overtreding der jacht wet. Verdachte beriep er zich op te heb ben gejaagd op het land van de wed. C. in gezelschap van jhr. de M., burgemeester dier gemeente, bovendien vertoonde hij een teekening van het jachtterrein. Een tweetal getuigen hadden verdachte gezien, doch de burgemeester bleek op groo- ten afstand van Kr. te zyn geweest. Ver dachte deelde voorts nog mede, dat hij vroe ger ook in gezelschap van deft burgemees ter niet mocht jagen, toen de echtgenoot van genoemde weduwe nog leefde, wegens een persoonlijke veete. De burgemeester had aan verbalisant evenwel verklaard, dat verdachte niet in zijn gezelschap was geweest, wat verdachte onbegrijpelijk voorkwam. De zaak werd daarop uitge steld tot het hooren van den burgemeester. P. M. V. uit H a z e r s w o u d e had een auto uit de garage van de maalderij „De Hoop" gereden zonder dat deze behoorlijk was verlicht, waardoor de autobestuurder W. O. uit Apeldoorn in aanrijding met ge noemde auto was gekomen en- hierdoor een schade had gehad van 125.Verdachte beriep er zich op, dat hij een uitkijkpost jongen met lantaarn op den weg had geplaatst en hij zich reeds met zijn wagen op het rechter weggedeelte bevond, toen W. O. zijn wagen aanreed, terwijl deze ge makkelijk kan passeeren. W. O. als getuige gehoord, ontkende dit. De ambtenaar acht te echter het wettig overtuigend bewijs ge leverd, dat verdachte niet de noodige vei- lighed in acht had genomen en vorderde een geldboete van 10.subs. 5 dagen. Uitspraak conform. Je liegt! Vervolgens kwam aan de orde een over- treding van de jachtwet in vereeniging waarbij een viertal personen uit Z e g v e 1 d en Bodegraven waren betrokken. Ver dachten ontkenden en beweerden vergun ning te hebben gehad. Bedoelde vergun ning die werd overgelged, bleek evenwel niet volledig. Een tweetal getuigen ver klaarden en gaven aanwijzing op welke landerijen verdachten hadden geloopen en gejaagd. Verdachten ontkenden en voeg den een der getuigen toe: Jongen je ligt! Het geheel bleek echter zeer verward en gecompliceerd, waarop de zaak werd aan gehouden tot het hooren van verdere getui gen. Kr. uit Den Haag was eveneens ten laste gelegd overtreding van de motor- en rij- wielwet n.l. het ingevaar brengen van de veiligheid van het verkeer. Verdachte had in de maand November 1934 een aanrijding veroorzaakt in de Emmalaan te Alphen. Verdachte ontkende en beweerde met zijn auto te hebben stilgestaan. Een drietal ge tuigen w.o. de bestuurder der auto die was aangereden verklaarde evenwel pertinent dat verdachte wel had gereden, alhoewel hij had kunnen zien, dat het passeeren on mogelijk was. Verdachte had hen boven dien gezegd, dat hij had gereden met een snelheid van 70 K.M. per uur., Verdachte gaf dit toe, doch beweerde dit maar te heb ben gezegd als een handigheid om te we ten te komen hoe snel de andere bestuur der had gereden. Ambtenaar en kanton rechter'vonden deze houding hoogst eigen aardig. Na de aanrijding had verdachte de andere autobestuurder een kaartje met zijn adres gegeven en was toen spoedig verdwe nen, daar hij haast had. Verdachte ontken de dit en zeide minstens 20 minuten ter plaatse te zijn geweest, hetwelk door ge tuigen werd tegengesproken. De ambtenaar overwoog in zijn requisi toir dat verdachte hoogst roekeloos had gereden en nu trachtte door geraffineerd heid de zaak anders voor te stellen. Eisch 75 subs. 1 mnd. Uitspraak 30 subs. 6 dagen met toewijzing van civiele vorde ring ad ƒ30 wegens schade geleden door den anderen autobestuurder. Als slot werd C. J. K. wegens vertreding der visscherij- wet veroordeeld tot 10 subs. 5 d. VALSCHE MUNTERS VEROORDEELD De Rechtbank te Amsterdam deed van daag uitspraak in de zaak tegen de beide personen, die zich in September van het vorige jaar te Muiderberg hebben bezig gehouden met het vervaardigen van val- sche kwartjes en rijksdaalders. Conform den eisch veroordeelde de rechtbank den 28-jarigen kellner L. A. V. en zijn patroon G. H. S. B. resp. tot ander half en twee jaar gevangenisstraf. De voorarrest werd in mindering gebracht. De kellner heeft een volledige bekente nis afgelegd, doch zeide door zijn patroon gedwongen te zijn. Deze laatste ontkende alle schuld, en beweerde, dat zjjn knecht buiten zijn medeweten de valsche geldstuk ken had vervaardigd. DREIGBRIEF GESCHREVEN. De rechtbank te Amsterdam behandelde vandaag een strafzaak tegen een 53-jari- gen kleermaker, verdacht van poging tot afpersing. De man had op 6 December van het vo rige jaar een anonieme dreigbrief geschre ven aan een groothandelaar in confectie. Het lange epistel had de bedoeling den koopman te bewegen ƒ20.000 te geven, an ders zou zijn leven niet langer veilig zyn. Aanvankelijk nam de ontvanger van de brief de zaak niet al te ernstig op, doch twee dagen later kwam een tweede schrij ven, waarin medegedeeld werd, dat de schrijver zelfmoord zou plegen na te heb ben „afgerekend" met den koopman en diens vrouw. Voorts vermeldde hij, hoe het geld moest worden „overgemaakt". Het zou worden éafgehaald en moest met een paar waaTdelooze voorwerpen worden ver pakt. De politie werd in het geval gekend en in de bedreigde woning werden een paar rechercheurs ingekwartierd. Na een paar dagen kwam een juffrouw opdagen, die het pakje voor „meneer D." kwam halen. Zij werd gearresteerd, doch bleek van een onbekenden man opdracht te hebben ge kregen. De opdrachtgever kwam echter niet opdagen om het pakje bij de juffrouw te halen. Ten slotte gelukte het de Centrale Recherche, onder leiding van inspecteur Posthuma, om verd. te arresteeren. De Officier van Justitie eischte tegen verdachte een gevangenisstraf van ander half jaar. laat ik meer een lippenneger voor de microfoon komen. (Judge) Gaat het ontwerp te ver of niet ver genoeg? Versohenen is het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp houdende regeling, betreffende het uitver- koopen en opruimen in het winkelbedrijf. Wij lezen er o.a. in: Sommige leden wezen er op, dat de voornaamste oorzaken van de moeilijkhe den in deze materie gelegen zijn in de da ling van de koopkracht van het publiek en de abnormaal groote toeneming van liet aantal winkels, welke weer verband houdt met de vermindering der werkgelegenheid in andere bedrijven. Deze leden zouden gaarne vernemen of de Regeering nog an dere en belangrijkere maatregelen ten bate van den handeldrijvenden middenstand denkt te treffen, en zoo ja, welke. Verscheidene andere leden vreesden, dat de ontworpen regeling zeer licht zal kun nen worden ontdoken. Het wetsontwerp, aldus betoogde een aantal leden, bevat ook een regeling van het uitverkoopen en opruimen in het alge meen, welke erop gericht is, een einde te maken ook aan een concurrentie zonder bedriegelijk karakter, welke slechts be rust op andere inzichten omtrent de be drijfsvoering dan bij de meerderheid der winkeliers bestaan. Tegen deze poging tot „ordening" hadden deze leden bezwaar. Eenige andere leden meenden, dat voorshands kan worden volstaan met maatregelen tegen het euvel der vliegende winkels. Verscheidene leden vroegen zich af, of de inhoud van het wetsontwerp niet te be perkt is. Er zijn nog tal van andere vormen van zeer schadelijke en onmaatschappelijke concurrentie; o.a. het geven van geschen ken, het verkoopen van merkartikelen be neden den vastgestelden prijs, gefingeerde veilingen. Anderzijds vroegen verscheidene leden zich af, of niet veel van hetgeen in dit ontwerp wordt geregeld, behalve veel wat de be langhebbenden nog gaarne daarenboven geregeld zouden zien, kan worden bereikt langs den weg van het algemeen verbin dend verklaren van ondernemersovereen komsten. Verscheidene leden waren niet geheel gerust, dat de samenstelling van de Ka mers van Koophandel steeds waarborgen zal geven, dat de beslissingen uitsluitend naar objectieve normen zullen worden ge nomen. Vrij algemeen zou men verder een be roepsinstantie willen zien ingesteld. NOG GEEN ACCOORD IN DE SIGARENINDUSTRIE. Gisteren is te 's-Gravenhage onder lei ding van den Rijksbemiddelaar prof. mr. P. J. M. Aalberse, een bespreking gehou den met partijen betrokken bij het drei gend conflict in de sigarenindustrie. Daar geen van beide partijen bereid was, haar standpunt te wijzigen, was het bereiken van overeenstemming vooralsnog onmogelijk. Ik mag de Katholieke studenten, niet-le- den van R.-K. Stud. Ver., er op attent ma ken, dat ook zij van harte welkom zijn op de stud, retraite welke van 2225 Maart te Vught wordt gehouden. De Unie van R.-K. S. V. in Nederland kan hen niet anders bereiken dan langs dezen weg en ik verzoek een ieder die dit leest de betrokken personen op de hoogte te stel len. Mogen velen gehoor'geven aan deze uit noodiging en zich weer eens terdege be zinnen op de grondwaarheden van Ons Ge loof om daardoor het fundament te verste vigen waarop het verdere leven moet zijn opgebouwd. Kosten 10 gld. ^.anvang Vrij dagavond 8 uur. Correspondentie-adressen: Loyola Vught of Rapenburg 24, Leiden. PAUL BEUKERS, 'Unie-praeses. ALS DE WINTER ONS VERLAAT. Het is heel goed mogelijk en ook niet on waarschijnlijk, dat er voor het definitieve afscheid van den winter nog wel eens een lichte nachtvorst zal voorkomen want tot diep in April en zelfs in Mei en Juni ko men lichte nachtvorsten sporadisch voor maar dit is geen winterverschijnsel meer. Toen de felle Oostenwind een week gele den begon met het transporteeren van zeer koude lucht uit het West-Russische vorstgebied naar Midden- en West-Europa leek het korten tijd of dit nog een laten winter zou geven en de zeer bijzondere stabiliteit van de heerschende luchtdruk- verdeeling werkte er toe mede, dat de in getreden winterachtige weerstoestand vrij lang aanhield, maar het was toch niet meer te verwachten, dat de ingevallen vorst iets meer zou worden dan een staartje van den afscheidnemenden winter. Toen dan ook de oorzaak van den sterken Oostenwind, het voorbijtrekken van depresies over de Mid- deliandsche Zee, opgehouden had invlöed uit te oefenen en de Oostenwind was gaan liggen, hield de vorst op en kreeg de da- gelijksche verwarming de overhand zoo dat reeds aanstonds over dag lente-achtige temperaturen voorkwamen. Hiermede is aan den eigenlijken winter een einde gekomen en is, afgezien van de mogelijkheid, dat wij nog Maartsch buiïg weer krijgen, hetgeen thans nog niet waar schijnlijk is, de lente nu aangebroken., Intusschen is de stabiliteit van het ge bied van hoogen druk, waaraan wij het mooie weer te danken hadden, sterk aan het afnemen, doordat de luchtdruk in dat gebied daalt en een depressiegebied, dat over den Atlantischen Oceaan ligt, zich in Oostelijke richting uitbreidt. Het mooie weer is daardoor lang niet meer zou vast als het geweest is en daar Maart veelal met sterke weersveranderingen en groote verrassingen op meteorologisch gebied werkt, moeten wij thans rekening houden met de toenemende kansen op minder gun stig weer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7