AAN DE INGEZETENEN VAN LEIDEN EN OMSTREKEN! DE VERWIKKELINGEN ROND DE STICHTING VOOR LIJKBEZORGING TEGEN KOSTENDEN PRIJS DONDERDAG 14 FEBRUARI 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD. - PAG. 7 GEMEENTERAAD VAN NIEUWVEEN Woensdagavond te acht uur kwam de vroedschap der gemeente in openbare ple naire zitting bijeen onder leiding van den heer burgemeester. Opening en lezing no tulen, waarna goedkeuring, als gebruike lijk. De voorz. brengt alvorens de agenda te openen in herinnering de steun ad 17.500 aan de „verhagelde" tuinders. De uitkeering valt de schade-commissie erg mee. De be middeling van het Kamerlid v. d. Weijden noemt spr. als gunstige factor in deze. Eenige erfpachtaangelegenheden komen vervolgens ter sprake, en dan spreekt de voorz. complimenteuze woorden tot weth. Hoogervorst, die onlangs zijn 75ste ver jaardag mocht vieren. Spr. betreurt, dat de wethouder zich voor de a.s. verkiezin gen niet meer als candidaat geeft. In zijn dankwoord zegt de heer Hoogervorst te vertrouwen, dat jongere krachten beter zijn taak zullen kunnen overnemen. Aan de besturen der R. K. en Chr. school worden de gevraagde voorschotten voor 1935 verleend, resp. 1550 en f 1000. Deze zijn veel lager dan die waar de be sturen r^cht op hebben. Zij nemen hier echter rloopig genoegen mee. Per leer ling heöoen de scholen recht op 20.19, zijnde de kosten in 1931 aan de O. L. School per kind besteed. In beroep voor motortoelage hulpkeurmeester. Aan de orde is een schrijven van Ged. Staten houdende nietigverklaring van het raadsbesluit, dat de motortoelage van den hulpkeurmeester van 300.op 150. stelde. Het college voert aan, dat het uitge strekte rayon tot gebruik van een motor noodzaakt en een toeslag van 300.ze ker niet te hoog is. Wethouder Hoogervorst wil in beroep gaan bij de Kroon onder motief, dat f 150 mooi genoeg is; het meerdere moet de ge bruiker zelf maar betalen. De voorz. ver wacht geen heil van beroep; de wethouder vindt echter een meerderheid, dus zal een kansje gewaagd worden. Er blijken nog andere meeningsverschil- len met Ged. Staten aanwezig. Deze ge ven in overweging de opcenten gemeen tefondsbelasting van 75 op 60 te stellen en die op de personeele belasting te verhoo- gen van 100 op 150. Dit zou volgens de provincie tot 1937 belastingverhooging uit sluiten. Het overschot bij toepassing dezer wijzigingen zal na enkele te verwachten minderingen ongeveer 600 per jaar bedra gen en moet naar de reserve gebracht wor den. De heer Plomp is verontwaardigd over het venijnige staartje. Nu je de belasting centen onder de menschen hun nagels van daan moet helen, verlangen Ged. Staten, dat er een reserve gemaakt wordt, aldus spr. Hij betreurt, dat vooral de arbeiders door de 50 extra opcenten op „personeel" gedupeerd worden. Spr. stelt een andere berekening voor, die Ged. Staten den wind uit de zeilen haalt. Onder doodsche stilte slaan de confraters de calculatie van den heer Plomp en den secretaris gade. eMt in achtname der voorgeschreven verhou dingen worden de opcenten gemeentefonds belasting van 75 op 54 en die op de per soneele belasting van 100 op 140 gesteld. De verkiezing van het stembureau gaat uiterst vlot. De zittende leden worden by acclamatie herkozen, t. w. de heeren Hoo gervorst, waarn. voorz. en stemopnemer, Ran, stemopnemer; Rijlaarsdam en Groe- neweg, plaatsverv. stemopnemers. De vaststelling van het kohier der hon denbelasting dienstjaar 1935 leert dat er 58 dezer dieren in de gemeente huizen. Rakende de vleeschdestructie vernemen we, dat met Juli 1936 de gemeente ver plicht is zich bij de „Gekro" te Overschie aan te sluiten. Kosten 125 per jaar.*B. en W. willen de uiterste termyn afwach ten. Tevens zal dan een lijkenhuisje ge bouwd moeten worden; kosten pl.m. 200. Dit punt wordt verder aangehouden. Over krotwoningen. „Een huis is geen harmonica!" De voorz. snijdt het opruimen van krot woningen aan. Spr. zegt, dat de inspecteur der volksgezondheid hem gewezen heeft op de perceelen no. 234 en 235. Deze zouden onbewoonbaar verklaard moeten worden, reden waarom hij zulks aan den raad ver zoekt. Het blykt evenwel, dat de heeren daar zoo maar niet voetstoots op ingaan. Een stroom tegpn-argumenten komt los. Weth. Hoogervorst stelt met anderen voor op, dat het al of niet onbewoonbaar ver klaren niet in verband mag gebracht wor den met de grootte van het gezin. Is het gezin te groot voor een bepaald huisje, dan moet het verhuizen. De heer Ran: Een huis is geen harmonica, dat je kan uittrekken bij uitbreiding. De heer Bokkestijn kruist vinniger de degen met den voorz. Wil deze de bouw verordening strenge: toepassen, dan moet een groot aantal woningen met de „ban bliksem" getroffen worden. Dan komt een huisje van weth. Rijlaarsdam, dat meer een schuur dan een woning gelijkt, eerder aan de beurt dan de gewraakte perceelen in de Dorpsstraat. De heer De Geus heeft de „uitverkoren" panden persoonlijk bezocht. No. 234 is ho peloos slecht, no. 235 goed bewoonbaar op de zolder na. Spr. acht het rapport van den gemeente-opzichter op zijn plaats. Men kan zich echter niet strikt aan de verorde ning houden. Wethouder Hoogervorst zegt, dat ook het blok „Geloof, Hoop en Liefde" van het R. K. Armbestuur niet aan de eischen der volksgezondheid voldoet, hetgeen allen vol mondig toegeven. De voorz. laat even hoo- ren, dat hij dienaangaande ook plannen koestert. De heer Plomp vraagt waar de men schen naar toe moeten, als de krotwonin gen alle opgeruimd worden. Wat kunnen de menschen in het algemeen verwonen? De secretaris leest hetgeen de heer K. J. M. Speet als eigenaar op het „ultimatum" van de gemeente geantwoord heeft. Zou hij moeten uitvoeren wat hem gelast werd, dan kon hij beter de panden neerhalen. Adressant is bereid zoodanige herstellingen uit te voeren, dat van behoorlijk wonen sprake kan zijn. Na langdurige gedachten- wisseling wordt z. h. st. besloten genoegen te nemen met de voorgenomen verbeterin gen, waarvoor tot 1 Juli a.s. de tijd gege ven wordt. Als laatste punt, verzoek van B. en W. aan de Vroedschap 50.te voteeren voor deurwaarderskosten, daar de gemeente-ont vanger, nu de honing niet helpt met azijn enkele wanbetalers der gemeente wil van gen. Een Leidsche deurwaarder zal voor een crisis-prijsje assistentie verleenen. De heer De Geus verzoekt bij de rond vraag verbetering van de landweg naar de Amstel. De voorz. zegt toe de betrokken polderbesturen dit te zullen vragen. De hooge kosten voor blusschingswerk bij de boerderij brand van den heer Ran, noopt den heer Plomp voor te stellen zoo noodig de plaatselijke brandweer te geor- ganiseeren. De voorz. zegt, dat bereids het loon voor bluschwerk, dat voorheen onge acht het aantal uren 1.per uur be droeg, gesteld is op 75 cent per uur voor de eerste vier uren en verder 50 cent per uur. Voorts zullen de spuitgasten gespeend blij ven van sigaren (Om rookgordijnen te voorkomen?) en alleen brood, koffie en thee op gemeentekosten ontvangen. Wat een mogelijke reorganisatie raakt, gaarne zal de voorz. dit punt overwegen en een samenspreking met de kopstukken houden. Niets meer aanwezig zijnde, sluit de voorz. te tien uur de zitting. NIEUWVEEN. Bouw woonhuis. Door den heer D. van Leeuwen Lzn., is uit de hand gegund het bouwen van een woonhuis aan de firma Wed. Spijker voor wat het timmerwerk be treft en aan de fa. Van Dijk het metselwerk. Schilderswerk Joh. Stichting. De heeren Visser en Van Dijk, aannemers van de uitbreidingswerken der Johannes Stich ting, hebben onder-aanbesteed het schil derwerk. Inschrijvers waren: Alb. van Poelgeest, Nieuwveen 3060.G. Helsloot Aalsmeer f 4350.J. Z. van Helmond, Alphen 5134; Bleijs en de Jong Leiden 3190: Snoek, Alphen 4461 en Abr. van Zoest, Nieuwveen 4098. Bij goedkeuring van den architect, zal het werk gegund worden aan den laagsten inschrijver, den heer v. Poelgeest. VOORSCHOTEN. Arbeidsbemiddeling. Bij het corres pondentschap der arbeidsbemiddeling al hier staan als werkzoekenden 219 personen ingeschreven: t w. 22 timmerlieden, 16 metselaars, 15 opperlieden, 9 grondwer kers, 7 schilders, 93 land- en tuinbouwar- beiders, 15 losse arbeiders, 2 zilverbewer kers, 3 loodgieters, 1 taludwerker, 1 riet dekker, 2 straatmakers, 3 chauffeurs, 1 be tonwerker, 2 houtbewerkers, 3 monteurs, 1 electricien, 1 kantoorbediende, 2 schip pers, 4 smeden, 1 surveillant, 1 letterzet ter, 1 loopknecht, 1 bakker, 1 spinmeester, 1 bouwkundig opzichter, 1 constructietee- kenaar, 1 kunsthoornbewerker, 1 spoor wegarbeider, 2 meubelstoffeerders, 1 win kelbediende, 2 fabrieksarbeiders, 1 dienst- bodè, 1 persoon geplaatst. Overleden: Hendrikus Johannes Ver,beek 61 jaar gehuwd Maria Marga- retha Messemer, 51 jaar ongehuwd. Gevestigd: P. C. van der Hoorn, Veurscheweg 82 van Ter Aar G. Verboon Leidscheweg 199 van Leiden J. J. van Veen, Papelaan 212, van Voorburg C. J. van Geldrop Bijdorpstraat 5 Vein Haarlem mermeer L. van der Zwan Noordheij- straat 27 van 's Gravenhage A. Kotte- witz, Leidschweg 195e van Oegstgeest T. S. W. van Leeuwen, Rijndijk van Lei den. Vertrokken: Jhr. M. W. C. de Jonge naar Zutphen Deventerweg 26 W. Schöt- telndreier naar Apeldoorn, Arnhemsche- weg 457 K. Neeleman naar Amsterdam le Constantijn Huygenstraat 39 M. Ver boon naar 's Gravenhage, Ternierstraat 26 W. C. de Haan, naar Veür Veursche straatweg 269. Stationneeren verboden! (Niet langer stil staan dan noo dig voor on- middellijk in- en uitstappen) OOOOOOQOOO BALANS OPRUIMING Wij ruimen op een groote partij Dames- tasschen prima leder vanaf 39 ct. - Op onze andere tasschen tijdens de opruiming 15 korting. Ook hebben wij nog een aparte partij damestasschen, die wy tegen aan nemelijk bo'd kunnen ruimen; alles zeld zaam goedkoop. - v. WIJK's Leerhandel Haarlemmerstraat bij de Janvossensteeg naast Leidsche Naaimachinehandel. i I L.S. Sedert ongeveer twee jaar wordt ook Leiden en Omstreken „bewerkt" door zoogenaamde Coöperaties en Associaties wier doel heet te zijn, begrafenissen uit te voeren tegen den kostenden prijs, en met misleidende leuze een leugen-en lastercampagne hebben ingezet tegen hèn, die zich met deze functie al vele jaren bezig hielden en deze menschen op de meest laakbare wijzeen met de geraffineerdste middelen bij het publiek hebben belasterd en verdacht gemaakt. Wij lazen in de Residentiebode van Woensdag 23 Januari, l.l. het hiernavolgend HOOFDARTIKEL dat wij meenen de BURGERIJ VAN LEIDEN EN OMSTREKEN niet te mogen onthouden. DE VEREENISING VAN BEGRAFENIS-ONDERNEMERS VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN, GEVESTIGD TE LEIDEN. EN DE BELANGEN VAN HET PUBLIEK Er spelen zich volgens de courantenberichten der laatste dagen vreemde dingen, zoo niet ernstige moei lijkheden af bij een der vele hier ter stede in den laatsten tijd opgerichte z. g. associatiën voor lijkbezorging tegen kostenden prijs, onder welkenweinig welluidend klinkenden naam deze stichtingen zich in voortdurend stijgend aantal, bij het publiek komen aandienen. Het feit dat thans ook aan de ingeschreven leden der bedoelde „Stiohting" een door den tweeden voorzitter onder- teekende mededeeling is toegezonden betreffende de geste zijner medebestuurderen en bovendien de niet minder ern stige omstandigheid dat de schrijver van zooeven genoem de circulaire volgens de mededeelingen van de Politie, op vermoeden van minder gewenschte handelingen was aan gehouden en korten tijd in bewaring was gesteld, heeft bij het publiek eenige onrust verwekt en de uiteindelijke vraag doen rijzen hoe het met al deze hier en elders opge richte coöperaties en associaties in het algemeen en de zoo even genoemde stichting in het bijzonder wel is gesteld. Allereerst dient daarbij een oogenblik teruggegaan te worden naar den tijd, nog niet zoo heel lang geleden, dat dergelijke instellingen, sindsdien bijna als paddenstoelen uit den grond verrezen, en hier en elders, meest door middel van propaganda en huisbezoek, overal vasten voet trachtten te verkrijgen. Hoofdmotief van het begin-optreden van bedoelde As sociatie, zooals de naam der instelling aanvankelijk luidde, was volgens hunne bedoeling, een radicaal optreden tegen de h. i. te hooge tariefskosten door begrafenisondernemers, veelal ook, door bodenpersoneel bij voorkomende sterfge vallen bedongen. Als voornaamste doel werd voorgesteld het doen uit voeren van begrafenissen tegen den kostenden prijs waarbij het behalen van winst geheel diende uitgesloten. Hiermede was blijkbaar in veler oogen een stap terug gezet naar de richting waarin geheel het begrafeniswezen zich in lang vervlogen tijden althans in de minder groo- tere plaatsen zou. hebben bewogen, m. a. w. den tijd waarin het begraven der dooden zuiver als 'n liefdewerk van chris telijke barmhartigheid werd beschouwd en ook als zoodanig beoefend. Zooverre echter was het met de stiohting bovenbedoeld nog lang niet gekomen, getuige allereerst het feit, dat men na toetreding als lid een jaarlijksoh bedrag aan contributie was verschuldigd. Mede door een niet al te gelukkigen uitleg van sommi gen, die zich als colporteur voor deze nieuwe heil-instelling opwierpen, kwam een gedeelte van het publiek, hetwelk tot al te scherpe onderscheiding blijkbaar niet direct ge roepen was, reeds tot de veronderstelling, dat zij uitslui tend door 't voldoen hunner contributiepennningen, zonder meer, reeds bij voorkomende gelegenheid in hun familie aanspraak op een begrafenis, zelfs zonder eenige bijbetaling mochten maken. Afgescheiden van deze domme dwaling, vraagt ieder redelijk mensch zich toch wel eerst even by nader inzien af, waartoe deze geregelde contributiestorting van 0.50 en 1.per jaar in haar geheel dient en welke waarborgen voor het publiek, gesteld dat het eventueel dertig a veertig jaar zou hebben gestort, zouden overblijven. Daarbij dient niet uit het oog verloren, dat de hier bedoelde instellingen niet onder toezicht van de Verzkeringskamer staan en dien tengevolge van Overheidswege geenszins aan controle on derhevig zijn. Dergelijke methoden toch laten zich met de hedendaagsche opvattingen moeilijk verdragen. Inmiddels liggen de bewijzen der jongste gebeurtenissen reeds te dicht bil de hand. De voor 2 y, jaar ongeveer op gerichte associatie, waarbij aanvankelijk menigeen een sociaal doel zou hebben verondersteld, heeft haar schijn baar altruïstisch karakter al zeer spoedig in den steek ge laten. De latere omvorming van associatie tot stichting is daar mede een bewijs van. Ook in ruimeren kring bleek de aantrekkelijkheid van het werken „tegen kostenden prijs" een ongewone daadwer kelijke belangstelling teweeg te brengen. Een ieder achtte zich plotseling tot dit „vrywilligers- baantje" geroepen. Als gevolg hiervan ontstond binnen betrekkelijk korten tijd een hevige onderlinge concurrentiestrijd, tusschen de genen, die tegen „kostenden prijs" zich met het uitvoeren van begrafenissen gingen belasten. Het ging zoover, dat sommigen zelfs kans zagen beneden den z. g. kostenden prijs te werken en ten slotte toch nog iets over te houden. De circulaire, dezer dagen door een der bestuurders van de „Stichting voor Lijkbezorging tegen kostenden prijs" ver spreid en de minder smakelijke feiten daarin vermeld, moeten het publiek, dat tot nu toe meest te goeder trouw, dergelijke instellingen hielp steunen, wol iets hebben ge leerd. Voor velen zal dan ook de vraag zijn gerezen of zij met dergelijke stichtingen niet van den regen in den drup zijn gekomen. Wat echter van meer belang is, wordt het niet hoog tijd, dat de aandacht van de betrokken Overheid op de onge controleerde handelingen van dergelijke instellingen wordt gevestigd. Voorts wat het publiek zelf betreft ook voor deze lijkt een kleine rechtzetting van het geval niet geheel en al overbodig. De ondervinding heeft velen, die voorheen de regeling eener begrafenisplechtigheid te goeder trouw aan een der gelijke instelling opdroegen, reeds een en ander geleerd. Gebleken toch is, dat talrijke families, die een „volledige uitvoering" wenschen, uiteindelijk even duur uitkwamen, zoo niet een hoogeren prijs dienden te betalen dan voorheen bij de zoo gesmade bedienaren, die tegen een vastgesteld volledige tariefsberekening werkten. Daar is evenwel nog iets anders wat de zoo eensklaps tot bovenstaand vak zoo plotseling geroepene, in den regel mist. Men zou hier nog kunnen wijzen op het feit, dat naast het voldoen aan allerlei uiterlijke eischen van meer materieelen aard, menigeen al hebben zij zich in een behoorlijk costuum gestoken in velerlei andere opzichten, die dik- wyls het zwaarst wegen, te kort schie ten. De zorg voor begrafenissen brengt het niet zelden voor de betrokken bedienaren of leiders mede, dat zij de families, veelal ook in moeilijke zaken en omstandigheden met raad en daad ter zijde staan. Een vertrouwenspositie dus, welke men niet den eerste den beste die vandaag of morgen een instelling, waarmede hij weinig of geen risico dreigt te loonen, op touw zet, kan toevertrouwen. Van verder meer gedetailleerde beschouwingen omtrent deze zaak, waaraan zoo velerlei facetten zitten, wenschen wij ons alsnog te onthouden. Doel was alleen gelijk boven gemeld om publiek, dat door allerlei geruchten en berichten verontrust wordt en voorlichting verlangt, te wiizen op het minder aanlok kelijke om zich aan door de Wet ongecontroleerde instel lingen, uitsluitend op beloften en. voor stellingen door handige colporteurs ge- da an, te verbinden. Onzerzijds hebben wij het niet noodzakelijk geacht, dat ook in deze aangelegenheid het publiek slechts door schade wijs zou moeten worden. Tot zoover de „RESIDENTIEBODE", wier Redactie toch zeker niet verweten kan warden eenlg persoonlijk be lang bij deze zaak te hebben. Wij hebben aan dit, op nuchtere teiten en realiteit berustende hoofdartikel van de meest onverdachte zijde niets meer toe te voegen, alleen nog zouden wij willen verwijzen naar een Inge zonden etuk in bel avondblad van „HET VADERLAND" van 23 October 1934, waarin het publiek bekend gemaakt wordt met de laakbare handelingen van het Bestuur der Coöperatieve Vereeniging U.A. „ASSOCIATIE VOOR LIJKBEZORGING TE 's GRAVENHAGE", waaruit men kennis kan nemen dat de rechten der leden werden teniet gedaan, door deze Coöperatie in een „STICHTING" om te zetten. Een leder weet nu, wat er op dit gebied van deze zoogenaamde „voor den kostenden prijswerkende" coöperaties en associaties is te verwachten. Wij laten een oordeel met genoegen aan dé belanghebdenden over. DE VEREENIGING VAN BEGRAFENIS-ONDERNEMERS VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN, GEVESTIGD TE LEIDEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7