DROEVE VERWIKKELINGEN IN BELGIË De Kathol.-Boerenbond en de Alg.- Bankvereeniging in moeilijkheden DINSDAG 15 JANUARI 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD. - PAG. 6 1 HET AFTREDEN VAN v. CAUWELAERT Door de gebeurtenissen, die zich rond den Belgischen Boerenbond afspelen en die hun invloed op sociaal en politiek terrein doen gelden, dreigt het vertrouwen van de Belgische katholieken in de geestelijke en wereldlijke autori teiten verloren te gaan. Tot deze crisis van het vertrouwen, die door de feiten zelf reeds veroorzaakt wordt, draagt bijzonder bij de vloed van geruchten en dikwerf kwaadaardige verzinsels die daar omtrent worden verspreid. Het is daarom noodig een objec tieve voorstelling van zaken te geven. Wij laten hieronder een onzer cor respondenten aan het woord, uit wiens mededeelingen blijkt welke groote belangen der Vlaamsche katholieken hier op het spel staan. BRUSSEL, 14 Januari. Voor hen, die onkundig zijn van het geen in de politieke wereld van België zich afspeelt, zal het bericht van het aftreden van minister van Cauwelaert als minister van Handel, Landbouw en Middenstand, nadat eerst kort geleden het huidige kabi net werd samengesteld, een groote verras sing geweest zijn. Hier in België is dat echter niet het geval. En dat wel om deze eenvoudige reden, dat hier, na al de gebeurtenissen van de laatste weken, na de gebeurtenissen bij de banken der groote landelijke organisaties als de socialistische Bank van den Arbeid en de Algemeene Bankvereeniging van den Belgischen Boerenbond, niet veel menschen meer in zalige onwetendheid kunnen le ven, doch in angst en vreeze zitten, niet alleen om him materieele belangen, doch ook om de geweldige gevolgen, die uit deze bankverwikkelingen zullen voortvloeien op geestelijk terrein, op het terrein der sociale en politieke belangen. Deze brief heeft niet de bedoeling, uit te weiden over de groote financieele moei lijkheden, waarin men in België geraakt is. Deze moeten slechts in zoover aangestipt worden, als zij van invloed zijn op de po litieke verhoudingen. Wij willen ons heden slechts bezig houden met de in alle opzich ten droevige verwikkelingen, die de Ka tholieke Partij van België thans tot in haar diepste wezen schokken. Deze verwikkelingen zijn van allerlei aard. Allereerst heeft men de bijna onop losbare moeilijkheden, waarin de Belgiscne Boerenbond terecht gekomen is. Daarnaast (en dat maakt de zaak zooveel ernstiger) zijn er scherpe verhoudingen ontstaan tus- schen prominente figuren uit de katholieke gelederen met name tusschen de heerên Sap c.s. eenerzijds en de heeren van Cau welaert anderzijds, waarbij de eenigen tijd uit de politiek verdwenen, doch thans weer naar voren getreden staatsminister v. d. Vijvere de rol van aanblazer der kwesties schijnt te vervullen. Langer zwijgen over deze bittere per soonlijke kwesties heeft geen zin meer. Niet alleen is dat practisch onmogelijk (omdat na de felle artikelen die daarom trent in eenige katholieke bladen ver schenen zijn het „bedekken met den man tel der liefde" niet meer mogelijk is), doch het zou in hooge mate onjuist zijn om ver der nog te zwijgen, waar thans de vijan den der katholieke zaak de tekortkomingen aan katholieken kant als van de daken schreeuwen en niet nalaten alles zoo zwart mogelijk voor te stellen. Hierin kan alleen nog helpen de waarheid te zeggen, de ver antwoordelijkheden vast te stellen en ten slotte de consequenties te trekken. Dat gene, wat men met de gebruikelijke ver zamelnaam gemeenlijk „de katholieke zaak" pleegt te noemen, gaat in belangrijk heid verre uit boven de belangen van in stellingen of van particuliere personen, zij het ook dat zij in de openbaarheid een be- teekenende rol gespeeld hebben. De kern der verwikkelingen is gelegen in de moeilijkheden, waarin de Belgische Boerenbond en zijn finantieele organisatie, de Algemeene Bankvereeniging, zijn ko men te verkeeren. Reeds jaren geleden is gemompeld, dat er bij den Boerenbond en Bankvereeniging beteekenende tekorten waren. Wij spre ken nu nog niet van de groote verbittering dia zich terecht of ten onrechte bij den Belgischen Middenstand tegen de instel lingen van den Boerenbond gevormd heeft. De geruchten over finantieele moeilijkhe den van den Boerenbond zijn echter steeds hardnekkig tegengesproken. Zelfs wan neer van de zijde van verantwoordelijke autoriteiten daarnaar geïnformeerd is. Het is dan ook een ernstig vergrijp aan de waardigheid van deze autoriteiten, dat de leiders van de zakelijke instellingen van den Boerenbond nimmer klaren wijn ge schonken hebben. Terwijl uiterlijk alles in orde heette te zijn, bleek binnenskamers dat het in de kas ontstane gat steeds groo- ter en grooter was geworden. Tenslotte was dit niet verder meer te verbloemen, zoodat we nu niet lang geleden werden op geschrikt door de berichten, dat men, om de zaken voor algeheele ineenstorting te vrijwaren, om steun bij de regeering is moeten gaan aankloppen. Wij zullen in het midden laten hoe dit geschied is. Wel kun nen wij verzekeren, dat daarbij zeer domme dingen zijn begaan, die zich thans wreken. Feit is, dat de toenmalige minister van fi- nantiën de heer Sap inderdaad steun heeft willen verleenen, en daartoe, in samen werking met de heeren Theunis, Franqui en A. Janssen, kath. oud-minister van fi- nantiën al het mogelijke gedaan heeft. Aanvankelijk is gesproken van een te kort van 400 millioen francs, daarna wer den het er 600 millioen en thans bedraagt dit, naar men ons van uitstekend ingelich te zijde verzekert, rond een milliard. Tijdens de voorbesprekingen van het ontwerp tot redding van den Belgischen Boerenbond is een campagne tegen den heer Sap opgezet, een campagne die voor namelijk uitging van de kringen van den B. B. en de Alg. Bankvereeniging, waarvan de B. B. ongeveer alle aandeelen bezit. De heer Sap, die inderdaad sinds geruimen tijd met de leiders van de Algemeene Bankvereeniging op zakelijk terrein op ge spannen voet stond (hij zou hen o.m. ver wijten, dat zij onbekwaam waren en dat zij op zeer ondeskundige wijze het kapi taal van de Bank in tal van speculatieve ondernemingen gestoken hebben) is in die campagne afgeschilderd als een vijand van den Boerenbond die zijn ondergang zou willen. Dit is echter geenszins waar en nog slechts enkele 'dagen geleden heeft de voorzitter van de Katholieke Unie de heer Poullet in een verklaring in de „Standaard" dit ambtshalve formeel gelogenstraft. In tegendeel, de heer Sap schijnt zelfs op de meest verregaande wijze steun te hebben willen verleenen. Eenmaal met al die geruchten en bewe ringen het hek van den dam, heeft men voor de dolste fantasieën niet stil gestaan. In kringen van hen, die de moeilijkheden van den Belgischen Boerenbond met vreug de zien, heeft men zelfs niet nagelaten aan kardinaal van Roey, aartsbisschop van Mechelen een zeer eigenaardige rol toe te deelen. Deze zou ingegrepen hebben ten voordeele van de leiders der Bankvereeni ging en ten nadeele van den heer Sap, die mede daardoor als minister van financiën zou hebben moeten aftreden. Wat dit laat ste betreft: wij kunnen verzekeren, dat vanwege den kardinaal aan hen die dit aangaat uitdrukkelijk verklaard is, dat den heer Sap inzake zijn optreden als minister van finantiën den Boerenbond niets te ver wijten is. En wat de inmenging van kardinaal van Roey betreft: het is niets anders dan een kwaadaardige voorstelling van zaken, wan neer men zou beweren, dat deze zich om de finantieele belangen in de finantieele aangelegenheden zou gemengd hebben. In derdaad heeft Zijne Eminentie zich sinds geruimen tijd met de aangelegenheden van den Boerenbond daadwerkelijk bemoeid. De boerenbond is een geweldig lichaam, verbreid door geheel Vlaanderen. Die Boe renbond dient niet alleen de materieele belangen der aangeslotenen, doch heeft ook de taak zich met de geestelijke te be moeien. Uiteraard heeft daarbij de gees telijkheid een taak te vervullen. De geeste lijkheid heeft dan ook steeds een belang rijk aandeel in het beleid van den Boeren bond gehad. Vanzelfsprekend heeft de Kardinaal zich groote zorgen gemaakt om trent de positie van den Boerenbond, om dat door de finantieele decepties gewel dige ontwrichtingen op geestelijk terrein zouden kunnen veroorzaakt worden, die uiteindelijk zouden kunnen leiden tot een volkomen ineenstorting van de zoo nood zakelijke sociale organisatie van de katho lieke boeren in Vlaanderen, die toch het grootste gedeelte der bevolking uitmaken. Het is toch duidelijk wat daarvan het gevolg zou zyn. Welk een ontzaglijke ruïne zou een totale finantieele catastrophe niet veroorzaken? Welk een consequenties zou den door kwaadwillige voorlichters opge zweepte gedupeerden niet trekken op gansch ander terrein? Dat de Kardinaal zijn grooten invloed heeft aangewend om waar mogelijk ten gunste van het alge meen belang het kwade nog zooveel mo gelijk te keeren, is dus volkomen duidelijk. Intusschen, de campagne tegen den heer Sap in de politieke kringen en in sommige katholieke daebladen heeft geleid tot zijn verwijdering uit de regeering. Daarmee leek de ak voorloopig opgelost. De nieu we regeering zou eveneens steun verleenen doch naar thans blijkt, tegen feitelijk veel zwaardere voorwaarden dan de heer Sap dit heeft gewild. Hoe had zien deze regeering echter een meerderheid verzekerd? De heer Jaspar kon de opdracht tot het vormen eener re geering niet vervullen. In zijn kabinet had hij den heer Sap willen handhaven samen met den heer van Cauwelaert De pogingen van de heer Jaspar echter mislukten. De heer Theunis slaagde wel erin doch zonder den heer Sap en met den heer van Cau welaert alsmede met de heeren Isacker en Rubbens als vertrouwensmannen van het Alg. Christen Werkersverbond. De mede werking van deze laatsten was* bereikt, doordat schijnbaar verzekerd werd, dat niet verder meer aan de inkomens van het overheidspersoneel zou worden getornd. Die belofte is niet gehouden, kon ook kwa lijk worden gehouden. De heer Theunis verklaarde immers van geen devaluatie te willen weten. Welnu het voeren van een deflatiepolitiek zonder verdere verlaging der inkomens, zonder verdere aanpassing is niet mogelijk. Het gevolg van wat de katholieke arbeiders het schenden van de belofte noemen is, dat het vertrouwen in de regeering is opgezegd. Daardoor is haar positie zeer wankel geworden, al schijnt door de houding van de katholieke Vlaam- sche rechterzijde, Zaterdagmiddag aange nomen, dit gevaar voor het moment be zworen. Hangende de verdere ontwikkeling van deze onzekere verhoudingen rond de re geering, is nu Vrijdag plotseling de heer van Cauwelaert afgetreden. De oorzaak van dit aftreden moet gezocht worden in het feit dat de Justitie zich is gaan be moeien met hetgeen in de Bankunie te Antwerpen heet voorgevallen te zijn, van welke bank een zoon van v. Cauwelaert directeur is. De heer van Cauwelaert heeft zijn aftreden geargumenteerd met een pro test tegen de campagne, die tegen hem ge voerd wordt. En daarmee raken we aan den ons inziens meest ergen kant van de zaak, de groote persoonlijke strijd tusschen de meest vooraanstaande figuren uit het katholieke kamp. Dit treurige gekrakeel speelt zich nu af tot groot jolijt van de li beralen, die nu kans zien, hun anti-katho lieke, anti-Vlaamsche hartstochten bot te vieren. Reeds is hun campagne begonnen. Tal van maatregelen, die getroffen zijn om eindelijk aan de vele grieven der Vlamin gen tegemoet te komen, worden op dit mo ment weer stuk voor stuk teruggenomen, of vrijwel ontkracht, zoodat met den dag de verontwaardiging in het Vlaamsche land groeit. Zoo ziet men met welk een kluwen van verwikkelingen men in de ka tholieke gelederen in België thans te ma ken heeft: finantieele moeilijkheden, per soonlijke kwesties, Vlaamsche kwesties, loonstrijdHet ziet er treurig uit. En toch dient men te bedenken, dat, wat er ook gebeure, de groote algemeene, katho lieke en Vlaamsche belangen gered dienen te worden, die bij een langer voortzetten van den strijd hoe langer hoe meer in de knel komen. Staatsminister Poullet, de voorzitter van de Katholieke Unie is doende met te pro- beeren, de partijen weer tot elkaar te bren gen. Tot nog toe hebben zijn pogingen nog niet veel uitgehaald. Daarenboven is zijn gezondheid wankel, zoodat hij in critieken tijd zelfs nog eenige weken verlof heeft moeten nemen. Te betreuren is het in deze oogenblikken zeer zeker, dat de Katholieke Unie niet een instituut van meer invloed, van werkelijken inhoud is. Bij de ont vangst der afgevaardigden van de Neder- landsche Katholieke Staatspartij door de Katholieke Unie te Brussel hebben wij er reeds op gewezen, dat de Katholieke Unie feitelijk niets meen dan een naam is, dat men voor wat betreft de organisatie van een sterke katholieke partij feitelijk nog aan het begin staat. Ware er zulk een par tij thans in België, een partij met vaste, krachtige leiding, met een sterk over het land verbreid organisme, dat langs alle mogelijke kanalen de katholieken de goede inzichten wist bij te brengen en ware de katholieke samenwerking in de volksver tegenwoordiging niet slechts een samen werking van vrij heterogene standsgroe- pen met eigen dikwerf op de spits gedre ven ambities en met eigen leiders, dan zou men thans beschikken over een instantie die in staat zou zyn leiding te geven in de zeer moeilijke kwesties van het oogenblik, waarin het op eenheid van houding en ge dachten aankomt. BUITENLAND VOLKENBOND. PARAGUAY WEIGERT OPNIEUW. Ofschoon antwoord aan Genève geen uitdrukeklijk „neen" is. De regeering van Paraguay heeft thans het definitief antwoord op de aanbevelin gen der buitengewone volkensbondsverga- dering tot oplossing van het Chaco-geschil bekend gemaakt. Het antwoord spreekt wederom niet uit- drukelyk een „neen" uit, doch is toch even als het voorloopige antwoord van half De cember als een weigering te beschouwen. Het voornaamste bezwaar van Paraguay is, dat de aanbevelingen der volkenbonds vergadering geen beslisten waarborg bie den, dat de eenmaal gestaakte vijandelijk heid nimmer zal hervat worden. Paraguay wil niet dat tot geleidelijke de mobilisatie zal worden overgegaan. Deze zal onmiddellijk in vollen omvang moeten worden uitgevoerd. Bovendien heeft Paraguay nog steeds be zwaren er tegen, dat het Haagsche inter nationaal gerechtshof een te groote vrijheid krijgen zal inzake de beslissing over de toe kenning van het betwiste gebied aan de beide strijdende partijen. De commissie van 23 uit de volkenbonds vergadering is bijeen geweest om van het antwoord van Paraguay kennis te nemen. De- gedelegeerden van Polen, Sovjet-Rus land en eenige andere landen betoogden, dat het antwoord van Paraguay een defi nitieve Weigering is en dat thans dus de sanctiemaatregelen van artikel 16 van het volkenbondsverdrag tegen Paraguay zullen moeten worden toegepast. De Zuid-Amerikanen en Engeland schij nen echter hiertoe nog niet te willen over gaan. Een onder-commissie werd benoemd die voorstellen aan de commissievan 23 zal moeten overleggen over de thans door den volkenbond aan te nemen houding. De commissie bestaat uit den voorzitter Osusky (Tsjecho-SIowakije) en uit de ge delegeerden van Argentinië, Chili, Mexico, Peru en Spanje. DUITSCHLAND. REICHSWEHR EN S. S. Verzoening en bier. Rijksweerminister von Blomberg heeft gisteren een bieravond gegeven, waarbij ook de chef van de S.S., Himler, tegen woordig was. Men ziet hierin een bevesti ging van den vrede tusschen de rijksweer en de S.S. HONGARIJE. GRENSKWESTIES HONGARIJE— JOEGO-SLAVIE GEREGELD. De besprekingen van de gemengde Hon- gaarsch-Joego-Slavische commissie over grenskwesties zyn gisteren geëindigd en met algeheel succes bekroond. BULGARIJE. OPZIENBARENDE VERBANNING. Hoofdredacteur van groot dagblad in ongenade. Volgens beslissing van< den minister van binnenlandsche zake.n is Zondag Kraft- scheff, directeur en hoofdredacteur van het bekende en gewaardeerde dagblad ,.So- ra", gearresteerd en naar de Zuid-Bulgaar- sche stad Karlowo verbannen. Deze verbanning heeft het grootste op zien gewekt: Kraftscheff is een der oudste en bekendste journalisten en zijn blad was vaak de spreekbuis van vroegere regeerin gen. Hij was Macedoniër van geboorte en onderhield nauwe betrekkingen met het Macedonische kamp en zijn leider Iwan Michailoff. BUITENLANBSCNE BERICHTEN. ONBEKEND SCHIP IN DE MONDING VAN DE LOIRE VASTGELOOPEN. Van de bemanning geen spoor. De kapitein van een Fransch stoomschip, dat Zaterdag te St. Nazaire is terugekeerd, heeft aan de havenautoriteiten aldaar ver klaard, dat hij bij de monding van de Loire een onbekend klein motorschip heeft aan getroffen, dat opengescheurd was klaar blijkelijk ten gevolge van een aanvaring met een rotspunt. Van de bemanning van het verongelukte schip was geen spoor te bekennen. GROOTE HAVENBRAND IN JAPAN. 15 millioen schade; 2000 dakloózen. De Japansche havenstad Sakaimatsji ten Noord-Westen van Kobe is door brand verwoest. Tweeduizend personen zijn dak loos. Persoonlijke ongevallen deden zich niet voor. De materieele schade wordt op 15 mil lioen yen geschat. AANSLAG OP JAPANSCHEN TREIN. Twaalf dooden, achttien gewonden. Tusschen Moekden en Sjanhaikwan heb ben opstandelingen een Japanschen mili tairen trein tot ontsporing gebracht bij het station Soeisjoen. Daarbij zijn 12 Japan sche soldaten om het leven gekomen en 18 min of meer ernstig gewond. Een Japansch vliegtuig dat uitgezonden was tegen de opstandelingen is. naar nader gemeld wordt neergestort. De drie inzittenden waren op slag dood. HEDEN GETUIGT HAUPTMANN IN ZIJN EIGEN GEDING. De eerste getuige, die vandaag in het Hauptmann-proces zal worden gehoord, is de verdachte zelf. Zijn verdediger Reilly had medegedeeld, dat Hauptmann buitengewoon nerveus was en zeer verlangend was te worden ge hoord. Hij liep steeds maar onrustig op en neer in zijn cel. Hij heeft de laatste dagen geweigerd voedsel tot zich te nemen en moet in t.ien dagen tijds niet minder dan 22 pond zijn afgevallen. Hij ziet er bleek en afgetobd uit, maar niettemin is hij vol goe den moed, dat hij de jury van zijn onschuld zal kunnen overtuigen. Reilly verklaarde gisteren, dat hij een andere tactiek wilde gaan vplgen, „want", zoo zeide hij, „ik ben hier niet om licht in de zaak te brengen, maar om de onschuld van mijn cliënt te bewijzen". Dit wijst er vermoedelijk op, dat hij bij het oproepen van getuigen en bij het kruisverhoor an ders zal optreden dan hij tot dusver heeft gedaan. Dit zou o.a. blijken uit de vragen, die hy heden bij het verhoor van den ver dachte zal stellen en die er op berekend zijn, een tegenwicht te vormen tegen de suggestieve verklaringen van hen, die te gen Houptmann getuigden. De eerste vragen, die vandaag aan Haupt mann zullen worden gesteld zijn: le. Hebt ge het kindje van Lindbergh ontvoerd? 2e. Is u in den nacht van 1 Maart 1932 in Ho pewell geweest? 3e. Is u dien dag of dien nacht in New Jersey geweest? 4e. Wat hebt ge met de ladder gedaan? 5e. Waarom hebt ge de ladder bestegen? 6e. Hebt ge de los geldbriefjes geschreven? en 7e. Hebt ge 50.000 dollar losgeld gekregen van dr. Con don? Vervolgens zal Reilly vragen van wien hij de 14.000 dollar in losgeldbiljetten heeft gekregen, welke verborgen waren in zijn garage. Hauptmann zal antwoorden, dat deze biljetten hem gegeven zijn door Isidor Fisch, die, zooals bekend, inmiddels is overleden. Na Hauptmann's verhoor, zal als tweede getuige Hauptmann's vrouw, mevrouw An na Hauptmann voor de jury verschijnen. Men ziet de hervatting van het proces hier algemeen met spanning tegemoet, daar zich, naar men verwacht, tal van nieuwe verwikkelingen zullen voordoen en tal van nieuwe namen zullen worden ge noemd. Hauptmann weer herkend. Voor de vijfde maal in het verloop van de verhandeling van het Lindbergh-procee is de hoofdbeklaagde Hauptmann, zoo al niet als voornaamste dader dar toch als medeplichtige aan de ontvoering van baby- Lindbergh geïdentificeerd. Een bekende van den gevolmachtigde van Lindbergh, dr. Condon, Alexander genaamd, werd gisteren als getuige opge roepen en verklaarde bij confrontatie met Hauptmann, dat deze de man was, dien hij in den tijd van de onderhandelingen over het losgeld op het station van een New- Yorksche voorstad spionneerend rond dr. Condon had zien sluipen. Overigens had gisteren een nieuw ver hoor plaats van den grafoloog. .Ostborne, die, zooals bekend, in de zitting van Vrij dag verklaard heeft, dat het briefje, waar in van Lindbergh het losgeld geëischt werd door Hautpmann geschreven was. Ostborne werd gisteren door den hoofdverdediger van Hauptmann, Reilly, in een uiterst pijn lijk kruisverhoor genomen. PETROLEUMPIJPLEIDING IN IRAK GEOPEND. De koning van Irak heeft gisteren de groote petroleum-pijpleiding, .die de petro- leumvelden in Mesopotamië met de Mid- dellandsche Zee verbindt, geopend. Door een simpele handbeweging, het drukken op een knop, heeft de koning den 1920 K.M. langen weg vrijgemaakt, welken de petroleum van de olievelden naar de zee moet afleggen. H. MIS ONDER DEN GROND. Voor slachtoffers van mijnramp. Voor de eerste maal en met bijzondere toestemming van het Vaticaan werd onder den grond een H. Mis opgedragen. Dit had plaats in de mijn de „Esperance" te Mon- tigny bij Luik. Deze H. Mis werd opgedragen tot inten tie van de slachtoffers van deze mijn. In een laag gewelf op 700 M. diepte was een klein altaar geplaatst, met een van denne- takken gemaakt kruisbeeld in het midden. Op het altaar bevonden zich enkele bran dende mijnlampen om de kaarsen te ver vangen. Op den harden grond knielden honder den mijnwerkers met eveneens brandende lampen bij zich. De -H. Mis werd opgedragen door den overste van de aalmoezeniers van den ar beid. ZUSTER VAN WIJLEN KONING ALBERT TREEDT IN HET KLOOSTER. Prinses Josephina van België, 'weduwe van prins Karei von Hohenzollern, wordt a.s. Zondag 20 Januari opgenomen in het St. Liobaklooster te Guntersthal bij Frei burg in Zwitserland. Prinses Josephina Carola Maria Alber- tina is de zuster van wijlen koning Albert en prinses Henriette, hertogin van Ven- dome. Zij werd geboren te Brussel op 18 October 1872. In 1894 trad zij ir het huwe lijk met prins Karei von Hohenzollern, die overleed op 2 Febrüari 1919. Sedertdien leeft de prinses teruggetrokken op een kas teel in het Rijnland. De laatste maal dat zij zich te Brussel bevond, was op 20 Fe bruari 1934, ter gelegenheid van de begra fenis van haar broer, koning Albert. KATHEDRAAL IN GEVAAR. Duiven nestelen zich in de gevelbeelden. De beroemde kathedraal van Rouaan loopt gevaar haar honderden aan den bui tengevel aangebrachte heiligenbeelden te verliezen. In een door bouwdeskundigen geteekende petitie wordt gezegd, dat in elk beeld eenige duiven zijn genesteld en dat, indien dit voortduurt, de beelden dreigen te vergaan. De vogels hebben reeds onmetelijke schade aangericht, niet slechts aan de beelden, maar ook aan het prachtige kant beeldhouwwerk van den gevel. De prach tige gebeeldhouwde voorstellingen zooals „Het feest van Herodes", „St. Stefanus Martelaar" en „De bekroning van Maria" krioelen van de duiven. Teneinde verdere vernieling te voorko men bevelen de architecten aan de nesten uit te halen en de vogels te dooden. GRANDIOOS CHRISTUSBEELD IN BARCELONA. Het grootste bronzen beeld ter wereld. Naar de Barceloneesche correspondent van „El Debate" meldt, is men aldaar op het oogenblik bezig met het gieten van een grandioos Heilig Hartbeeld in brons. Voor de uitvoering van het model wer den twintig ton leem en vijftien ton gip» gebruikt, terwijl voor het gieten van het reuzen beeld zestig duizend kilogram ko len, veertig duizend kilogram hout en twaalf duizend kilogram brons noodig zijn. Het beeld, dat ontworpen is door den Spaanschen beeldhouwer Marés en bekos tigd. is van uit alle deelen der wereld bij eengebrachte giften, zal worden opgericht op het hoogste punt van Barcelona, den Tibidabo, vanwaar het de geheele stad zal beheerschen. Het statue wordt nog een meter hooger dan het beroemde Columbus-monument, dat zich verheft op den „muelle de la Paz" in de haven van Barcelona en dat totdus- ver het grootste uit brons gegoten beeld ter wereld was. De Katholieke Spaansche bladen wijzen alle op de beteekenis van het feit, dat dit majestueuze Heilig Hartbeeld juist een eereplaats krijgt in Barcelona, dat het zwaarst van alle Spaansche steden door „de golf van materialisme en paganisme geteisterd wordt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 6