Algemeene Beschouwingen over de
Staatsbegrooting
26ste Jaargang
WOENSDAG 7 NOVEMBER 1934
No. 7958
3)e Si&idóckc Sou/toni'
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
D£ ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, FOSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per reg*l
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur ea
verhuur, koop en verkoop: f 0.50
TWEEDE KAMER
Redevoeringen van de oppositie
Het ongewone verschijnsel, dat de Kamer
bij het begin van de Algemeene Beschou
wingen over het Regeeringsbeleid, in de
Afdeelingen ging tot het onderzoeken /an
een wetsontwerp hebben onze Oosterburen
ons bezorgd. Door hun „eigenaardige" ma
nieren, welke ook bij het hanteeren van
het met Nederland gesloten Clearingver-
drag weer tot uiting zijn gekomen, hebben
zij de indiening van een spoedeischend
wetsontwerp noodig gemaakt, waarbij de
autonome clearing weer kan warden inge
steld. De heeren komen vermoedelijk eerst
daags weer in Den Haag onderhandelen;
en het is meer dan gewenscht, dat onze
Regeering dan over een wapen beschikt,
waarvoor ook zij wellicht eenig respect
zullen hebben. Dit wetsontwerp zal nu
waarschijnlijk morgen in de Kamer wor
den behandeld; men begrijpt dus, dat er
haast was bij het onderzoek in de Afdee
lingen. Dit heeft nu voor den aanvang van
de beraadslagingen over Hoofdstuk I der
Staatsbegrooting plaats gehad; de rappor
teurs waren eenige uren later met hunne
rapporten gereed; en nog hedenavond kan
men het Voorloopig Verslag tegemoet zien,
waarop morgenochtend wel de Memorie
van Antwoord zal volgen. In ieder geval,
de Kamer heeft weer eens afdoende bewe
zen, dat zij tot snellen arbeid zeer wel in
staat is.
Het gemis van het later beginnen der
Algemeene Beschouwingen is overigens
niet groot geweest: deze eerste dag ken
merkte zich door een onmiskenbare mat
heid, welke met name de rede van den heer
Al b a r d a (S.D.A.P.) aankleefde. Ook
wanneer de socialistische leider trachtte
zich tot een zekere verontwaardiging op te
werken, ontbrak daaraan dat accent, het
welk bijv. de verontwaardiging van een
Troelstra zoo indrukwekkend maakte. De
heer Albarda had overigens ook te veel
overhoop gehaald, zoodat hij aan de voor
naamste punten niet die aandacht kon wij
den, welke zij in dezen tijd zeker meer dan
ooit verdienen. Hij constateerde vrijwel
algemeene ontevredenheid met het regee
ringsbeleid. De regeering wil naar een la
ger stabilisatievlak; en dit keurde de so
cialistische spreker zoowaar goed; doch hij
keurde de middelen af, waarmede de x-e-
geering dit lager vlak tracht te bereiken.
Zij treft eenzijdig de. loon- en salaristrek-
kenden. Dezen lasten opleggend verklaart
de Regeering tegelijkertijd, dat belasting-
verhooging, waardoor meer gegoeden zou
den worden getroffen niet mogelijk is.
Maar een heffing ineens; de verhooging
der successiebelasting en een nieuwe belas
ting op de winsten der naamlooze ven
nootschappen zouden zeer wel mogelijk
zijn. De regeering neemt ook niet de noo-
dige maatregelen tot het verzekeren eener
hoogere opbrengst van de bestaande belas
tingen, zooals bijv. de opheffing van het
Bankgeheim. De rentelast der Staatslee-
ningen kan nog verder omlaag; de regee
ring kan ook bijzondere scholen dwingen
tot concentratie; zooals het nu is moet men
van een schending der gelijkstelling, nu ten
nadeele van het openbaar onderwijs spre
ken.
Politiek niet onhandig was de specula
tie van den heer Albarda op den tegen
stand tegen het uitblijven der bezuiniging
op de begrooting van Defensie, welke de j
regeering het vorige en voor-vorige jaar
had beloofd. Hier speelde hij de bezuiniging j
op het onderwijs uit tegen het opgeven van
die op de Defensie. Zou minister Marchant,
zoo vroeg hij, die bezuiniging hebben uitge
voerd, indien hij tevoren geweten had, dat
op Defensie niet zou worden bezuinigd
volgens de afspraak? En hoe denken de
heer Joekes en de zijnen hierover?
Ten aanzien van de economische poli
tiek was het opvallend, hoezeer de heer
Albarda voortborduurde op het stramien,
dat de verklaring van het bestuur der R.K.
Staatspartij hem bood. De vaste lasten, de
hypotheken en bovenal de onvoldoend
constructieve politiek der regeering kwa
men op het tapijt; en ten slotte werd ook
de weinige liefde der Regeering voor ver
andering der maatschappelijke instellingen,
wat toch zou overeenstemmen met het in
zicht van den heer Colijn, dat de crisis een
structueel karakter heeft, ter tafel ge
bracht.
Met de behandeling van eenige speciale
punten en een korte peroratie besloot ie
socialistische leider zijne gematigde rede,
waarin ditmaal geen enkele aanval op de
Katholieke Staatspartij voorkwam.
Daarop ving het rijk der eenlingen aan.
Achtereenvolgens spraken de heer Wes-
term an(N.H.), Lingbeek (H.G.) en
van Houten (C.D.), en de heer Arts
(K.D.) stond daarna nog ingeschreven.
Veel nieuws vertelden zij niet. De spre
ker van Nationaal Herstel kwam vooral op
tegen de economische politiek der regee
ring; het is bekend, dat hij in de richting
wil van nationale zelfvoorziening, weshal
ve hij o.m. aandrong op centralisatie van
in- en uitvoer, waarop van katholieke zij
de reeds meermalen werd aangedrongen.
Hij achtte verder de bestrijding van den
N.S.B. door de regeering onjuist.
De Urker-dominee voer vooral uit tegen
den heer Marchant wegens de redevoering,
welke deze minister over de Abdij van
Egmond en de pogingen tot haar herstel
had gehouden.
De beste rede van de drie was nog die
van den heer Van Houten, die echter
mank ging aan de fout, dat hij niet vol
doende onderscheidde. Hij construeerde een
tegenstelling tusschen het economisch mo
gelijke en het ethisch minimum, welke
slechts in zooverre bestaat, dat men moet
zeggen, dat er iets aan de maatschappelij
ke toestanden moet haperen, als het niet
mogelijk is den arbeider het ethisch mini
mum te geven. Overigens stond hij ten aan
zien van de vaste lasten en meerdere an
dere punten geheel op hetzelfde standpunt
als de bekende verklaring van het bestuur
der R.K. Staatspartij.
Heden is de heer Arts het eerst aan het
woord gekomen.
COMMERCIEELE BETEEKENIS VAN DE
LUCHTRACE LONDENMELBOURNE.
ENGELSCHEN ZIJN THANS WAKKER
GESCHUD.
De keerzijde der medaille.
In het jongste nummer van „Economisch
Statistische Berichten" treffen wij een be
schouwing aan van de hand van den heer
F. Spittel, over de commerciëele beteeke-
nis van de wedvlucht naar Melbourne.
Aan deze belangrijke beschouwing ont-
leenen wij het volgende:
De vraag naar de beteekenis van de
Uievervlucht staat in nauw verband met
de kwestie, welke waarde men aan de ge-
heele wedstrijd mag toekennen. De man,
die de prijs uitloofde, Sir Robertson, heeft
verklaard, dat zijn bedoeling niet was een
zinlooze wedvlucht, maar een demonstratie
uit te lokken van wat industrie en lucht
vaart vermogen om de verspreide deelen
van het Empire dichter bij elkaar te bren
gen.
Schrijver herinnert aan de tallooze vluch
ten, die reeds naar Australië zijn gemaakt
en wijst er op hoe de Engelsche regeering
en de luchtvaartmaatschappijen vrijwel
doorloopend critiek te verduren hebben ge
had, die voedsel vond in de prestaties van
de Nederlandsche luchtvaart op.de lijn Am
sterdamBatavia.
Schrijver wijst er op hoe Nederland ge
reed stond om deze lijn door te trekken
naar Australië en brengt in herinnering de
vlucht van de Abel Tasman in Mei 1931.
Daarop hebben de K.L.M. en de K.N.I.
L.M. zich tot de Australische regeering ge
wend met het verzoek het postvervoer te
mogen verzorgen. Dit werd afgewezen on
der verwijzing naar eigen plan. Inmiddels
doet de dienst LondenBrisbane er nog al
tijd dertien dagen over. Hetgeen oorzaak
is, dat uit Engelsche zakenkringen voort
durend op bespoediging wordt aangedron
gen.
Daarop wordt een overzicht gegeven van
de inkomsten van de luchtpost, waarin er
op wordt gewezen, dat de opbrengst van
het luchtrecht sedert 1932 niet bevredigend
is gestegen. Deze is namelijk per week niet
boven de 22.500 gekomen. Hierdoor lijden
beide adminiistraties nog een groot ver
lies. De Nederlandsche luchtvaart heeft nog
altijd dezelfde reden als in 1932 om in
Australië en Engeland de demonstreeren
welke goede diensten aan anderen op deze
lijn zouden kunnen worden bewezen.
De „Uiver".
De Uiver-demonstratie is volkomen ge
lukt, maar de vraag is gerechtvaardigd, of
het aviatisch succes kans heeft op commer
cieel succes. De luchtvaartpolitiek van En
geland wijst in een andere richting. Men
wenscht beslist een all-Britsh luchtverbin-
ding tusschen Engeland en Australië.
De heer Spiittel nu meent, dat het Ne
derlandsche succes in den grooten wedstrijd
ook zijn keerzijde heeft. De opvallend snel
le en regelmatige vlucht van de „Uiver"
heeft in hooge mate de aviatische reveil-
beweging in Engeland gestimuleerd. Ne
derland zal deze concurrentie het hoofd
moeten bieden, om, wanneer het tot wer
kelijke samenwerking komt, volwaardig ter
conferentie te verschijnen.
Men bedenke hierbij aldus schrijver
dat zoolang de lucht niet onafhankelijk
van het land is, wij de bereidwilligheid van
Engeland noodig hebben voor onzen grond
dienst. Reeds enkele malen ontstond hier
door een onderbreking in de wekelijksche
Indië-dienst.
Daarentegen heeft de Engelsche lucht
vaart geen behoefte meer aan landingsge
legenheid in Nederlandsch-Indië; 't traject
SingaporeDarwin kan in één vlucht wor
den afgelegd.
Alleen post.
Ten slotte stelt schrijver de vraag, wat
gedaan kan worden, om de Nederlandsche
luchtvaart op volle waarde te houden. En
voorts, hoe de luchtrederij op Indië tot een
rendeerend bedrijf kan worden gemaakt.
Opnieuw betoogt de schrijver, die reeds
meer over dit onderwerp publiceerde, dat
de luchtmail alleen aanzienlijk snel .en
goedkooper kan worden gevoerd, wanneer
dit niet geschieidt in combinatie met pas
sagiers. De passagiers toch blijven z.i. het
struikelblok.
Schrijver herinnert aan de idéé van de
Postjager, een machine, die door verschil
lende omstandigheden echter geen succes
is gebleken. Hij ziet in de Komeet van Scott
en Black het prototype van een Engelsche
postjager, een idéé, die de Engelsche re-
geerings reeds lang tracht te verwerven.
Wat het passagiersvervoer betreft, dit
zou rendabel kunnen worden, indien de
lijn AmsterdamBatavia zou kunnen wor
den verlengd. De passaglersdienst van Ne
derland op Indië moet dus naar. spr.'s
inzicht beschouwd worden als een onder
deel van een luchtnet, met Nederlandsch-
Indië als knooppunt.
Besluitend, meent spr., dat de vlucht van
de „Uiver" er zeker toe zou kunnen bij
dragen, dat de commerciëele waarde van de
Nederlandsche luchtvaart zou kunnen wor
den verrijkt.
'T ZIJN OOK MENSCHEN.
De burgerij van Megen heeft, onder lei
ding van den burgemeester, Zondagmiddag
afscheid genomen van de vijf Zuster Cla
rissen, die, zooals gemeld, een slotkloos
ter in Java gaan betrekken en tevens
van vier Zusters Clarissen uit het klooster
te Ammerzoden, die zich hierbij hadden
aangesloten.
Vóór het klooster werden de Zusters
toegesproken door den pastoor der paro
chie, den burgemeester en den rector van
het klooster.
Dan vroeg de Moeder-Abdis het woord
Zuster Dorothea, die in Megen is gebo
ren en in Megen in het klooster heeft ge.-
woond. Zij zeide:
„Alvorens naar de Missie op Javer te ver
trekken, voel ik mij gedrongen, u allen,
ook namens zijn mede-missionarissen, har
telijk te bedanken voor uw meeleven met
onze Heilige Orde. Dringend verzoeken wij
uw gebed, opdat wij van den goeden God
de genade mogen verkrijgen het werk der
Missionarissen door gebed en boete te kun
nen steunen."
Zij wilde verder spreken maar, zoo
lezen we in een verslag, diep bewogen
door het afscheid van haar geboorteplaats
en haar omgeving, werd deze vrouw door
haar aandoening zoo gegrepen, dat zij,
schreiend, niets meer zeggen kon
Ja 't zijn ook menschen, de missiona
rissen.
Zy moeten offers brengen, en zware
offers, om aan hun roeping gevolg te ge-
ven.
Dat bedenken wij misschien te weinig.
V Techniek en cultuur.
Wij kunnen volop waardeeren den voor
uitgang van de techniek op alle terrein;
maar daarnaast moeten wij dan, helaas,
ook constateeren, dat de vooruitgang in
beschaving, in cultuur van den mensche-
lijken geest daarmede geen gelijken tred
heeft gehouden!
Hoe sneller wij ons bewegen, des te op
pervlakkiger bekijken we het leven.
Hoe gemakkelijker de machines ons den
arbeid maken, des te meer gaan we zelf
op machines gelijken. We leveren ons
werk af, goed en mooi, maar er schittert
of sprankelt niets in van het diep-door-
dachte en zuiver-doorvoelde leven, waar
in schoonheid ligt.
DJT NUMMEP otrcTAAT UIT VIER
BLADEN.
VOORNAAMSTE NIEUWS.
In een der bladen in de „Maasbode"
is de opmerking gemaakt, dat op de
„Grato", de grafische tentoonstelling, die
te Utrecht wordt gehouden, opvallend is
het verschil tusschen het oude en het mo
derne drukwerk, doordat bij het oude
drukwerk in ieder boek veel meer een
eigen cachet is gelegd, een eigen uitdruk
king, als weerspiegeling van inhoud en
strekking.
Voor den modernen drukker maakt het
vaak niet veel verschil, of hij moet druk
ken een boek met keuken-recepten of een
boek met vasten-meditaties; beide werken
zal hij vlug en keurig en mooi afleveren;
maar de eischen, aan die werken gesteld,
zijn voor hem niet essentieel verschil
lend.
Dat essentieele onderscheid kwam vroe
ger beter tot uitdrukking dan nu over
het algemeen; er waren, natuurlijk, ongun
stige uitzonderingen, zooals er nu gunstige
uitzonderingen zijn.
Bijzonder spreekt, naar onze bescheiden
meening, de onevenwichtigheid in den
vooruitgang van techniek eenerzijds en
geestesbeschaving anderzijds in de collec
tie geëxposeerde reclame-platen, speciaal
in die van de Grato zelf.
Wij geven hier 'n enkele losse opmer
king naar aanleiding van een bezoek aan
de „Grato" waar óók veel moois is te
zien, waar vooral de vooruitgang in de
techniek in het drukkersbedrijf op een
eclatante een indrukwekkende wijze
wordt gedemonstreerd, wat een bezoek voor
allen, die voor dit bedrijf eenige belang
stelling hebben, buitengewoon interessant
maakt.
BUITENLAND.
Opzegging van de vlootverdragen door
Japan eiken dag te wachten. (2de blad).
Een nieuwe uitbarsting in Spanje ge
vreesd. Opnieuw algemeene staking afge
kondigd. (2de blad).
Verkiezingsoverwinning der democraten
in de V. S. (2de blad).
Doumergue's positie is uitermate critiek.
(2de blad).
BINNENLAND.
De begrootingsdebatten in de Tweede Ka
mer zijn begonnen. (1ste blad).
Voorbereiding van nieuwe bedrijfsraden.
(2de blad).
Broedermoord te Hoogland. (1ste blad).
LEIDEN.
De bezuinigingsmaatregelen bij de N. Z.
H. T. M. zullen grootendeels worden door
gevoerd. (1ste blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
Wals en Slaats uit den Zesdagen-strijd;
Pijnenburg en v. Kempen vormden een
nieuw koppel en namen dadelijk de lei
ding. (3de blad).
Het Zwitsersche elftal voor den strijd
tegen Oostenrijk gewijzigd. (1ste blad).
Broedermoord te Hoogland
Oudere broer door Jongere
met broodmes doodgestoken
In de woning van de weduwe Botter-
bloem in de buurtschap Zeldert te Hoog
land bij Amersfoort heeft in het midder
nachtelijk uur een moord plaats gehad.
De 29-jarige zoon, Hendrik van de we
duwe Botterbloem maakte bij zijn thuis
komst een opmerking over het feit, dat
een gezelschap, w. o. zich zijn 22-jarige
broer bevond, aan het kaartspelen was.
Dit moest volgens hem maar eens uit zijn.
De 22-jarige zoon van de weduwe Botter
bloem ontstak hierover zoo in woede, dat
hij een broodmes greep en zijn 29-jarige
broer in de zijde stak. De 29-jarige H. Bot
terbloem werd zoo ernstig gewond, dat hij
na korten tijd overleed. De politie heeft
den dader gearresteerd.
ATHLETIEK
DIOC. HAARL. ATHLETIEK KRING.
Groote propagandadag op Zondag
2 December.
Reeds enkele jaren geleden werd in het
R.K. Gymnastiekblad pogingen aangewend
om te komen tot het beoefenen van de
wandelsport in Katholiek verband.
In 1933 besloot de D.H.A.K. een commis
sie samen te stellen, die moest onderzoeken
of er voldoende belangstelling bestond.
Op de jaarvergadering, begin 1934, werd
deze commissie benoemd tot de T.C. voor
de Wandelsport van de D.H.A.K.
Deze commissie stelde een reglement sa
men, dat natuurlijk rekening hield met de
bisschoppelijke bepalingen. Ze begon aan
een groote propaganda, evenwel zonder
veel succes.
De laatste paar maanden kwam er een
opleving en dit was het sein om een wan
delsportdag te houden voor het heele bis
dom.
In de verschillende plaatsen, die daar
voor in aanmerking kwamen, werden per
sonen of vereenigingen aangezocht de re
geling op zich te nemen. Verschillenden
hebben reeds toezegging gedaan.
Amsterdam, Jong Leven, secr. B. Hoven,
lste Sweelinkstr. 3. Haarlem, Holland, secr.
Fr. Bakker Jr., Ramplaan 106. Alkmaar,
een speciale comm., secr. J. Punt, Luctik
Oudorp 36a, Leiden, een speciale comm.
secr. P. Verhoef, Steenstraat 1, Den
Haag, een speciale comm., secr. N. v.
Veen, Goudenregenstraat 77, Rotterdam,
secr. J. v. d. Ree, Pootstraat 70.
In Hoorn, Helder en Gouda wordt nog
met vereenigingen onderhandeld. Mocn-
ten er in andere plaatsen vereenigingen
zijn, die denken in hun omgeving een flink
aantal deelnemers te krijgen, laten ze zich
even wenden tot het secretariaat van de
D.H.A.K.: La Placestr. 22, A'dam (O.).
Het parcours zal ongeveer 25 K.M. be
dragen. Iedere deelnemer die de marseh
volbrengt, ontvangt het officieele D.H.A.
K.-kruis, dat dit jaar voor het eerst wordt
uitgegeven. Eik jaar wordt in het vervolg
een propaganda tocht georganiseerd. De
deelnemers, die reeds het kruis ontvingen,
krijgen dan een 2, 3, enz.
Deze marschen hebben de volle sympa
thie van Monseigneur Aengenent.
Rector Mol heeft een groote wisselbeker
beschikbaar gesteld voor de grootste groep
van het heele bisdom.
De secr. van de D.H.V.B. heeft toege-
vrijstelling kunnen krijgen.
Op twee December moeten alle R.K.
wandelaars en toekomstige wandelaars ge
wonnen worden voor de D.H.A.K.
zegd, dat voetballers op tijdig aanvrage